Bron: <b>DUO</b><br />Vergelijkbare scholen: <b>basisscholen met een vergelijkbare schoolweging.</b><br /> <a href="https://achtergrondinformatie.vensters.nl/p/VenstersPO/6192449487635142" class="button button-link" target="_blank"><i class="fas fa-external-link-square-alt"></i> Achtergrondinformatie</a>">Bron
Het streefniveau is een hoger niveau dan het fundamenteel niveau. Het doel is dat zoveel mogelijk leerlingen eind groep acht het streefniveau bereiken. Op basis van de leerlingpopulatie op school wordt door de inspectie voor elke basisschool in Nederland apart bepaald hoeveel procent van de leerlingen het streefniveau moet halen. Dat percentage is de signaleringswaarde voor het streefniveau van de school.
Groep 1/2:
In groep 1/2 werken wij niet met toetsen, maar wordt er heel veel geobserveerd. Tijdens spel worden kinderen gestimuleerd om een volgende stap te maken in hun ontwikkeling, zowel door de leerkracht als door het zien en samenspelen met andere kinderen.
Hiervoor bieden we een rijk en beredeneerd aanbod. De leerkracht zorgt allereerst voor leerkansen door rijk en betekenisvol materiaal. Hierom kiezen wij vaak voor echte, enigszins risicovolle materialen. Het spel wordt ingeleid door een verhaal of activiteit en vervolgens worden er uitdagende hoeken gecreëerd, sámen met de leerlingen. De leerkracht ziet wat er wordt gedaan en sluit aan bij het spel van de leerlingen. Tijdens het meespelen kan de leerkracht nieuwe dingen aanreiken, wordt er veel gepraat en krijgt de leerling stimulans om iets nieuws te leren.
Daarnaast worden er soms gerichte activiteiten aangeboden om een bepaald doel aan te bieden.
Groep 3 t/m 8:
In de groepen 3 t/m 8 observeren wij tijdens de lessen, we zien hoe de verwerking wordt gemaakt en nemen we in ieder geval bij de vakken rekenen, spelling, taal en begrijpend lezen na enkele weken een methodetoets af. Daarnaast worden er tweemaal in het jaar (na de kerst en voor de zomer) de landelijke toetsen van Leerling in Beeld (LiB) afgenomen. Daarmee checken de leerkrachten of hun aanpak in de afgelopen periode effectief is geweest en of de leerstof ook na langere tijd paraat is.
De toetsen worden geanalyseerd en de leerkracht verwerkt de uitkomsten in de periodevoorbereiding en lesvoorbereidingen in de komende periode. Elke les wordt kort genoteerd of de doelen zijn behaald en wordt het vervolg hiervan gepland.
Hoe specifieke ondersteuning wordt aangeboden leest u bij 'Extra ondersteuning van leerlingen' en in het SOP.
- Eind groep 6 wordt in een oudergesprek al afgestemd aan welke richting ouder(s) en school denken qua uitstroom.
- Eind groep 7 krijgen de ouders in een oudergesprek te horen wat het voorlopig schooladvies is. Dit wordt gebaseerd op: observaties, resultaten van methodetoetsen en LiB-toetsen en een algemeen beeld van de werkhouding e.d.
- In groep 8 volgt het definitieve advies. Dit worden door de leerkracht(en) van groep 8, de IB'er en de directeur weer alle gegevens zoals net genoemd op een rij gezet. De leerkrachten delen het advies in een gesprek waarbij ouder(s) én de leerling aanwezig zijn.
Vervolgens wordt de doorstroomtoets gemaakt. Wij werken met de IEP toets. Deze uitslag wordt met ouders gedeeld. Wanneer deze hoger is dan het definitieve advies volgt er opnieuw een gesprek met ouders over het definitieve advies.
In groep 8 krijgt elke leerling van de basisschool een advies voor het voortgezet onderwijs dat past bij het niveau van deze leerling. De leerling stroomt vervolgens door naar het voortgezet onderwijs. In het derde jaar wordt gekeken welk niveau de leerling werkelijk heeft vergeleken met het niveau van het schooladvies. Dit wordt vertaald naar drie categorieën: boven, op en onder advies. Bijvoorbeeld: een leerling met schooladvies vmbo-b die in het derde jaar op het vmbo-k zit, zit boven advies. En een leerling met schooladvies havo/vwo die in het derde jaar op het havo zit, zit op advies. Wanneer deze leerling in het derde schooljaar op het vwo zit, zit hij/zij boven advies.
Pas wanneer kinderen zich veilig voelen, zich gewaardeerd weten en ervaren dat ze er mogen zijn zoals ze zijn, komen ze tot leren. Met de kanjerlessen en door Taakspel te spelen werken we hier aan met de kinderen. We besteden specifiek aandacht aan respect, weerbaarheid, delen en samenwerken.
Het is belangrijk dat kinderen sociaal vaardig zijn, aan kunnen sluiten bij anderen en met hen kunnen samenspelen en werken. Burgerschap gaat voor een groot deel om deze vaardigheden. We hebben in ons burgerschapsbeleid beschreven hoe we hier gericht aan werken.
De Regenboog biedt uitstekende zorg. Uit het inspectierapport blijkt dat de inspectie tevreden is met het geboden aanbod.