Onderwijskundige identiteit
Wij willen dat ons kindcentrum voor onze leerlingen een veilige plaats is, een plaats waar zij zich op hun gemak voelen, zichzelf durven zijn, zich geaccepteerd voelen, vertrouwen in zichzelf en in anderen hebben. Vanuit deze basis kunnen kinderen gaan ontdekken en leren. In ons aanbod vinden we de balans tussen cognitief, creatief en sociaal-emotioneel erg belangrijk, we willen dat onze leerlingen leren met hoofd, handen en hart en willen aan alle gebieden van de ontwikkeling aandacht schenken. Daarbij houden we rekening met de verschillen die er tussen kinderen zijn, zowel in persoonlijkheid als in begaafdheid. We kijken daarom goed naar de behoeften van individuele leerlingen.
Onderwijskundig
Vanuit de eerder beschreven kernwaarden geven wij dagelijks invulling aan onze onderwijspraktijk. Daarin dagen we kinderen uit om steeds een volgend stapje in hun ontwikkeling te zetten door middel van een rijke leeromgeving en doelgericht lesactiviteiten te koppelen aan leerstof en verwerking. Kinderen ontwikkelen zich in een doorgaande lijn, zowel op de verschillende vakinhouden (zoals o.a. rekenen, lezen en schrijven) als ook in vaardigheden.
Om deze visie tot uiting te brengen verzorgen we gevarieerd en betekenisvol onderwijs. We bieden een gevarieerde basisinstructie waarbij kennisoverdracht, modelling en het aanleren van leer- en oplossingsstrategieën centraal staan. In ons onderwijs vinden we actieve betrokkenheid en interactie tussen de leerlingen erg belangrijk.
We maken ons onderwijs betekenisvol door aan te sluiten bij de zone van de naaste ontwikkeling en de leeringang van het kind. Door nieuwsgierigheid te wekken en te stimuleren verbinden we leerstof aan de belevingswereld van de leerling. Daarbij vinden we het erg belangrijk om het kind zelf te betrekken bij dit leerproces. Dit doen we door hen mede een keuze te geven in wat en hoe zij leren en hen uit te dagen hun leerontwikkeling zichtbaar te maken.
Ontwikkelingsgericht onderwijs
In de onderbouw werken we vanuit de principes van ontwikkelingsgericht onderwijs (OGO). Bij OGO staat een brede ontwikkeling van leerlingen centraal. Het gaat dus niet alleen om de ontwikkeling van kennis en vaardigheden die belangrijk zijn voor het onderwijs maar er wordt ook veel aandacht besteed aan de persoonlijkheidsontwikkeling. Juist de samenhang tussen deze gebieden is belangrijk want ontwikkeling is een samenhangend geheel.
Een ander uitgangspunt is dat het onderwijs betekenisvol moet zijn. Kinderen hebben betekenis-volle activiteiten nodig om tot ontwikkeling te komen en te leren. We werken dan ook thematisch rondom thema’s die de kinderen uit hun eigen omgeving kennen, de sociaal culturele praktijk. We maken met kinderen uitstapjes die binnen het thema passen of halen de praktijk de school binnen door bijv. gastlessen.
Een thema duurt zo’n zes tot acht weken. Elk thema wordt op dezelfde wijze opgebouwd door leerkrachten en kinderen samen (verbinden van doelen van leerkrachten aan betekenissen voor kinderen). Waar mogelijk betrekken we ook ouders en externen bij onze thema’s. De eigen inbreng van kinderen is erg belangrijk. Leerkrachten gaan op zoek naar wat kinderen zelf willen en al (bijna) kunnen. Dit doen zij door goed te observeren en leggen dit vast in het observatie-instrument HOREB). Het onderwijsaanbod wordt hier op afgestemd. In dat onderwijsaanbod staat het spel centraal.
Wereldoriëntatie
Net als bij het ontwikkelingsgericht onderwijs in de onderbouw werken we in de bovenbouw met een geïntegreerd thematisch aanbod. Op de Linde werken we met de methode Blink Wereld, waarbij vakken als aardrijkskunde, geschiedenis en natuur geïntegreerd worden aangeboden. De kinderen werken hierbij in thema’s waarbij naast kennisoverdracht ook het ontwikkelen van 21-eeuwse vaardigheden erg belangrijk is. De leerkracht is verantwoordelijk voor kennis-overdracht maar ontwikkelt bij de kinderen ook vaardigheden als samenwerken, creatief denken en handelen, communiceren, probleemoplossend denken en ontwerpen.
Als we kinderen meer eigenaarschap en verantwoordelijkheid voor hun eigen leerproces willen geven, moeten we kinderen bij wereldoriëntatie de gelegenheid geven eigen leervragen uit te werken. De feiten die zij leren, hangen dan samen met hun interesses en worden dus betekenisvol. Dit geeft een hoge mate van betrokkenheid waardoor de geleerde feiten veel beter onthouden worden.
De manieren waarop het thematisch onderwijs vorm wordt gegeven, zullen gevarieerd zijn. Bij de jongere kinderen kiezen we voor een betekenisvol thema, waarbinnen spel een belangrijk element is. In de hogere groepen richten we ons meer op de onderzoekende houding van de leerling. Zij gaan in een periode van zes weken aan de slag met een brede opdracht waarbinnen zij zelf vorm kunnen geven aan wat ze over een thema willen leren. De kinderen kunnen hun eigen talenten en creativiteit inzetten tijdens het werken aan de onderzoeksvragen en opdrachten.
Cognitieve vakken
In de ochtenden staan veelal de kernvakken centraal: rekenen, taal en spelling, technisch en begrijpend lezen. In de benadering van kinderen wordt rekening gehouden met de verschillen tussen kinderen zowel in persoonlijkheid als begaafdheid. Daarom kijken we naar de onderwijsbehoeften van individuele leerlingen. Kinderen leren zelfstandig voor zover ze daartoe in staat zijn en krijgen sturing van de onderwijsgevende(n) aangeboden voor zover ze daar behoefte aan hebben.
Bij zelfstandig werken nemen leerlingen geleidelijk meer verantwoordelijkheid voor hun eigen leerproces. Het zelfstandig werken biedt leerlingen inbreng bij de planning en uitvoering van leeractiviteiten. Op onze school verzorgt elke leerkracht gedifferentieerd onderwijs en wordt instructie gegeven op drie niveaus. Ook worden met regelmaat werkvormen vanuit het coöperatief leren gebruikt, werken we met betekenisvolle opdrachten en wordt er gebruik gemaakt van aantrekkelijke en zelfcorrigerende computerprogramma's.
Burgerschap
Actief burgerschap is de bereidheid en het vermogen om deel uit te maken van de Nederlandse samenleving en daaraan een actieve bijdrage te leveren. Sociale cohesie legt de nadruk op gelijkwaardigheid en gedeelde waarden ongeacht ieders achtergrond. Het gaat om leren samenleven met elkaar. Dat alle burgers deelnemen aan de maatschappij en bekend zijn met en betrokken bij uitingen van de Nederlandse cultuur in haar verscheidenheid.
In ons pedagogisch klimaat werken we met de kinderen al hard aan ‘sociale cohesie’. Hoe gaan kinderen met elkaar om, wat is er nodig om sociaal redzaam te zijn, hoe belangrijk is het dat iedereen zichzelf en ook verschillend mag zijn, krijgt in ons kindcentrum veel aandacht. Ook in ons thematisch onderwijs, met ‘Blink Wereld’ krijgen kinderen kennis en vaardigheden aangeboden en worden gestimuleerd om eigen opvattingen te ontwikkelen met een nieuws-gierige en open houding. Deze methodiek leert kinderen onderzoeken, zelf nadenken, de wereld ervaren en ontdekken. Zo kunnen ze actief hun kennis over de wereld vergroten en hun plek in de wereld vinden. Dit is ook waar het bij burgerschap om draait.
Op De Linde willen we vanaf het begin werken aan de vorming van jonge mensen met een bewustzijn voor regels, waarden en normen en samenwerking. Mensen die stevig in de wereld staan, met een goed gevoel van eigenwaarde, die respectvol en eerlijk met elkaar omgaan en op die manier een steentje bij kunnen dragen aan onze maatschappij. Die bovendien begrijpen hoe de Nederlandse rechtstaat werkt en wat er van hen verwacht wordt om in zo’n rechtstaat goed te kunnen functioneren. We gaan van waarden en normen die leerlingen in staat stellen zich te ontwikkelen tot actieve en verantwoordelijke burgers van een complexe en dynamische gemeenschap.
Ondanks het feit dat we al veel aan burgerschapsonderwijs in ons kindcentrum doen, willen we de komende jaren een visiedocument ontwikkelen waarin we onze visie hierop concretiseren en vertalen naar leerlijnen en een nog meer samenhangend aanbod.
Digitale geletterdheid
Kinderen groeien op in een digitale wereld. We vinden het belangrijk dat we hen leren hoe zij gebruik kunnen maken van digitale middelen en hoe zij deze kunnen inzetten. Ook moeten zij op de hoogte zijn van de valkuilen die de digitale wereld met zich meebrengt. We werken in ons onderwijs met leerlijnen digitale geletterdheid en bieden de kinderen de mogelijkheid om zelfstandig én met de juiste kennis en kunde de digitale wereld te verkennen. Hierbij willen we dat kinderen over vier digitale vaardigheden beschikken voordat ze de school verlaten:
- ICT-basisvaardigheden: vaardigheden voor het efficiënt gebruik van computers, tablets en mobiele apparaten. Spelenderwijs maken ze kennis met diverse programma’s en de mogelijkheden die het ze biedt.
- Informatievaardigheden: we leren kinderen de onderzoeken welke informatie relevant of betrouwbaar is en wat er nodig is om op een efficiënte manier informatie te zoeken, te selecteren en op een ethische wijze te gebruiken.
- Mediawijsheid: we laten leerlingen kennismaken met verschillende media en laten ze de verschillende functies ervan ervaren. Ze komen in aanraking met de mogelijkheden om te communiceren en samen te werken en reflecteren op het ‘eigen’ mediagebruik.
- Computional thinking: we leren kinderen hoe computers denken, probleemoplossend werken met behulp van ICT-technieken en leren ze opdrachten geven met computer-technologie.
Een speciale werkgroep houdt zich momenteel bezig met het ontwikkelen van een visiedocument en doorgaande lijn in aanbod in de hele school. Hierbij kijken we ook naar welke leerkracht-vaardigheden hierbij horen. Vanuit SKOBOS kunnen medewerkers een scan invullen om te ontdekken welke digitale vaardigheden zij nog ontberen om goed hun functie uit te oefenen. De ontwikkeling van deze vaardigheden kunnen zij dan in hun persoonlijke ontwikkelplan opnemen.
Pedagogisch klimaat
Als kinderen zich veilig en vertrouwd voelen, komen ze tot ontwikkeling. Op Kindcentrum de Linde vinden we dat heel belangrijk. Als team zijn we samen met leerlingen en ouders verantwoordelijk voor het welzijn van al onze leerlingen. Door een optimaal pedagogisch klimaat te creëren willen we dat alle kinderen met plezier naar ons Kindcentrum komen. Om dit optimale pedagogisch klimaat te realiseren zetten we verschillende middelen in.
- De gouden weken: De eerste weken van het schooljaar besteden we extra aandacht aan de groepsvorming in de verschillende groepen. Kinderen en leerkrachten nemen de tijd om elkaar goed te leren kennen. We zetten hier diverse spelvormen voor in. Samen met de kinderen worden er afspraken gemaakt over hoe we het samen spelen en werken in de groep goed en plezierig kunnen laten verlopen. Door de kinderen zelf te betrekken in die afspraken en hen te leren elkaar hier op aan te spreken creëren we een goede sfeer binnen de groep.
- Leefstijl: Binnen het onderwijs spelen sociaal-emotionele vaardigheden en normen en waarden een belangrijke rol. Met de methode Leefstijl maken we de kinderen hiervan bewust. Samen met klasgenoten en leerkrachten nemen ze deel aan activiteiten en opdrachten die het besef van ‘goed omgaan met elkaar’ versterken. Met Leefstijl bevorderen we positieve groepsrelaties. Niet alleen het individuele kind wordt sterker, maar ook de groep.
- Fides: Op de Linde werken we met de aanpak van Fides. Fides betekent vertrouwen. Fides werkt met symbolen die gekoppeld worden aan gedrag, de aanpak helpt kinderen inzichten te krijgen in hun eigen handelen. Ook helpt Fides in de groep om gedrag te bespreken. Er wordt gewerkt met praktische en zichtbare symbolen die kinderen inzicht geven in zichzelf en hun omgeving. Via sociale vaardigheden leer je jezelf (bij) te sturen. Het team leerkrachten heeft in samenwerking met Fides een aantal afspraken gemaakt over de inzet van de symbolen in ons onderwijs. Denk hierbij aan de ballon (zelfvertrouwen, goede uitstraling en houding), de domino (meeloopgedrag), 100 % (acceptatie en groei), de sleutelbos (probleem oplossen, geloof in jezelf), de rugzak (herkomst), de Matroesjka (omgaan met moeilijke situaties), Ojee-Okee (positieve omgang met anderen).
Executieve functies
Op de Linde willen we kinderen leren activiteiten te plannen en aan te sturen. We helpen kinderen starten bij een taak en het richten en volhouden van de aandacht. We maken hierbij gebruik van de methode Wijzer in Executieve Functies (WIEF). Kinderen leren hierbij na te denken voordat ze actie ondernemen, hoe reguleer ik mijn emoties bij een taak, hoe kan ik mijn werk plannen, hoe kan ik mijn aandacht vasthouden, hoe kan ik mijn tijd inschatten, verdelen en deadlines halen en hoe kan ik flexibel omgaan met veranderingen en tegenslag. Deze functies zorgen voor efficiënt, sociaal en doelgericht gedrag.