Basisschool Bonifatius

Zaanstraat 10 7523 HC Enschede

  • Plein en gebouw
  • Schoolfoto van Basisschool Bonifatius
  • Schoolfoto van Basisschool Bonifatius
  • Schoolfoto van Basisschool Bonifatius
  • Schoolfoto van Basisschool Bonifatius

Resultaten eindtoets

Toelichting van de school

De inspectie beoordeelt de school op basis van de uitstroomniveaus van de leerlingen uit groep 8. 

De eisen op het uitstroomniveau worden bepaald door de samenstelling van de leerlingpopulatie vanuit hun thuissituatie en achtergrond. 

Landelijk gemiddeld is het basis uitstroom% ; 97% 1F. Wij hebben een resultaat van100%  behaald.

Voor de 1S/2F uitstroom moeten wij voldoen aan een minimaal resultaat van 46%. Dit schooljaar behaalde onze school een uitstroom op 1S/2F  bij taalvezorging, rekenen en lezen van gemiddeld 61.6 %

Onze landelijke eindtoets score was 537,0

Het landelijk gemiddelde was dit jaar 534,9

In de bijlage vindt u ons 'schoolrapport' van de eindtoets 


Welk percentage leerlingen behaalt het fundamentele niveau en welk percentage het streefniveau?

Let op: In schooljaar 2023-2024 is de eindtoets vervangen door de doorstroomtoets. Op dit moment zie je nog de resultaten van de eindtoets van 2023.
De resultaten van de doorstroomtoets van 2024 zijn na de zomer voor het eerst zichtbaar. Dit is in lijn met de beoordeling van de Inspectie van het Onderwijs. Kijk voor meer informatie op de website van de inspectie.

Let op: Voor de beoordelingen in het schooljaar 2023-2024 hanteert de inspectie naast de ongewijzigde signaleringswaarden zogenaamde correctiewaarden bij de beoordeling van de leerresultaten. Meer informatie is te vinden op de website van de inspectie.

Fundamenteel niveau

Het fundamenteel niveau is het niveau voor taal en rekenen dat zoveel mogelijk leerlingen aan het einde van de basisschool zou moeten beheersen. Dit wordt gemeten in groep acht met de eindtoets. De inspectie stelt dat minimaal 85% van alle leerlingen het basisniveau moet behalen. Deze 85% is de signaleringswaarde voor het fundamenteel niveau en dit is voor alle basisscholen in Nederland gelijk.

Bron

Streefniveau

Het streefniveau is een hoger niveau dan het fundamenteel niveau. Het doel is dat zoveel mogelijk leerlingen eind groep acht het streefniveau bereiken. Op basis van de leerlingpopulatie op school wordt door de inspectie voor elke basisschool in Nederland apart bepaald hoeveel procent van de leerlingen het streefniveau moet halen. Dat percentage is de signaleringswaarde voor het streefniveau van de school.

Bron

Hoe gebruikt deze school tussentijdse toetsen?

Toelichting van de school

We werken opbrengstgericht door vooraf onze leeropbrengsten en ambities voor alle vak- en ontwikkelingsgebieden op hoog en reëel niveau vast te stellen. De te behalen kwaliteit wordt beschreven in termen van ‘opbrengsten’ dan wel streefbeelden in termen van zichtbaar gedrag, waar mogelijk aangevuld met cijfermatige indicatoren. We werken planmatig en doelgericht aan deze beschreven doelen en ambities.  Vanaf schooljaar 23 24 gebruiken we een leerlingvolgsysteem dat met name de persoonlijke groei van leerlingen laat zien. Dit is de groei tussen twee toetsmomenten. Op deze manier wordt meer inzichtelijk in hoeverre de leerling, de groep van het onderwijs heeft geprofiteerd. 

Resultaten van de leerlingen/de groepen worden geanalyseerd. De analyse van de resultaten is aanleiding om na te denken over het onderwijs in de volgende periode. We bekijken dan het onderwijsaanbod, de afstemming op de leerlingen/de groep en het didactisch handelen van de leerkracht. 


Welk schooladvies kregen de leerlingen van deze school?

Toelichting van de school

Hoe komt het schooladvies richting VO tot stand?

Groep 6; informatie aan ouders over de verwijsprocedure. Ouders ontvangen voor de eerste keer een uitstroomperspectief richting VO. 

Groep 7; Ouders/leerling krijgen actueel uitstroomperspectief.

Wij geven ouders en leerling in september groep 8  tijdens het kennismakingsgesprek) een eerste voorlopig advies. 

In november nemen wij de NSCCT af. Dit is de niet schoolse cognitieve capaciteiten test. Deze test geeft inzicht in een mogelijk leerpotentieel van de individuele leerling. De uitslag van deze test krijgt u in januari tijdens het gesprek over het voorlopig schooladvies 

 Leerlingen ontvangen tussen 10 en 31 januari (23 24) hun voorlopig schooladvies. 

Leerlingen maken in de eerste 2 weken van februari de dooorstroomtoets. 

Uiterlijk 15 maart ontvangen wij de uitslag van de doorstroomtoets.

Leerlingen en ouders ontvangen uiterlijk 24 maart van hun school het definitieve schooladvies. 

Tussen 25 maart en 31 maart melden alle leerlingen zich tegelijk, met hun definitieve advies, aan op de middelbare school.  

Krijgt de leerling een hoger toetsadvies (vanuit de resultaten van de doorstroomtoets) dan het voorlopig schooladvies? Dan geeft de school een hoger definitief schooladvies. Alleen als het in het belang van de leerling is, kan de school besluiten het advies niet te verhogen. De school moet dan  motiveren.  Is het toetsadvies lager dan het voorlopig schooladvies, dan past de school het definitieve schooladvies NIET aan. 

De schooladviezen (voorlopig en definitief) worden vastgesteld door de beide leerkrachten van groep 8, de leerkrachten van groep 6 en 7, de ib-er en directeur. De directeur is eindverantwoordelijk voor het advies.

Weergave Schooladvies

Bron

Zitten de oud-leerlingen van deze school in het voortgezet onderwijs boven, op of onder hun schooladvies?

In groep 8 krijgt elke leerling van de basisschool een advies voor het voortgezet onderwijs dat past bij het niveau van deze leerling. De leerling stroomt vervolgens door naar het voortgezet onderwijs. In het derde jaar wordt gekeken welk niveau de leerling werkelijk heeft vergeleken met het niveau van het schooladvies. Dit wordt vertaald naar drie categorieën: boven, op en onder advies. Bijvoorbeeld: een leerling met schooladvies vmbo-b die in het derde jaar op het vmbo-k zit, zit boven advies. En een leerling met schooladvies havo/vwo die in het derde jaar op het havo zit, zit op advies. Wanneer deze leerling in het derde schooljaar op het vwo zit, zit hij/zij boven advies.
In het derde jaar

Bron

Sociale ontwikkeling

Hoe denkt deze school over sociale ontwikkeling?

We helpen en begeleiden kinderen om sociaal competente individuen te worden.  Kinderen die sociaal competent zijn kunnen?en willen adequaat handelen in sociale situaties. ? Sociaal competent zijn draagt bij aan het  gevoel van welbevinden en veiligheid.  Sociaal competent zijn draagt positief  bij aan je cognitieve leren en het behalen van optimale resultaten.  

Kindgericht werken gaat ervan uit dat we naar het hele kind kijken. Dat we snappen waar gedrag vandaan komt en dat we onze begeleiding en interventies daar op afstemmen. We willen dat een  kind door sociaal leren meer in balans komt. Dat hij vaardigheden heeft  waarmee hij lastige situaties aankan zonder uit balans te raken.  Sociaal leren leert om te gaan met Stress, Angst en Kritiek ( Coping)  Hierdoor  brengt sociaal leren de buitenwereld van een kind meer in overeenstemming met zijn binnenwereld. Sociaal leren heeft invloed op het cognitieve leren van een leerling en is daarom ook belangrijk voor optimale leerresultaten en dus optimale kansen.  Sociaal leren gaat om het verkrijgen van vaardigheden om ontwikkeltaken uit te voeren. Ontwikkeltaken  gaan over het kennen van jezelf , het omgaan met anderen en de relatie jij en de ander samen,en welk gedrag je daarbij laat zien. Kinderen die sociaal competent zijn kunnen en willen adequaat handelen in sociale situaties.   

Bij de Bonifatius willen we sociaal leren onderdeel laten zijn van het hele onderwijsleerproces. Zo min mogelijk apart en ernaast maar erin en tijdens. 

Voorbeelden van ontwikkeltaken zijn :

1. Ervaringen delen Deelt de leerling met anderen wat hem bezighoudt, zowel de positieve als de negatieve ervaringen? Heeft hij plezier met andere kinderen? 

2. Aardig doen Benadert de leerling andere leerlingen op een positieve manier en draagt hij zorg voor anderen? 

3. Samen spelen en werken Kan de leerling met anderen iets tot stand brengen: overleggen, afspraken maken en ideeën inbrengen? 

4. Een taak uitvoeren. Hoe gaat de leerling om met opdrachten? 

5. Jezelf presenteren Hoe beweegt de leerling zich onder de mensen; hoe gemakkelijk maakt hij zich kenbaar? 

6. Een keuze maken Gaat de leerling impulsief te werk? Blijft hij bij een beslissing? Hoe gemakkelijk hakt hij een knoop door? In hoeverre beslist de leerling zelf en in hoeverre laat hij zich leiden door anderen? 

7. Opkomen voor jezelf. Hoe gaat de leerling om met weerstand? Kan hij voor zichzelf zorgen? Vraagt hij op tijd om hulp? 

8. Omgaan met ruzie. Kan de leerling een verschil van mening of een belangentegenstelling oplossen, zonder dat het leidt tot een knallende ruzie?  ( probleemoplossings-vaardigheden) 



Kernwaarden uit de visie op sociale ontwikkeling

  • Ik; besef hebben van jezelf
  • Jij; de ander begrijpen
  • Samen komen tot oplossingen

Wat zegt de inspectie over de school?

Toelichting van de school

In november 2013 is op de Bonifatiusschool een inspectiebezoek geweest.

Dit verslag waarin het basistoezicht en het vertrouwen van de inspectie is toegekend aan de school staat nog niet op de site van de inspectie. Bij het doorklikken hieronder verschijnt dus ook niet het meest actuele rapport.

Terug naar boven