Hoe toetst de school de sociale veiligheid?
De school monitort de sociale en fysieke veiligheid met een vragenlijst afgenomen door/via: De vragenlijsten van de Kanjertraining..
Toelichting van de school
Voor het monitoren van de sociale veiligheid is een meetinstrument nodig dat een actueel en representatief beeld geeft van de veiligheidsbeleving van de leerlingen. Den Bongerd gebruikt hiervoor de Sociale Veiligheidslijst van de Kanjertraining. Deze lijst wordt 2 keer per jaar ingevuld door leerlingen uit groep 5 t/m 8.
De volgende aspecten worden gemeten in deze lijst:
1. Het vóórkomen van incidenten op school (ondervindt agressie). Dit is de aantasting van sociale veiligheid (pesten etc.), psychische veiligheid (bedreigen etc.) en fysieke veiligheid (schoppen etc.).
2. Veiligheidsbeleving van leerlingen (Ik voel me veilig op school/op het plein etc.)
3. Welbevinden van leerlingen (Hoe prettig voel je je tussen je klasgenoten?)
4. Leerkracht treedt op (Vinden leerlingen dat de leerkracht goed optreedt?)
5. Angst voor agressie
Ook nemen we in groep 5 t/m 8, twee keer per jaar, de Leerlingvragenlijst af. Deze lijst meet hoe leerlingen hun eigen sociaal functioneren in de klas ervaren. Hierbij wordt een onderscheid gemaakt in externaliserend gedrag, pro sociaal gedrag, internaliserende (depressieve) gevoelens en de intentie om negatief gedrag te laten zien. De Leerlingvragenlijst heeft nadrukkelijk niet tot doel voorspellingen te doen over de ontwikkeling van stoornissen of uitspraken te doen over toekomstig sociaal functioneren van een leerling. De Leerlingvragenlijst heeft dus niet als doel een diagnose te stellen.
In groep 1 t/m 8 wordt twee keer per jaar de Docentvragenlijst ingevuld door de leerkracht. De Docentvragenlijst is een zeer grove maat die uitsluitend als signalering dient. Met deze vragenlijst wordt snel in kaart gebracht welke leerlingen opvallend gedrag vertonen. Meerdere leerkrachten kunnen een oordeel geven over een klas of over een specifieke leerling. Die worden in een overzicht toegevoegd aan het oordeel van de mentor/mentrix of duo-partner. Desgewenst kunnen de ouders van een betreffende leerling eveneens aangeven in de Ouder/Voogd vragenlijst hoe zij hun kind ervaren. De inschattingen die de ouders maken, worden toegevoegd aan die van de leerkrachten. Zo kan op eenvoudige wijze inzicht worden verkregen hoe de verschillende leerkrachten op school naar een leerling kijken, en hoe de ouders het gedrag ervaren. Door ouders op deze manier te betrekken wordt voorkomen dat er langs elkaar heen wordt gesproken. Als blijkt dat ouders en leerkrachten verschillend kijken naar een leerling, wordt gezocht naar de overeenkomsten. Iedere leerkracht dient de Docentvragenlijst individueel in te vullen.