SO-VSO De Kom

Pa Hoeklaan 2 6651 TG Druten

Schoolfoto van SO-VSO De Kom

Het team

Alle personeelsleden van de school vormen samen het team. Zowel de leerkrachten voor de klas, als het niet onderwijzend personeel. Vaak zijn er op een school specialisten aanwezig die extra ondersteuning bieden aan leerlingen die dit nodig hebben. Elke school kent daarin een eigen aanpak. Hoe het team is samengesteld en hoe de school bijvoorbeeld vervanging regelt? Dat kan alleen de school je vertellen.

Vakleerkrachten op deze school

Hoe wordt vervanging geregeld?

Onderwijsgroep Punt Speciaal heeft voor zijn 6 scholen een eigen vervangingspool: Flexpunt. Hiermee worden alle vervangingen, zowel lang- als kortdurend geregeld. In de pool zijn er vaste en tijdelijke leraren en onderwijsassistenten werkzaam. Daarnaast zijn ook de parttimers en duo-collega’s van de eigen school benaderbaar door Flexpunt voor invalklussen. Bij vervanging wegens ziekte of bij afwezigheid, vraagt de directie via een boekingssysteem een invaller aan bij Flexpunt. We streven er naar om zo min mogelijk verschillende ‘gezichten’ voor de klas te hebben en we houden zoveel mogelijk rekening met voorkeuren en expertise van zowel de invaller als de groep/school.

Medewerkers op deze school (instellingsniveau)

Hoe is de verdeling mannen en vrouwen?

Bron

Wat is de leeftijd van de teamleden?

Bron

Hoe zijn de teamleden verdeeld over de verschillende functiegroepen?

Bron

Hoe zijn de leerlingen gegroepeerd?

Toelichting van de school

Personeel

Op De Kom werken ongeveer 100 medewerkers, te verdelen in onderwijzend en (onderwij)ondersteunend personeel. Het onderwijzend personeel bestaat uit de regiodirecteur, teamleiders, groepsleerkrachten en onderwijsassistenen SO, groepsleerkrachten en onderwijsassistenten VSO, intern begeleider en vakleerkrachten voor vakken als Bewegingsonderwijs, Rots en water en muziek. De overige vakleerkrachten voor de praktijkvakken zijn groepsleerkrachten of groepenassistenten die zich in een specifiek vak verdiept hebben. Ook zijn er groepsleerkrachten en groepsassistenten met een taak zoals de stagecoördinator en de stagebegeleider.

Het (onderwijs)ondersteunend personeel bestaat uit orthopedagogen, psychodiagnostisch medewerker, conciërges en het administratief personeel. Ook werken er zorgondersteuners op de school. Zij zijn in dienst van Stichting Zorgverlening ’s Heeren Loo en worden gefinancierd vanuit een persoonsgebonden budget (PGB) van de individuele leerlingen. Zorgondersteuners werken ook op andere plekken zoals op de buitenschoolse- of weekendopvang. Stichting Zorgverlening ’s Heeren Loo levert therapieën zoals spel- en muziektherapie, beeldende en psychomotorische therapie.

Onze school heeft een eigen paramedisch team in dienst. Deze bestaat uit een afdeling fysiotherapie en logopedie. De fysiotherapeuten en de ergotherapeuten die aan school verbonden zijn behandelen alleen leerlingen met een TLV -hoog. Daarnaast ondersteunen en adviseren zij de klassenleiding en ouders/verzorgers. Leerlingen die geen TLV-hoog hebben maar wel behoefte hebben aan fysiotherapie of ergotherapie kunnen, bekostigd vanuit de zorgverzekering, behandeld worden door een externe therapeut met wie de school samenwerkt. De logopedisten kunnen zowel leerlingen met een bekostiging laag-midden-hoog behandelen. Zij geven individuele- en groepstherapie aan leerlingen en worden ook ingezet om de deskundigheid in de klassen op peil te houden en te vergroten. Overigens worden de adviezen op school ook zoveel mogelijk doorgesproken met ouders/verzorgers zodat thuis in dezelfde lijn doorgezet wordt. Therapieën mogen in principe niet tijdens schooltijd gegeven worden, tenzij ze ondersteunend zijn aan het onderwijsleerproces van de leerling of tenzij er individuele redenen voor de leerling zijn waarom therapie niet buiten schooltijd kan plaatsvinden. Voor therapie tijdens schooltijd dient een verzoek ingediend te worden bij de commissie van begeleiding. Deze commissie besluit of de therapie ondersteunend is aan het onderwijsleerproces van de leerling en of het verzoek wordt ingewilligd of afgewezen.

Leerlingen die problemen ondervinden bij de integratie van hun zintuiglijke waarnemingen kunnen hiervoor sensorische integratie therapie krijgen. De therapie wordt gegeven door de afdeling fysiotherapie en is alleen toegankelijk voor leerlingen die een TLV-hoog hebben. Zonder indicatie kunnen leerlingen wel terecht voor onderzoek bij de interne fysiotherapeuten/ergotherapeut in samenwerking met een externe fysiotherapeut met wie de school samenwerkt. Als vervolgens blijkt dat behandeling geïndiceerd is, kan deze externe therapeut via de zorgverzekering wel worden ingeschakeld. Ouders kunnen uiteraard ook zelf een therapeut zoeken.

Management team

Het management team bestaat uit een regiodirecteur drie teamleiders onderwijs, de coordinator leerlingenzorg en het hoofd administratie/facilitaire dienst. De regiodirecteur is lid van het Gemeenschappelijk Managementteam (GMT) van Onderwijsgroep Punt Speciaal. In het GMT zitten de uitvoerend bestuurder en regiodirecteuren van de scholen. De regiodirecteur van de school coördineert de continuïteit, de kwaliteit en de ontwikkeling van het geboden onderwijs en de daarvoor beschikbare financiële middelen. Daarnaast onderhoudt de regiodirecteur de externe contacten die bij de school horen. De school telt drie teamleiders. Een teamleider is verantwoordelijk voor het aansturen van het SO team en twee teamleiders zijn verantwoordelijk voor het aansturen van het VSO team.

Zorgteam overleg

In het zorgteam hebben zitting: de coördinator leerlingenzorg, die tevens voorzitter en orthopedagoog is, de orthopedagoog, de intern begeleider, de teamleiders onderwijs en de regio directeur. De zorgteam voert wekelijks overleg. Het zorgteam heeft onder andere als taak om er met het team voor te zorgen dat iedere leerling optimaal gebruik kan maken van de leerstof op school en zich daardoor maximaal kan ontwikkelen. Zij heeft drie hoofdtaken met betrekking tot de leerlingen, namelijk plaatsing, monitoring en is adviserend met betrekking tot het beleid. Daarnaast houdt het zorgteam toezicht op het opstellen en evalueren van (start) Ontwikkelingsperspectief plannen (OPP's) en het wijzigen van leerroute en/of uitstroombestemming. Daarnaast biedt het zorgteam  extra hulp en begeleiding aan individuele leerlingen op het verzoek van de klassenleiding of ouders/verzorgers. De hulp kan geboden worden door de orthopedagoog op pedagogisch niveau of de omgevings-en thuissituatie en de interne begeleiding op didactisch gebied. Op basis van psychologisch, pedagogisch, diagnostisch of maatschappelijk onderzoek kunnen door de verschillende disciplines handelingsadviezen worden gegeven en doelen worden bijgesteld. Het zorgteam heeft ook de taak om de processen op groeps- en individueel niveau in de groepen te begeleiden en te coachen.

Tijdens de schoolloopbaan zal de leerling een aantal keren getest worden door de psychodiagnostisch medewerker, op verzoek van de orthopedagoog. Vaak is dit een niveaubepaling, maar het kan ook een specifiek onderzoek zijn, naar een leerprobleem of het sociaal-emotioneel functioneren. Ouder(s)/ verzorger(s) worden hier altijd vooraf van op de hoogte gebracht. De niveaubepaling is onder andere nodig om een toelaatbaarheidsverklaring (TLV) te krijgen. Aan de school zijn ook paramedische diensten verbonden zoals schoolarts, logopedie, fysiotherapie en ergotherapie. Zij maken geen deel uit van het zorgteam. De coördinator leerlingenzorg draagt zorg voor de communicatie met de medische en paramedische diensten.

Groepssamenstelling

Het aantal groepen en de samenstelling daarvan wordt bij het SO als het VSO jaarlijks op basis van de leerlingenaantallen, de leerroutes en de ondersteuningsbehoefte van leerlingen vastgesteld.

Inrichting onderwijs

In het SO zitten leerlingen in de leeftijdscategorie van vier tot ongeveer twaalf jaar. Het VSO is bestemd voor leerlingen in de leeftijdscategorie van ongeveer twaalf jaar tot achtien jaar. Het onderwijs hier is zowel praktisch gericht als theoretisch gericht, met de nadruk op praktisch onderwijs. 

Leerstromen

De leerlingen op De Kom verschillen onderling dus sterk in ontwikkelingsniveau. Voor iedere leerling wordt volgens de landelijke richtlijnen een ontwikkelingsperspectief met daaraan gekoppeld een leerroute bepaald. Binnen De Kom hebben we de verschillende klassen ingedeeld in leerstromen. In een leerstroom kunnen leerlingen met verschillende leerroutes zitten. Per leerstroom streven we naar een aanvang- midden- en eindgroep.

 De 1 en 2 stroom is bedoeld voor leerlingen met een matig tot licht verstandelijke beperking, van wie verwacht wordt dat ze schoolse vaardigheden vanaf het aanvankelijk niveau kunnen gaan beheersen en toe komen aan schoolse vaardigheden als lezen en rekenen. Het verschil tussen beide stromen is dat in de 2 stroom de leerlingen op sociaal emotioneel gebied minder weerbaar en daardoor meer kwetsbaar zijn. In de 2 stroom kunnen ook leerlingen met b.v. autisme, bij wie de stoornis wat minder op de voorgrond staat, met de nodige aanpassingen functioneren. Het pedagogisch klimaat in deze klassen is vooral stimulerend en uitlokkend van aard. In de pedagogische aanpak wordt ernaar gestreefd de leerlingen te leren om binnen hun mogelijkheden zo zelfstandig mogelijk te functioneren en verantwoordelijkheden te dragen die passen bij hun niveau van sociaal-emotionele ontwikkeling. Dit betekent in de praktijk dat de leerlingen gedurende hun schoolloopbaan leren binnen de bekende omgeving van de school verantwoordelijk te zijn voor bijvoorbeeld (eigen) materialen, agenda. Dit wordt tenslotte uitgebouwd binnen een passende stage naar een toekomstige, meestal beschutte, werkomgeving.

Groepsgrootte: Gezien de redelijke mate van zelfredzaamheid en zelfstandigheid bij deze leerlingen is de groepsgrootte binnen de 1 en 2 stroom ongeveer 14 leerlingen.

De 3 stroom is bedoeld voor leerlingen die op ernstig verstandelijk beperkt niveau functioneren en/of kinderen bij wie een gedragsstoornis zo belemmerend werkt op de gehele ontwikkeling dat de cognitieve ontwikkeling beperkt blijft. Verwacht wordt dat deze groep leerlingen beperkt toekomt aan schoolse vaardigheden. Het pedagogisch klimaat in de klassen van de 3 stroom is gericht op het bieden van veiligheid en structuur op het niveau van de sociaal-emotionele ontwikkeling van deze leerlingen. Alleen binnen een veilige en zeer gestructureerde omgeving kunnen deze leerlingen zich naar hun mogelijkheden ontwikkelen. De pedagogische aanpak wordt geheel afgestemd op het lage sociaal-emotionele ontwikkelingsniveau. Streven naar zelfstandigheid betekent bij deze leerlingen streven naar vergroting van de zelfredzaamheid en taakgerichtheid. Deze groep leerlingen zal zelf geen verantwoordelijkheden kunnen dragen, zij blijven ook in de bekende omgeving grotendeels afhankelijk van sturing en zorg van volwassenen. Verwacht wordt dat deze leerlingen vorderingen kunnen maken op gebied van zintuiglijke ontwikkeling, communicatie, zelfredzaamheid, taakgerichtheid en praktische vaardigheden. Aan het eind van de schoolloopbaan wordt verwacht dat de leerlingen in een beschutte omgeving zo zelfstandig en gericht mogelijk kunnen werken aan taken op het eigen ontwikkelingsniveau.

Groepsgrootte: Gezien de geringe mate van zelfredzaamheid en zelfstandigheid bij deze leerlingen is de groepsgrootte binnen de 3 stroom ongeveer 9 leerlingen.

De 4 stroom is bedoeld voor leerlingen met een stoornis binnen het autistisch spectrum (ASS) die door de ernst van hun autisme niet kunnen functioneren binnen heterogene klassen van de andere stromen. Het ontwikkelingsniveau van de leerlingen in deze klassen is verschillend: van ernstig tot licht verstandelijk beperkt. In deze klassen staat de gespecialiseerde pedagogische aanpak centraal. Op De Kom werken we bij de begeleiding van leerlingen met ASS niet volgens één bepaalde methodiek. We maken gebruik van verschillende methodieken zoals elementen uit Teacch en elementen uit ‘Geef me de 5’. Uitgangspunt in de ontwikkeling van leerlingen met ASS is de ontwikkeling van persoonsafhankelijk naar structuurafhankelijk met als uiteindelijke doel volledige zelfstandigheid binnen de mogelijkheden van het kind. Volledige zelfstandigheid is bereikt als structuren geïnternaliseerd zijn. Het is belangrijk om structuren helder en duidelijk neer te zetten. Daarom is de kern in de begeleiding van leerlingen met ASS op De Kom het verhelderen en vereenvoudigen van hun omgeving. De inrichting van de klassen sluit aan bij de pedagogische aanpak. Elke leerling heeft een afgescheiden plaats met zo nodig schotten en individuele werkkastjes. De verschillende gedeelten van de klas, zoals werk- en speelruimte zijn duidelijk van elkaar gescheiden.

Als de voor het kind belemmerende gedragsproblematiek vermindert of verdwijnt door de sterk gestructureerde leeromgeving is de ontwikkelingsverwachting vervolgens afhankelijk van het ontwikkelingsniveau van het kind. De verwachting is dat de leerling zich dan ontwikkelt zoals een kind van de 1, 2 of 3 stroom.In alle klassen voor kinderen met autisme vormt het aanleren van zelfredzaamheidvaardigheden en sociale redzaamheidvaardigheden een onderdeel van het curriculum.

Groepsgrootte: Gezien het zeer individueel gerichte onderwijs en de ernstige gedragsproblematiek van de leerlingen is de groepsgrootte ongeveer 9 leerlingen.

De 5 stroom is bedoeld voor leerlingen met een meervoudige beperking. In deze klassen worden leerlingen geplaatst die door hun motorische beperking of andere lichamelijke aandoeningen veel verzorging vragen. Het ontwikkelingsniveau van de leerlingen in deze klassen is verschillend: van ernstig tot licht verstandelijk beperkt. Belangrijkste aspecten van het pedagogisch klimaat in deze klassen zijn rust en veiligheid. Er wordt voldoende tijd ingeroosterd voor specifieke verzorging en extra handelingen. Voor deze groep leerlingen vormt dit een voorwaarde om tot goed leren te komen. Het is voor deze leerlingen van belang dat de omgeving voldoende uitlokkend en stimulerend is. Er zijn leerlingen die door de motorische beperking slechts zeer beperkt in staat zijn om tot exploratie te komen. De ontwikkelingsverwachting is afhankelijk van het ontwikkelingsniveau en de mate van de motorische beperking van het kind. Het onderwijsaanbod wordt individueel bepaald en varieert afhankelijk van de leermogelijkheden van de leerling en de verwachtingen die men kan stellen in verband met de meervoudige beperking.

Groepsgrootte: De groepsgrootte is vastgelegd op ongeveer 9 leerlingen.

Onderwijs- zorgklassen

De Kom heeft twee onderwijs- zorgklassen. Binnen de 5 stroom hebben we so/vso 5+ en buiten de leerstromen om hebben we de Kameleon. So/vso5+:

Bij de groep leerlingen die voor so/vso 5+ in aanmerking komt, is sprake van een extra intensieve of complexe zorgvraag waarmee zowel het wonen als het onderwijs geconfronteerd wordt. Veiligheid en fysiek welbevinden staan voorop. Qua leeftijd, niveau van functioneren en ontwikkelingsperspectief is deze groep heel divers. Het gaat om leerlingen van zowel het so als het vso. Qua niveau van functioneren en daaraan gekoppeld ontwikkelingsperspectief gaat het zowel om leerlingen die gebaat zijn bij een belevingsgericht aanbod als om leerlingen die gebaat zijn bij een taakgericht aanbod.

Kameleon:

In de Kameleon zitten leerlingen die qua leeftijd, niveau van functioneren en ontwikkelingsperspectief zeer divers zijn. Qua leeftijd gaat het om leerlingen van zowel het so als het vso. Qua niveau van functioneren en daaraan gekoppeld ontwikkelingsperspectief gaat het zowel om leerlingen die gebaat zijn bij een belevingsgericht aanbod als om leerlingen die gebaat zijn bij een taakgericht of arbeidsgericht aanbod. Wat hen zo anders maakt is dat leerlingen van de Kameleon sociaal emotioneel zeer kwetsbaar zijn. Ze kunnen niet de hele dag in een groep functioneren en zouden niet naar school kunnen als ze in één van de andere klassen geplaatst zouden moeten worden. Ze voelen zich onveilig en uiten dat in externaliserende (naar buiten gerichte) gedragsproblematiek in de vorm van zeer impulsief gedrag, hardnekkig opstandig gedrag of verbaal en/of fysiek agressief gedrag gericht op zichzelf of anderen. Deze leerlingen voelen zich niet veilig. Daarom richten we ons binnen de Kameleon vooral op het herstellen van het gevoel van veiligheid. We werken aan de basisvoorwaarden die ten grondslag liggen aan dat gevoel van basisveiligheid. Dat betekent voor ieder kind een basisritme, een basisprogramma, een basisplek en basiscommunicatie op het individueel niveau van het kind. Voor een enkel kind zal het mogelijk zijn geheel of gedeeltelijk in te stromen binnen de zml schoolsetting. Voor de meeste leerlingen zal dit niet haalbaar blijken. Deze leerlingen blijven in ‘de Kameleon’ onderwijs volgen.

Vakleerkrachten

Voor de lessen beweging en zwemmen zijn vakleerkrachten in dienst.

Een vakleerkracht bewegingsonderwijs heeft een aantal uren als combifunctionaris G-sport. Deze richt zich op leerlingen van 6-19 jaar uit het speciaal onderwijs. Doel hierbij is het vergroten van de sport- en beweegparticipatie van onze leerlingen na schooltijd bij een sportvereniging. Daarvoor worden i.s.m. lokale sportverenigingen diverse sportclinics aangeboden. Door deze clinics kunnen de leerlingen op school, in een vertrouwde omgeving, in een vertrouwde omgeving kennis maken met de sport en de trainers.

Op het gebied van muziek wordt de klassenleiding geadviseerd door onze muziektherapeute. Zij ontwikkelt leerlijnen, werkvormen en/of methodieken op het gebied van muziek, daar waar bestaand materiaal ontoereikend of weinig praktisch blijkt voor de specifieke doelgroepen binnen de school. Advisering vindt plaats in de vorm van individuele coaching van de klassenleiding of door middel van het aanbieden van interne workshops.

Klasindeling

  • Bouwgroepen/Stamgroepen/Heterogene groepen
  • Groepsdoorbrekende niveaugroepen

Hoe wordt de tijd op school besteed?

Leerjaar 1 en 2

Toelichting van de school

Wij hebben in onze beschrijving van de onderwijstijd geen onderscheid gemaakt in leerjaar 1 en 2 ten opzichte van leerjaar 3 t/m 8 zoals in het regulier onderwijs gebruikelijk is. 17 De onderwijstijd voor leerjaar 1 en 2 van het SO en VSO zijn opgenomen in de overzichten die te vinden zijn bij het kopje van de onderwijstijd voor leerjaar 3 t/m 8.

Overige leerjaren

Toelichting van de school

De Kom kent de leerroutes 1-4. In elke leerroute werken de leerlingen per vak, in stappen, toe naar einddoelen. De stappen (doelen) worden gehaald uit de leerlijnen. Er worden hiervoor verschillende leerlijnen gebruikt.

Voor leerroute 1, de EMB groepen, gebruiken we de leerlijnen van Plancius/CED (Leerlijnen CED). De uitstroombestemming is belevingsgerichte dagbesteding.

Voor leerroute 2 wordt in de eerste 3 leerjaren in het SO gebruik gemaakt van de Plancius leerlijnen, daarna van de leerlijnen (V)SO van het CED (Leerlijnen CED SO Leerlijnen CED VSO). De uitstroombestemming is taakgerichte en arbeidsmatige dagbesteding.

Voor leerroute 3 en 4 gebruiken we de leerlijnen (V)SO van het CED (Leerlijnen CED SO Leerlijnen CED VSO). De uitstroombestemming is (beschutte)arbeid (voor leerroute 3 ook arbeidsmatige dagbesteding).

Extra mogelijkheden op deze school

Extra ondersteuning van de leerlingen

Toelichting van de school

De Kom biedt speciaal onderwijs en voortgezet speciaal onderwijs aan zeer moeilijk lerende leerlingen. Op De Kom zitten leerlingen met een verstandelijke beperking en/of een meervoudige beperking. Onder meervoudige beperking verstaan we een combinatie van een verstandelijke beperking en een lichamelijke beperking. Ook leerlingen met een IQ tot 35 met lichamelijke problematiek en/of een bijkomende stoornis vallen onder de categorie meervoudig beperkt. Daarnaast heeft De Kom veel leerlingen bij wie sprake is van bijkomende psychiatrische problematiek zoals autisme, ADHD of een hechtingsstoornis. We kennen een afdeling voor speciaal onderwijs (SO) en een afdeling voor voortgezet speciaal onderwijs (VSO). Onze leerlingen zijn tussen de 4 en 20 jaar oud. Iedere klas heeft een digibord of een verrijdbaar touch screen.  In de klassen wordt het dagprogramma visueel ondersteund met een pictogrammenbord. Voor een aantal leerlingen kennen we een individueel systeem op maat ter ondersteuning van het dagprogramma.  De lokalen hebben een keukenblok en delen een toiletblok met een aangrenzende klas.  De autismeklassen en de onderwijs-zorgklas De Kameleon hebben individuele werkplekken.  Onderwijs-zorgklas SO-VSO5+ heeft de beschikking over twee lokalen. Onderwijs-zorgklas Linawijs heeft een individuele ruimte per leerling. Op de hoofdlocatie zijn er vier gescheiden grote speelplaatsen. Daarnaast heeft een aantal klassen een eigen kleinere speelplaats waar leerlingen individueel in of tweetallen kunnen spelen.  Op de hoofdlocatie zijn er verschillende instructieruimtes/rustruimtes verspreid door de school. Er zijn klassen met een individuele rustruimte in het klaslokaal.  Voor het bewegingsonderwijs zijn op de hoofdlocatie twee moderne gymzalen beschikbaar, waarvan er één volledig is aangepast voor leerlingen met een meervoudige beperking. Beide gymzalen hebben gescheiden kleedruimtes met douches.  Voor de behandeling van leerlingen zijn op de hoofdlocatie vier moderne behandelruimtes voor fysiotherapie en ergotherapie. De afdeling logopedie beschikt over twee behandelruimtes. Verder is een aparte, prikkelarme testkamer.  Op de hoofdlocatie zijn ervoor het VSO praktijklokalen zoals een goed geoutilleerde keuken, een techniek en- houtbewerkingslokaal, een magazijnlokaal, een was- en droogruimte en een pantry. 

Welke specialisten ondersteunen op deze school?

Terug naar boven