SALTO-school de Bergen

Extra ondersteuning van de leerlingen

Toelichting van de school

SALTO-school De Bergen en Korein vormen samen het Spilcentrum. Ons Spilcentrum biedt de kinderen van 0 tot 12 jaar de mogelijkheid om zich op een natuurlijke wijze te ontwikkelen van spelen naar leren. In één doorgaande lijn en vanuit een doordacht pedagogisch plan doorlopen ze het complete traject van kinderopvang, peuterspeelzaalwerk en basisonderwijs. In ons spilcentrum werken het basisonderwijs en peuterspeelzaal nauw samen. Zo ontstaat een speel- en leerklimaat dat een evenwichtige ontwikkeling van kinderen stimuleert. Eventuele achterstanden en problemen worden vroeg gesignaleerd en adequaat aangepakt. De samenwerking met alle instellingen die zich bezighouden met ouder/kindzorg, jeugdgezondheidszorg, opvoedingsondersteuning en schoolmaatschappelijk werk zorgt ervoor dat kinderen de zorg en aandacht krijgen die ze verdienen. Viermaal per jaar is er een breed spilzorgteamoverleg gepland.

De school neemt deel aan de activiteiten van het samenwerkingsverband Eindhoven (WSNS). Het samenwerkingsverband streeft ernaar door de goede samenwerking tussen regulier en speciaal basisonderwijs zoveel mogelijk kinderen zo dicht mogelijk bij huis passend onderwijs te bieden.

Voortgang en rapportage

De voortgang van het leren van de kinderen wordt nauwlettend gevolgd. Vorderingen worden vastgelegd in de registratiemap, het digitale leerlingdossier (Parnassys) en het CITO leerlingvolgsysteem (LOVS). De ontwikkeling van de kleuters wordt ook vastgelegd in het observatie- en registratiesysteem KIJK!. De leerlingen krijgen pas een rapport als ze langer dan een half jaar naar school gaan. De rapporten voor de kleuters geven een ontwikkelingsstadium van de kinderen aan en zijn niet bedoeld om prestatiegerichte informatie te geven. Deze verzameling van gegevens geeft een duidelijk beeld van de ontwikkeling van de betreffende leerling op een bepaald vakgebied.  

Leerlingen krijgen drie keer per jaar, eind november, medio maart en aan het einde van het schooljaar een rapport. De leerkracht bespreekt het rapport van november en maart met de ouders. Bij het laatste rapport vindt er alleen een gesprek plaats op verzoek van ouders of leerkracht. Mocht er tussentijds aanleiding zijn of wilt u anderszins op de hoogte gebracht worden, dan kunt u altijd contact opnemen met de groepsleerkracht.  

De gegevens van de leerling worden bijgehouden in het leerlingendossier en zijn strikt vertrouwelijk. De ouders kunnen inzage krijgen in het leerlingendossier van hun eigen kind(eren). Op SALTO-school De Bergen worden de volgende middelen gebruikt om de leerprestaties van de kinderen te volgen:

- KIJK! kindvolgsysteem 0 tot 7 jaar

- Het CITO leerlingvolgsysteem voor de groepen 3 t/m 8

- Methodegebonden toetsen

De toetsen van het CITO worden volgens de toetskalender van het CITO afgenomen. Minimaal 3x per schooljaar vindt er een gesprek plaats tussen IB-er en groepsleerkracht om de kinderen van de groep te bespreken. De eerste bespreking vindt in het begin van het schooljaar plaats en de andere twee na de toetsrondes van CITO. Als er meerdere contacten nodig zijn, worden er afspraken gemaakt met de individuele leerkracht.  

Indien nodig wordt een individuele leerling met de orthopedagoog van SALTO besproken. Er zijn 6 momenten per jaar waarop dit kan. Na de eerste toetsronde van CITO worden de uitslagen in het zorgteam besproken (directie en IB-er) en worden er analyses gemaakt.

Breed SPIL overleg

Onze school werkt samen met de GGD Brabant-Zuidoost, team Jeugdgezondheidszorg. Dit team bestaat uit een jeugdarts, jeugdverpleegkundige, assistente, psycholoog en een preventiemedewerker.

Tijdens de basisschoolperiode komen u en uw kind in groep 2 en in groep 7 in contact met de medewerkers van het team Jeugdgezondheidszorg (JGZ). Het team Jeugdgezondheidszorg besteedt aandacht aan de lichamelijke, psychische en sociale ontwikkeling van uw kind. Afhankelijk van de leeftijd en ontwikkelingsfase ligt de nadruk steeds op andere gezondheidsaspecten, zoals groei, motoriek, leefstijl, spraak en taal, maar ook schoolverzuim en gedrag. Bij een onderzoek door team JGZ worden de resultaten altijd na afloop met u en/of uw kind besproken, zo nodig aangevuld met advies. De ouders zijn bij een onderzoek aanwezig. Betrouwbare en actuele informatie over opgroeien en opvoeden vindt u op de website www.informatiediehelpt.nl

Iedere ouder, verzorger of begeleider heeft wel eens vragen over de gezondheid of ontwikkeling van zijn of haar kind. Denk bijvoorbeeld aan groei- of gehoorproblemen, slaap- en eetproblemen, moeilijk gedrag of vragen over de opvoeding. Alle ouders, leerlingen, maar ook de school kunnen met dit soort vragen altijd terecht bij medewerkers van de Jeugdgezondheidszorg. Het kan ook zijn dat u vragen heeft over de opvoeding van uw kind. Dan kunt u terecht bij een medewerkster van Wij-Eindhoven. U kunt de contactgegevens opvragen bij de intern begeleider Als de leerkracht of intern begeleider een gesprek of onderzoek aanvraagt, is uiteraard de toestemming van de ouders nodig. Afhankelijk van de vraag of het probleem, bekijkt de Jeugd en gezinswerker of verder advies of onderzoek nodig is en door wie.

Zorg voor leerlingen met specifieke behoeften

Wij als leerkrachten van De Bergen willen de kinderen zo goed mogelijk begeleiden tijdens hun schooljaren. Het gaat over een zo breed mogelijke vorm van goed onderwijs voor in principe elk kind.  

Als de geboden zorg niet het verwachte resultaat oplevert, wordt expertise ingewonnen via externen en/of het expertisecentrum van SALTO. Zo nodig kan de school gereserveerde zware ondersteuningsmiddelen aanvragen en vervolgens inzetten. Dit gebeurt altijd in overleg met ouders.

Samenwerkingsverband en passend onderwijs 

Alle speciale en reguliere basisscholen uit Eindhoven, Best en Son & Breugel horen bij het samenwerkingsverband Eindhoven e.o., zie www.po-eindhoven.nl. De gezamenlijke opdracht is om aan alle kinderen uit deze gebieden op de voor hen meest passende plaats onderwijs te bieden. Het liefst zo thuis nabij mogelijk.

Als u uw kind schriftelijk aanmeldt op de school, onderzoeken wij of onze school de meest passende onderwijsplek is voor uw kind. Dat doen wij door met u te praten over de kenmerken en de behoeften van uw kind. Ook vragen wij informatie op bij de kinderopvang of bij de huidige school waar uw kind op zit.

Vanaf het moment dat uw kind op school zit, zijn wij ervoor verantwoordelijk om het onderwijs zoveel als mogelijk aan te laten sluiten bij de onderwijsbehoeften van uw kind. Dat doen wij vanuit een stevige basisondersteuning. Enkele kinderen hebben behoefte aan meer ondersteuning.

Iedere basisschool stelt een schoolondersteuningsprofiel (SOP) op. Hierin staat beschreven hoe de school Passend Onderwijs invult, binnen haar onderwijs. Hierin geeft de school aan waar haar grenzen liggen en welke ambities er zijn om zoveel mogelijk leerlingen goed onderwijs te bieden. Dit SOP levert een bijdrage aan de omslag van het denken in kind kenmerken, naar het denken in onderwijsbehoeften. Het geeft verheldering in hoeverre de onderwijsbehoefte van een leerling past bij de mogelijkheden van de school. Op basis van het profiel kan uitgelegd worden wat de school wel of niet voor kinderen kan betekenen.   

Als ouders hun kind aanmelden bij de school, dient het ondersteuningsprofiel als basis voor de afweging of een school de onderwijsondersteuning kan bieden waaraan het kind behoefte heeft. In ons SOP beschreven wij het groepsdynamisch onderwijs (GDO) en het IPC als onderscheidende onderdelen in ons aanbod. Daarnaast bieden we een taalklas voor leerlingen die nog geen of weinig Nederlands spreken, Engels vanaf de middenbouw en hebben alle leerkrachten de mogelijkheden zich te scholen op eigen initiatief in bepaalde specifieke onderwijsbehoeften van leerlingen, middels E-wise, een platform met e-learnings.

Het hele schoolondersteuningsprofiel staat op de website van onze school.

Soms blijkt dat de school niet aan de onderwijsbehoeften van een kind kan voldoen. In dit geval gaan we met de verzorgers/ouders het gesprek aan. Samen met u onderzoeken we welke school beter bij uw kind aansluit. Daarbij kijken we niet alleen naar speciale (basis)scholen, maar ook naar de mogelijkheden van andere basisscholen. Tijdens de zoektocht naar de meest passende school kunnen we advies vragen aan externen zoals de SALTO-expertisedienst of de coördinator passend onderwijs van SALTO.

U kan zelf ook advies vragen aan de coördinator passend onderwijs van SALTO. De coördinator passend onderwijs is te bereiken via de contactgegevens van SALTO. Als een kind overstapt naar een school voor speciaal (basis)onderwijs wordt een vaste procedure gevolgd. Alle stappen die hiervoor noodzakelijk zijn, bespreken wij met u, zodat de overstap naar de speciale school zo soepel mogelijk gaat. Vorig schooljaar zijn er geen leerlingen van onze school overgestapt naar het speciaal (basis)onderwijs.

Begeleiding en overgang primair onderwijs (PO) naar voortgezet onderwijs (VO)

De overgang van onze leerlingen naar het voortgezet onderwijs willen we zo goed mogelijk begeleiden. Vandaar dat we werken volgens een vaste procedure. 

Voorlichting aan ouders: de overgang van basisschool groepen 7 en 8 naar voortgezet onderwijs:

- Algemene ouderavond: Tijdens de algemene ouderavond in het begin van het schooljaar ontvangen de ouders van groepen 7 en 8 extra informatie over de procedure PO/VO

- Tien-minuten-gesprekken: Middels deze gesprekken hebben ouders de mogelijkheid met de leerkracht te spreken over de prestaties van hun kind en welke mogelijkheden er voor hun kind zijn weggelegd in het voortgezet onderwijs. In groep 7 vindt het “niveaubepalingsgesprek” plaats.

In groep 7:

Het verzamelen van gegevens:

- In groep 7 wordt de Adaptieve Digitale Intelligentie Test (ADIT) afgenomen. Dit instrument brengt de capaciteiten van de leerling in kaart. Het onderzoek is groepsgewijs en wordt op school afgenomen. Onderdeel van de ADIT is een vragenlijst naar de opvattingen en houding van de leerling die van belang zijn voor het onderwijsleerproces (werkhouding, welbevinden en zelfbeeld). Voorafgaand aan het onderzoek ontvangen alle ouders de informatie over de toets en een toestemmingsformulier. Alleen met schriftelijke toestemming van de ouders doet een leerling mee met dit onderzoek. De uitslag wordt doorgesproken met de leerkracht, intern begeleider en directeur. Daar waar nodig gebeurt dit met ondersteuning van de orthopedagoog van SALTO.

- De schoolvorderingen worden gemeten met methodetoetsen en citotoetsen.

- De leerkracht verzamelt alle methode gebonden toetsen, citotoetsen en info vanuit voorgaande rapportages gemaakt vanaf groep 6

-  De leerkracht geeft een persoonlijke beoordeling van de leerling en houdt hierbij rekening met: didactische vorderingen, inzet, werkhouding, zelfstandigheid, sociaal emotionele ontwikkeling, etc.

Door het gebruik van meerdere meetinstrumenten en diverse meetmomenten kan verwacht worden van de leerkracht dat hij/zij een betere niveaubepaling kan afgeven aan de kinderen en hun ouders.

In groep 8:

Op basis van alle verzamelde gegevens (genoemd bij groep 7) en de gegevens van het LOVS en de rapportages in groep 8 wordt voor 1 maart een definitief schooladvies voortgezet onderwijs gegeven. Deze datum is wettelijk vastgelegd.

Heroverweging advies:

Een school is verplicht het advies van de leerling te heroverwegen als de leerling een hogere adviseringsuitslag heeft behaald op de eindtoets. Alle eindtoetsen geven namelijk een aanduiding van het advies. Heroverweging van het advies betekent echter niet dat het advies altijd aangepast moet worden. Een heroverweging maken wij zeer bewust. De overwegingen leggen wij vast in het schooladministratiesysteem (Parnassys), zodat deze verantwoord kan worden indien ernaar wordt gevraagd. Ouders zijn bij de heroverweging betrokken. In een op overeenstemming gericht overleg wordt besloten of het advies naar boven wordt bijgesteld.

Protocol doubleren

De Bergen werkt met een protocol zittenblijven. In dit protocol staat beschreven hoe we te werk gaan als we een doublure overwegen. Dit protocol ligt bij de directie ter inzage.

Dyslexie

De school draagt zorg voor een adequate aanpak bij problemen in de ontwikkeling van het lezen. De school werkt volgens het protocol dyslexie. Wanneer ouders en/of school een dyslexieonderzoek wenselijk vinden wordt de volgende werkwijze gevolgd:

- School signaleert problemen bij de leerling op het gebied van lezen en/of spellen.

- School onderneemt de benodigde acties om de lees- en spellingontwikkeling van de leerling op niveau te krijgen en bespreekt acties met ouders.

- School bouwt een leesdossier op dat voldoet aan de eisen voor het aanvragen van een onderzoek naar Ernstige Enkelvoudige Dyslexie (EED) en levert dat aan bij ouders met het advies om een gecontracteerde aanbieder van dyslexiezorg te benaderen

- Ouders kiezen een aanbieder van dyslexiezorg en gaan hier met het leesdossier naar toe.

- De aanbieder van dyslexiezorg screent op volledigheid van het dossier

- Indien volledig, dan stuurt de aanbieder een verzoek tot toewijzing voor onderzoek en behandeling naar de betreffende gemeente

- De gemeente stuurt de goedkeuring voor de zorg naar de aanbieder

Wanneer bij de leerling EED is vastgesteld, kan de school verschillende hulpmiddelen inzetten. Welke compenserende en dispenserende maatregelen noodzakelijk zijn, hangt af van de problemen die het kind heeft. Dit zal vrijwel altijd in overleg met een deskundige worden uitgezocht.

De school heeft de mogelijkheid het computerprogramma Claroread in te zetten voor individuele leerlingen. Dit is een programma dat o.a. een voorleesfunctie heeft.

Toekomstig aanbod aan extra ondersteuning

Zoals beschreven in ons schoolondersteuningsprofiel (SOP) bieden wij sinds het schooljaar 2021-2022 een taalklas aan op school voor leerlingen die nog geen of weinig Nederlands spreken. Zij volgen hier enkele uren per dag / per week, afhankelijk van de behoefte, les van een gespecialiseerde leerkracht, om op deze manier snel aansluiting te hebben bij de lessen in hun eigen groep.

Download het ondersteuningsprofiel