SBO Het Avontuur

Windjammersingel 80 2496 ZC Den Haag

  • Schoolfoto van SBO Het Avontuur
  • Schoolfoto van SBO Het Avontuur
  • Schoolfoto van SBO Het Avontuur
  • Schoolfoto van SBO Het Avontuur
  • Schoolfoto van SBO Het Avontuur

Resultaten eindtoets

Alle leerlingen maken in groep 8 van de basisschool een eindtoets. De school kiest per schooljaar welke toets wordt gebruikt. Er zijn verschillende goedgekeurde eindtoetsen om uit te kiezen. Met de toets wordt gekeken hoeveel kennis de leerlingen hebben van taal en rekenen. De toets geeft een extra uitslag naast het schooladvies dat een leerling krijgt van de leerkracht.

Hoe gebruikt deze school tussentijdse toetsen?

Toelichting van de school

Onze Onderwijskwaliteit:Cyclisch maatwerk

Binnen het Avontuur gaan we uit van activerend adaptief onderwijs, terug te zien in onze AVONTUURmaatwerkcyclus. Ons pedagogisch klimaat is goed voor alle leerlingen van de groep, het is afgestemd op hun basale behoefte aan relatie, competentie en autonomie. We richten ons op het  realiseren van een krachtige leeromgeving die op actief leren van kinderen is gericht. Onze ambities onderwijskwaliteit en betrokkenheid staan hierin centraal. We richten ons naast kennisdoelen ook op het leerproces en vaardigheidsdoelen. Handelingsgericht werken(HGW) en Leren Zichtbaar Maken(LZM) zijn voor ons onderwijs essentieel in denken en handelen. PBS als basis voor een sterk pedagogisch klimaat maakt het mogelijk ons te richten op de inhoud van het onderwijs. Effectiviteit van ons onderwijs is afhankelijk van de betrokkenheid van leerkracht en leerling. Kinderen zijn betrokken bij hun eigen leerproces, dit doen we o.a. door te visualiseren waar kinderen mee bezig zijn d.m.v. een doelenbord, portfolio, een start- en eindopdracht en het samen opstellen van succescriteria. We gaan in gesprek met leerlingen!     Met onze maatwerkcyclus bewaken we de kwaliteit die we willen realiseren. Ons handelen is hiermee geborgd, maar ook dat van de leerlingen.  

Het (Zelf)evaluatie onderzoek helpt de leerlingen:

• vastleggen van doelen;

• verzamelen van informatie;

• registreren;

• interpreteren;

• reflecteren;

• nemen van beslissingen.

      Zicht op ontwikkeling en begeleiding

In het Avontuur hanteren we ononderbroken leerlijnen die gebaseerd zijn op de SLO doelen. Elke leerling heeft een individueel ontwikkelingsperspectief(OPP) waarmee we doelen stellen en vervolgens het onderwijsaanbod daarop aanpassen. Taal, lezen , rekenen staan centraal, in de jongste groepen is er de hele dag door specifiek aandacht voor een breed taalaanbod. Lezen en dyslexie zijn binnen onze school pijlers waar we op inzetten, ondersteuners(leerkrachten) begeleiden deze processen op school en individueel niveau. We hanteren we als rode draad methodes en landelijk genormeerde toetsen(CITO). We werken met LZM waardoor leerkrachten en leerlingen zich bewust zijn van de doelen waaraan ze werken. Hiermee stemmen we dagelijks en op lange termijn af op het niveau en de ontwikkeling van de kinderen en signaleren in ons zorgsysteem welke kinderen extra ondersteuning, begeleidding, of externe zorg nodig hebben. Vorderingen in kennis en vaardigheden worden gevolgd door middel van:

·         Methode gebonden toetsen;

·         LZM werken met start en eindopdracht zichtbaar in portfolio;

·         CITO-leerlingvolgsyteem;

·         KIJK(kleuters) Voor de JRK hanteren we KIJK.

Onze aandacht richten we op het welbevinden en de betrokkenheid van kinderen en de eventuele aanwezigheid van risicofactoren bij het kind. In samenhang daarmee worden gegevens verzameld op het gebied van de cognitieve, sociaal-emotionele en sensomotorische ontwikkeling. De ontwikkeling van beginnende geletterdheid en beginnende gecijferdheid en de daaraan gerelateerde ontwikkelingsaspecten nemen daarbinnen een belangrijke plaats in;

·         Cyclische aanpak van evalueren, analyseren, plannen, uitvoeren en weer evalueren;

·         SCOL We hanteren de Sociale Competentie Observatielijst (SCOL), het ontwikkelingsverloop van het gedrag wordt hiermee systematisch gevolgd en de ontwikkeling geanalyseerd en bij voortgangsgesprekken teruggekoppeld naar ouders. Gesprekken met leerlingen worden hierin meegenomen.

·         Ons GEZONDE verstand.

 SBO Het Avontuur en opbrengstrijk werken

SBO het Avontuur streeft naar maximale resultaten voor alle kinderen (een optimale ontwikkeling) op een passende manier. Wij streven naar maximale opbrengsten door in ons onderwijs te realiseren wat werkt. Hierbij maakt de leerkracht het verschil: de leerkracht doet ertoe! SBO Het Avontuur gaat hierbij effectief om met de verschillen tussen leerlingen. We hebben een omgeving ingericht waarin we afstemmen op de kwaliteiten en onderwijsbehoeften van onze leerlingen. Een omgeving die het kind kansen biedt zich naar eigen mogelijkheden te ontwikkelen. Hierbij spelen de drie basisbehoeften autonomie, relatie en competentie een belangrijke rol.   De drie belangrijkste factoren, die er het meest toe doen zijn: leerstof, instructiegedrag  en leertijd. Op SBO het Avontuur werken wij doelgericht. Bepalen van het referentieniveau De referentieniveaus beschrijven wat de leerlingen gedurende hun schoolloopbaan moeten kennen en kunnen op het gebied van taal en rekenen(1F). Ze zijn een van de  instrumenten om opbrengstgericht te werken: heldere doelen stellen, weten waar de leerlingen staan en op basis daarvan het onderwijs afstemmen op de behoefte van leerlingen. Ze maken het verder mogelijk de aansluiting tussen PO en VO te verbeteren. Onze leerlingen binnen SBO het Avontuur kenmerken zich door  een bepaalde stapeling van problematiek op de domeinen van leren, gedrag en ontwikkeling die het leerrendement beïnvloeden. In de Oppjes stellen we de aanpassingen in verwachtingen/doelen die voor veel van onze leerlingen op verschillende domeinen gemaakt worden.

Welk schooladvies kregen de leerlingen van deze school?

In groep 8 krijgt elke leerling een persoonlijk advies voor het voortgezet onderwijs. Het advies is voor het onderwijssoort dat past bij het niveau van de leerling. Leerprestaties, aanleg en ontwikkeling op de basisschool spelen hierbij een rol. Leerlingen krijgen eerst het voorlopige schooladvies en daarna volgt een toets. Heeft de leerling een hogere toetsuitslag dan het gegeven schooladvies? Dan stelt de school het advies bij, tenzij het in het belang is van de leerling om dit niet te doen.

Weergave Schooladvies

Bron

Zitten de oud-leerlingen van deze school in het voortgezet onderwijs boven, op of onder hun schooladvies?

In groep 8 krijgt elke leerling van de basisschool een advies voor het voortgezet onderwijs dat past bij het niveau van deze leerling. De leerling stroomt vervolgens door naar het voortgezet onderwijs. In het derde jaar wordt gekeken welk niveau de leerling werkelijk heeft vergeleken met het niveau van het schooladvies. Dit wordt vertaald naar drie categorieën: boven, op en onder advies. Bijvoorbeeld: een leerling met schooladvies vmbo-b die in het derde jaar op het vmbo-k zit, zit boven advies. En een leerling met schooladvies havo/vwo die in het derde jaar op het havo zit, zit op advies. Wanneer deze leerling in het derde schooljaar op het vwo zit, zit hij/zij boven advies.
In het derde jaar

Bron

Wat zegt de inspectie over de school?

De Inspectie van het Onderwijs onderzoekt minimaal één keer in de vier jaar het bestuur van een school. De inspectie kijkt dan of de kwaliteitszorg, de onderwijskwaliteit en de financiële zaken bij het schoolbestuur op orde zijn. Daarnaast bezoekt de inspectie een aantal scholen die bij het schoolbestuur horen en onderzoekt deze scholen nader. De gegevens van het laatste onderzoek van de inspectie zijn beschikbaar op de website van de onderwijsinspectie.

Terug naar boven