Bron: <b>DUO</b><br />Vergelijkbare scholen: <b>basisscholen met een vergelijkbare schoolweging.</b><br /> <a href="https://achtergrondinformatie.vensters.nl/p/VenstersPO/6192449487635142" class="button button-link" target="_blank"><i class="fas fa-external-link-square-alt"></i> Achtergrondinformatie</a>">Bron
Het streefniveau is een hoger niveau dan het fundamenteel niveau. Het doel is dat zoveel mogelijk leerlingen eind groep acht het streefniveau bereiken. Op basis van de leerlingpopulatie op school wordt door de inspectie voor elke basisschool in Nederland apart bepaald hoeveel procent van de leerlingen het streefniveau moet halen. Dat percentage is de signaleringswaarde voor het streefniveau van de school.
Het systematisch volgen van de ontwikkeling van kinderen
Groep 1/2
In de kleutergroepen volgen we de ontwikkeling van de leerlingen aan de hand van de leerlijnen Jonge Kind die we invullen in het leerlingvolgsysteem Parnassys. Allereerst kijken we naar de basisgegevens welbevinden en betrokkenheid. Welbevinden en betrokkenheid zijn immers belangrijke voorwaarden voor een optimale ontwikkeling. We observeren of een kind nieuwsgierig, leergierig en ondernemend is en of het voldoende zelfvertrouwen heeft. Ook kijken we of het geconcentreerd, geboeid en vol overgave met iets bezig kan zijn en ten volle zijn mogelijkheden aanspreekt. Vervolgens kijken we naar verschillende ontwikkelingsaspecten als spelontwikkeling, taakgerichtheid, motoriek, zintuiglijke en auditieve waarneming, taal- en rekenontwikkeling, oriëntatie in ruimte en tijd. Op basis van deze informatie kunnen we zien hoe het kind zich ontwikkelt ten opzichte van datgene wat wij aanleren en ten opzichte van leeftijdsgenoten. Aan de hand van deze gegevens stemmen we de begeleiding en instructie in de klas af op de behoefte van groepen kinderen. We toetsen de kinderen in groep 2 mondeling op het gebied van fonemisch bewustzijn (lettertoets, analyse en synthesetoets). Kinderen die dit nog niet beheersen, worden extra begeleid en toetsen we nogmaals in april. De toetsen geven ons – naast de observaties in de klas – een beeld van de ontwikkeling van de kinderen.
Groep 3 t/m 8
Vanaf groep 3 worden de ontwikkelingen van alle kinderen gevolgd met twee soorten toetsen:
1. Methode gebonden toetsen: dit zijn de toetsen die in de lesmethodes zelf zijn opgenomen.2. Niet methode gebonden toetsen, we gebruiken hiervoor de Leerling in Beeld van Cito. De Cito-toetsen nemen wij, in de meeste groepen, twee keer per jaar af.
Naar het VO
Bij de doorstroming naar het Voortgezet Onderwijs wordt in de gemeente Utrecht de POVO procedure (Primair Onderwijs - Voortgezet Onderwijs) gehanteerd. In deze procedure is aangegeven hoe de overstap van de basisschool naar een school voor voortgezet onderwijs verloopt. Een bestuurlijke werkgroep, waarin vertegenwoordigers van besturen van scholen van primair onderwijs en voortgezet onderwijs zitting hebben, bewaakt dit proces en stuurt dit zo nodig bij. Onze stichting participeert ook in dit overleg. Op de website van Naar het VO vindt u nadere informatie (www.naarhetvo.nl).Om de stap van het basisonderwijs naar het voortgezet onderwijs goed te kunnen zetten, doorlopen we een zorgvuldig traject voor de ouders en kinderen. Het traject dat leidt tot een goede verwijzing, met als doel dat iedere leerling op een passende plek in het voortgezet onderwijs terecht komt.
De kinderen in groep 7 krijgen bij het eerste rapport, ook een indicatie advies voor het voortgezet onderwijs, dit advies wordt toegelicht bij het rapportgesprek. In groep 8 ontvangen de kinderen een voorlopig advies in januari. Bij dit voorlopig advieskrijgen de kinderen ook een onderwijskundig rapport (OKR). Dit is de basis van de overdracht naar het vervolgonderwijs. Tijdens het adviesgesprek in januari worden het advies en het OKR door de leerkracht toegelicht. Na de eindtoets volgt een definitief advies in maart.
Om tot een goed advies te komen wordt gekeken naar werkhouding, motivatie, zelfstandigheid en eigen verantwoordelijkheid van de leerling, en naar de tot dan toe behaalde leerresultaten. Daarbij zijn de resultaten van ons Cito leerlingvolgsysteem belangrijk. Voor de vier hoofdvakken (technisch lezen, begrijpend lezen, spelling en rekenen) wordt gekeken naar de resultaten die vanaf groep 6 behaald zijn. Uiteraard wordt er in goed overleg met ouders en kinderen het schooladvies voorbereid en besproken. De ouders van kinderen in groep 7 en 8 krijgen algemene informatie over het voortgezet onderwijs.
Binnen onze school is een veilig en vertrouwd pedagogisch klimaat een voorwaarde om tot effectief onderwijs te komen. Vanuit de wetenschap is bekend dat, als leerlingen zich veilig voelen in een omgeving, ze sneller en beter in staat zijn kennis tot zich te nemen. Om ruimte te creëren voor kwalitatief hoogwaardig onderwijs zetten we in op een veilig en vertrouwd pedagogisch klimaat waarin kinderen door leraren in hun sociaal-emotionele ontwikkeling worden gestimuleerd en begeleid. Op de school heerst er een klimaat van rust, regelmaat en structuur waarin wangedrag en pesten niet wordt getolereerd. De leraren kennen effectieve pedagogische strategieën en dienen als rolmodel voor gedrag. Zij zijn eenduidig in hun aanpak voor belonen, corrigeren en straffen. Door het "modelen" van gedrag worden leerlingen een professionele schoolhouding aangeleerd. Om te komen tot een goed schoolklimaat waarin de leerlingen zich optimaal kunnen ontwikkelen, zorgen we voor een goed pedagogisch klimaat en voor een veilige omgeving voor leerlingen door ons veiligheidsbeleid (zie kwaliteitskaart Veiligheid). Op de scholen is een positief pedagogisch klimaat met een duidelijk normatief kader dat alle leerlingen en medewerkers hanteren en uitdragen.
Conform de wettelijke verplichtingen neemt de school de veiligheidsmonitor af en zet tevredenheidspeilingen (onder ouders en leerlingen) uit. De uitkomsten van deze metingen geven inzicht in het pedagogisch klimaat dat heerst op de school. N.a.v. de opbrengst zal er, als nodig, planmatig gewerkt worden aan klimaatsverbetering. Daarnaast werkt de school preventief aan het vormgeven van een veilig en vertrouwd pedagogisch klimaat.
De Fonkeling wordt in maart 2024 door de onderwijsinspectie bezocht. De bevindingen zullen wij delen op deze pagina.