IBS Aïsha

Heulberg 1 4708 HL Roosendaal

Schoolfoto van IBS Aïsha

Het team

Toelichting van de school

Er is momenteel een vacature vakleerkracht bewegingsonderwijs. 

Vakleerkrachten op deze school

Hoe wordt vervanging geregeld?

Vervanging proberen wij in eerste instantie door middel van een tijdelijke leerkracht aan te nemen. Mocht dit niet lukken dan zoeken wij naar geschikte kandidaten via detacheringbureaus. 

Bij ziekte van leerkrachten en geen tijdige vervanging, verdelen wij de groep van de leerkracht over de andere klassen. Bij extreem veel uitval van leerkrachten kan het voorkomen dat wij aan ouders vragen om de kinderen een dag thuis te houden. 

Wij streven er naar dat alle kinderen elke dag les krijgen van een bevoegd leerkracht. De praktijk leert ons dat dit niet altijd mogelijk is. In dat geval komt het voor dat een onderwijsassistent of leerkrachtondersteuner les geeft, onder verantwoordelijkheid van ene bevoegde leerkracht.

Directie van de school

Medewerkers op deze school (instellingsniveau)

Hoe is de verdeling mannen en vrouwen?

Bron

Wat is de leeftijd van de teamleden?

Bron

Hoe zijn de teamleden verdeeld over de verschillende functiegroepen?

Bron

Hoe zijn de leerlingen gegroepeerd?

Het onderwijs kan op verschillende manieren georganiseerd worden. De school kiest zelf hoe leerlingen worden gegroepeerd en wat de invulling is van de beschikbare onderwijstijd. Soms zijn er op de school extra middelen die helpen bij het organiseren van het onderwijs.

Klasindeling

  • Leerstofjaarklassen

Hoe wordt de tijd op school besteed?

Leerjaar 1 en 2

Toelichting van de school

Doelen

De leerlijn Jonge kind bestaan uit vijf leergebieden: Spel, Motoriek, Taal, Rekenen en Sociaal-emotioneel. Deze aparte module binnen het leerlingvolgsysteem Parnassys gebruiken wij om het onderwijsaanbod te plannen en te evalueren, maar ook om de ontwikkeling van de leerlingen vast te leggen en te volgen. De leerlijn is gebaseerd op de SLO doelen (http://jongekind.slo.nl/)  

Leer- en ontwikkelingslijnen jonge kind (4-7 jaar)

Spel

Spel is het begin van leren, het helpt jonge kinderen hun kennis over de wereld en hun handelingsmogelijkheden uit te breiden. Het spel heeft waarde voor de emotionele ontwikkeling, sociale ontwikkeling en de intellectuele ontwikkeling. De leerlijn spel heeft de ontwikkeling beschreven met de fases manipulerend spel, eenvoudig rollenspel, gezamenlijk thematisch rollenspel en regelspel. Omdat vaardigheden voor alle leergebieden zoveel mogelijk worden aangeboden in spelsituaties, is het meestal niet nodig om apart aan speldoelen te werken.  

Motoriek

De leerlijn motoriek is opgedeeld in twee vakgebieden, de grove en de fijne motoriek. Bij de grove motoriek wordt gekeken naar de lichamelijke ontwikkeling. Jonge kinderen zullen daarbij verschillende onderdelen moeten ontwikkelen, zoals springen, gooien en vangen, klimmen en klauteren, rollen, balanceren en tikspelen. Bij de fijne motoriek wordt gekeken naar de ontwikkeling van tekenen en kleuren dat leidt tot de voorbereidende schrijfhandelingen. De fijne motoriek bevat ook doelen, zoals kralenrijgen en sluitingen open en dichtdoen.  

Taal

De ontwikkeling van een goede taalvaardigheid en het hebben van een grote woordenschat is van groot belang. Deze vaardigheden hebben de kinderen nodig voor het leren lezen en het begrijpen van wat we lezen. Bij jonge kinderen is daarom belangrijk dat zij veel en actief in aanraking komen met woorden. De leerlijn taal is opgedeeld in twee vakgebieden, beginnende geletterdheid en interactief taalgebruik. Bij beginnende geletterdheid ontwikkelen kinderen de vaardigheden die nodig zijn voor het leren lezen, zoals klanken herkennen en benoemen, verhalen vertellen in de juiste volgorde, rijmen, etc. Bij interactief taalgebruik ontwikkelen de kinderen een grote woordenschat, het vloeibaar en verstaanbaar vertellen, het luisteren, het voeren van een gesprekje, het uiten van de eigen mening en het stellen van vragen.  

Rekenen

De leerlijn rekenen bestaan uit drie vakgebieden, getalbegrip, meten en meetkunde. Bij het vakgebied tellen en getalbegrip ontwikkelen zij om te gaan met de telrij, kunnen zij hoeveelheidsbegrippen benoemen en toepassen en kunnen ze omgaan met getallen. Bij het vakgebied meten ontwikkelen de kinderen onderscheid te maken tussen de verschillende grootheden. En leren zij begrijpen wat deze grootheden inhouden en hoe de grootheden worden toegepast. Kinderen doen concrete en betekenisvolle ervaringen op en zo leren zij over maten en de meetkundige begrippen die daarbij horen. Verder doen zij ook kennis, vaardigheden en inzichten op ten aanzien van geld en tijd.  Bij het vakgebied meetkunde ontwikkelen kinderen het begrip voor de ruimte om ons heen, het herkennen van meetkundige begrippen en leren zij de taal die hierbij hoort te gebruiken.  

Sociaal-emotioneel

Tijdens de sociaal-emotionele ontwikkeling gaat het om de ontwikkeling van een eigen persoonlijkheid. Het jonge kind leert gevoelens van zichzelf en een ander te begrijpen en er rekening mee te houden. Ook wordt tijdens de leerlijn sociaal-emotioneel de betrokkenheid en het welbevinden van het jonge kind in kaart gebracht. Deze twee onderdelen zijn een voorwaarde voor de sociaal-emotionele ontwikkeling. Kinderen die lekker in hun vel zitten en zich betrokken voelen, ontwikkelen zicht optimaal. Welbevinden alleen garandeert niet dat er ook sprake is van ontwikkeling en dat een kind tot leren komt. Betrokkenheid is de voorwaarde voor ontwikkeling.                                              

In de praktijk

Thematisch werken

In de kleutergroepen werken wij thematisch. Dit houdt in dat wij gedurende drie à vier weken werken rondom hetzelfde onderwerp. Alle activiteiten, hoeken, werkjes, uitstapjes, etc. worden allemaal aangepast naar het thema dat op dat moment actief is. Thematisch werken is een belangrijk onderdeel binnen het kleuteronderwijs. Door thematisch te werken sluiten wij aan bij de belevingswereld van de kinderen. Er zijn ieder schooljaar vaste thema’s die altijd terugkomen, hierbij valt te denken aan bijvoorbeeld de seizoenen en de Ramadan. Daarnaast is er voldoende ruimte om ook de interesses van de leerlingen aanbod te laten komen. De kleuterleerkrachten zullen daarom ieder jaar kijken naar welke thema’s er op dat moment spelen in de groep en zullen dit zoveel mogelijk terug laten komen in de klas.

Groepsdoorbrekend werken

Wij werken groepsdoorbrekend met groep 3. Dit doen wij door vanaf de herfstvakantie tot het einde van het schooljaar iedere week een 2-3 middag te organiseren. Tijdens deze middag werken de kinderen aan verschillende activiteiten in circuitvorm. De leerlingen van groep 3 begeleiden de leerlingen van groep 2 tijdens het uitvoeren van de activiteiten. Naast de 2-3 middag worden ook de thema’s op elkaar afgestemd. Door het groepsdoorbrekend werken met groep 3 verlagen we de drempel naar groep 3 en zal de overgang naar groep 3 soepeler verlopen.

Methodes
In de kleutergroepen wordt gewerkt met de volgende methodes:   

Piramide
Piramide is een methode die gericht is op het jonge kind. Piramide is opgebouwd rondom projecten. Die gaan over vertrouwde dingen, zoals kleding, lente, verkeer, etc.

Rekenrijk
Rekenrijk is de methode die naast Piramide gebruikt wordt om de rekenontwikkeling te stimuleren.

Kwink
Kwink is een methode voor de sociaal-emotionele ontwikkeling, met als doel de sociale vaardigheden van kinderen te vergroten. Deze methode wordt door de hele school gebruikt.

Logo3000
Logo3000 is een woordenschat methode die wordt gebruikt in de groep 1 tot en met groep 3. Ieder thema worden 12 woordclusters aangeboden op een spelende manier. Deze woordclusters zijn geselecteerd vanuit de Amsterdamse basiswoordenlijst. De woordclusters hangen centraal in de groep en doormiddel van (thuis)software kan er extra geoefend worden.

Kleuteruniversiteit
Naast Piramide wordt kleuteruniversiteit als bronnenboek gebruikt tijdens het werken met een thema.

Spreekbeeld
Spreekbeeld is de methode die door middel van klankbeelden helpt bij het aanleren van de klank van de letters.

Fonemisch bewustzijn
Fonemisch bewustzijn is een methode die als extra bronnenboek wordt gebruikt bij de taalontwikkeling, met name op het onderdeel fonemisch bewustzijn. Om het fonemisch bewustzijn te stimuleren.

Gecijferd bewustzijn
Gecijferd bewustzijn is een methode die als extra bronnenboek wordt gebruikt bij de rekenontwikkeling. De methode biedt lessen en activiteiten aan op het gebied van rekenen, met name op het onderdeel gecijferdheid.

Begeleiding
De begeleiding bij de ontwikkeling van een leerling gebeurt op verschillende manieren. In de klas zijn er verschillende niveaugroepen per leerjaar en dus ook per vakgebied voor taal en rekenen. De niveaugroepen staan beschreven in de weekplanning en worden in de groepsplannen gemaakt. Leerlingen verschillen in cognitieve, motorische of sociaal-emotionele capaciteiten. In de kleutergroep wordt met name gegroepeerd op basis van cognitieve capaciteiten. Deze niveaugroepen komen tot stand vanuit de leerlijn jonge kind van Parnassys. Op deze manier houden we rekening met de verschillen tussen kinderen door in de kleutergroep te differentiëren.

In de kleine kring worden de verschillende niveaugroepen met een specifiek doel extra begeleid of extra uitgedaagd tevens wordt extra instructie en extra uitdaging aangeboden. De leerkracht stuurt de activiteit spelenderwijs. Naast de begeleiding vanuit de verschillende niveaugroepen, doet de leerkracht aan spelbegeleiding. Dit houdt in dat de leerkracht in de hoeken en op het schoolplein meespeelt met de leerlingen. Door met kinderen mee te spelen, neemt de leerkracht een actieve rol aan in het spel. Die rol zorgt ervoor dat het spel van de leerlingen naar een hoger niveau wordt gebracht. De ontwikkeling van spel wordt ook weer beschreven in de leerlijn van het jonge kind in Parnassys.  

Opbrengstgericht werken
Bij de kleutergroepen wordt opbrengstgericht gewerkt. In de praktijk is dit terug te zien doormiddel van het didactische lesmodel van EDI. Dit is het expliciet didactisch/directe instructiemodel. EDI zetten wij schoolbreed in om een kwalitatieve instructie te geven en doelgericht les te geven.

Borging

Observeren en rapporteren
Wij vinden het belangrijk dat de kleuterleerkrachten een goed beeld hebben van de leerlingen. Dit doen zij door de kinderen dagelijks te observeren. Door te observeren krijgen de leerkrachten de input om de ontwikkeling van de leerlingen verder te stimuleren. Hierdoor sluiten de leerkrachten aan bij de zone van naaste ontwikkeling. De observaties en de ontwikkeling worden genoteerd in het observatiesysteem Parnassys. Om de ontwikkeling van de leerlingen goed in kaart te brengen, maken wij gebruik van de leerlijn jonge kind uit Parnassys. Hierin staan alle doelen in detail beschreven waar de leerlingen aan moeten voldoen. Wanneer een leerling het doel heeft behaald, vinkt de leerkracht het doel in de leerlijn af. Deze leerlijn wordt tijdens de rapport gesprekken met de ouders besproken. Naast de leerlijn jonge kind uit Parnassys, maakt de school ook nog gebruik van het observatiesysteem Kindbegrip. Dit observatiesysteem observeert de voortgang van de sociaal-emotionele ontwikkeling van de leerlingen.    

(Extra) Ondersteuning

In de kleutergroepen vindt dagelijks ondersteuning plaats. De ondersteuning wordt op verschillende manier uitgevoerd. Dit kan zijn in een kleine groep rondom een specifiek doel. Maar dit kan ook individueel zijn met een onderwijsassistent. De leerkracht draagt bij de onderwijsassistent zelf leerlingen aan die extra ondersteuning nodig hebben. Dit kan zijn omdat zij extra ondersteuning nodig hebben in hun ontwikkeling, maar dit kan ook zijn omdat zij extra uitdaging nodig hebben. De voortgang van de ontwikkeling wordt schriftelijk bijgehouden, zodat ook de leerkracht op de hoogte blijft. Belangrijke zaken worden ook mondeling teruggekoppeld aan de leerkracht. Tijdens de oudergesprekken worden ook de ouders op de hoogte gehouden van de voortgang en wordt ook besproken wat zij zelf thuis ook nog kunnen doen om de ontwikkeling te stimuleren. De onderwijsassistent zorgt voor materialen en oefeningen die de ouders thuis kunnen doen.          

Verlengde kleuterperiode

Leerlingen worden de gehele kleuterperiode gevolgd volgens verschillende observatielijsten. De groepsleerkracht bespreekt met de intern begeleider alle leerlingen meerdere malen per jaar door. Wanneer de groepsleerkracht en intern begeleider denken aan een verlengde kleuterperiode, wordt dat met ouders besproken. In samenspraak met ouders wordt in de maand mei voorafgaand aan het jaar dat de leerling naar groep 3 zal gaan een beslissing genomen. Het gaat dan om een verlengde kleuterperiode en niet om doubleren. 

Protocol nieuwe leerlingen

Ouders melden hun kind aan bij school en daarna vindt er een kennismaking plaats waarbij ouders tevens een rondleiding krijgen in de school. Ouders vullen vervolgens een inschrijfformulier in en daarna volgt er een intakegesprek met de intern begeleider. Tijdens de intake worden de belangrijke zaken besproken die van belangzijn voor de school in het algemeen, zoals medische zaken, etc. Van het kennismakingsgesprek komt een verslag te staan in het dossier van de nieuwe leerling in het leerlingvolgsysteem Parnassys.

Na het intakegesprek worden de kleuterleerkrachten op de hoogte gebracht van de komst van een nieuwe leerling. De kleuterleerkrachten bepalen samen met het bevoegd gezag in welke klas de nieuwe leerling komt. De nieuwe leerling wordt door de eigen leerkracht, door middel van een kaart en de kleuterfolder, éen maand voordat de nieuwe leerling 4 jaar wordt, uitgenodigd om maximaal zes ochtenden te komen wennen in de klas. De wenochtenden zijn op woensdag en vrijdag.                       

Leerjaar 3 t/m 8

Toelichting van de school

Algemeen

Ibs Aïsha heeft ervoor gekozen om in alle klassen te werken volgens het EDI-model. Het EDI model is kenmerkend door veel interactie tussen de leerkracht en de leerling. We werken eerst met concreet materiaal voordat de stap van concreet materiaal naar abstract denken wordt gemaakt. Het EDI-model is een bewezen aanpak om de leseffectiviteit te verhogen en te zorgen voor succeservaringen en betere leerprestaties bij alle leerlingen. De leerkracht is daarbij de sleutel tot succes. 

Ons leesonderwijs

Voor het aanvankelijk lezen werken wij in groep 3 met de taalleesmethode Veilig Leren Lezen. Deze methode heeft een gestructureerde opbouw van het letteraanbod, nadat de leerlingen de letters hebben geleerd, komen zij tot het lezen van woorden, zinnen en korte teksten. Deze methode biedt bijzondere aandacht aan het systematisch inslijpen van de teken-klankkoppelingen en besteedt vanaf het begin veel aandacht aan spelling en begrijpend lezen.

Na aanvankelijk lezen volgt het voortgezet technisch lezen (vanaf groep 4) waarbij een goede beheersing van leestechniek centraal staat. Deze leestechniek is nodig om informatie eigen te maken en is dus essentieel bij alle andere vakken. Voor het technisch en begrijpend lezen gebruiken wij de methode ‘Estafette’.  Vanaf groep 4 gaan de kinderen met behulp van de methode ook ‘begrijpend lezen’ en maken zij kennis met verschillende soorten teksten. Om begrijpend te kunnen lezen en teksten te kunnen doorgronden is het een voorwaarde dat men technisch goed kan lezen. We besteden bij begrijpend lezen veel aandacht aan het onderdeel woordenschat. Hoe groter de woordenschat hoe makkelijker de communicatie met anderen verloopt en hoe meer rendement uw zoon of dochter kan behalen binnen alle schoolvakken. 

Er zijn leerlingen die thuis erg weinig lezen. Wanneer kinderen moeite hebben met lezen, kan het zijn dat het leesplezier verdwijnt. Om leesachterstand te voorkomen is het belangrijk dat kinderen veel leeskilometers maken en dat zij plezier hebben in lezen. We houden de leesvorderingen van onze leerlingen zeer nauwkeurig bij door minimaal tweemaal per jaar te testen door middel van de cito toetsen technisch lezen en de drie minuten toets. 

We gebruiken naast de reguliere leesmethode de remediërende methode BOUW, tevens gebruiken wij de methode BOUW als leerinterventie bij leerlingen met (een vermoeden van) dyslexie. Wij hanteren een dyslexieprotocol op school bij vermoedens van dyslexie. Dit protocol is op te vragen bij de schoolleiding en/of de intern begeleider. 

Ons rekenonderwijs

Rekenen wordt in de onderbouw aangeboden als beginnende gecijferdheid. Het gaat dan om het besef van getallen en de verschillende functies en betekenissen van getallen. Vanaf groep 3 wordt gestart met de methode Getal en Ruimte Junior. Dit is een realistische rekenmethode en dat betekent dat rekenvraagstukken eerst in een alledaagse context worden geplaatst. Leerlingen gaan in kleine stapjes van oefenen naar toepassen. Met elke dag tijd voor instructie, automatiseren en memoriseren. Er is er veel aandacht voor de oplossingsstrategie. Zo kunnen leerlingen zich de rekenvaardigheid echt eigen maken voordat ze gaan toepassen. 

Ons schrijfonderwijs

Wij gebruiken op school vanaf groep 3 de methode Pennenstreken, deze sluit goed aan bij de leesmethode in groep 3. In groep 3 starten de kinderen met het schrijven en lezen van letters. Schrijven als vak is een onderdeel van het dagprogramma van de kinderen tot en met groep 8.

Wereldoriëntatie

Voor de vakken aardrijkskunde, geschiedenis en natuur en techniek gebruiken wij de methode 'Wijzer'. Deze methode prikkelt de nieuwsgierigheid van onze leerlingen en brengt kennis en begrippen bij en laat kinderen die toepassen. De methode biedt vakoverstijgende lessen en legt verbinding tussen geschiedenis, aardrijkskunde en natuur & techniek. Het bevat ook activerende taken die concrete invulling geven aan het abstracte begrip ‘21ste-eeuwse vaardigheden’. Ze zijn uitdagend en doen een beroep op het probleemoplossend vermogen van de leerlingen, het kritisch denken, de ontwikkeling van een houding van de juiste zorg voor jezelf en de mensen, dieren en dingen om je heen. Wijzer Wereldoriëntatie is de methode die in groep 3 en 4 wordt gebruikt en is een samenvoeging van de vakken aardrijkskunde, geschiedenis, biologie en natuurkunde. 

Actief Burgerschap & sociale integratie

De doelen die hieronder vallen, liggen verankerd in onze schoolvakken. Onze leerlingen krijgen kennis en inzicht in onze samenleving en de diversiteit die daarin voorkomt. Het gaat hier om de werking van onze democratische rechtsstaat en de eigen rol om daarin als burger een actieve bijdrage aan te leveren, komt aan bod (kwalificatie). Wij werken met de methode Kwink aan sociaal emotioneel leren en wij geven onze leerlingen handvatten hoe zij onderdeel kunnen zijn van onze democratie en leggen de nadruk op gelijkwaardigheid en gedeelde waarden ongeacht ieders achtergrond. Wij stimuleren ze tot een vreedzame en humane houding ten opzichte van anderen en de ‘omgeving’, de wereld om hen heen (socialisatie). Aandacht voor persoonsvorming bieden we door te reflecteren op de eigen identiteit, om betekenis te geven aan de wereld om hun heen en de eigen rol daarin. We vinden het belangrijk om leerlingen te leren bepalen hoe je je tot de ander en de wereld om je heen wilt verhouden.

Engels

Vanaf groep 7 maken de kinderen kennis met Engels middels de methode Take it easy. De leerstof voor het basisonderwijs sluit aan op de leerstof voor het voortgezet onderwijs. Onze leerlingen leren Engelse woorden en zinnen en leren gesprekjes voeren. De aandacht ligt op de mondelinge taalvaardigheid en op de grammatica. Wij creëren herkenbare situaties voor de kinderen om hun spreekvaardigheid te vergroten en dit zorgt voor zelfvertrouwen bij onze leerlingen bij het communiceren in het Engels.

Godsdienstonderwijs

De kinderen in groep 1/2 en 3 krijgen twee keer per week een half uur godsdienstles. Hierbij gaat het om de basis van het geloof te leren. Vanaf groep 4 krijgen de kinderen twee keer in de week 45 minuten godsdienstles. Deze lessen hebben meer diepgang en bij het memoriseren van de Soera's gaat het vooral ook om het begrijpen van de betekenis ervan. Daarnaast maken de kinderen kennis met andere wereldreligies. De methode die gebruikt wordt voor de godsdienstles heet 'Al Amana'. In groep 7 en 8 krijgen de leerlingen, op een Islamitisch verantwoorde manier, ook identiteitslessen. Deze lessen worden gescheiden gegeven. De meisjes krijgen les van een vrouwelijke leerkracht en de jongens van een mannelijke leerkracht.

Creatieve vorming

De kinderen van groep 1 t/m groep 8 genieten van creatieve lessen omtrent kunst en cultuur die door de leerkrachten zelf worden gegeven (tekenen en handvaardigheid). Daarnaast maken we gebruik van een kunst en cultuuraanbod van CultuurCompaan die dat verzorgt voor alle scholen binnen Roosendaal. Deze activiteiten bestaan uit maak- en meemaakkunsten. Het accent ligt op het bezoeken van een voorstelling bij de meemaakkunst en bij het verkennen wat je zelf in huis hebt als maker bij de maakkunst. Verder maken we ook jaarlijks gebruik van een kunstprofessional via CultuurCompaan die bij ons op school lessen verzorgen in de disciplines theater en beeldende vorming. 

Lichamelijke vorming

Naast bovenstaande vakken hebben de kinderen 45 minuten per week gym van een vakleerkracht. Wij streven er naar om tijdens pauze momenten bewegen te stimuleren. 

Huiswerk

De kinderen van onze school krijgen huiswerk mee. Het betreft meestal een (extra) verwerking van de lesstof van school of leerstof. 

Wij houden ons aan de verplichte aantal uren per jaar die het Ministerie van onderwijs, cultuur en wetenschap hanteert. 

Bron

Extra mogelijkheden op deze school

Extra ondersteuning van de leerlingen

Toekomstig aanbod aan extra ondersteuning

De school is in schooljaar 2022-2023 het schoolondersteuningsprofiel aan het herschrijven. Voor schooljaar 2023-2024 zal de (extra) ondersteuning een belangrijke plaats in het jaarplan krijgen. 

Welke specialisten bieden extra ondersteuning op deze school?

Kwaliteitszorg en schoolplan

Download het schoolplan

Aanbod voor het jonge kind

Het is mogelijk dat de school extra aanbod organiseert voor het jonge kind. Die extra aandacht is bijvoorbeeld beschikbaar in samenwerking met de peuterspeelzaal, het kinderdagverblijf of in de groepen 1 en 2 van de basisschool. Het doel is om te zorgen voor een goede start op de basisschool.

Terug naar boven