Basisschool St Ludgerus

Weverswei 4a 8711 GP Workum

  • Schoolfoto van Basisschool St Ludgerus
  • Schoolfoto van Basisschool St Ludgerus
  • Schoolfoto van Basisschool St Ludgerus

Het team

Toelichting van de school

In ons IKC werkt een professioneel team van medewerkers. Het team van de kinderopvang werkt nauw samen met het team van de school.

Suzanne Ferwerda en Guusje van Balen werken in de kleutergroepen. Khadra Yusuf werkt als klasse assistent in de onderbouw.

Annelies IJntema is verantwoordelijk voor groep 3. Op donderdag is groep 3 bij groep 4, samen met Loretta Zeinstra.

Bart van Zeijl heeft groep 4 onder zijn hoede. En hij vervangt de leerkrachten op hun administratie-dagen.

Hugo van Balen is verantwoordelijk voor groep 5 en 6. Natasja Walta heeft dit schooljaar groep 7 en 8. 

Jildou Brinkman is op maandag in groep 5,6 en op vrijdag in groep 7,8. 

Bij de Kinderopvang is Petra Bekkema de coördinator en werken Annick Siegers en Sytske Siegersma als pedagogisch medewerkers op de groep.

Vakleerkrachten op deze school

Hoe wordt vervanging geregeld?

Vervanging

Wanneer een groepsleerkracht afwezig is vanwege ziekte, scholing of een vergadering, dan wordt hij of zij zo veel mogelijk vervangen door een collega binnen onze school. Is dit niet mogelijk dan maken we gebruik van vaste invalkrachten uit onze Stichting. Het bureau SLIM regelt de vervanging voor alle scholen van de Bisschop Möller Stichting. De BMS heeft een stappenplan opgesteld. Daarin staat o.a. beschreven dat wanneer er geen leerkracht of vervanger beschikbaar is, de leerlingen, indien mogelijk, de eerste twee dagen niet naar huis worden gestuurd. Zij worden opgevangen in de andere groepen. Dat betekent dat er dan geen sprake is van lesgevende tijd maar van opvang. Dit is voor ons een noodmaatregel. 

Directie van de school

Medewerkers op deze school (instellingsniveau)

Hoe is de verdeling mannen en vrouwen?

Bron

Wat is de leeftijd van de teamleden?

Bron

Hoe zijn de teamleden verdeeld over de verschillende functiegroepen?

Bron

Hoe zijn de leerlingen gegroepeerd?

Toelichting van de school

Indeling in groepen

Onze school werkt met jaargroepen die deel uitmaken van een combinatiegroep.Wij willen het werken in combinatiegroepen stimuleren. Immers, kinderen leren veel van en met elkaar. Als verschillende jaargroepen bij elkaar zitten, gaat dit op een natuurlijke manier. Dit is een belangrijke voorwaarde voor het hedendaagse onderwijs waarbij we werken met thema's en projecten. De leerlingen leren op die manier ook goed om zelfstandig te werken. Op onze school bestaat de onderbouw uit de groepen 1,2 en 3. De middenbouw uit groep 4 en 5 en de bovenbouw zijn de groepen 6,7,8.

Aannamebeleid

Als ouder ben je vrij in de keuze voor een bepaalde school. Onze school is een Katholieke school. Maar ouders van alle gezindten kunnen hun kind bij ons aanmelden. Wij staan open voor iedereen en vragen de ouders/verzorgers onze Katholieke grondslag te respecteren.  Nieuwe ouders nodigen we uit voor  een gesprek met de directeur, en een rondleiding. Daarna kunnen ze verzoeken hun kind in te mogen schrijven op onze school. De ouders vullen daarvoor een inschrijfformulier in. Beide ouders dienen het formulier te tekenen. Ook wanneer de ouders zijn gescheiden. Als er geen bijzonderheden zijn, wordt de leerling daarna inschreven op de school. Onze school hanteert een toelatingsbeleid dat opgesteld is door de BMS.

Bij kinderen die vier jaar geworden zijn en zijn ingeschreven op onze school, komt de leerkracht langs voor een huisbezoek. Jullie kind kan daarna vier keer meedraaien met de groep voordat hij/zij vier jaar is. 

Om te voorkomen dat ouders gaan ‘shoppen’ met hun kind(eren), omdat ze het bijvoorbeeld niet eens zijn met hun huidige basisschool, wordt onderstaande procedure gevolgd: Ouders bellen of komen voor informatie.  Er volgt een gesprek met de directeur en ouders. Dit gesprek heeft een informatief karakter. Er wordt contact opgenomen met de school van herkomst (bijvoorbeeld hier in Workum) en gevraagd naar meer informatie. In geval van ‘problemen’ dient betrokkene eerst pogingen te ondernemen om de problemen op de ‘eigen school’ op te lossen. Informatie van de school, de ouders en bevindingen team en directie worden naast elkaar gelegd. Er vindt zo nodig, met toestemming van de ouders, inzage plaats in afgenomen toetsen van de vorige school (leerlingendossier). Indien van toepassing wordt een aantal toetsen afgenomen op gebied van lezen, taal en rekenen.

Aannamebeleid voor leerlingen met een specifieke onderwijsbehoefte

Bij leerlingen met een complexe zorgvraag, zal de beslissing tot toelating geschieden op basis van een zorgvuldige afweging tussen de ontwikkelingsmogelijkheden van de leerling en de mogelijkheden van de school. Het schoolondersteuningsprofiel (SOP) is hierbij leidend. Bij die afweging (op schoolniveau), zal de aard en de ernst van de hulpvraag, de leeftijd van de leerling, de mogelijkheden van de school en de interne en externe begeleiding aan de leerling een belangrijke rol spelen. In het bijzonder wanneer er sprake is van ernstige gedragsproblematiek, zal nagegaan worden of en met welke voorwaarden, een kind in het reguliere basisonderwijs geplaatst kan worden. In het School-ondersteuningsprofiel staan onze criteria beschreven. Een leerling met een complexe zorgvraag wordt eerst voorlopig ingeschreven. Het document waarin de toelatingsprocedure beschreven staat, ligt op school ter inzage en staat op de website. Bij aanmelding van anderstalige leerlingen volgt tevens een overlegperiode, waarbij ook de gemeente betrokken kan  zijn.

Wat leren de kinderen op school  

De werkwijze van de Kanjertraining

Kinderen horen zich op school veilig te kunnen ontwikkelen. Daarom zorgt onze school voor een veilige omgeving. Een omgeving zonder geweld, pesten en intimidatie, waarin de fysieke veiligheid van kinderen gewaarborgd is en de kans op ongelukken zo klein mogelijk. Juist op een basisschool is een ongeluk zo gebeurd. Waar zo veel jonge kinderen spelen, zijn de risico’s onmiskenbaar. Het is daarom noodzakelijk om structureel en systematisch aandacht te besteden aan een veilige schoolomgeving én veilig gedrag. Dit is een zaak voor iedereen die bij de school betrokken is.

De Kanjertraining is een methode die de basis vormt van de manier waarop we in ons kindcentrum met elkaar omgaan. 

De kanjertraining leert kinderen respectvol om te gaan met zichzelf, elkaar en de schoolgemeenschap. Van alle betrokkenen verwachten we dat we zoeken naar oplossingen waar iedereen zich gehoord en gezien voelt. Iedereen verlangt naar een (school)gemeenschap waarin je jezelf kan zijn zonder gepest of uitgelachen te worden. De lessen uit de Kanjertraining geeft de leerlingen handvatten voor sociale situaties. Kinderen gedragen zich verschillend in bepaalde situaties. De meesten zijn vriendelijk, behulpzaam en op een leuke manier grappig of stoer. Maar gedrag kan soms negatief doorslaan. We vragen de kinderen altijd: “is dit jouw bedoeling?” Negatief gedrag wordt dan door de leerling bijna altijd omgebogen tot positief gedrag.

Om verschillend gedrag te duiden werkt de Kanjertraining met petten:

De tijger draagt de witte pet: is zichzelf, te vertrouwen, vriendelijk , behulpzaam en op een leuke manier grappig en stoer.

Het konijn draagt de gele pet: gedraagt zich vriendelijk, netjes en inlevend. Zonder witte pet trekt zij/hij zich echter terug en gedraagt zich angstig

Het aapje draagt de rode pet: gedraagt zich op een blijmoedige manier en heeft humor. Zonder witte pet gaat hij/zij echter meelopen en slooft zich uit.

De vlerk draagt de blauwe pet: vertoont leiderschapsgedrag en durft initiatief te nemen. Zonder witte pet speelt zij/hij echter de baas, zoekt ruzie en kan pesten. 

In de Kanjerlessen leren de kinderen d.m.v. gesprekken, rollenspellen e.d. steeds weer naast de gekleurde pet de witte pet op te zetten.

De leerkrachten hebben allemaal een training gevolgd (en worden bijgeschoold) om de Kanjertraining mogen gebruiken.

Op school is een omgangsprotocol (pestprotocol) aanwezig. Dit is geschreven vanuit de Kanjergedachte en geeft aan hoe de school omgaat met pesten en conflicten. U vindt het protocol op onze website.  

Levensbeschouwelijke vorming

Samen met de kinderen staan we stil bij vieringen en feesten in het (kerkelijk) jaar. Samen geven we hier invulling aan:  Allerzielen (november) Advent (december) kerst, de Vastentijd (in februari/maart) Palmpasen, Witte Donderdag en Pasen zijn de jaarfeesten waar we aandacht aan besteden. We werken met een methode voor levensbeschouwelijke vorming. De methode die we gebruiken heet Hemel en Aarde. In die methode, maar ook in onze groepsgesprekken vertellen we ook over de andere levensbeschouwelijke vormen uit onze omgeving en in de grotere wereld om ons heen. We leren onze leerlingen met respect om te gaan met de vele diverse vormen van levensbeschouwing.  

Werken met ontwikkelingsmateriaal en werken in hoeken

In ons Integraal Kindcentrum zijn de peuters al volop bezig met ontdekken, spelen en leren.

Met behulp van ontwikkelingsmateriaal komt het jonge kind spelenderwijs in aanraking met begrippen als verhoudingen, afmetingen, gewichten e.d. Ontwikkelingsmaterialen zijn bijvoorbeeld spellen; puzzels; materialen gericht op vormen, op kleuren en op vele andere begrippen. Het werken en leren gebeurt grotendeels in themahoeken, zoals de huishoek, de bouwhoek en de leeshoek.  Een kleuter leert ontdekkend en al doende. Het streven is dat ook in de hogere groepen de kinderen ontdekkend blijven leren. Door een uitdagende leeromgeving te creëren (o.a. door de aanwezigheid van veelzijdig materiaal in de verschillende hoeken), wordt het kind uitgedaagd om van alles te gaan ondernemen en te ontdekken.  

Terwijl de kleuter werkt met ontwikkelingsmateriaal, worden allerlei ontwikkelingsgebieden gestimuleerd, zoals de (fijne) motoriek en de zintuigen. Ook wordt het inzicht in verhoudingen, de ruimte en het platte vlak bevorderd en het gevoel voor kleur en vorm verder ontwikkeld.  Daarnaast oefenen de kleuters de sociale omgang en de spreektaal, omdat ze in groepjes bezig zijn. Tijdens de lessen wordt er gewerkt in thema’s, waarbij de belevingswereld van het kind uitgangspunt is en dus vaak centraal staat. Hierbij worden diverse technieken aangeleerd, zoals knippen, plakken, vouwen, prikken enz.  


Taal / Lezen

Een goede taalontwikkeling is essentieel voor een goede algemene ontwikkeling: voor een goed begrip en actieve deelname in de maatschappij. In onze onderbouw krijgen de vijfjarigen een logopedische screening. Deze mogelijkheid komt voort uit ons beleid voor Passend Onderwijs. Een goede spraak-taal ontwikkeling is een belangrijk uitgangspunt voor een goede taalontwikkeling. De taalmethode die wij gebruiken heet Taalverhaal.

Het is belangrijk dat kinderen geschreven teksten kunnen lezen en begrijpen. Zij maken daardoor kennis met allerlei elementen van onze en andere culturen uit het verleden en het heden. Er is veel aandacht voor informatieve teksten maar natuurlijk ook voor plezier in lezen. Gedachten en gevoelens van anderen kunnen daardoor beleefd worden. Het leesonderwijs bestaat uit verschillende facetten:  

Voorbereidend leesonderwijs

In groep 1-2  maar ook al in de peutergroepen, vinden allerlei activiteiten plaats die bedoeld zijn als voorbereiding op het leesonderwijs. Bij deze voorbereiding sluiten we aan bij de aanvankelijk leesmethode Lijn 3 die in groep 3 wordt aangeboden. Op die manier kunnen we inspelen op de verschillende leerbehoeftes ten aanzien van het leren lezen en zorgen we voor een doorgaande lijn.    

Aanvankelijk leesonderwijs

In groep 3 gaat de ontwikkeling verder met technisch lezen. Hierbij wordt gebruik gemaakt van de methode: Lijn 3. Dit is onze methode voor het aanvankelijk technisch lezen. 

Groep 3 leert en werkt een groot deel nog in hoeken. Deze hoeken zijn net als bij de kleuters, leerrijk en uitdagend ingericht en stimuleren het het leren. Ze brengen de kinderen een stap verder in hun eigen ontwikkeling. Werken vanuit hoeken sluit aan bij de natuurlijke 'drive' van het kind om te willen leren en ontwikkelen. 

Voortgezet leesonderwijs

In de groepen 4 t/m 8 vindt er steeds meer verschuiving plaats van het technisch lezen naar het begrijpend en studerend lezen. Kennis, vaardigheid en een goede motivatie worden hier ontwikkeld, om verschillende soorten teksten te kunnen begrijpen en waarderen. Wij gebruiken hierbij o.a. de methode ‘Tekstverwerken’ (vanaf groep 5). Ook worden er boekpresentaties gedaan. Voor het technisch lezen gebruiken we de methode ‘Lekker Lezen’. Voor ons is de Nederlandse taal een instrument dat kinderen in allerlei dagelijkse situaties nodig hebben om te communiceren, om de wereld om hen heen te verkennen en te ordenen. In groep 1 en 2 komen kinderen veel gevarieerde situaties tegen, waarin de taalontwikkeling centraal staat. Het spreken en begrijpend luisteren is erg belangrijk. En natuurlijk de woordenschatontwikkeling: de basis voor goed begrijpend luisteren en lezen.  

Vanaf groep 4 wordt gebruik gemaakt van de taalmethode: Taalverhaal. Het mondeling taalgebruik en het luisteren krijgt veel aandacht. De schriftelijke taal omvat o.a. spelling en stellen. De uitbreiding van de woordenschat krijgt daarnaast veel aandacht. Woordenschat is namelijk zeer belangrijk bij het begrijpen van de gesproken en geschreven taal. Ook houden de leerlingen  spreekbeurten en presentaties. 

Fries

We willen de kinderen doelbewust laten omgaan met meertaligheid en aansluiten bij de eigen spreektaal, het Fries. Vooral voor jonge kinderen is het van belang, dat ze worden opgevangen in hun eigen taal. Wij vinden het belangrijk, dat kinderen de taal goed kunnen verstaan, spreken en lezen. Vanaf groep 1 maken we gebruik van de methode Spoar 8. We lezen voor in het Fries en kinderen lezen zelf ook Friese boeken. 

Engels

De kinderen komen in de wereld rondom hen heen op velerlei manieren in aanraking met de Engelse taal. Deze taal speelt in onze Nederlandse samenleving een belangrijke rol. Al vanaf de kleutergroepen komen onze leerlingen in aanraking met Engels. We gebruiken hiervoor o.a. de methode My name is Thom. In de bovenbouwgroepen werken we met ‘Stepping Stones Junior’. Met deze methode leren de kinderen omgaan met de Engelse woorden en eenvoudige teksten. Luister- en spreekvaardigheid zijn hierbij het belangrijkst. Er wordt op die manier een eenvoudige basis gelegd voor het vervolgonderwijs. 

Naast Nederlands en Fries spreken sommige leerlingen ook een andere moedertaal zoals Spaans of Duits. In de week van de meertaligheid organiseren we activiteiten die aansluiten bij alle talen die onze leerlingen kennen. 

Schrijven

Het schrift is een communicatiemiddel, maar ook een middel tot expressie. We gebruiken de methode ‘Pennenstreken’.  Onze methode leert de kinderen het blokschrift.   

Rekenen

Dagelijks worden kinderen geconfronteerd met rekenkundige begrippen, waarvoor ze een oplossing moeten bedenken. Met onze nieuwe  reken- en wiskunde methode ‘Wereld in Getallen’, voor groep 3 t/m 8, laten we kinderen in aanraking komen met allerlei herkenbare en toepasbare begrippen vanuit het dagelijks bestaan. In de groepen 1 en 2 gebruiken we deze methode ook. Deze methode biedt voorbereidende reken- en wiskunde activiteiten zoals tellen, meten, wegen, getalbegrip, en ruimtelijke oriëntatie. De methode is voor een deel digitaal. Daarnaast werken de leerlingen met verschillende digitale programma's zoals het Rekenmuurtje en Rekentuin. Zij kunnen op hun eigen niveau door dit programma heen. Hiervoor gebruiken ze de computer of de laptop. Ze kunnen ook thuis met dit programma aan de slag.  

Wereldoriëntatie

Een zeer belangrijk vakgebied bij ons op school is wereldoriëntatie. Omdat de school deel uitmaakt van de haar omringende wereld, laten wij de kinderen kennis maken met allerlei aardrijkskundige, biologische, natuurkundige, weerkundige, menskundige, geschiedkundige en maatschappelijke zaken. In ons IKC zijn deze onderwerpen volledig geïntegreerd in de thema’s. We maken gebruik van de methode Faqta. De leerlingen werken hierbij veel samen en maken presentaties en werkstukken. Bij Faqta wordt het leervermogen van de leerling ontwikkeld. Je kunt niet alles weten maar wel alles opzoeken. Bij Faqta is aandacht voor de persoonlijke kwaliteiten van het kind. Ook uitstapjes buiten de school horen bij dit onderdeel wereldoriëntatie. We nodigen regelmatig ouders uit om te komen kijken en ouders leveren soms hun bijdrage aan projecten door zelf een presentatie te geven of hun bedrijf open te stellen. Wij stimuleren deze manier van samenwerking.   

 

Burgerschapskunde en sociaal-emotionele ontwikkeling

Alle scholen zijn verplicht om in hun onderwijs aandacht te besteden aan het nieuwe vormingsgebied ‘Burgerschapskunde’, d.w.z. aan actief burgerschap en sociale integratie. Scholen hebben de opdracht hun leerlingen voor te bereiden op deelname aan de pluriforme samenleving. Voor ons op school is dat zeer vanzelfsprekend.  Op onze school worden de activiteiten, passend bij dit vormingsgebied geïntegreerd aangeboden binnen andere vak- en vormingsgebieden. Daarnaast zetten we de Kanjertraining in. De Kanjertraining bevordert de sociale interactie; en nodigt uit tot kritische meningsvorming. Ze richt zich op de ontwikkeling van de eigen identiteit en besteedt aandacht aan conflicthantering. De methode werkt altijd vanuit de relatie met de omgeving (de buitenwereld). Om burgerschap een duidelijke zichtbare plek te geven in ons onderwijs, hebben we binnen de BMS een beleidsplan burgerschap opgesteld en uitgewerkt op schoolniveau.

Waar mogelijk zoeken we de relatie op met onze omgeving. Je kunt daarbij denken aan excursies, actualiteiten, bezoekjes aan diverse instellingen, meedoen met allerlei activiteiten. Deze activiteiten sluiten aan bij de kerndoelen van ons onderwijs.  

Omgaan met computers en social media

Wij bereiden onze leerlingen goed voor op een maatschappij waarin ICT een grote rol speelt. De leerlingen leren op onze school hoe ze zelfstandig kunnen werken met deze moderne technologieën. We laten onze leerlingen kennis maken met programmeren en hebben diverse digitale materialen aangeschaft om hiermee aan de slag te gaan. Wij streven ernaar om de zelfstandigheid van leerlingen te vergroten.  De leerling leert, mede door gebruikmaking van ICT, in zoveel mogelijk situaties een aantal schoolse vaardigheden verder te ontwikkelen, toe te passen en kennis op te bouwen. Daarnaast vinden we het als school belangrijk om onze leerlingen mediawijsheid te leren: hoe ga je verantwoord om met internet en social media. Een belangrijk onderdeel is daarbij ook de voorlichting voor ouders en leerlingen over de gevaren van social media. Hiervoor nodigen we externe expertise uit om ouder- en leerling bijeenkomsten te organiseren (1 x per twee jaar).  

Creatieve vakken

Tekenen, handvaardigheid, en muzikale vorming en culturele activiteiten zijn bij ons belangrijke vakgebieden die we tijdens onze projecten inzetten. Naast alle andere vakgebieden, nemen de creatieve vakken een belangrijke plaats in. Zij vormen een wezenlijk onderdeel van ons onderwijsleerproces, waarbij de kinderen veel plezier beleven. Muzikale vorming gebeurt ook door leerlingen kennis te laten maken met de muzieklessen van de muziekschool en uitstapjes naar culturele voorstellingen. We werken regelmatig samen met cultuurinstanties in de omgeving zoals Akte 2 in Sneek en het Jopie Huismanmuseum in Workum. De kunstenaars van Akte 2 verzorgen regelmatig kunstlessen in ons IKC. 

Bewegingsonderwijs (gymnastiek)

Kinderen hebben veel beweging nodig. Een goede motoriek en conditie zijn belangrijke voorwaarden voor het welbevinden van kinderen en bevorderen een goede leerhouding. Bovendien zorgt lekker sporten voor veel plezier. Wij willen de kinderen in aanraking brengen met verschillende spelvormen en hun belangstelling wekken voor verschillende sporten. Wij willen de kinderen leren samenwerken en leren spelen met elkaar. In de onderbouw organiseren we een motorische screening voor alle leerlingen zodat we preventief kunnen inspelen op een goede individuele motorische ontwikkeling. Deze mogelijkheid komt voort uit ons beleid op Passend Onderwijs. Bij het bewegingsonderwijs maken we gebruik van de methode: ‘Basislessen Bewegingsonderwijs’ deel 1 en 2, en ‘Beter Bewegen met kleuters’.

We werken veel samen met de Buurtsportcoaches van de gemeente Súdwest Fryslân. Zij ondersteunen ons bij sportactiviteiten en schoolpleinspelen. Wij zijn enthousiast over deze manier van samenwerken.  

Naast sporten vinden we buiten leren ook erg belangrijk. Regelmatig zijn onze leerlingen buiten aan de slag met allerlei thema's. 

Schoolzwemmen is al sinds lange tijd een begrip in onze regio en wij vinden het belangrijk dat de veiligheid van de kinderen gewaarborgd blijft in deze waterrijke omgeving. Sinds het schooljaar 2017 / 2018 biedt de Rolpeal voor de groepen 3 t/m 8 de lessen van het programma Swim-Move aan. Per groep wordt er per schooljaar 15 keer een zwemles gegeven bestaande uit de volgende thema’s : zwemvaardigheid; fit&fun; waterpolo; wedstrijdzwemmen en survival. Van de ouders vragen we een financiële bijdrage voor deze zwemlessen.  

Huiswerkbeleid

Vanaf groep 5 wordt er regelmatig een thuisopdracht gevraagd. Dat is vaak een spreekbeurt; het oefenen van technisch lezen; oefenen met spellingswoorden; een boekbespreking en in de bovenbouw het oefenen van de Engelse taal. In de bovenbouw worden er door de leerlingen een aantal werkstukken gemaakt. Dit gebeurt op school.  

Activiteiten onder schooltijd 

Er worden voor alle groepen regelmatig excursies naar musea of tentoonstellingen georganiseerd. De excursies sluiten vaak aan bij de thema's en projecten die in school centraal staan.

Elk jaar is er een schoolreis voor alle groepen. De Oudervereniging regelt een leuke locatie en het vervoer er naar toe.

We organiseren ieder jaar een sportdag voor alle groepen of doen mee met de Koningsspelen.

Eens in de twee jaar gaan de groepen 7 en 8 op schoolkamp. Dit is een driedaags uitje waar al in het begin van het schooljaar naar wordt uitgekeken. Het schoolkamp wordt gehouden op Ameland. 

Groep 8 presenteert aan het eind van het schooljaar een eindmusical. Een prachtige afsluiting van hun schoolloopbaan!

Op verschillende momenten in het jaar worden er feesten en vieringen gehouden. Waar mogelijk nodigen we graag onze ouders hierbij uit. 

Buiten schooltijd kunnen de leerlingen in de maand mei deelnemen aan de Avondvierdaagse. De oudervereniging neemt een deel van de organisatie voor rekening.

Klasindeling

  • Leerstofjaarklassen
  • Bouwgroepen/Stamgroepen/Heterogene groepen

Hoe wordt de tijd op school besteed?

Leerjaar 1 en 2

Bron

Leerjaar 3 t/m 8

Toelichting van de school

Onze leerlingen maken per week 25 uren en 45 minuten. Dan geldt voor al onze groepen. Het totaal aantal uren per week kan per school verschillen. Opgeteld over het jaar heen moeten de groepen 1 t/m 8 tenminste 940 uren maken. Meestal maakt een school meer uren dan deze 940. De extra uren noemen we marge-uren en worden gebruikt om losse dagen uit te roosteren. De leerlingen zijn dan vrij. We zijn verplicht een aantal marge-uren over te houden voor calamiteiten. Bijvoorbeeld bij code rood bij slechte weersomstandigheden. 

Bron

Extra mogelijkheden op deze school

Extra ondersteuning van de leerlingen

Toelichting van de school


Het leerlingvolgsysteem

De ontwikkeling van het leren wordt ook gevolgd d.m.v. methode-onafhankelijke toetsen. We noemen dat het leerlingvolgsysteem. De kinderen tot en met groep 7 worden elk jaar tweemaal getoetst. We toetsen het technisch lezen(AVI), begrijpend lezen, rekenen, en spelling met behulp van de toetsen van IEP. De toetsen staan los van de lesmethoden en zijn bedoeld om te kijken of de leerlingen de stof uit de methodes in een andere setting kunnen toepassen. De resultaten van deze toetsen vertellen de leerling, de ouder en de leerkracht hoe de leerling zich ontwikkelt en groeit. Deze gegevens worden opgeslagen, waardoor we de ontwikkeling van het kind over de hele schoolloopbaan kunnen volgen. Op deze manier kunnen we zien of er voldoende vooruitgang is. Groep 8 maakt ook toetsen uit het leerlingvolgsysteem, aangevuld met de tussentoets voor groep 8. Voor onze school is dat de IEP toets. Deze wordt in februari afgenomen. Voor de sociaal-emotionele ontwikkeling gebruiken we de toetsen die horen bij onze Kanjeraanpak.    

Ook de ontwikkeling van de kleuter wordt gevolgd. Dat gebeurt op een manier die bij hen past: niet door toetsen af te nemen maar door goed te observeren en te registeren hoe de leerlingen zich ontwikkelen. We volgen de sociaal-emotionele ontwikkeling van het kind door twee keer per jaar een signaleringslijst in te vullen. 

In de kleuterbouw komt de logopediste van de GGD langs voor een preventieve screening. Mocht blijken dat er tijdelijk logopedie nodig is om de spraak en de taalontwikkeling te stimuleren en/of te verbeteren dan kan er tijdig hulp gezocht worden. 

De beweegspecialist van het beweegteam van de gemeente komt langs in de kleuterbouw voor de motorische screening. Ook dan is het mogelijk om preventief in te spelen op een goede motoriek-ontwikkeling. 

Coördinator Passend onderwijs

De CPO bij ons op school begeleidt en ondersteunt de leerkrachten om de specifieke onderwijsbehoeften van de leerlingen goed te laten ontwikkelen.

Passend Onderwijs

Soms heeft een kind extra zorg nodig. Onze school heeft een school ondersteuningsprofiel (SOP) opgesteld. Dit is een wettelijk voorschrift bij de invoering van passend onderwijs. 

Ons SOP bestaat uit de volgende onderdelen: de kwaliteit van onze basisondersteuning, de deskundigheid voor extra ondersteuning waarover onze school beschikt (en binnen de BMS) en de voorzieningen die we als school hebben om leerlingen extra ondersteuning te bieden. In het profiel staat ook aangegeven wat de grenzen aan zorg zijn voor onze school. Als school zijn we verplicht te zorgen voor passend onderwijs voor uw kind; op onze school óf een school binnen ons netwerk die hiervoor de specifieke expertise in huis heeft. 

Grenzen van de zorg op onze school:

De mate waarin de leerling en leerkracht extern kunnen worden ondersteund

De mate waarin de school de leerling de benodigde medische ondersteuning/verzorging kan bieden

De mate waarin de veiligheid van de leerling, de medeleerlingen, hun ouders en de leraar kan worden gewaarborgd

De omstandigheid dat gewerkt moet worden in combinatiegroepen

Het aantal leerlingen met extra onderwijsbehoeften in de groep Dat betekent dat per situatie wordt gekeken of het aantal leerlingen met een extra zorgbehoefte niet over de grens gaat van de mogelijkheden om alle leerlingen van de groep goed te kunnen laten ontwikkelen.

Leert de leerling voldoende?

Leren de kinderen in de omgeving van de leerling voldoende?

Is er gevaar voor de leerling? Is er gevaar voor de omgeving?

Vraagt de begeleiding van de leerling onevenredig veel tijd van de leerkracht?

School voor speciaal basisonderwijs

In sommige gevallen kan een kind doorverwezen worden naar een school voor speciaal basisonderwijs. Een verwijzing kan alleen plaats vinden nadat er een onderzoek door het zorgteam heeft plaats gehad. Zowel voor onderzoek als plaatsing is toestemming van de ouders nodig. Of een kind toelaatbaar is op de speciale school voor basisonderwijs, wordt beoordeeld door de Permanente Commissie Leerlingenzorg (PCL). 

School Maatschappelijk Werk

Als je zorgen hebt over de opvoeding of de sociale ontwikkeling van je kind, is het prettig om deze met iemand te delen. Dat kan met de leerkracht. Maar je kunt ook een beroep doen op het School Maatschappelijk Werk, dat verbonden is aan onze school. Met één of meerdere gesprekken kan de schoolmaatschappelijke werker de zorgen ophelderen, oplossingen aandragen of doorverwijzen naar de juiste hulpverlener.

Op dit moment is Angela Amels onze school maatschappelijk werker vanuit de gemeente Sudwest Fryslân.   

Meldcode bij geweld

Scholen zijn verplicht een meldcode te hebben voor signalen bij huiselijk geweld en kindermishandeling. Het doel van de meldcode is professionals te helpen eerder en beter te handelen als zij vermoeden dat er sprake is van mishandeling, verwaarlozing of seksueel misbruik. 

Een jaar doubleren

Soms kunnen we besluiten om een leerling een leerjaar te laten doubleren. Dit gebeurt met name als een leerling wel ontwikkeling laat zien maar dat het meer tijd nodig heeft om een goede basis te ontwikkelen. Dit kan zijn op het cognitieve gebied: het aanleren van begrippen; taal of rekenen. Maar ook dat een leerling op sociaal-emotioneel gebied zich minder snel ontwikkelt en een betere basis nodig heeft. Wanneer we een doublure overwegen, gaat dat altijd in overleg met de ouders.  De school beslist, na overleg, of de leerling doubleert of niet. Zij heeft immers de verantwoordelijkheid voor het welbevinden van de leerling op school en bekijkt dat altijd in relatie met het onderwijs aan alle leerlingen.  

Oktober - december leerlingen in groep 1 en 2

Kinderen die voor 1 januari gestart zijn op school zouden aan het einde van het schooljaar door moeten stromen naar groep 2. We bekijken aan het eind van het eerste schooljaar of halverwege het tweede schooljaar of  2 of 3 jaar kleuteronderwijs nodig is voor het kind. 

School bespreekt deze keuzes altijd met de ouders. Het is aan onze school om criteria vast te stellen die gericht zijn op het beoordelen van de ontwikkeling. De cognitieve en sociaal emotionele ontwikkeling van het kind zijn hiervoor bepalend. De school bepaalt uiteindelijk na overleg, wat wenselijk is voor het kind in relatie met het onderwijs.  


Toekomstig aanbod aan extra ondersteuning

Binnen onze Stichting de BMS is een zorgstructuur opgezet waar de scholen gebruik van maken. Dit kan op velerlei gebied: zowel cognitief bij vakken als taal en lezen, rekenen maar ook als er problemen zijn met de sociaal-emotionele ontwikkeling. Een netwerk van specialisten binnen en buiten onze stichting en een korte lijn met het samenwerkingsverband Passend Onderwijs zorgen ervoor dat we adequate hulp in kunnen schakelen. 

Welke specialisten bieden extra ondersteuning op deze school?

Kwaliteitszorg en schoolplan

Download het schoolplan

Aanbod voor het jonge kind

Toelichting van de school

Ons Integraal Kindcentrum is gericht op een doorgaande ontwikkeling vanaf 2 jaar. 

Het jonge kind neemt in ons IKC een bijzondere plaats in: het leert al spelend en ontdekkend. In dat spelen herkennen we het unieke kind. Het is daarom de opdracht van ons IKC te zorgen voor een speel- en leerrijke omgeving. Met onze integrale aanpak is er sprake van een ontwikkelingsomgeving voor kinderen van 2-6 jaar. De ruimte is zodanig ingericht dat kinderen als vanzelf worden uitgedaagd zich te ontwikkelen, maar ook rust en veiligheid vinden. Het aanbod wordt zodanig georganiseerd dat opvang en onderwijs 1 geheel zijn, binnen de wettelijke en financiële mogelijkheden van dit moment. Wij vinden deze manier van samenwerken erg belangrijk voor de doorgaande lijn. 

Terug naar boven