Bron: <b>DUO</b><br />Vergelijkbare scholen: <b>basisscholen met een vergelijkbare schoolweging.</b><br /> <a href="https://achtergrondinformatie.vensters.nl/p/VenstersPO/6192449487635142" class="button button-link" target="_blank"><i class="fas fa-external-link-square-alt"></i> Achtergrondinformatie</a>">Bron
Het streefniveau is een hoger niveau dan het fundamenteel niveau. Het doel is dat zoveel mogelijk leerlingen eind groep acht het streefniveau bereiken. Op basis van de leerlingpopulatie op school wordt door de inspectie voor elke basisschool in Nederland apart bepaald hoeveel procent van de leerlingen het streefniveau moet halen. Dat percentage is de signaleringswaarde voor het streefniveau van de school.
De school hanteert de cyclus van IEP
Deze toetsen vormen, samen met het kwaliteitsbeleid van de school, de basis voor handelingsplannen.
Handelingsplannen zijn op maat gemaakte afspraken die leerlingen helpt zich verder te ontwikkelen.
De adviseur onderwijs en kwaliteit heeft hier een sturende rol in.
Doorstroomtoets en de totstandkoming van het basisschooladvies
Tijdens de gehele basisschoolperiode bereiden we onze leerlingen voor op een soepele overgang naar het voortgezet onderwijs (VO). Aan het eind van de basisschool in groep 8 maken alle leerlingen de doorstroomtoets (voorheen de eindtoets), de toets is wettelijk verplicht. Leerlingen maken tussen 27 januari en 16 februari 2025 de doorstroomtoets (de papieren toetsen zijn op 4 en 5 februari 2025). Po-scholen melden zich tussen 1 oktober en 15 november 2024 aan voor een doorstroomtoets.
De naam doorstroomtoets geeft aan wat er bedoeld wordt: de toets markeert niet het einde van de ontwikkeling van een leerling, maar vormt een onderdeel van de doorstroom van het basisonderwijs naar het voortgezet onderwijs. Ook in het voortgezet onderwijs blijven leerlingen zich ontwikkelen.
Met ingang van schooljaar 23/24 ziet het proces rondom advisering – afname doorstroomtoets – aanmelding VO er in groep 8 als volgt uit: Leerlingen ontvangen tussen 10 en 31 januari 2025 hun voorlopig schooladvies. In de eerste of tweede volle week van februari maken leerlingen de doorstroomtoets. Uiterlijk 15 maart ontvangen de scholen de uitslag van de doorstroomtoets. Leerlingen en ouders ontvangen uiterlijk 24 maart 2025 van hun school het definitieve schooladvies.
Tussen 25 maart en 31 maart 2025 melden alle leerlingen zich, met hun definitieve advies, aan op de middelbare school (*Voor leerlingen uit het po, so en sbo die de overstap maken naar het vso, geldt de centrale aanmeldweek niet).
Hoe wordt voortaan het schooladvies bepaald? Eind groep 7 volgt het pré-advies, dit voorlopig advies wordt bepaald aan de hand van de gehele ontwikkeling van de leerling. De leerkracht, de adviseur onderwijs en kwaliteit (OAK) en de directeur zijn betrokken bij het bepalen van het advies.In groep 8 volgt het tweede voorlopig advies in januari. In februari maken de leerlingen de doorstroomtoets van IEP en uiterlijk 24 maart krijgen de leerlingen het definitieve schooladvies. Tussen 25 en 31 maart melden leerlingen zich, met hun definitieve advies, aan op de middelbare school. Voor leerlingen uit het Po die de overstap maken naar het Voortgezet Speciaal Onderwijs (VSO), geldt de centrale aanmeldweek niet. Bij deze leerlingen is het samenwerkingsverband Zoetermeer betrokken.
In groep 8 krijgt elke leerling van de basisschool een advies voor het voortgezet onderwijs dat past bij het niveau van deze leerling. De leerling stroomt vervolgens door naar het voortgezet onderwijs. In het derde jaar wordt gekeken welk niveau de leerling werkelijk heeft vergeleken met het niveau van het schooladvies. Dit wordt vertaald naar drie categorieën: boven, op en onder advies. Bijvoorbeeld: een leerling met schooladvies vmbo-b die in het derde jaar op het vmbo-k zit, zit boven advies. En een leerling met schooladvies havo/vwo die in het derde jaar op het havo zit, zit op advies. Wanneer deze leerling in het derde schooljaar op het vwo zit, zit hij/zij boven advies.
Op IKC De Gaerde bieden we onderwijs op maat uitgaande van de onderwijsbehoefte van het kind. Dit houdt in dat wij elke leerling goed in beeld hebben, kijken wat een kind nodig heeft en daarbij de expertise hebben om dit te bieden.
De Inspectie van het Onderwijs onderzoekt minimaal één keer in de vier jaar het bestuur van een school. De inspectie kijkt dan of de kwaliteitszorg, de onderwijskwaliteit en de financiële zaken bij het schoolbestuur op orde zijn. Daarnaast bezoekt de inspectie een aantal scholen die bij het schoolbestuur horen en onderzoekt deze scholen nader. De gegevens van het laatste onderzoek van de inspectie zijn beschikbaar op de website van de onderwijsinspectie.