Kindcentrum Balkbrug

De Omloop 2 7707 DZ Balkbrug

Schoolfoto van Kindcentrum Balkbrug

Resultaten eindtoets

Alle leerlingen maken in groep 8 van de basisschool een eindtoets. De school kiest per schooljaar welke toets wordt gebruikt. Er zijn verschillende goedgekeurde eindtoetsen om uit te kiezen. Met de toets wordt gekeken hoeveel kennis de leerlingen hebben van taal en rekenen. De toets geeft een extra uitslag naast het schooladvies dat een leerling krijgt van de leerkracht.

Welk percentage leerlingen behaalt het fundamentele niveau en welk percentage het streefniveau?

Let op: In schooljaar 2023-2024 is de eindtoets vervangen door de doorstroomtoets. Op dit moment zie je nog de resultaten van de eindtoets van 2023.
De resultaten van de doorstroomtoets van 2024 zijn na de zomer voor het eerst zichtbaar. Dit is in lijn met de beoordeling van de Inspectie van het Onderwijs. Kijk voor meer informatie op de website van de inspectie.

Let op: Voor de beoordelingen in het schooljaar 2023-2024 hanteert de inspectie naast de ongewijzigde signaleringswaarden zogenaamde correctiewaarden bij de beoordeling van de leerresultaten. Meer informatie is te vinden op de website van de inspectie.

Fundamenteel niveau

Het fundamenteel niveau is het niveau voor taal en rekenen dat zoveel mogelijk leerlingen aan het einde van de basisschool zou moeten beheersen. Dit wordt gemeten in groep acht met de eindtoets. De inspectie stelt dat minimaal 85% van alle leerlingen het basisniveau moet behalen. Deze 85% is de signaleringswaarde voor het fundamenteel niveau en dit is voor alle basisscholen in Nederland gelijk.

Bron

Streefniveau

Het streefniveau is een hoger niveau dan het fundamenteel niveau. Het doel is dat zoveel mogelijk leerlingen eind groep acht het streefniveau bereiken. Op basis van de leerlingpopulatie op school wordt door de inspectie voor elke basisschool in Nederland apart bepaald hoeveel procent van de leerlingen het streefniveau moet halen. Dat percentage is de signaleringswaarde voor het streefniveau van de school.

Bron

Hoe gebruikt deze school tussentijdse toetsen?

Toelichting van de school

In de onderbouw wordt gewerkt met de "leer- en ontwikkelingslijnen jonge kind" uit ParnasSys. Door middel van observaties worden kansen en bedreigingen gesignaleerd en kan het onderwijs daarop worden afgestemd. In groeps- en leerlingbesprekingen worden deze observaties gedeeld en worden interventies besproken.

Daarnaast worden vanaf groep 3, twee keer per jaar de IEP-toetsen voor rekenen, spelling en begrijpend lezen (vanaf groep 4) afgenomen. Voor technisch lezen maken we gebruik van de DMT en AVI toetsen voor alle leerlingen. Uiteraard wordt per kind gekeken of er op deze toetsen voldoende ontwikkeling te zien is en of er interventies voor dit kind nodig zijn. De resultaten van deze toetsen worden geanalyseerd op leerling-, groep- en schoolniveau. Zo krijgen we zicht op de sterke en zwakkere kanten in ons aanbod. Hier kunnen we ons handelen en aanbod op afstemmen.

De tussenresultaten kunnen een aanleiding zijn om bijvoorbeeld een orthopedagoog in te schakelen. Ook kunnen de analyses gebruikt worden om te bepalen welke (team)scholing wenselijk is.

Welk schooladvies kregen de leerlingen van deze school?

Toelichting van de school

In groep 7 en 8 worden de leerlingen voorbereid op de overgang naar het voortgezet onderwijs. Deze voorbereiding bestaat uit de kennismaking met het voortgezet onderwijs en het bepalen van het schooladvies.

Om het schooladvies te bepalen wordt er samen met de leerling en ouders gekeken naar de brede ontwikkeling van het kind. Het schooladvies wordt gebaseerd op onder andere de volgende aspecten:

- Kindgebonden factoren
- Ervaringen eerdere leerkrachten en intern begeleider
- Wens ouders/leerling
- Cito/IEP-gegevens groep 5, 6, 7 en 8
- Het rapportfolio: Taal, spelling, begrijpend lezen, rekenen, wereldoriëntatie en Engels

De leerkracht van groep 7 en 8 bespreekt met de intern begeleider de verschillende bovenstaande aspecten om tot een schooladvies te komen.

In het ouder-kindgesprek aan het einde van groep 7 zullen wij met u en uw kind in gesprek gaan. Samen bespreken we de verschillende aspecten (zie hierboven) die betrekking hebben op de schoolkeuze en welke doelen er worden gesteld richting groep 8. De leerkracht geeft ook een voorzichtig schooladvies tijdens dit gesprek. Het kind heeft immers nog tijd om zichzelf verder te ontwikkelen in groep 8.

Door middel van meerdere gesprekken wordt uiteindelijk in groep 8 de schoolkeuze bepaald. Dit vindt plaats in een overlegvorm tussen leerling, ouders en de leerkracht. Waar wordt de leerling het meest gelukkig? Waar kan deze leerling de beste versie van zichzelf zijn?

Als de schoolkeuze is gemaakt, vindt er een warme overdracht plaats waarin wij zorgvuldig de leerlingen overdragen naar het voortgezet onderwijs.

Weergave Schooladvies

Bron

Zitten de oud-leerlingen van deze school in het voortgezet onderwijs boven, op of onder hun schooladvies?

In groep 8 krijgt elke leerling van de basisschool een advies voor het voortgezet onderwijs dat past bij het niveau van deze leerling. De leerling stroomt vervolgens door naar het voortgezet onderwijs. In het derde jaar wordt gekeken welk niveau de leerling werkelijk heeft vergeleken met het niveau van het schooladvies. Dit wordt vertaald naar drie categorieën: boven, op en onder advies. Bijvoorbeeld: een leerling met schooladvies vmbo-b die in het derde jaar op het vmbo-k zit, zit boven advies. En een leerling met schooladvies havo/vwo die in het derde jaar op het havo zit, zit op advies. Wanneer deze leerling in het derde schooljaar op het vwo zit, zit hij/zij boven advies.
In het derde jaar

Bron

Sociale ontwikkeling

Hoe denkt deze school over sociale ontwikkeling?

School is bedoeld om te leren. Dit kan alleen als leerlingen zich veilig voelen op school. De visie en levenshouding van de Kanjertraining vormen het uitgangspunt van ons veiligheidsbeleid. We hebben een duidelijke visie op hoe we met elkaar omgaan en willen graag samen met ouders en kinderen zorgen voor een veilige school.

1. We willen te vertrouwen zijn.

De meeste mensen willen te vertrouwen zijn. Op die manier willen we gezien, gehoord en begrepen worden. We gaan daarom uit van elkaars goede bedoelingen en kijken met vertrouwen naar elkaar en de kinderen. Ons uitgangspunt is daarbij dat je jezelf mag zijn. Doe je niet anders voor dan wie je werkelijk bent, zoals je bent is het goed. En daarmee ben je te vertrouwen.

2. Wij, leerkrachten en ouders, zijn samen het gezag van het fatsoen. We zijn gezamenlijk verantwoordelijk voor de opvoeding van de kinderen. Een goede opvoeding richt zich op fundamentele menselijke waarden zoals: liefde, vertrouwen, mededogen, toewijding, verantwoordelijkheid en betrokkenheid in de breedste zin van het woord. Daarom moeten wij, ouders en leerkrachten, duidelijke leiders zijn voor kinderen: wij vertegenwoordigen het gezag van het fatsoen. We laten ons daarbij niet bepalen door negatieve gevoelens zoals angst, onmacht en ergernis. We zorgen voor een veilige sfeer door grensoverschrijdend gedrag op een nette manier zorgvuldig aan te pakken. Daarin werken we samen met elkaar.

3. We geven het goede voorbeeld. De kinderen voelen zich veilig als wij het goede voorbeeld geven: We gaan respectvol met elkaar om, we spreken respectvol over elkaar en de kinderen, ook op sociale media. Indien zich een probleem voor doet of als we ons zorgen maken, dan overleggen we met elkaar. We zoeken een oplossing die goed is voor alle betrokkenen en die recht doet aan de situatie.

Kernwaarden uit de visie op sociale ontwikkeling

  • Vertrouwen
  • Samen
  • Goede voorbeeld

Wat zegt de inspectie over de school?

De Inspectie van het Onderwijs onderzoekt minimaal één keer in de vier jaar het bestuur van een school. De inspectie kijkt dan of de kwaliteitszorg, de onderwijskwaliteit en de financiële zaken bij het schoolbestuur op orde zijn. Daarnaast bezoekt de inspectie een aantal scholen die bij het schoolbestuur horen en onderzoekt deze scholen nader. De gegevens van het laatste onderzoek van de inspectie zijn beschikbaar op de website van de onderwijsinspectie.

Terug naar boven