Bron: <b>DUO</b><br />Vergelijkbare instellingen: <b>alle instellingen in het basisonderwijs met een vergelijkbare schoolweging en leerlingenaantal</b><br /> <a href="https://encyclopedie.vensters.nl/indicator_po/3418f8d2-188d-490e-88d6-436f8aba8b8a" class="button button-link" target="_blank"><i class="fas fa-external-link-square-alt"></i> Achtergrondinformatie</a>">Bron
Het onderwijs kan op verschillende manieren georganiseerd worden. De school kiest zelf hoe leerlingen worden gegroepeerd en wat de invulling is van de beschikbare onderwijstijd. Soms zijn er op de school extra middelen die helpen bij het organiseren van het onderwijs.
De volgende onderwijstijden zijn in groep 1/2 leidraad voor de aangeboden activiteiten
Godsdienstige vorming / kring 2 1/2 uur
Thema activiteiten (inclteken/knutselact) 6 uur
Motorische oef/schrijfontw 1 uur
Spel &bewegen (binnen/buiten) 6 uur
taal/leesontwikkeling 3 uur
rekenontwikkeling 2 1/2 uur
muziek 1 uur
soc.emot ontw 1 uur
Groep 3 t/m 8
In de onderstaande lessentabel staat hoeveel tijd we ongeveer per week aan de verschillende vakken besteden.
Godsdienstige vorming 2 uur
Sociaal-emotionele vorming ¾ uur
Lezen 3½ uur
Schrijven 1½ uur
Rekenen 4½ uur
Taal 5½ uur
Wereldoriëntatie 5 uur
Muziek ¾ uur
Tekenen ¾ uur
Handvaardigheid 1 uur
Bewegingsonderwijs 1½ uur
Engels (groep 7 en 8) ½ uur
Onderwijs op maat
We ondersteunen ieder kind zijn grenzen te verleggen en boven zichzelf uit te stijgen. De leerstof en de werkvormen sluiten zoveel mogelijk aan bij de mogelijkheden en talenten van uw kind. We hebben ons onderwijs zo georganiseerd, dat kinderen die makkelijk leren moeilijkere en verdiepende opdrachten krijgen. Kinderen die meer moeite hebben met leren kunnen rekenen op extra instructie en hulp. Kinderen die korte instructie nodig hebben, kunnen binnen de basisvakken na deze instructie zelfstandig of samenwerkend aan het werk. Voor de kinderen die meer instructie nodig hebben, wordt gebruik gemaakt van de verlengde instructie aan de instructietafel. Bij de vakken begrijpend lezen, technisch lezen, taal, spelling en rekenen weten we welke leerlingen doorgaans werken via de plus-, basis- of intensieve instructie. Voor kinderen met een extra ondersteuningsbehoefte heeft de school een duidelijke zorgstructuur. Grotendeels vindt (extra) ondersteuning in de klassen plaats, al dan niet met hulp van een onderwijsassistent. Soms is het beter een leerling of groepje leerlingen vanwege herhaalde oefening of uitdaging ook buiten de groep te begeleiden. Vorig schooljaar is ons plusaanbod aangepast, voor meer- of hoogbegaafde leerlingen, die hiervan nog meer kunnen profiteren dan voorheen. Naast de groep plusleerlingen, die met het plusaanbod in de groepen voldoende uitgedaagd wordt, is er een groep leerlingen die meer nodig heeft. Deze leerlingen krijgen vanaf groep 3 buiten de klas extra aandacht van een hoogbegaafdenspecialist, waarbij het werken met gelijk- gestemden een belangrijke stimulans is. Daarbij zetten we onder andere door een specifieke methode en geselecteerd aanbod en werkvormen in op verbinding met de reguliere groep en stimuleren we naast het vergroten van kennis juist ook vaardigheden, houding en sociaal-emotionele ontwikkeling. Gelukkig gaat het met de meeste kinderen goed op school. Maar wat als een kind – om welke reden dan ook – meer ondersteuning nodig heeft? Dan wordt samen met de intern begeleider en in nauw overleg met ouders gezocht naar de meest passende onderwijsondersteuning, zodat een kind zich optimaal kan ontwikkelen. Wanneer nodig, wordt de expertise van het samenwerkingsverband erbij gehaald.
Toekomstig aanbod aan extra ondersteuning
Het aantal uren onderwijs aan kinderen die verdiepende en verrijkende leerstof nodig hebben wordt uitgebreid.
Kort samengevat komt de onderbouwvisie erop neer, dat we ontwikkelingsgericht onderwijs verzorgen, met daarnaast voor rekenen en taal meer programmagericht onderwijs. De onderstaande kenmerken staan hierin centraal:Ontwikkelingspsychologie van Vygotsky (een kind leert in de zone van de naaste ontwikkeling en niet in zijn comfortzone en frustratiezone) als basis.De leraar legt voortdurend een verbinding tussen leerlinggerichte pedagogiek en activerende didactiek.Bevorderen van eigen initiatief kind (onderzoekende houding).De leraar zorgt voor een betekenisvol aanbod / leerrijke omgeving.Spel (in de hoeken) is een belangrijke basis voor leren.Responsieve instructie (ingaan op wat het kind aangeeft met het te bereiken doel voor ogen); dit heeft gevolgen voor de houding van de leraar.