Bron: <b>DUO</b><br />Vergelijkbare instellingen: <b>alle instellingen in het basisonderwijs met een vergelijkbare schoolweging en leerlingenaantal</b><br /> <a href="https://encyclopedie.vensters.nl/indicator_po/3418f8d2-188d-490e-88d6-436f8aba8b8a" class="button button-link" target="_blank"><i class="fas fa-external-link-square-alt"></i> Achtergrondinformatie</a>">Bron
Gepersonaliseerd leren
Dit jaar starten we met het vierde en laatste jaar van ons schoolplan 2019-2023. In dit plan hebben we aangegeven dat we willen toewerken naar gepersonaliseerd leren.
Wanneer we dit bereikt hebben dan zijn alle leertrajecten afgestemd op het kind. De leerdoelen worden door de leerkracht en leerling samen vastgesteld waarbij de leerkracht vooral de rol van friendly mediator heeft. Op dit moment zitten we nog midden in het veranderingstraject en worden met name bij de wereldoriëntatievakken als aardrijkskunde, geschiedenis, verkeer, natuur etc. projectmatig gewerkt aan de doelen en minder vaak uit het methode boek. Daarnaast wordt er in verschillende groepen af en toe in een circuit gewerkt waarbij de kinderen op niveau lesstof krijgen aangeboden en waarbij ze wisselen van groep of lokaal voor de verschillende onderdelen. Zo kom je tegemoet aan wat het kind nodig heeft op zijn niveau per vakgebied, maar ook vakoverstijgend.
Op de Leerpleinen krijgen de leerlingen de mogelijkheid om in groepjes van 2 of meer leerlingen samen te werken, het coöperatief leren wordt op deze manier een werkhouding die de leerlingen eigen gemaakt wordt, leren van en met elkaar.
Voor het vak rekenen zijn we vorig jaar begonnen te werken met het programma Rekenkracht, waarbinnen de kinderen ieder op zijn eigen niveau aan de diverse leerdoelen kan werken op een manier die ook tegemoet komt aan de leerstijl van de leerling. Komend jaar zullen we de werkwijze gaan borgen. De overige vakken zullen de komende jaren volgen.
Waar er op dit moment nog wel methodes gehanteerd worden, wordt er dit schooljaar al meer vooraf getoetst ipv achteraf zodat de kinderen en de leerkracht weten welke leerstof ze beheersen en welke nog niet, zo wordt er gerichter gewerkt en hoeft niet iedereen hetzelfde te maken.Vooruitkijkend :
We gaan ons verder oriënteren op het aanbieden van onderwijs vanuit de leerlijnen en de verwerking van de stof adaptief aan te bieden. Waar mogelijk en gewenst zullen we het thematische werken vanuit de kleuters verder doorvoeren in onze school, omdat we zo beter aan kunnen sluiten bij de belevingswereld van de leerlingen. Hierbij is het ook mogelijk om groepsdoorbrekend te werken op niveau en op interesse afhankelijk van het doel. De doorgaande lijnen op ons onderwijsaanbod en onze manier van werken gaan we school breed opnieuw beschrijven. Middels klassenbezoeken bewaken we of de afgesproken werkwijze ook wordt gevolgd. Het komend schooljaar krijgen de leerlingen i.p.v. of naast een rapport, een portfolio. Dit portfolio zal in eerste instantie bestaan uit een doelenrapport, gemaakt door de leerkracht. In de toekomst zal het portfolio in grotere mate gevuld worden door de leerling. Op deze manier betrekken we de leerling meer bij zijn of haar ontwikkeling en met bewijslast van de leerling zelf. De afgelopen jaren hebben we ingezet op pedagogisch handelen, omdat je vanuit de relatie met de leerling kunt bepalen of deze competent is en dan ook de leerling het eigenaarschap kunt geven. Het komende jaar zullen we een verdiepingstraject inzetten op het didactisch handelen, omdat het lesgeven vanuit de leerlijnen een aanvullende didactiek vraagt.
Zorg voor het jonge kind
De aanpak van groep 1 en 2 verschilt van die in de andere groepen. Het werken in groep 1 en 2 gebeurt veelal vanuit de kring. Daarnaast wordt gespeeld en gewerkt aan tafels en in de hoeken. Voor bewegingsonderwijs maken we gebruik van het schoolplein en van de speelzaal. In groep 1 ligt de nadruk op het wennen aan het naar school gaan. Er is veel aandacht voor gewoontevorming en regelmaat. In groep 2 wordt dit vervolgd en verdiept. Om beter aan te kunnen sluiten bij de ontwikkelingsbehoeften van kleuters wordt er dagelijks gewerkt vanuit een kleine kring. Tijdens deze momenten zitten kinderen met het zelfde ontwikkelingsniveau samen aan tafel of in de kring voor extra instructie of voor het uitvoeren van een opdracht. Deze activiteit wordt meestal gestuurd door de leerkracht. De verschillende vakken komen in betekenisvolle situaties (thema’s) aan de orde volgens een beredeneerd activiteiten aanbod. In het lesrooster worden verschillende leer- en vormingsgebieden onderscheiden. In de dagelijkse praktijk in de klas is dit voor de kinderen nauwelijks merkbaar. Een kind dat speelt in de huishoek is tegelijkertijd bezig met taalontwikkeling. Wanneer een kind speelt met een lotto, is het kind betekenisvol bezig met getallen en/of kleuren. En wanneer een kind op een papier de golven van de zee tekent, is het kind spelenderwijs bezig met voorbereidend schrijven. De betrokkenheid van de kinderen wordt vergroot door hen betekenisvolle activiteiten, samenwerkingswerkvormen en een uitdagende leeromgeving aan te bieden. We bieden de kinderen heel veel verschillende keuzemogelijkheden om tegemoet te komen aan de verschillen in ontwikkeling en interesse van kinderen. Het vergroot de zelfstandigheid en het zelfvertrouwen van de kinderen. Door observatie en registratie in het leerlingenvolgsysteem van Digikeuzebord, volgen we de ontwikkeling van het jonge kind voortdurend. Het komend jaar zullen we het speelplein van de kleuters vergroenen en er een rijkere leeromgeving van maken.
Wettelijke bepalingen: \
Voor geen enkel leer- of vormingsgebied in het primair onderwijs bestaat een verplichte lessentabel. De Wet Primair Onderwijs geeft wel aan welke vakgebieden moeten worden gegeven, maar zegt niets over het aantal uren. Er moet echter wel voldoende tijd ingepland worden om de algemene doelstelling en de kerndoelen te realiseren.
Aantal lesuren per leerjaar op de basisschool:
Het minimum aantal lesuren van groep 1 tot en met 8 is op alle basisscholen 7520 uur. Leerlingen in de eerste 4 leerjaren (onderbouw) moeten ten minste 3520 uur les krijgen; in de laatste 4 leerjaren(bovenbouw) is dit 3760 uur. De resterende 240 uur kunnen scholen flexibel inzetten. Het les- en vakantierooster zijn hierop afgestemd. Het basisonderwijs is bedoeld voor kinderen van 4 tot 12 jaar in het reguliere onderwijs. Hoewel het basisonderwijs gevolgd kan worden vanaf 4 jaar, is pas vanaf de vijfde verjaardag het kind leerplichtig.
5-gelijke dagen-model
Wij hebben gekozen voor het model waarbij alle leerlingen, uit alle groepen, alle dagen 5 uur per dag naar school gaan. We hebben dan ook geen onderscheid in de uren in de bovenbouw of in de onderbouw en voldoen hiermee aan het wettelijke kader.
Het samenwerkingsverband Passend Onderwijs 20.01
Alle basisscholen, speciaal basisonderwijs en speciaal onderwijs in de provincie Groningen zijn aangesloten bij het samenwerkingsverband Passend Onderwijs 20-01. Het samenwerkingsverband PO 20.01 is onderverdeeld in 5 deelverbanden: gemeente Groningen, West, Noord, Zuid-Oost en het gespecialiseerd onderwijs. Samen zorgen we er voor dat elke leerling in het samenwerkingsverband mee kan doen.
Het onderwijs op de basisschool is zó ingericht, dat het past bij de mogelijkheden van een leerling.
Dit noemen we de basisondersteuning. Maar soms lukt het de school niet om dit onderwijs te geven. Dan volgt een gesprek met de ouder(s). Samen wordt gekeken wat nodig is, wat de school (niet) kan en waar dit eventueel wel mogelijk is.
De school hoeft het niet alleen te doen.
De school kan een beroep doen op specialisten om duidelijk te krijgen wat nodig is. De intern begeleider van de school speelt hier een sleutelrol in. Er zijn binnen schoolbesturen expertiseteams om te helpen. En het is mogelijk voor de school om via het samenwerkingsverband en het eigen onderwijsondersteuningsteam hulp te vragen om mee te kijken. Het eigen onderwijsondersteuningsteam bestaat uit orthopedagogen en specialisten. Samen met ouders wordt gekeken wat een goede vervolgstap is voor de ontwikkeling van de leerling. Soms is de conclusie dat extra ondersteuning nodig is.
Extra ondersteuning wordt gegeven in het gespecialiseerd onderwijs.
In het samenwerkingsverband zijn een aantal scholen gespecialiseerd om extra ondersteuning te geven aan leerlingen. We hebben het dan over het Speciaal Basis Onderwijs en het Speciaal Onderwijs. Op deze scholen werken leerkrachten met speciale kennis, ervaring en tijd om een leerling te begeleiden. Bij de school werken ook deskundigen, die de leerkrachten ondersteunen. Zoals bijvoorbeeld een orthopedagoog. Of een psycholoog. De groepen zijn vaak iets kleiner dan op een gewone basisschool. Plaatsing op deze scholen kan alleen als de leerling een toelaatbaarheidsverklaring (TLV) heeft. Zo staat het in de wet. De TLV wordt aangevraagd door de basisschool.
Als u meer wilt weten over het samenwerkingsverband, kunt u kijken op de website: swv 20-01. Natuurlijk kan de intern begeleider van de school u er ook meer over vertellen.
Toekomstig aanbod aan extra ondersteuning
Door de scholing pedagogisch tact van elke nieuwe medewerker en de scholing HB, hebben we de verwachting om in de toekomst nog meer aan de onderwijs en ondersteuningsbehoeften van onze kinderen tegemoet te kunnen komen.
Om er voor te zorgen dat we de kleuters het juiste aanbod geven werken we nauw samen met álle partijen die in Veendam een aanbod hebben voor de peuters, te weten: Hoi Pippeloi, Prokino, stichting Peuterwerk, Bamba en Tamariki.
Tamariki heeft een groep binnen onze school. We werken nauw samen met Tamariki. Er is altijd een warme overdracht tussen Tamariki en de basisschool, wanneer een leerling wordt ingeschreven. Wanneer er behoefte is, kan de zorgcoördinator van school al ondersteunen in de voorschoolse periode. Het aanbod tijdens de voorschool wordt afgestemd op het aanbod binnen het onderwijs, waardoor er een doorgaande lijn bestaat tussen voorschool en school.