Bron: <b>DUO</b><br />Vergelijkbare instellingen: <b>alle instellingen in het basisonderwijs met een vergelijkbare schoolweging en leerlingenaantal</b><br /> <a href="https://encyclopedie.vensters.nl/indicator_po/3418f8d2-188d-490e-88d6-436f8aba8b8a" class="button button-link" target="_blank"><i class="fas fa-external-link-square-alt"></i> Achtergrondinformatie</a>">Bron
Vanuit een vaste basisgroep/jaargroep waarin de dag begonnen en afgesloten wordt, krijgen de kinderen instructie van hun leerkracht en werken ze zelfstandig aan hun verwerkingsopdrachten onder begeleiding van een leerkracht en/of een onderwijsassistent.
De pedagogische en didactische kenmerken van ons onderwijs zijn:
- Bewuste start van de dag, met aandacht voor elkaar.
- Veel aandacht voor de basisvaardigheden: taal, lezen, rekenen en burgerschap.
- Effectieve instructie en aanbod van de leerstof, afgestemd op het niveau van het kind.
- De leerlingen leren zelfstandig werken van dag- naar weektaak met een taakbrief.
- Er is ruimte voor samenwerkend leren.
- Er is aandacht voor bewegend leren.
- De leerkracht begeleidt en organiseert het leren als instructeur, stimulator, ondersteuner en coach.
- Er wordt lesgegeven met behulp van het digibord en/of touchscreen, Chromebook, moderne methodes, moderne software en een variatie aan werkvormen.
- Een uitdagende leeromgeving.
- Voor leerlingen die zich sneller ontwikkelen is er een extra aanbod en begeleiding.
- Leerlingen die zich langzamer ontwikkelen, krijgen extra ondersteuning.
- Er zijn lespleinen, waar leerlingen een werkplek mogen zoeken en kunnen samenwerken.
- Er zijn stilte werkplekken, waar leerlingen in stilte kunnen werken.
Het jonge kind in groep 1 en 2
De jongste kinderen op school, in groep 1 en 2, leren spelenderwijs. Door een kindvriendelijke omgeving te creëren en door de aanwezigheid van veelzijdig materiaal in verschillende hoeken in het lokaal, wordt het kind uitgedaagd om van alles te gaan ondernemen en te ontdekken. Tijdens het werken met ontwikkelingsmateriaal worden ontwikkelingsgebieden gestimuleerd, zoals de (fijne) motoriek, de zintuigen en de cognitieve ontwikkeling.
Tijdens de werkles wordt er doelgericht gewerkt in thema’s, waarbij de belevingswereld van het kind uitgangspunt is. Hierbij worden diverse technieken aangeleerd, zoals knippen, plakken, vouwen, prikken e.d. Tevens wordt aan ‘ontluikende geletterdheid’(taal) en ‘ontluikende gecijferdheid’ (rekenen) gewerkt. Dit zorgt ervoor dat kleuters op een speelse manier kennis vergaren die zij in de volgende groepen nodig hebben om de leerstof te begrijpen.
Gelukkig verloopt de ontwikkeling van de meeste kinderen voorspoedig, maar soms is er extra hulp en aandacht nodig. Het is daarom erg belangrijk dat ouders, ketenpartners (zoals peuterspeelzalen en kinderopvang), de Jeugdgezondheidszorg en het Sociaal Wijkteam (inclusief het team ’Integrale Vroeghulp’) samenwerken rondom het opgroeien, opvoeden en onderwijzen van het jonge kind. Zo willen wij als één team werken aan de ontwikkeling van kinderen, zodat er een sluitend aanbod ontstaat waardoor kinderen zich optimaal kunnen ontwikkelen naar hun mogelijkheden en eventuele belemmeringen in de ontwikkeling op tijd onderkend worden.
Het is mogelijk dat de school extra aanbod organiseert voor het jonge kind. Die extra aandacht is bijvoorbeeld beschikbaar in samenwerking met de peuterspeelzaal, het kinderdagverblijf of in de groepen 1 en 2 van de basisschool. Het doel is om te zorgen voor een goede start op de basisschool.