KBS De Martinus

Keizerskroon 5 7581 TX Losser

Schoolfoto van KBS De Martinus

Resultaten doorstroomtoets

Toelichting van de school

De Cito-toets is een landelijk meetinstrument.

Cito meet enkel de cognitieve prestaties op dat specifieke moment. Daarom is het belang van de methode-onafhankelijke CITO-toets en de manier waarop wij het LoVS inzetten toe te lichten. Veelal kijken mensen op lijstjes wanneer gaat om de ontwikkeling van kinderen en de kansen die daar aan worden gekoppeld. SKOLO heeft ervoor gekozen om middels een LoVS en de kennis en kunde van de leerkrachten de kwaliteit van ieder kind in beeld te brengen. Wij vinden dit noodzakelijk, omdat het onderwijs steeds in ontwikkeling is.Vanaf groep 1 brengen we in beeld hoe uw kind presteert en vergelijken dit.  Tijdens de oudergesprekken  worden de leerprestaties besproken Voor zowel ouders, leerling als school kunnen we door deze werkwijze (proberen, zo goed mogelijk) te kijken wat er in het kind zit en hoe we dat eruit kunnen halen. SKOLO, De Martinus kijkt niet enkel naar uw kind in het geheel. Samen werken we aan een gedegen basis in de huidige tijd.

Welk percentage leerlingen behaalt het fundamentele niveau en welk percentage het streefniveau?

Fundamenteel niveau

Het fundamenteel niveau is het niveau voor taal en rekenen dat zoveel mogelijk leerlingen aan het einde van de basisschool zouden moeten beheersen. Dit wordt gemeten in groep acht met de eindtoets / doorstroomtoets. De inspectie stelt dat minimaal 85% van alle leerlingen het basisniveau moet behalen. Deze 85% is de signaleringswaarde voor het fundamenteel niveau en dit is voor alle basisscholen in Nederland gelijk.

Bron

Streefniveau

Het streefniveau is een hoger niveau dan het fundamenteel niveau. Het doel is dat zoveel mogelijk leerlingen eind groep acht het streefniveau bereiken. Op basis van de leerlingpopulatie op school wordt door de inspectie voor elke basisschool in Nederland apart bepaald hoeveel procent van de leerlingen het streefniveau moet halen. Dat percentage is de signaleringswaarde voor het streefniveau van de school.

Bron

Hoe gebruikt deze school tussentijdse toetsen?

Toelichting van de school

Het volgen van de ontwikkeling van de kinderen in onze school (het leerlingvolgsysteem)  

Van iedere leerling houden wij een dossier bij. Hierin komen gegevens over het gezin, afspraken met ouders, handelingsplannen (werkwijze voor een speciale aanpak), observaties, toetsgegevens en rapportagegegevens. Hierin worden  de verslagen van eventuele besprekingen en onderzoeken bewaard.

Zo’ n leerlingendossier bewijst goede diensten, wanneer leerlingen worden besproken of wanneer wij de hulp inroepen van instanties buiten de school. U kunt hierbij denken aan een psychologisch of didactisch onderzoek. De aantekeningen van de leerkracht worden in het dossier ondergebracht. Door het goed bijhouden van de resultaten van de leerlingen in een leerlingvolgsysteem kunnen wij de ontwikkeling van een kind vanaf zijn kleuterperiode tot aan groep acht goed volgen en eventueel bijsturen.

Het dossier is voor de ouders van de leerling ter inzage. Ook hebben ouders recht op een afschrift van een onderwijskundig rapport ingeval de leerling de school verlaat. De gegevens van de leerlingen worden vijf jaar na het verlaten van de school vernietigd.   

Na iedere toetsperiode bespreken de leerkrachten samen met de interne begeleider (IB’er= de leerkracht die o.a. de zorg voor de kinderen coördineert) en de directeur de resultaten en voortgang. Er wordt vooral aandacht gegeven aan kinderen met opvallende resultaten. Dit kunnen zowel goede als zwakke resultaten zijn. In teamvergaderingen worden ontwikkelingen besproken en meldingen doorgegeven, die voor het gehele team van belang zijn. Natuurlijk wachten leerkrachten bij opvallende indrukken tussentijds niet tot deze teambespreking maar passen al eerder de begeleiding aan in overleg met onze IB’er.  

Het bespreken van de vorderingen van de kinderen met de ouders Leerlingen van de instroomgroep:

·         Krijgen een uitnodiging voor een intakegesprek, voordat ze starten,

·         Krijgen een uitnodiging voor een 10 minutengesprek, in september, november, februari/maart en in de laatste weken van het schooljaar.

·         Op verzoek van de leerkracht of de ouders kan  een gesprek gepland worden.

Leerlingen van groep 1 t/m 8:

·         Krijgen een uitnodiging voor een startgesprek in de eerste weken van het schooljaar,

·         Krijgen een uitnodiging voor een 10 minutengesprek in november, in februari/maart en aan het eind van het schooljaar.

·         Krijgen in februari/maart en in juni/juli een rapport.  

Het doel van het startgesprek is kennismaken en over en weer uitspreken van verwachtingen. Bij het gesprek zijn de ouders en de leerkracht aanwezig en vanaf groep 5 nodigen we ook de leerlingen uit. Tijdens de 10 minutengesprekken komen behalve de leerresultaten ook de sociale en de emotionele ontwikkeling van uw kind aan de orde. Op verzoek van de leerkracht of de ouders kan tussentijds altijd een gesprek gepland worden. Wanneer er sprake is van een mogelijk onderzoek of indien een andere aanpak is gewenst in het leerproces, dan wordt u van te voren op de hoogte gebracht door de groepsleerkracht of de IB’er. ,afspraken worden vastgelegd.   Tevens kan het gebeuren dat het verslag dat we maken na een gesprek met ouders, ter ondertekening aan u voorleggen, zodat er later geen misverstanden kunnen ontstaan.

Welk schooladvies kregen de leerlingen van deze school?

Toelichting van de school

Elk jaar is er een warme overdracht tussen PO en VO. Hier worden de individuele leerlingen besproken.

De ontvangende school (VO) koppelt na een half jaar de resultaten terug naar onze basisschool.

Ook na anderhalf jaar krijgen we als school een update van de resultaten.

Zo blijven wij als PO op de hoogte en kunnen we onze leerlingen volgen.

Na 3 jaar is er een contact moment waarbij er gekeken gaat worden naar de plaatsing in het VO. Is de plaatsing door PO ook het niveau waar de leerling nu zit.

Zo kunnen we elkaar begeleiden om de overgang zo goed mogelijk te houden.

Weergave Schooladvies

Bron

Zitten de oud-leerlingen van deze school in het voortgezet onderwijs boven, op of onder hun schooladvies?

In groep 8 krijgt elke leerling van de basisschool een advies voor het voortgezet onderwijs dat past bij het niveau van deze leerling. De leerling stroomt vervolgens door naar het voortgezet onderwijs. In het derde jaar wordt gekeken welk niveau de leerling werkelijk heeft vergeleken met het niveau van het schooladvies. Dit wordt vertaald naar drie categorieën: boven, op en onder advies. Bijvoorbeeld: een leerling met schooladvies vmbo-b die in het derde jaar op het vmbo-k zit, zit boven advies. En een leerling met schooladvies havo/vwo die in het derde jaar op het havo zit, zit op advies. Wanneer deze leerling in het derde schooljaar op het vwo zit, zit hij/zij boven advies.
In het derde jaar

Bron

Sociale ontwikkeling

Hoe denkt deze school over sociale ontwikkeling?

 In de totale ontwikkeling van een kind is het belangrijk dat hij/zij actief deelneemt aan de klas, school en de maatschappij.

Er zijn vele activiteiten, waar we binnen de school aan werken. Deze activiteiten worden op diverse manieren geëvalueerd.

Uitgangspunten m.b.t. actief burgerschap en sociale integratie: we gaan er mede van uit dat leerlingen opgroeien in een pluriforme samenleving, actief burgerschap en sociale integratie willen we bevorderen, ons onderwijs is er mede op gericht dat leerlingen kennis hebben van en kennismaken met verschillende achtergronden en culturen van leeftijdsgenoten.

"sociale integratie’: • het schoolnaamfeest; bezoeken van voorstellingen; deelname aan de gezinsvieringen;  lessen Staatsinrichting in groep 8; lessen uit de methode ‘Goed Gedaan!’; steun aan de landelijke vastenactieproject; jaarlijkse projectweken op school. 

Kernwaarden uit de visie op sociale ontwikkeling

  • aandacht hebben voor elkaar
  • respect voor iedereen
  • iets goeds doen

Wat zegt de inspectie over de school?

Toelichting van de school

De Martinusschool staat onder het Basistoezicht van de inspectie. De school heeft voldoende kwaliteit als uit de risicoanalyse blijkt dat de opbrengsten minimaal op het niveau zijn dat mag worden verwacht van de school. Met het basistoezicht spreekt de inspectie het vertrouwen uit dat de school voldoende scoort.

De inspectie komt niet jaarlijks langs om een rapportage te maken, vandaar dat we de laatste Rapport van bevindingen hebben toegevoegd

Terug naar boven