School voor Speciaal Basisonderwijs De Triade

Andries Veenstrastraat 27 8471 AW Wolvega

Schoolfoto van School voor Speciaal Basisonderwijs De Triade

Resultaten eindtoets

Toelichting van de school

Sinds het schooljaar '19/'20 moet de verplichte eindtoets ook afgenomen worden in het Speciaal Onderwijs en Speciaal Basisonderwijs. Met de eindtoets kunnen de leerlingen laten zien wat ze hebben geleerd op de basisschool. De leerkracht geeft advies voor het onderwijsniveau in het voortgezet onderwijs. Als de leerling op de eindtoets hoger scoort dan het advies, dan moet de leerkracht het advies heroverwegen. In het schooljaar 2019-2020 is de verplichte eindtoets niet afgenomen door de schoolsluiting in verband met Covid-19. Vorig schooljaar is de verplichte eindtoets voor het eerst afgenomen. Er is gekozen voor Route-8. Er hebben geen bijstellingen van de adviezen plaatsgevonden.

Hoe gebruikt deze school tussentijdse toetsen?

Toelichting van de school

Het volgen en sturen van onze leerlingen.

De ondersteuningscyclus.

Het schooljaar is verdeeld in vier periodes van ongeveer tien weken. De leerkracht werkt in de groep volgens een handelingsgerichte aanpak. De aanpak is als volgt opgebouwd:

  • Waarnemen: De leerkracht verzamelt gegevens over de leerlingen. Het gaat hier om observaties, toetsen, gesprekken met ouders en de leerling. Alle gegevens worden verzameld in een groepsoverzicht.
  • Begrijpen: De leerkracht analyseert de gegevens en bekijkt aan de hand hiervan aan welke doelen de leerling de komende periode gaat werken en wat de leerling nodig heeft om ze te bereiken.
  • Plannen: De leerkracht gaat kijken welke leerlingen dezelfde onderwijsbehoeften hebben en maakt een plan voor de komende periode.
  • Realiseren: In deze periode wordt er gewerkt aan het halen van de gestelde doelen. De leerkracht gebruikt deze periode om nieuwe gegevens te verzamelen over de leerling, die weer gebruikt gaan worden bij de volgende zorgperiode.
  • Evalueren: Na een zorgperiode wordt gekeken of de doelen gehaald zijn. De onderwijsbehoeften van de leerling worden geëvalueerd en eventueel bijgesteld.

In januari en juni wordt het uitstroomperspectief van de leerling geëvalueerd. Na elke periode vindt er een gesprek met ouders, leerkracht en eventueel leerling plaats. De afgelopen periode wordt geëvalueerd en doelen voor de komende periode worden besproken.

Het leerlingendossier.

Elke leerling beschikt over een dossier. Hierin staan onder meer: persoonsgegevens, notities over besprekingen van het kind, van de gesprekken met ouders en verzorgers, van onderzoeken, toets- en rapportgegevens. Het dossier is strikt vertrouwelijk en ligt achter slot en grendel. U kunt als ouder het dossier in zien. Praktisch betekent dit dat u een afspraak moet maken met de directeur om het dossier te bekijken. Het kan zijn dat wij gegevens uit het dossier aan anderen willen of moeten laten zien. Hiervoor hebben wij altijd toestemming van gezaghebbende ouders en verzorgers nodig.

Toetsing.

Tijdens het schooljaar worden de toetsen die bij de methodes horen afgenomen. Aan de hand van de resultaten maken leerkrachten direct keuzes in het onderwijsaanbod om goede resultaten te behalen.

Op vaste tijdstippen nemen we methode-onafhankelijke CITO-toetsen af. De resultaten van deze toetsen maken een vergelijking met het landelijk gemiddelde en geven ons een redelijk objectief beeld van de leerprestaties van de leerling. Verder is het resultaat van de toetsen en testen van belang voor het eventueel geven van extra ondersteuning. Het resultaat van de toetsen wordt bijgehouden in het leerlingvolgsysteem. De individuele resultaten worden door de intern begeleider en groepsleerkracht besproken. Daarna worden de uitkomsten besproken met ouders en leerlingen tijdens de oudergesprekken. De uitkomsten worden tevens gebruikt om het effect van het gegeven onderwijs te evalueren. De uitkomsten worden tijdens de oudergesprekken met de ouders en, indien mogelijk, de kinderen besproken.

Interne en externe ondersteuning.

Als een leerkracht moeite heeft met het vinden van een oplossing is er zowel intern als extern ondersteuning te vragen. Binnen de school is de eerste persoon hiervoor de intern begeleider.

De leerkracht en intern begeleider kunnen de logopediste en kinderoefentherapeut, een orthopedagoog, een gedragsdeskundige, de maatschappelijk werkende en de schoolarts inschakelen waar dat nodig is. 

Mochten de vragen meer specialistisch van aard zijn, dan wordt in overleg met ouders externe ondersteuning gezocht. Te denken valt aan ondersteuning vanuit de expertisecentra en hulpverleningsinstanties. Ook kan de expertise van Veilig Thuis en de leerplichtambtenaar worden ingezet. Het Gebiedsteam van de gemeente is hierin een belangrijke schakel.

Terugplaatsing naar de basisschool.

Tijdens de halfjaarlijkse evaluatie wordt door de leerkrachten gekeken of er kansen zijn om een leerling terug te plaatsen in het reguliere basisonderwijs. De besluitvorming hierover vindt zeer zorgvuldig plaats na intensief overleg met ouders, leerling, intern begeleider en de commissie van begeleiding. In overleg met het MDO van de Stipe wordt gekeken welke school een passend aanbod voor de leerling kan bieden. Daarna zal een plan gemaakt worden om de overstap naar het reguliere basisonderwijs succesvol te laten zijn.

Schoolverlaters, het laatste jaar.

Het is van belang dat het maken van een keuze voor een school voor voortgezet onderwijs goed begeleid wordt. De school moet aansluiten bij de mogelijkheden, talenten, interesses en specifieke onderwijsbehoeften van de leerling.

In het voorlaatste leerjaar wordt expliciet stilgestaan bij de overgang naar het voortgezet onderwijs. Er wordt bijvoorbeeld kritisch gekeken naar het uitstroomperspectief van de leerling, leerlingen die in aanmerking komen voor de schakelklas worden geclusterd en er wordt gestart met het invullen van het onderwijskundig rapport.

Het laatste schooljaar staat in het teken van het kiezen van een school, het voorbereiden van de leerlingen op de nieuwe situatie en de overdracht naar de nieuwe school.

Aan de hand van de toets resultaten, leerling kenmerken en speciale onderwijsbehoeften geeft de school een advies ten aanzien van de schoolkeuze. De resultaten van de eindtoets en het advies worden besproken met ouders en leerlingen. Daarna melden de ouders hun kind aan bij de school van hun keuze.

Welk schooladvies kregen de leerlingen van deze school?

Toelichting van de school

In het ontwikkelingsperspectief van de leerlingen staat het uitstroomperspectief benoemd. Tijdens de tussenevaluaties in januari en juni wordt steeds gekeken of de leerling ontwikkelt naar dat perspectief. In groep 7 wordt gekeken of er nog specifieke interventies nodig zijn om het uitstroomperspectief te kunnen bereiken. In groep 8 vindt de uiteindelijke advisering plaats. Dit schooljaar wordt de Doorstroomtoets voor het eerst gebruikt. Daarom hebben we de stappen om te komen tot een advies herzien:

  • Tussen 1 oktober en 15 november: aanmelden doorstroomtoets
  • Week van 20 november en 27 november: LIB-toetsen groep 8 
  • Week 15 januari: voorlopig adviesgesprekken ouders groep 8 
  • Week 5 februari: maken doorstroomtoets 
  • Week 18 maart: definitieve schooladviesgesprekken 
  • Tussen 25 maart en 31 maart: aanmelden VO 
Weergave Schooladvies

Bron

Zitten de oud-leerlingen van deze school in het voortgezet onderwijs boven, op of onder hun schooladvies?

In groep 8 krijgt elke leerling van de basisschool een advies voor het voortgezet onderwijs dat past bij het niveau van deze leerling. De leerling stroomt vervolgens door naar het voortgezet onderwijs. In het derde jaar wordt gekeken welk niveau de leerling werkelijk heeft vergeleken met het niveau van het schooladvies. Dit wordt vertaald naar drie categorieën: boven, op en onder advies. Bijvoorbeeld: een leerling met schooladvies vmbo-b die in het derde jaar op het vmbo-k zit, zit boven advies. En een leerling met schooladvies havo/vwo die in het derde jaar op het havo zit, zit op advies. Wanneer deze leerling in het derde schooljaar op het vwo zit, zit hij/zij boven advies.
In het derde jaar

Bron

Wat zegt de inspectie over de school?

De Inspectie van het Onderwijs onderzoekt minimaal één keer in de vier jaar het bestuur van een school. De inspectie kijkt dan of de kwaliteitszorg, de onderwijskwaliteit en de financiële zaken bij het schoolbestuur op orde zijn. Daarnaast bezoekt de inspectie een aantal scholen die bij het schoolbestuur horen en onderzoekt deze scholen nader. De gegevens van het laatste onderzoek van de inspectie zijn beschikbaar op de website van de onderwijsinspectie.

Terug naar boven