Scholen kiezen per schooljaar een eindtoets. Ze kunnen kiezen uit vijf goedgekeurde eindtoetsen: de Centrale Eindtoets, ROUTE 8, de IEP Eindtoets, de Dia-eindtoets of de AMN Eindtoets">Resultaten eindtoets
CBS De Rank gebruikt het leerlingvolgsysteem van Cito. In groep 8 maken ze de IEP Doorstroomtoets. Daarmee volgen we de ontwikkeling van ieder kind. Zo kunnen we onderwijs op maat bieden en de leerlingen in groep 8 een weloverwogen advies voor het Voortgezet Onderwijs geven. Met de resultaten van de IEP eindtoetsen scoren we al een paar jaar boven het landelijk gemiddelde ondanks onze kleine groepen. Een resultaat waar we uiteraard trots op zijn. Naast de resultaten van de leerlingen zijn sociale vaardigheden, werkhouding en het concentratievermogen aandachtspunten waar de leerkracht van groep 8 naar kijkt. Deze wegen mee in het advies.
Let op: In schooljaar 2023-2024 is de eindtoets vervangen door de doorstroomtoets. Op dit moment zie je nog de resultaten van de eindtoets van 2023.
De resultaten van de doorstroomtoets van 2024 zijn na de zomer voor het eerst zichtbaar. Dit is in lijn met de beoordeling van de Inspectie van het Onderwijs. Kijk voor meer informatie op de website van de inspectie.
Let op: Voor de beoordelingen in het schooljaar 2023-2024 hanteert de inspectie naast de ongewijzigde signaleringswaarden zogenaamde correctiewaarden bij de beoordeling van de leerresultaten. Meer informatie is te vinden op de website van de inspectie.
Het fundamenteel niveau is het niveau voor taal en rekenen dat zoveel mogelijk leerlingen aan het einde van de basisschool zouden moeten beheersen. Dit wordt gemeten in groep acht met de eindtoets / doorstroomtoets. De inspectie stelt dat minimaal 85% van alle leerlingen het basisniveau moet behalen. Deze 85% is de signaleringswaarde voor het fundamenteel niveau en dit is voor alle basisscholen in Nederland gelijk.
Het streefniveau is een hoger niveau dan het fundamenteel niveau. Het doel is dat zoveel mogelijk leerlingen eind groep acht het streefniveau bereiken. Op basis van de leerlingpopulatie op school wordt door de inspectie voor elke basisschool in Nederland apart bepaald hoeveel procent van de leerlingen het streefniveau moet halen. Dat percentage is de signaleringswaarde voor het streefniveau van de school.
Leerlingvolgsysteem
Elk kind mag zich op zijn of haar eigen wijze ontwikkelen. Deze ontwikkeling wordt door ons geobserveerd, gevolgd en getoetst. Dit noemen wij het leerlingvolgsysteem. Van iedere leerling wordt een digitaal dossier bijgehouden. Daarin worden gegevens opgenomen over het kind zoals resultaten, gesprekken met de Intern Begeleider en ouders, speciale onderzoeken, handelingsplannen en toetsgegevens van de verschillende jaren. De groepsleerkracht beheert de (digitale) mappen van zijn of haar groep. De kinderen krijgen twee keer per jaar een portfolio, in januari en in juni. In het rapport wordt aangegeven of het kind ten opzichte van zichzelf is gegroeid of niet. Dit is een weergave van de resultaten behaald op methodetoetsen, Citotoetsen (methode-onafhankelijk) en het dagelijks werk in de klas. Wij analyseren de toetsgevens zorgvuldig en stellen ons onderwijs, indien nodig, steeds bij. Ouders krijgen daarnaast ook de resultaten te zien die behaald zijn op de Cito-toetsen om een reëel beeld te geven van de groei van de leerling ten opzichte van leeftijdsgenoten.
De interne ondersteuningsstructuur
De Intern Begeleider heeft regelmatig met de groepsleerkracht gesprekken over de kinderen. Tijdens de oudergesprekken of op andere gewenste momenten krijgen ouders inzicht in deze gegevens. Als blijkt dat de ontwikkeling stagneert of er is een ontwikkelingsvoorsprong, dan zoekt de leerkracht naar mogelijkheden om extra hulp te bieden. De Intern Begeleider heeft daar een ondersteunende rol in, uiteraard in overleg met de ouders. Soms moeten wij meer deskundigheid in huis halen en dan vragen wij hulp van externe instanties. Dit gaat bijvoorbeeld om het observeren, diagnosticeren of begeleiden van een leerling. Hiervoor vragen wij vooraf toestemming aan de ouders.Doubleren protocol (zittenblijven) en verlengde kleuterperiode
In onze scholen willen we onderwijs op maat bieden en zoveel mogelijk aansluiten bij de onderwijsbehoeften van het kind. Zittenblijven is hierbij niet gebruikelijk. Toch kan het voorkomen dat het wenselijk is dat een kind een jaar ‘over doet’. Om duidelijk te maken hoe scholen tot zo’n besluit komen hebben we hierover afspraken gemaakt. Deze zijn opgenomen in het protocol zittenblijven en verlengde kleuterperiode. Dit protocol is op school aanwezig ter inzage.
Extra ondersteuning aan kinderen geregeld door ouders
We begrijpen dat ouder(s)/verzorger(s) zich tot het uiterste inspannen voor hun kinderen. Soms maken ouder(s)/verzorger(s) zich zorgen over de ontwikkeling van hun kind, waardoor zij ook buiten de school om hulp gaan zoeken bij externe bureaus of particuliere hulpverleners. Als u van plan bent dergelijke stappen te ondernemen vragen wij u ons hierover altijd te informeren en ons op de hoogte te brengen van eventuele onderzoeksresultaten en behandeling. Door elkaar te informeren voorkomen we dat we langs elkaar heen gaan werken.Overigens kunnen wij niet garanderen dat wij altijd kunnen meewerken aan eventuele hulpprogramma's die worden opgestart door externe hulpverleners. De school- en klassenorganisatie is namelijk in de eerste plaats gericht op de deskundige begeleiding van individuele kinderen in de klassensituatie.
Overstapservice Onderwijs (OSO)
Als een kind overstapt naar een andere school voor (speciaal) basisonderwijs of voortgezet onderwijs dan heeft de nieuwe school gegevens van het kind nodig. Met behulp van de Overstapservice Onderwijs (OSO) wisselen de scholen die gegevens veilig en betrouwbaar digitaal uit. De school maakt dan een overstapdossier waarin de gegevens over de ontwikkeling van het kind worden samengevat. Met deze gegevens kan er op de nieuwe school beter rekening worden gehouden met de behoeften van het kind. De school is verantwoordelijk voor de inhoud van het overstapdossier. De ouder(s)/verzorger(s) hebben inzagerecht in het overstapdossier.
In het algemeen geldt dat een school het kinddossier nog 2 jaar mag bewaren nadat het kind is uitgeschreven. In sommige situaties legt de wet een langere bewaartermijn op. Bijvoorbeeld:
- in het lager en voortgezet onderwijs moeten gegevens over verzuim/afwezigheid en in- en uitschrijving 5 jaar bewaard blijven nadat het kind is uitgeschreven;
- gegevens over een kind die naar een school voor speciaal onderwijs is doorverwezen, moet een school nog 3 jaar na het vertrek van het kind bewaren.Overgang naar het voortgezet onderwijs
Als kinderen naar het voortgezet onderwijs gaan, doen ze dat met een goed onderbouwd advies van de basisschool. Dit advies is gebaseerd op gegevens uit het kindvolgsysteem, het totale beeld van het kind en de plaatsingswijzer. De plaatsingswijzer is een hulpmiddel gebaseerd op de toetsresultaten van de groepen 6 tot en met 8 van het Cito-leerlingvolgsysteem Leerling in Beeld. Het advies van de basisschool moet worden overgenomen door de school van voortgezet onderwijs. Kinderen gaan na groep 8 in het algemeen naar vmbo, havo of vwo. Een aantal kinderen gaat naar het speciaal onderwijs. Ondanks dat er in een jaar nog veel kan gebeuren krijgt u aan het eind van groep 7 van de groepsleerkracht een pré-advies. De groepsleerkracht zal op basis van o.a. de ontwikkeling, werkhouding en schoolprestaties van uw kind aangeven welke richting van het voortgezet onderwijs het meest geschikt is. Op onze basisschool krijgt u daarover uitgebreide voorlichting, maar u zult met uw kind waarschijnlijk ook open dagen van scholen voor voortgezet onderwijs bezoeken.
In groep 8 krijgt elke leerling van de basisschool een advies voor het voortgezet onderwijs dat past bij het niveau van deze leerling. De leerling stroomt vervolgens door naar het voortgezet onderwijs. In het derde jaar wordt gekeken welk niveau de leerling werkelijk heeft vergeleken met het niveau van het schooladvies. Dit wordt vertaald naar drie categorieën: boven, op en onder advies. Bijvoorbeeld: een leerling met schooladvies vmbo-b die in het derde jaar op het vmbo-k zit, zit boven advies. En een leerling met schooladvies havo/vwo die in het derde jaar op het havo zit, zit op advies. Wanneer deze leerling in het derde schooljaar op het vwo zit, zit hij/zij boven advies.
Om een sociaal veilig klimaat te creëren, zet de school meerdere met elkaar samenhangende interventies, programma’s en methoden in op individueel niveau, op klassikaal niveau en op schoolniveau. Ook betrekt de school de ouders en de omgeving bij de aanpak. Leerkrachten spelen een belangrijke rol bij het creëren van een sociaal veilig klimaat. Zij kunnen ongewenst gedrag tijdig signaleren en adequaat ingrijpen. Het begin van het schooljaar is cruciaal voor het realiseren van een sociaal veilig klimaat in een klas. Wij starten de groepsvorming aan het begin van het schooljaar met de "Gouden Weken". De eerste drie weken van het schooljaar staan in het teken van sociale regels en afspraken. We benoemen het gewenste gedrag bij kinderen en werken vanuit een positieve verwachting. Na de kerstvakantie krijgen deze activiteiten een vervolg in “De Zilveren Weken”. De leerlingen van groep 6, 7 en 8 gaan eenmaal in de Stamgroep aan het begin van het schooljaar op schoolkamp. Tijdens een schoolkamp leren kinderen elkaar op een andere manier kennen dan op school. Dit bevordert de sfeer en groepsbinding tussen de kinderen. Voor meer informatie rondom sociale opbrengsten verwijzen we u naar ons Anti-pestprotocol en hoofdstuk 3 van deze schoolgids; Ondersteuning en veiligheid.
Inspectie van het Onderwijs
De Inspectie van het Onderwijs houdt toezicht op de kwaliteit van het onderwijs op scholen. De inspectie gebruikt de zelfevaluatie van de school als basis bij de periodieke visitatie. Ook neemt de inspectie de resultaten van de Cito-doorstroomtoets mee in haar oordeel. De rapportage van de Inspectie van het Onderwijs is openbaar. Op www.owinsp.nl vindt u de rapportages over onze scholen. Als u dat wilt geven wij ook persoonlijk een toelichting op de resultaten.Contactgegevens Inspectie van het Onderwijs:
E-mailadres:[email protected]
Website: www.onderwijsinspectie.nlMeldpunt vertrouwensinspecteurs
Voor klachtmeldingen over seksuele intimidatie, seksueel misbruik, ernstig psychisch of fysiek geweld,
telefoonnr: 0900 - 1113111Vragen over het onderwijs
telefoonnr: 0800 -8051 (gratis)