Bron: <b>DUO</b><br />Vergelijkbare instellingen: <b>alle instellingen in het basisonderwijs met een vergelijkbare schoolweging en leerlingenaantal</b><br /> <a href="https://encyclopedie.vensters.nl/indicator_po/3418f8d2-188d-490e-88d6-436f8aba8b8a" class="button button-link" target="_blank"><i class="fas fa-external-link-square-alt"></i> Achtergrondinformatie</a>">Bron
Wij zijn een school met 37 leerlingen. We werken met een groep 1-2, een groep 3-4-5 en een groep 6-7-8. Doordat kinderen van verschillende leerjaren bij elkaar zitten, kunnen ze elkaar helpen en kunnen ze leren van elkaar. De rol in de klas verandert van jongste naar oudste; ieder met zijn eigen verantwoordelijkheden. Passend onderwijs is in een combinatieklas vanzelfsprekend, omdat er materialen en hulpmiddelen van verschillende leerjaren aanwezig zijn. Binnen ons onderwijs krijgen de kinderen steeds meer eigenaarschap t.o.v. hun leren en werken we met weekplannen. Bij het projectmatig onderwijs zijn er naast de verplichte lesstof veel mogelijkheden tot keuze en onderzoek. De weekopening starten we met de hele school. Ook feesten vieren we gezamenlijk. We werken met drie klassen, maar zijn samen een school!
In groep 1-2 werken de leerlingen aan hun ontwikkelingsdoelen via thema's. Er is aanbod in voorbereidend lezen en rekenen. Wij werken kindgericht en sluiten aan bij de belevingswereld van kinderen. De acht intelligenties spelen hierbij een rol. Via bewegen, ontdekken, doen, muziek, taalactiviteiten, rekenactiviteiten, natuur, samen en alleen spelen en leren, ontdekken de kinderen de wereld om hen heen. Ze leren deze steeds beter te begrijpen. Daarnaast is er ruimte voor spelen in de hoeken en spelen buiten. Want... jonge kinderen leren door te spelen.
Elke ochtend en middag beginnen en eindigen we met gebed of een gebedslied. 's Maandags is er een gezamenlijke weekopening. Het Bijbels thema wordt met de hele school geïntroduceerd. Bij de start van de dag is er een Bijbelverhaal, een lied en/of een verwerking.
Er is twee maal per week bewegingsonderwijs. Groep 1-2 gebruikt hiervoor het dorpshuis.
De leerlingen krijgen spelenderwijs Engels aangeboden.
Er is veel aandacht voor het sociaal-emotioneel leren.
Elke ochtend en middag beginnen en eindigen we met gebed of een gebedslied. 's Maandags is er een gezamenlijke weekopening. Het Bijbelse thema wordt met de hele school geïntroduceerd. Bij de start van de andere dagen is er een Bijbelverhaal, een lied en/of een verwerking.
Wij besteden relatief veel tijd aan rekenen, taal en lezen. Deze vakken worden vaak in de ochtend gegeven.
Er is twee maal per week bewegingsonderwijs. Groep 1-2 gebruikt hiervoor het dorpshuis. Groep 3 t/m 8 gaat tweemaal per week met een bus naar de gymzaal in Sint Philipsland.
Wereldoriëntatie bieden wij in projecten aan volgens het concept van VierKeerWijzer. Aan de hand van leervragen (gestuurd door de leerkracht), eigen onderzoeksvragen en ontdekkaarten vanuit verschillende intelligenties zoeken en krijgen de leerlingen informatie. Hierbij kunnen ze aansluiten bij hun eigen talent, interesse en intelligentie. Het ontdekte en geleerde presenteren de leerlingen aan elkaar. Dit is zeer boeiend onderwijs met zelfverantwoordelijkheid voor het leren; de kinderen zijn hier erg enthousiast over.
Engels geven we van groep 1 t/m 8.
Daarnaast is er aandacht voor de sociaal-emotionele ontwikkeling, burgerschap en sociale media en seksuele vorming.
Culturele vorming zit in muziek, tekenen en handvaardigheid. Binnen de projecten is er veel ruimte voor creatieve uitingen d.m.v. de verschillende keuzekaarten. Ook zijn er per klas elk schooljaar diverse culturele workshops of uitjes. Wij maken hierbij gebruik van het aanbod van het Kunst en Cultuur Educatie Oosterschelde (KCE).
Vanaf groep 3 werken de kinderen met een weekplan. Wij stimuleren zelfstandigheid en zelfverantwoordelijkheid voor het leren. De verplichte opdrachten op het weekplan moet in die week gemaakt worden. De taken die zelfstandig gemaakt worden mogen in die week op een door de leerling gekozen moment gedaan worden. Dit geeft keuze vrijheid (autonomie), een gevoel van competentie (ik kan dit!). Op het weekplan staan ook een aantal keuzeopdrachten die aansluiten bij eigen interesse.
a. Mogelijkheden
De school staat open voor kinderen met specifieke ondersteuningsbehoeften, waarbij de behoefte van kinderen centraal staat en vervolgens de vraag wordt gesteld wat de school kan bieden.
b. Grenzen
De school bekijkt per leerling welke mogelijkheden men ziet om uw kind te kunnen bieden wat het nodig heeft. Dit is mede afhankelijk van de individuele onderwijsbehoeften, de samenstelling en grootte van de groep en de mogelijkheden van de leerkracht op dat moment.
Wij werken samen met het Samenwerkingsverband Kind-op-1. Zo nodig komen er Ambulante Begeleiders op school om de leerkracht en de IB-er te ondersteunen met specifieke adviezen aangaande de specifieke onderwijsbehoeften en kindkenmerken van een leerling. Wij hebben ook ondersteuning van de schoolbegeleidingsdienst aangaande ondersteuningsvragen.
Toekomstig aanbod aan extra ondersteuning
Onze school staat bekend om de vele mogelijkheden die we kunnen bieden aan uw kind. Indien er naast de basisondersteuning extra ondersteuning nodig is, bespreken we dit met de leerkracht, de intern begeleider en u. U kent uw kind het beste en samen zoeken we een manier om verder te gaan en te bespreken wat mogelijk is bij ons. Soms blijkt dat de geboden ondersteuning niet meer genoeg is voor uw kind. Ook dan gaan we samen in gesprek om de vervolgstappen te bespreken. Eerlijkheid en openheid naar elkaar toe is in het belang van uw kind. Wat heeft hij/zij nodig om te ontwikkelen en voor een goed welzijn? Dat zijn vragen die we elkaar blijven stellen en die we met elkaar blijven beantwoorden. Want het gaat om uw kind. Uw kind is uniek en zijn/haar welzijn staat voorop!
Wij werken voor het programma jonge kind samen met de kerngroep Sint Philipsland. Er is jaarlijks een bijeenkomst met de leerkrachten groep 1-2, de leidsters van de BSO en de peuterspeelzaal. Hier sluit een begeleidster van de schoolbeleidingsdienst en zo mogelijk de jeugdverpleegkundige bij aan. ook de directeur is hierbij aanwezig. We bespreken de ontwikkelingen op het gebied van VVE. Er is een gezamenlijk borgingsdocument dat jaarlijks bijgesteld wordt. Een keer per jaar is er ook een gezamenlijke activiteit: het lentepad of het herfstpad.
Wij sluiten met ons onderwijs aan bij de onderwijsbehoeften en kindkenmerken van de jonge leerlingen. De lijntjes zijn kort in het belang van het kind. Zo is een doorgaande ontwikkeling mogelijk van voorschool naar vroegschool.