RK Basisschool Mariadonk

Hoefstraat 13 4735 TA Zegge

  • Schoolfoto van RK Basisschool Mariadonk
  • Schoolfoto van RK Basisschool Mariadonk
  • Schoolfoto van RK Basisschool Mariadonk
  • Schoolfoto van RK Basisschool Mariadonk

Resultaten eindtoets

Toelichting van de school

Centrale Eindtoets

In groep 8 maken de kinderen de Centrale eindtoets basisonderwijs van Cito. Deze toets meet de prestaties van ieder kind in taal, rekenen en informatieverwerking. De prestaties van alle kinderen in groep 8 bij elkaar zeggen iets over het resultaat dat onze school haalt. Het eindresultaat van alle scholen in Nederland ligt tussen 500 en 550; het landelijke gemiddelde ligt meestal rond 535. De afgelopen schooljaren scoorde Mariadonk boven het landelijk gemiddelde. In 2020 is er geen Centrale Eindtoets afgenomen vanwege de gevolgen van het Coronavirus.

Welk percentage leerlingen behaalt het fundamentele niveau en welk percentage het streefniveau?

Let op: In schooljaar 2023-2024 is de eindtoets vervangen door de doorstroomtoets. Op dit moment zie je nog de resultaten van de eindtoets van 2023.
De resultaten van de doorstroomtoets van 2024 zijn na de zomer voor het eerst zichtbaar. Dit is in lijn met de beoordeling van de Inspectie van het Onderwijs. Kijk voor meer informatie op de website van de inspectie.

Let op: Voor de beoordelingen in het schooljaar 2023-2024 hanteert de inspectie naast de ongewijzigde signaleringswaarden zogenaamde correctiewaarden bij de beoordeling van de leerresultaten. Meer informatie is te vinden op de website van de inspectie.

Fundamenteel niveau

Het fundamenteel niveau is het niveau voor taal en rekenen dat zoveel mogelijk leerlingen aan het einde van de basisschool zou moeten beheersen. Dit wordt gemeten in groep acht met de eindtoets. De inspectie stelt dat minimaal 85% van alle leerlingen het basisniveau moet behalen. Deze 85% is de signaleringswaarde voor het fundamenteel niveau en dit is voor alle basisscholen in Nederland gelijk.

Bron

Streefniveau

Het streefniveau is een hoger niveau dan het fundamenteel niveau. Het doel is dat zoveel mogelijk leerlingen eind groep acht het streefniveau bereiken. Op basis van de leerlingpopulatie op school wordt door de inspectie voor elke basisschool in Nederland apart bepaald hoeveel procent van de leerlingen het streefniveau moet halen. Dat percentage is de signaleringswaarde voor het streefniveau van de school.

Bron

Hoe gebruikt deze school tussentijdse toetsen?

Toelichting van de school

Het volgen van uw kind

In de klas letten de leerkrachten goed op de ontwikkeling van uw kind. Tussentijds nemen ze toetsen af, observeren ze, spreken met de kinderen (het kindleergesprek), maken ze rapporten van de vorderingen en bespreken dit allemaal met collega’s waaronder de intern begeleider.  

Via een centrale, digitale opslag van gegevens (het kindvolgsysteem dat Parnassys heet) houden we de ontwikkeling van ieder kind zorgvuldig in de gaten. Daarbij wordt ook gekeken naar de resultaten van de hele groep. Aan de hand van de gegevens stelt de leerkracht een kindplan bij voor de komende tijd. Elk kind krijgt op het moment dat hij/zij start op school een eigen kindplan. In dat plan staat ook wat er moet worden bereikt voor de basisvakken (de opbrengstverwachtingen). Uiteraard bespreken we de vorderingen en plannen van het kind ook met het kind zelf en met de ouders. Kinderen (en ouders) hebben mede inspraak in het kindplan.  

Kijk! 0-7 jaar

Kijk! is een ontwikkelingsvolgsysteem dat wij hanteren voor kinderen in groep 1-2, ook onze voorschoolse kinderopvangpartners werken met Kijk!. Kijk! neemt het kijken naar kinderen als vertrekpunt voor het opzetten van activiteiten in de groep. Centraal bij Kijk! staat het observeren van kinderen bij activiteiten en in situaties die voor hen betekenisvol zijn. Om kinderen zo goed mogelijk te kunnen begeleiden in hun ontwikkeling, is het belangrijk voor leerkrachten om een duidelijk beeld te hebben van het ontwikkelingsverloop van kinderen in hun groep. Kijk! is tevens een belangrijk hulpmiddel bij het signaleren van onderwijsachterstanden en het rapporteren aan u als ouder.

LVS-toetsen

Naast de methode gebonden toetsen maken alle leerlingen twee keer per jaar toetsen die deel uit maken van het Cito Volgsysteem primair- en speciaal onderwijs. Alle toetsen van dit volgsysteem zijn op elkaar afgestemd, onder meer op het gebied van de rapportage. Met de toetsen van het volgsysteem kunnen we de vorderingen van individuele leerlingen, groepen leerlingen en het onderwijs bij ons op school van groep 3 tot en met 8 volgen.

De prestaties worden vergeleken met die van medeleerlingen en met een landelijk gemiddelde. Daarbij worden de resultaten geplaatst in een soort grafiek, waaruit blijkt of het kind goed ‘meegroeit’, stilstaat of zelfs achteruitgaat. In de laatste twee gevallen zal de leerkracht samen met de intern begeleider mogelijk een ontwikkelingsperspectief opstellen. De leerkrachten worden gestimuleerd met collega’s te overleggen over de voortgang van ‘hun’ kinderen. Dit overleg levert vaak goede suggesties op voor een nog betere begeleiding van de kinderen.

Minimaal tweemaal per jaar vinden er leerling- en groepsbesprekingen plaats waarin leerkrachten samen met de intern begeleider hun plan van aanpak evalueren en bijstellen voor de aankomende periode. Ook met kinderen en ouders worden deze tussenresultaten besproken.

NSCCT

NSCCT staat voor Niet Schoolse Cognitieve Capaciteiten Test. Deze test is ontwikkeld door de Rijksuniversiteit Groningen en kan het leervermogen toetsen van kinderen van groep 4 tot en met groep 8. Hierdoor krijgen leerkrachten beter zicht op wat leerlingen mogelijk kunnen, worden onderpresteerders opgezocht en kan het onderwijs aanbod beter afgestemd worden op de leerlingen. Door het gebruik van de test kunnen scholen werken aan Opbrengstgericht onderwijs.

Vier fases worden doorlopen bij het werken met de test:

-Er wordt door de leerkracht een inschatting van het niveau gemaakt van elke leerling.

-De test wordt afgenomen; dit gebeurt volgens een vaststaand protocol binnen een uur tijd en meestal in de eerste vier maanden van het schooljaar.

-Binnen 10 werkdagen volgt een uitslag van de test in een leerpotentieel.

-Vergelijkingen maken met de inschatting van de leerkracht, de kennistoetsen en de NSCCT test leveren interessante gegevens op van de leerlingen.

De uitslag van de test helpt een school te werken aan opbrengst bewust onderwijs: de test is een instrument om het onderwijs nog beter te laten aansluiten op wat kinderen kunnen. De NSCCT wordt op Mariadonk jaarlijks afgenomen in de groepen 4, 6 en 8.

SIDI

Op Mariadonk nemen we in groep 2, 3, 5 en 7 de SIDI lijst af, waar nodig ook aangevuld door ouders. SIDI helpt ons om tot een professionele signalering en screening van kinderen met een ontwikkelingsvoorsprong en/of meer- en (hoog)begaafde kinderen te komen. Elk kind heeft recht op goed onderwijs, waar het kan leren, groeien en zich kan ontwikkelen. Goed onderwijs begint met het bepalen van de leerbehoefte. Het gaat daarbij niet alleen om een leerbehoefte op inhoud, maar met name ook om het leerproces. Soms hebben kinderen een belemmering om tot leren te komen. Ook bij cognitief talentvolle (intelligente en/of (hoog)begaafde) leerlingen gaat leren niet altijd vanzelf en kunnen zij een belemmering hebben, die optimaal leren in de weg staat.

NCO-onderzoek

Onze school legt in het leerlingvolgsysteem gegevens over de schoolresultaten van de leerlingen vast. Die gegevens zijn belangrijk om het onderwijs van onze school te verbeteren en voor onze gesprekken met bijvoorbeeld de Inspectie van het Onderwijs. Sommige van deze gegevens zijn ook belangrijk voor wetenschappelijk onderzoek. Vooral de resultaten van taal- en rekentoetsen kunnen hiervoor belangrijk zijn. Door de resultaten van taal- en rekentoetsen te analyseren weten we wat de ontwikkeling van onze leerlingen is en hoe goed onze school het doet. Dit is belangrijk, omdat dit ons helpt om het onderwijs op onze school beter te maken, maar ook het onderwijs in heel Nederland helpt verbeteren. De school gaat de resultaten van de taal- en rekentoetsen sturen aan het Centraal Bureau voor de Statis­tiek (CBS) (www.cbs.nl ), zodat het gebruikt kan worden voor onderzoek naar de ontwikkeling van onze leerlingen. Het CBS zorgt ervoor dat deze resultaten in een veilige omgeving worden opgeslagen voor het Nationaal Cohortonderzoek Onderwijs NCO (www.nationaalcohortonderzoek.nl). Daarnaast zorgt het CBS ervoor dat leerlingen nooit herkenbaar zijn voor andere mensen. Dit betekent dat onderzoekers nooit een leerling of school kunnen herkennen. Ook in openbare publi­caties zullen leerlingen of scholen nooit te herkennen zijn.   De verwerking van persoonsgegevens vindt alleen plaats binnen de beveiligde omgeving van het CBS, volgens de wettelijke regels en de strenge regels van het CBS. Het CBS doet dit ook voor alle andere statistieken die zij maakt. Mocht u, als (nieuwe) ouder be­zwaar hebben tegen het gebruik van de gegevens van uw kind voor dit onderzoek, dan kunt u dit laten weten bij de school. De school zorgt er dan voor dat de gegevens van uw kind niet aan het CBS gestuurd worden. Op onze website is meer informatie over dit onderzoek te lezen.

Welk schooladvies kregen de leerlingen van deze school?

Toelichting van de school

Naar het voortgezet onderwijs

De kinderen en hun ouders krijgen aan het begin van het schooljaar van groep 8 informatie over de overgang naar het voortgezet onderwijs. Basisscholen geven vóór 1 maart alle kinderen een (schriftelijk vastgelegd) definitief schooladvies.  

Plaatsingswijzer

Met de Plaatsingswijzer als instrument wordt de advisering door de basisschool naar het vervolgonderwijs ondersteund door de meerjarige ontwikkeling van het kind, zoals die zichtbaar wordt in het kind volgsysteem van de school. Bij de Plaatsingswijzer staan de gegevens uit het kind volgsysteem vanaf groep 6 centraal. Er wordt gekeken naar de ontwikkeling van het kind bij:

·            Begrijpend Lezen

·            Rekenen & Wiskunde

·            Technisch Lezen

·            Spelling

De eerste twee onderdelen tellen hierbij het zwaarst.  

De Plaatsingswijzer is geen instrument, waarbij met een druk op de knop een schooladvies wordt aangeleverd. Dit zou de kinderen geen recht doen, maar ook de leerkrachten niet. De Plaatsingswijzer is een hulpmiddel om tot een goed doordacht en goed onderbouwd advies te komen. Bij het opstellen van het advies voor een kind wordt natuurlijk veel meer informatie betrokken, bijvoorbeeld de werkhouding, de motivatie en de sociaal-emotionele ontwikkeling, zoals vermeld in het Onderwijskundig Rapport. Alle beschikbare informatie over het kind leidt dus tot het uiteindelijke schooladvies. Het uiteindelijke schooladvies wordt bepaald door de directie, leerkracht en de intern begeleider.  

Het schooladvies van de basisschool is leidend voor de toelating in het voortgezet onderwijs. De score op de eindtoets is aanvullend en fungeert bij de toelating als onafhankelijk tweede gegeven. Wanneer een score op de eindtoets hoger uitvalt dan het schooladvies moet de school het advies heroverwegen en vindt er overleg plaats met ouder en kind. Wanneer de score van de eindtoets lager is, wordt het schooladvies niet heroverwogen.  De Plaatsingswijzer wordt tijdens de kind-ouder gesprekken vanaf groep 6 regelmatig besproken, zodat ouder en kind tijdig meegenomen worden in het proces van totstandkoming van het schooladvies. Eind groep 7 ontvangen kinderen hun voorlopig schooladvies.

Weergave Schooladvies

Bron

Zitten de oud-leerlingen van deze school in het voortgezet onderwijs boven, op of onder hun schooladvies?

In groep 8 krijgt elke leerling van de basisschool een advies voor het voortgezet onderwijs dat past bij het niveau van deze leerling. De leerling stroomt vervolgens door naar het voortgezet onderwijs. In het derde jaar wordt gekeken welk niveau de leerling werkelijk heeft vergeleken met het niveau van het schooladvies. Dit wordt vertaald naar drie categorieën: boven, op en onder advies. Bijvoorbeeld: een leerling met schooladvies vmbo-b die in het derde jaar op het vmbo-k zit, zit boven advies. En een leerling met schooladvies havo/vwo die in het derde jaar op het havo zit, zit op advies. Wanneer deze leerling in het derde schooljaar op het vwo zit, zit hij/zij boven advies.
In het derde jaar

Bron

Sociale ontwikkeling

Hoe denkt deze school over sociale ontwikkeling?

Visie op sociale opbrengsten.

Naast leren vinden we sociale vaardigheden heel belangrijk. Daarom wordt schoolbreed invulling gegeven aan het pedagogisch klimaat en het ontwikkelen van sociale vaardigheden door inzet van het SWPBS-programma.  

Wij volgen de sociaal-emotionele ontwikkeling van kinderen systematisch. Dat doen we met meetinstrumenten en middels observatie en gesprekken met kinderen en ouders aan de hand van SCOL en Kijk!. 2x per jaar worden de signaleringslijsten ingevuld door leerkrachten (en vanaf groep 6 ook door kinderen) en worden er groeps- en individuele analyses en een plan van aanpak gemaakt door het team. 

SWPBS (SchoolWide Positive Behvior Support) is een werkwijze welke zich volgens een doelmatige, schoolbrede aanpak richt op het versterken van gewenst gedrag en voorkomen van probleemgedrag. Het doel is het creëren van een positieve, sociale omgeving die het leren bevordert en gedragsproblemen voorkomt.  

De nadruk van SWPBS ligt op het stimuleren en belonen van positief gedrag, echter is er ook aandacht voor ongewenst gedrag. Er gelden schoolbrede afspraken over hoe omgegaan wordt met ongewenst gedrag en hoe gewenst gedrag van de kinderen beloond wordt. Daarnaast zijn er schoolbrede gedragsverwachtingen waar iedereen zich in de school en in de klas aan houdt.  

Kinderen leren hiermee om op een positieve manier met elkaar om te gaan. Samen zorgen ze voor een goede sfeer in de groep en op school, zodat iedereen zich veilig voelt en met plezier naar school toe gaat.

Kinderen ontwikkelen zich het beste in een sociale gemeenschap: wij besteden aandacht aan groepsgevoel en saamhorigheid.

Respect, verantwoordelijkheid en veiligheid zijn kernwaarden in ons onderwijs en zijn de basis voor een optimale ontwikkeling van de kinderen.

Respect

Respect is het sleutelwoord: respect voor elkaar, respect voor de wereld waarin wij samen leven en werken.

Verantwoordelijkheid

Wij stimuleren kinderen samen verantwoordelijk te zijn voor een prettige, veilige schoolomgeving voor zichzelf en elkaar. Kinderen krijgen en nemen verantwoordelijkheid in hun eigen ontwikkelingsproces waaronder de sociaal emotionele ontwikkeling. 

Veiligheid

De school is een veilige plek, een ontmoetingsplaats waarin kinderen, ouders en leerkrachten samen leven en werken. Kinderen van onze school nemen actief deel aan onze samenleving. Burgerschapsvorming is geïntegreerd in het aanbod. 

Kernwaarden uit de visie op sociale ontwikkeling

  • Respect
  • Verantwoordelijkheid
  • Veiligheid

Wat zegt de inspectie over de school?

Toelichting van de school

Onderwijsinspectie

Waardering 'GOED' juni 2022.

De inspectie van het onderwijs controleert de Nederlandse scholen op kwaliteit en opbrengsten. De rapporten zijn terug te vinden op de website van de inspectie. Sinds 2018 houdt de inspectie meer toezicht op afstand. Dit houdt in dat veelal de besturen bezocht worden om met hen in gesprek te gaan over de kwaliteit van de scholen.

De scholen rapporteren vervolgens aan het bestuur tijdens de schoolbezoeken, die 2 keer per jaar plaatsvinden.

In 2022 heeft het 4-jaarlijks bestuursbezoek plaatsgevonden bij De Borgesiusstichting.

Op aandragen van het bestuur in het kader van het aanvragen van een waardering 'GOED' heeft de inspectie daarbij op 28 juni 2022 basisschool Mariadonk bezocht en daarbij ook de waardering 'GOED' afgegeven.

De onderwijsinspectie heeft een uitgebreid onderzoek gedaan naar de kwaliteit van het onderwijs op Mariadonk door middel van documentanalyse, klasbezoeken, gesprekken met ouders, kinderen van de leerlingenraad, de intern begeleider, directeur en het team.

Het eindoordeel van de inspectie is dat de kwaliteit van het onderwijs op Mariadonk: 'GOED' gewaardeerd wordt.

Dit betekent dat de basiskwaliteit van het onderwijs zoals de wet dit stelt op orde is en dat de school daarbovenop nog schooleigen ambities realiseert. We zijn enorm blij met deze waardering vanuit de inspectie en trots op dit mooie resultaat!

In maart 2021 heeft op Mariadonk een thema onderzoek plaatsgevonden door de onderwijsinspectie over ‘De gevolgen van de Coronacrisis in het basisonderwijs’.

De inspectie maakt geen school specifieke rapporten van deze themabezoeken. De inspecteur was tijdens het themabezoek erg positief over de wijze waarop er tijdens de coronaperiode (en nu nog steeds) vorm gegeven is aan het onderwijsleerproces op Mariadonk en de effecten van alle interventies die we hierop hebben ingezet.

Terug naar boven