De Fontein

Hoe gebruikt deze school tussentijdse toetsen?

Toelichting van de school

Onderwijs voor alle kinderen
Elk kind leert op zijn of haar eigen manier. Ieder kind heeft unieke talenten. Op school houden wij hier zoveel mogelijk rekening mee. Kinderen die problemen hebben met het begrijpen van de leerstof krijgen extra aandacht van de leerkracht in de groep. Ook kinderen die snel door de leerstof gaan of voor wie de leerstof onvoldoende uitdaging biedt, krijgen in de groep extra aandacht van de leerkracht. Voor beide groepen leerlingen geldt dat er gezorgd wordt voor een passend onderwijsaanbod in de groep.
Bij leerlingen voor wie de basisaanpak onvoldoende is wordt een handelingsplan gemaakt waarin beschreven staat wat er precies met de leerlingen wordt gedaan. De ouders worden regelmatig geïnformeerd over de ontwikkelingen van hun kinderen en over de resultaten van de uitvoering van de handelingsplannen.

Observaties
In de groepen worden kinderen regelmatig geobserveerd om hun ontwikkeling te volgen. Dit gebeurt door de eigen leerkracht, door de intern begeleider of door een externe deskundige. Het doel van deze observaties is om meer informatie over het kind te verzamelen zodat de school het kind beter kan helpen.

Signalering
Signaleren van de vorderingen van de leerlingen vindt allereerst plaats via de observaties door de groepsleerkracht. Verder zijn er toetsen die horen bij de verschillende lesmethodes die wij gebruiken op school.  Er zijn jaarlijks een aantal momenten dat er andere methode-onafhankelijke toetsen worden afgenomen van CITO.
Hiermee wordt zichtbaar wat het kind kan en gelijk ook wat de volgende stap in zijn ontwikkeling zal zijn. Hierdoor kan de leerkracht de omgeving steeds weer aanpassen aan de behoefte en ontwikkeling van het kind.

Leerlingvolgsysteem
Alle toetsuitslagen en vorderingen van de leerlingen worden vastgelegd in het leerlingvolgsysteem. Op deze manier wordt de voortgang van elk kind heel precies en systematisch bijgehouden. Van de toetsgegevens wordt een leerlingprofiel gemaakt, waarop te zien is of een kind zich voldoende ontwikkelt. De leerlingprofielen worden gebruikt bij de leerlingbesprekingen tussen de groepsleerkracht en de Intern Begeleider. Tijdens de leerlingbespreking wordt er besproken wat precies de volgende stap voor een leerling moet worden.
Wij maken gebruik van het Cito leerlingvolgsysteem. Deze toetsen worden in heel Nederland gebruikt. Deze toetsen zeggen iets over het inzicht van uw kind en hoe het kennis en inzicht toepast op praktische vragen. Het geeft inzicht in het niveau van uw kind ten opzichte van andere kinderen in Nederland en over de beheersing van de leerstof.

Leerlingdossier
In het leerlingdossier worden administratieve gegevens van uw kind bewaard, waaronder het leerlingvolgsysteem, verslagen van gesprekken met ouders, notities van leerlingbesprekingen, rapportgegevens e.d. Het leerlingendossier is vertrouwelijk. Ouders hebben echter altijd recht op inzage, na afspraak met de directie.

Opbrengstgesprekken
Twee keer per schooljaar meten we of de leeropbrengsten van alle leerlingen in de school op het juiste niveau liggen en of het onderwijscontinuüm nog voldoet voor de schoolpopulatie. Dat doen we tijdens een opbrengstgesprek. Tijdens de opbrengstgesprekken presenteert de leerkracht de resultaten van zijn groep en vertelt wat hij het komende half jaar gaat doen om de opbrengsten te verbeteren. De andere leerkrachten geven tips hoe dit te bereiken.

Leerlingbespreking
De leerlingbesprekingen worden gehouden in drie groepen: de onderbouw, groep 3 t/m 5, groep 6 t/m 8. De besprekingen vinden plaats door middel van het intervisiemodel. De leerkracht schrijft van iedere leerling op hoe het op sociaal-emotioneel en cognitief gebied gaat. Tijdens de bespreking noemt de leerkracht de leerlingen waar hij zorg over heeft en hulp bij nodig heeft. De andere leerkrachten geven de leerkracht tips en indien noodzakelijk wordt er hulp gevraagd aan externen. Eventueel gebruik van andere toetsinstrumenten dan de Cito LVS toetsen gebeurt in overleg met de IB’er. 

Doubleren
We kijken naar de volgende criteria als we een leerling laten doubleren: Hoe zijn de scores op de methodegebonden toetsen en de Cito-toetsen? Heeft de leerling extra ondersteuning gehad in het jaar? Hoe gaat het met de leerling op sociaal emotioneel gebied? Heeft het zin dat de leerling het jaar overdoet, wordt het er sociaal-emotioneel sterker van en verwachten we dat de leerling cognitief groeit? Zijn ouders op de hoogte gesteld? En wat vinden zij ervan? Als de antwoorden op deze vragen aangeven dat het nut heeft dat de leerling de groep doubleert, dan gaan we hier toe over. Dit betekent niet, dat de leerling alle stof van het hele jaar over moet doen. We proberen zoveel mogelijk stof op maat aan te bieden.

Versnellen
Als een kind zich veel sneller ontwikkelt dan je op grond van zijn of haar leeftijd zou mogen verwachten en I+ scoort op de citotoetsen (vooral op begrijpend lezen en rekenen), gaan we de leerling doortoetsen. We toetsen de leerlingen 3 blokken door op het gebied van rekenen. Dan kijken we welke onderdelen de leerling beheerst en welke nog niet. Als een leerling onderdelen beheerst, dan mag hij deze in de les overslaan en mag hij werken aan de doelen die hij nog niet beheerst. In groep 4 t/m 7 doen wij dit door middel van het klaarzetten van werkpakketten op Junior Einstein. 

Beleid overgang
Bij de overgang van de ene groep naar de andere groep wordt goed naar de leerlingen gekeken waarbij we diverse meet-/observatie-instrumenten hanteren. We hebben hiervoor criteria opgesteld. Daarbij worden de volgende aspecten meegewogen: 

- de leeftijd van het kind;

- de ontwikkeling van het kind vanaf het moment dat het op school is;

- de sociaal-emotionele ontwikkeling van het kind;

- de cognitieve ontwikkeling van het kind.

Beleid overgang groep 2 naar 3

De ontwikkeling van kleuters verloopt niet in een vloeiende lijn, maar gaat met sprongen. Om deze sprongen goed te kunnen volgen, gebruiken wij het observatiesysteem BOSOS. Deze hanteert de ontwikkelingslijnen. Behalve naar de ontwikkelingslijnen kijken wij ook naar de schoolrijpheid. Schoolrijpheid houdt in dat het kind voldoende competenties heeft ontwikkeld om te beginnen aan onder meer het gestructureerd proces van leren lezen, schrijven en rekenen. Andere factoren die minstens even belangrijk zijn voor een succesvolle overstap naar groep 3 zijn: zelfvertrouwen, aanpassingsvermogen, zelfstandigheid, aandachts- en concentratievermogen, gestructureerd werken en prestatiemotivatie. In feite moet dus de totale persoonlijkheidsontwikkeling van het kind klaar zijn om te leren en het kind moet ook zelf willen leren. Is het kind niet gemotiveerd, is hij/zij niet taakgericht, dan bestaat de kans dat het kind niet echt openstaat voor het aanleren van vaardigheden zoals lezen en rekenen. Het kind wil nog spelen, is nog niet rijp, is met zijn/haar gedachten ergens anders. We kijken dus naar de totale ontwikkeling van de kleuter.

Het nemen van een overgangsbeslissing begint bij ons in oktober groep 2. Wij doen dan de BOSOS observatie van oktober. Mochten er twijfels ontstaan dan worden deze twijfels besproken met ouders. In deze gesprekken geven wij aan wat we gaan doen om de ontwikkeling van het kind te stimuleren en wat men daar thuis eventueel aan bij zou kunnen dragen.

In de maand januari nemen wij de BOSOS observaties van januari af. In februari doen wij bij leerlingen waar twijfel over bestaat nog een korte februari-screening vanuit BOSOS. De uitslag van deze screening wordt met ouders besproken tijdens het rapportgesprek in maart. In de  maand april stellen we bij iedere leerling de vraag: Kan er volgend jaar met het aanvankelijk leerproces begonnen worden? Is het antwoord JA, zonder twijfel, dan is er geen verder onderzoek nodig. Is het antwoord JA, met zorgen op cognitief gebied, dan nemen wij nog een leervoorwaarden onderzoek af. Is het twijfelachtig op sociaal emotioneel gebied dan is er een gerichte observatie nodig. Is het twijfelachtig op alle gebieden dan doen we naast een leervoorwaarden onderzoek ook een gerichte observatie. Het nemen van de beslissing ten aanzien van de overgang van groep 2 naar groep 3 doen wij aan de hand van de hierboven genoemde observaties en onderzoeken. Naar aanleiding hiervan wordt een verantwoorde beslissing genomen. De beslissing wordt zo laat mogelijk in het jaar pas definitief om de kans op een goede beslissing te kunnen verhogen.

Besluit overgang

Ouders worden betrokken bij de beslissing met betrekking tot de overgang naar een volgende jaargroep. De uiteindelijke beslissing ligt bij de directie

Eindadvies groep 8

Vanaf groep 6 worden de ouders/verzorgers al meegenomen in het te verwachten eindadvies van hun kind in groep 8. Aan de hand van grafieken/tabellen kunnen de ouders het ontwikkelingsprofiel van hun kind inzien en volgen tijdens de rapportgesprekken.

Hoe komen op de Fontein de uiteindelijke adviezen in groep 8 tot stand?

De leerkracht van groep 8 maakt gebruik van het LOVS. In dit leerlingvolgsysteem kijkt deze professional naar de afgelopen drie schooljaren en beoordeelt zij de behaalde resultaten van een leerling aan de hand van de gemaakte Cito-toetsen. Op school kijken wij niet alleen naar de toetsgegevens! De leerkracht observeert veel en bekijkt de werkhouding, het gedrag in de klas, huiswerkattitude. Ook de intrinsieke motivatie van de leerling wordt besproken en meegenomen in het eindadvies. Tevens wordt rekening gehouden met bepaalde zaken, zoals dyslexie of dyscalculie. Bij twijfel of een VO-school kan bieden wat een leerling nodig heeft, volgt contact tussen de leerkracht van groep 8 en de VO-school. Doel is een zo passend mogelijk eindadvies af te geven: wat past op dit moment het beste bij deze leerling? Oftewel: wat is het beste startpunt op het VO? Daarbij wordt kansrijk geadviseerd door school.

Bij de totstandkoming van het eindadvies zijn naast de leerkracht van groep 8 ook de leerkrachten van groep 6 en 7, de intern begeleider (IB) en de directie betrokken. De adviezen worden gedeeld met ouders nog voordat de leerlingen in groep 8 de eindtoets maken. Scoren zij onverwachts hoger op de eindtoets, dan wordt het eindadvies heroverwogen. Dit gaat uiteraard in samenspraak met ouders en kind, en vindt mogelijk een aanpassing van het advies plaats