Basisschool De Stapsteen

Kijkakkers 1 -A2 6026 ER Maarheeze

  • Schoolfoto van Basisschool De Stapsteen
  • Schoolfoto van Basisschool De Stapsteen
  • Schoolfoto van Basisschool De Stapsteen
  • Schoolfoto van Basisschool De Stapsteen
  • Schoolfoto van Basisschool De Stapsteen

Resultaten eindtoets

Alle leerlingen maken in groep 8 van de basisschool een eindtoets. De school kiest per schooljaar welke toets wordt gebruikt. Er zijn verschillende goedgekeurde eindtoetsen om uit te kiezen. Met de toets wordt gekeken hoeveel kennis de leerlingen hebben van taal en rekenen. De toets geeft een extra uitslag naast het schooladvies dat een leerling krijgt van de leerkracht.

Welk percentage leerlingen behaalt het fundamentele niveau en welk percentage het streefniveau?

Let op: In schooljaar 2023-2024 is de eindtoets vervangen door de doorstroomtoets. Op dit moment zie je nog de resultaten van de eindtoets van 2023.
De resultaten van de doorstroomtoets van 2024 zijn na de zomer voor het eerst zichtbaar. Dit is in lijn met de beoordeling van de Inspectie van het Onderwijs. Kijk voor meer informatie op de website van de inspectie.

Let op: Voor de beoordelingen in het schooljaar 2023-2024 hanteert de inspectie naast de ongewijzigde signaleringswaarden zogenaamde correctiewaarden bij de beoordeling van de leerresultaten. Meer informatie is te vinden op de website van de inspectie.

Fundamenteel niveau

Het fundamenteel niveau is het niveau voor taal en rekenen dat zoveel mogelijk leerlingen aan het einde van de basisschool zou moeten beheersen. Dit wordt gemeten in groep acht met de eindtoets. De inspectie stelt dat minimaal 85% van alle leerlingen het basisniveau moet behalen. Deze 85% is de signaleringswaarde voor het fundamenteel niveau en dit is voor alle basisscholen in Nederland gelijk.

Bron

Streefniveau

Het streefniveau is een hoger niveau dan het fundamenteel niveau. Het doel is dat zoveel mogelijk leerlingen eind groep acht het streefniveau bereiken. Op basis van de leerlingpopulatie op school wordt door de inspectie voor elke basisschool in Nederland apart bepaald hoeveel procent van de leerlingen het streefniveau moet halen. Dat percentage is de signaleringswaarde voor het streefniveau van de school.

Bron

Hoe gebruikt deze school tussentijdse toetsen?

Toelichting van de school

Om de ontwikkeling van de kinderen zo goed mogelijk te kunnen volgen maken we gebruik van een leerlingvolgsysteem. Dit leerlingvolgsysteem bestaat uit observaties en toetsen. Met behulp van het leerlingvolgsysteem kunnen we de ontwikkeling van alle kinderen goed opvolgen en opvallende ontwikkelingen tijdig signaleren.

In groep 1 en 2 worden de kinderen gevolgd met behulp van het observatie- en registratiesysteem: KIJK!

In groep 3 t/m groep 8 worden de kinderen gevolgd aan de hand van 'Leerling in Beeld' (technisch lezen, begrijpend lezen, spelling en rekenen). Deze toetsen worden 2 keer per jaar afgenomen, in het midden van ieder schooljaar en aan het einde. 

Voor alle leerlingen (groep 3 t/m groep 8) wordt jaarlijks Kindbegrip ingevuld. Dit is een leerlingvolgsysteem dat gericht is op de sociaal-emotionele ontwikkeling (zelfvertrouwen, contacten, betrokkenheid) van de kinderen. Leerkrachten maken gebruik van doelgerichte observaties om Kindbegrip in te vullen.

We volgen de toetskalender van SKOzoK. Zo zijn we er zeker van dat alle toetsen en observaties op het juiste moment worden afgenomen. De uitslagen van de toetsen en observaties worden door de groepsleerkracht met de kwaliteitsondersteuner bekeken en besproken. Indien hier opvallende scores uit naar voren komen dan wordt er nagegaan waar dit aan kan liggen en indien nodig worden er extra maatregelen genomen. 

Verder worden door het jaar heen ook telkens toetsen afgenomen die passen bij de verschillende methoden. Dit is telkens een check of de leerdoelen van de afgelopen periode behaald zijn en zo niet om hier weer op te anticiperen.

Specifieke onderwijsbehoeften van leerlingen:

In iedere groep zitten leerlingen die extra hulp en extra zorg van de leerkracht nodig hebben. Die extra zorg is er in verschillende vormen. Aan alle vormen van extra hulp stellen we uitdrukkelijk de volgende eisen:

·        Voorop staat dat het kind zijn gevoel voor eigenwaarde behoudt;

·        Een kind moet succeservaringen op kunnen doen;

·        Liever preventief werken dan kinderen eerst een teleurstelling bezorgen;

·        Zodra kinderen er aan toe zijn mogen ze zelf meedenken over de vorm waarin ze hulp willen ontvangen;

·        Extra ondersteuning gebeurt altijd in samenwerking met de ouders.

De extra hulp wordt gegeven door de eigen leerkracht van het kind en onderwijsassistenten. In iedere groep werken de leerlingen enkele keren per week zelfstandig. Op deze momenten heeft de leerkracht de handen vrij om met individuele kinderen of in groepjes te werken aan datgene dat extra aandacht verdient. Hierin worden ook zeker de kinderen die juist extra uitdaging nodig hebben niet vergeten. De leerkrachten dragen er zorg voor dat de leerlingen lesstof krijgen die past bij hun niveau. Ieder kind heeft het recht om nieuwe dingen te leren.

Als blijkt dat de hulp die we een kind bieden niet voldoende resultaat oplevert gaan ouders, leerkracht en kwaliteitsondersteuner om de tafel zitten om te kijken wat er nodig is. Er wordt een plan van aanpak gemaakt voor het kind.

De laatste tien jaar komt op onze school een verwijzing naar het speciaal onderwijs minder vaak voor, omdat we op school steeds meer mogelijkheden hebben om ook kinderen, die extra zorg nodig hebben, op de basisschool op te vangen. We stellen daaraan de volgende voorwaarden:

1.     Het kind moet zich thuis voelen op school en tussen de andere leerlingen;

2.     Het kind moet vooruitgaan, er moet ontwikkeling zijn;

3.     Het moet verantwoord zijn ten opzichte van de andere leerlingen en de leerkrachten.

Als aan deze drie voorwaarden voldaan wordt, vinden we het heel fijn om een kind op school te houden tussen de vriendjes en/of vriendinnetjes uit het eigen dorp. Meestal is het nodig ons leerstofaanbod helemaal of gedeeltelijk aan te passen aan het kind. We maken daar dan een ontwikkelingsperspectief voor, ook wel OPP genoemd. 

Wanneer duidelijk is dat het niet verantwoord is om een kind op school te houden omdat we bijvoorbeeld niet de speciale begeleiding kunnen geven die het kind nodig heeft, zullen we dit onder ogen moeten zien. We gaan dan samen met de ouders op zoek naar een school die meer mogelijkheden biedt en die beter bij het kind past.

De manier waarop wij omgaan met leerlingen die extra ondersteuning nodig hebben staat beschreven in ons zorgplan. Daarin wordt beschreven hoe we problemen signaleren door middel van het leerlingvolgsysteem dat we hanteren. Welke toetsen we daarvoor gebruiken en wat we doen met de uitslagen van deze toetsen. Hoe we erachter proberen te komen wat er precies aan de hand is en hoe we een extra hulpprogramma opzetten met behulp van een handelingsplan.

Welk schooladvies kregen de leerlingen van deze school?

Toelichting van de school

Schooladvies en bezwaarprocedure

De overgang naar het voortgezet onderwijs begeleiden wij heel zorgvuldig. We vinden het belangrijk dat kinderen na de basisschool op een voor hen geschikte plek terecht komen. De school geeft op basis van alle leerlinggegevens vanuit het leerlingvolgsysteem, aangevuld met aanvullende toetsen en/of onderzoeken, gesprekken met collega’s en leerling en ouders, een voorlopig advies. Deze gesprekken vinden plaats aan het eind van het schooljaar in groep 7.  

Het advies wordt niet alleen gebaseerd op leerresultaat. Er wordt ook gekeken naar de werkhouding, motivatie, concentratie, huiswerkattitude en zelfvertrouwen. Gedurende de 8 jaren basisonderwijs wordt hier dan ook veel aandacht aan besteed. Al deze factoren hebben samenhang met elkaar en geven een beeld van uw kind. Met dit beeld komen we tot een passend advies.  

Voor een enkel kind geldt dat er extra ondersteuning nodig is op het Voortgezet Onderwijs. Dit wordt LWOO genoemd ( Leer Weg Ondersteunend Onderwijs). Wanneer uw kind hiervoor in aanmerking komt, informeren we u tijdig. In januari/februari volgen er opnieuw gesprekken. Dan geeft de school een definitief advies. Dit advies wordt vermeld in het onderwijskundig rapport dat naar de betreffende school wordt gestuurd.  

In maart vindt het aanmelden op een school voor voortgezet onderwijs meestal plaats. Van tevoren brengen de kinderen met de klas een bezoek aan een aantal scholen. Er zijn ook open dagen die u zelf met uw kind kunt bezoeken. Op deze manier kunt u samen met uw kind een goede keuze maken voor een school voor voortgezet onderwijs. Wij volgen de leerlingen die onze school verlaten het eerste jaar via gesprekken met de leraren van het voortgezet onderwijs. Ook worden de behaalde resultaten aan ons toegezonden. Daarnaast is er ook nog rechtstreeks aanvullende informatie van leerlingen die regelmatig hun oude school met een bezoekje komen vereren.  

Het schooladvies

Het basisschooladvies is wettelijk leidend en bindend. Het advies wordt zorgvuldig geformuleerd op basis van kennis en vaardigheden opgedaan in groep 6-7-8, de sociaal-emotionele ontwikkeling, werkhouding, motivatie en het gedrag van het kind. Bij het opstellen van het basisschooladvies zijn ten minste twee professionals betrokken.

Bezwaarprocedure

Een goed overwogen schooladvies biedt kinderen de beste kansen. Daarom zorgen wij ervoor dat het schooladvies zorgvuldig tot stand komt. Het kan voorkomen dat u het als ouder niet eens bent met het schooladvies voor uw kind. Wanneer dit het geval is, gaat u hierover in gesprek met de leerkracht en/of directeur. De leerkracht kan in het onderwijskundig rapport in ParnasSys aangeven wat uw standpunt en argumentatie zijn, zodat de middelbare school waar uw kind is aangemeld hier kennis van kan nemen. Daarnaast kunt u bezwaar aantekenen bij een interne onafhankelijke bezwarencommissie. Deze commissie bestaat uit een medewerker van Team Onderwijsontwikkeling & Kwaliteit van SKOzoK en twee ervaren leerkrachten van groep 8 van andere basisscholen. Deze commissie kijkt hoe de onderbouwing van het advies tot stand is gekomen. Dit doet zij aan de hand van een dossier met resultaten en argumenten voor het schooladvies. Vervolgens geeft de commissie een advies aan de school over het al dan niet heroverwegen van het schooladvies. Bent u na deze stap nog steeds van mening dat het advies niet juist is onderbouwd of bent u het niet eens met de doorlopen procedure, dan kunt u contact leggen met de ambtelijk secretaris van de klachtenregeling van SKOzoK. Deze controleert onder andere of alle stappen van de procedure juist zijn doorlopen en overlegt met u de mogelijkheden tot het indienen van een officiële klacht. Indien nodig wordt doorverwezen naar de Landelijke Klachtencommissie Onderwijs (LKC).

Samengevat:

1.      Altijd eerst overleg met de leerkracht. Bij onvoldoende resultaat naar 2;

2.      Overleg met de directie. Bij onvoldoende resultaat naar 3;

3.      Bezwaar aantekenen bij een onafhankelijke bezwarencommissie. Bij onvoldoende resultaat naar 4;

4.      Contact leggen met de ambtelijk secretaris van de klachtenregeling van SKOzoK; Bij onvoldoende resultaat naar 5;

5.      Indienen van een formele klacht bij de Landelijke Klachtencommissie Onderwijs (LKC).

Weergave Schooladvies

Bron

Zitten de oud-leerlingen van deze school in het voortgezet onderwijs boven, op of onder hun schooladvies?

In groep 8 krijgt elke leerling van de basisschool een advies voor het voortgezet onderwijs dat past bij het niveau van deze leerling. De leerling stroomt vervolgens door naar het voortgezet onderwijs. In het derde jaar wordt gekeken welk niveau de leerling werkelijk heeft vergeleken met het niveau van het schooladvies. Dit wordt vertaald naar drie categorieën: boven, op en onder advies. Bijvoorbeeld: een leerling met schooladvies vmbo-b die in het derde jaar op het vmbo-k zit, zit boven advies. En een leerling met schooladvies havo/vwo die in het derde jaar op het havo zit, zit op advies. Wanneer deze leerling in het derde schooljaar op het vwo zit, zit hij/zij boven advies.
In het derde jaar

Bron

Sociale ontwikkeling

Hoe denkt deze school over sociale ontwikkeling?

De Stapsteen biedt een veilige plek voor kinderen, ouders en collega's, zowel sociaal-emotioneel als ook de fysieke omgeving. Regels en afspraken bieden hierbij ondersteuning. Door tegemoet te komen aan de basisbehoefte: sociale verbondenheid met leerlingen en leerkrachten (relatie), zelfstandig willen handelen (autonomie) en vertrouwen voelen in het uitvoeren van taken (competentie) kunnen kinderen de sociale binding, kennis en vaardigheden optimaal ontwikkelen. We werken toe naar de intrinsieke motivatie van onze leerlingen. We bieden een omgeving waarbij iedereen leert vertrouwen op de eigen talenten en persoonlijkheid.

Kernwaarden uit de visie op sociale ontwikkeling

  • Veiligheid
  • Vertrouwen

Wat zegt de inspectie over de school?

De Inspectie van het Onderwijs onderzoekt minimaal één keer in de vier jaar het bestuur van een school. De inspectie kijkt dan of de kwaliteitszorg, de onderwijskwaliteit en de financiële zaken bij het schoolbestuur op orde zijn. Daarnaast bezoekt de inspectie een aantal scholen die bij het schoolbestuur horen en onderzoekt deze scholen nader. De gegevens van het laatste onderzoek van de inspectie zijn beschikbaar op de website van de onderwijsinspectie.

Terug naar boven