Scholen kiezen per schooljaar een eindtoets. Ze kunnen kiezen uit vijf goedgekeurde eindtoetsen: de Centrale Eindtoets, ROUTE 8, de IEP Eindtoets, de Dia-eindtoets of de AMN Eindtoets">Resultaten eindtoets
Om te beoordelen of de resultaten duurzaam op niveau zijn, wordt er door de onderwijsinspectie gekeken naar de resultaten op de eindtoetsen van de laatste drie jaar. Dat maakt het meteen moeilijk, want in 2019-2020 is er, vanwege corona, geen eindtoets afgenomen. In 2020-2021 en in 2021-2022 is de eindtoets wel afgenomen, maar omdat corona ook toen invloed heeft gehad op het onderwijsproces, tellen ook die resultaten niet mee.
Inmiddels heeft de onderwijsinspectie een correctie toegepast op de minimaal verwachte scores én is er besloten dat er dit jaar geen oordeel over de scholen wordt uitgesproken wordt omdat de eindtoets een doorstroomtoets is geworden.
We hebben bij de eindtoets in 2022 1 leerling uit de eindscore gehaald. De score van 187,5 werd daarmee 200. Landelijk gemiddelde is 200.
Op de eindtoets 2023-2024 haalde de groep met 10 leerlingen een 194 en dat is onder het landelijke gemiddelde maar wel volgens verwachting. Landelijk gemiddelde is rond de 200.
We zagen dat rekenen onvoldoende groei liet zien en we hebben daarom rekenen op ons verbeterbord gezet. Gezamenlijk hebben we rekenen geïntensifieerd en met name automatiseren ingepland. Dit hebben we gedaan met teamscholing en coaching in de klassen. Dit heeft geresulteerd in vaste afspraken in een kwaliteitskaart en de aanschaf van de methode Pluspunt.
Let op: In schooljaar 2023-2024 is de eindtoets vervangen door de doorstroomtoets. Op dit moment zie je nog de resultaten van de eindtoets van 2023.
De resultaten van de doorstroomtoets van 2024 zijn na de zomer voor het eerst zichtbaar. Dit is in lijn met de beoordeling van de Inspectie van het Onderwijs. Kijk voor meer informatie op de website van de inspectie.
Let op: Voor de beoordelingen in het schooljaar 2023-2024 hanteert de inspectie naast de ongewijzigde signaleringswaarden zogenaamde correctiewaarden bij de beoordeling van de leerresultaten. Meer informatie is te vinden op de website van de inspectie.
Het fundamenteel niveau is het niveau voor taal en rekenen dat zoveel mogelijk leerlingen aan het einde van de basisschool zouden moeten beheersen. Dit wordt gemeten in groep acht met de eindtoets / doorstroomtoets. De inspectie stelt dat minimaal 85% van alle leerlingen het basisniveau moet behalen. Deze 85% is de signaleringswaarde voor het fundamenteel niveau en dit is voor alle basisscholen in Nederland gelijk.
Het streefniveau is een hoger niveau dan het fundamenteel niveau. Het doel is dat zoveel mogelijk leerlingen eind groep acht het streefniveau bereiken. Op basis van de leerlingpopulatie op school wordt door de inspectie voor elke basisschool in Nederland apart bepaald hoeveel procent van de leerlingen het streefniveau moet halen. Dat percentage is de signaleringswaarde voor het streefniveau van de school.
Toetsen en registratie
Alle vak- en vormingsgebieden worden met regelmaat getoetst. We maken hier onderscheid tussen methodegebonden toetsen en niet-methodegebonden toetsen.
Methodegebonden toetsen zijn toetsen die (vaak) aan het eind van een hoofdstuk/blok worden afgenomen om te meten of het kind de recent aangeboden stof beheerst. De registratie hiervan vindt plaats in ParnasSys, een webbased administratieprogramma. Aan de hand van deze toetsuitslagen wordt herhaling- of verrijkingsstof aangeboden.
Niet-methodegebonden toetsen zijn onafhankelijke toetsen, die meten of kinderen zich ontwikkelen conform het landelijk gemiddelde van kinderen op die leeftijd. Wij maken hierbij gebruik van het Cito-leerlingvolgsysteem. De gegevens hiervan worden ook in ParnasSys verwerkt. De ouders kunnen via het ouderportaal van ParnasSys kennis nemen van de resultaten van de kinderen van het leerlingvolgsysteem Cito. Tijdens de oudergesprekken worden deze toetsgegevens met de ouders besproken.Het Cito leerlingvolgsysteem
Het Cito leerlingvolgsysteem gebruiken we voor registratie en analyse en om te reflecteren op ons eigen beleid. De volgende toetsen worden gebruikt binnen het Cito leerlingvolgsysteem:
Groep 1 t/m 3 CPS beginnende geletterdheid
Groep 3 t/m 8 DMT (drie minuten toets voor tempo/ technisch lezen) en/of AVI, Rekenen en Wiskunde, Spelling, Leestekens en Begrijpend LezenIn het schooljaar 2021-2022 zijn we gestart met Leeruniek en met deze werkwijze kunnen we de kinderen nog beter volgen. Cito en methodetoetsen komen samen in één overzicht en dit koppelen we aan de onderwijsbehoefte van de leerling. Zo kunnen we het onderwijs beter analyseren en afstemmen op de groep of individueel kind. We hebben met het team scholing gevolgd voor een goede implementatie van Leeruniek en voor het maken van goede analyses. Bij de communicatie naar ouders geeft dit tevens een goed overzicht om de voortgang van en met hun kind te bespreken. In het schooljaar 2022-2023 zijn we gestart met de afname van de vernieuwde CITO (Leerling in Beeld). Daarmee kunnen we kindvriendelijk toetsen doordat er digitale ondersteuning mogelijk is, kleiner en kortere opgaven en meer afstemming mogelijk. Dit past bij onze visie op onderwijs.
We hebben te maken met een groep 8 die de laatste jaren van de basisschool anders hebben doorlopen dan we gewend zijn. Voor het stellen van het advies hebben we als school gekeken waar de kansen van de leerlingen liggen. Naast de gegevens van ons LOVS hebben we gekeken naar leerling kenmerken, de gehele schoolloopbaan en de wensen van kind en ouders.
We kijken als school ook naar de uitstroom van de kinderen na 3 jaar in het voortgezet onderwijs. Hebben we de kinderen goed verwezen of is er sprake van een doorstroom boven of onder het advies. Dan kijken we nu naar de kinderen die in 2019-2020 uitstroomden, 11 leerlingen. We zien dat het schooladvies passender is dan het advies van de eindtoets. Alleen bij VMBOt/HAVO is een advies naar boven bijgesteld (2 van de 3) en dat heeft te maken met het dakpanadvies. We geven een gecombineerd advies van VMBOt/HAVO en als het dan HAVO wordt is dat een uitstroom dat naar boven is bijgesteld. Advies is ook om gecombineerde adviezen te geven.
In groep 8 krijgt elke leerling van de basisschool een advies voor het voortgezet onderwijs dat past bij het niveau van deze leerling. De leerling stroomt vervolgens door naar het voortgezet onderwijs. In het derde jaar wordt gekeken welk niveau de leerling werkelijk heeft vergeleken met het niveau van het schooladvies. Dit wordt vertaald naar drie categorieën: boven, op en onder advies. Bijvoorbeeld: een leerling met schooladvies vmbo-b die in het derde jaar op het vmbo-k zit, zit boven advies. En een leerling met schooladvies havo/vwo die in het derde jaar op het havo zit, zit op advies. Wanneer deze leerling in het derde schooljaar op het vwo zit, zit hij/zij boven advies.
De sociaal-emotionele ontwikkeling van kinderen neemt een belangrijke plaats in op onze school. Om sociaal competent te kunnen functioneren, nu en in de toekomst, heeft een kind sociale kennis, vaardigheden en houdingen nodig.
Aan het leefklimaat (pedagogisch klimaat) wordt middels de Kanjertraining gewerkt. De methode heeft een duidelijk visie op sociale competentie. Ons team is geschoold om deze training te mogen geven en nieuwe leerkrachten krijgen scholing.Sociaal emotionele ontwikkeling
- Het is belangrijk dat een kind positief over zichzelf en de ander leert denken. Als een kind positiever denkt, heeft het meestal ook minder last van sociale stress. Met Kanjertraining leert een kind hoe het positief over zichzelf en anderen kan denken, hoe het conflicten kan voorkomen of op kan lossen. Kinderen krijgen vertrouwen in zichzelf en in anderen. We zijn van mening, dat elk kind in principe geneigd is het goede te doen, aardig te zijn voor anderen en lekker te werken. Lukt dit niet, dan is er wat aan de hand en is het tijd voor een gesprek. Daarin staat het kind centraal.
Vijf basisregels van de ‘Kanjertraining’:- We vertrouwen elkaar
- We helpen elkaar
- We werken samen
- We hebben plezier
- We doen mee
De Inspectie van het Onderwijs onderzoekt minimaal één keer in de vier jaar het bestuur van een school. De inspectie kijkt dan of de kwaliteitszorg, de onderwijskwaliteit en de financiële zaken bij het schoolbestuur op orde zijn. Daarnaast bezoekt de inspectie een aantal scholen die bij het schoolbestuur horen en onderzoekt deze scholen nader. De gegevens van het laatste onderzoek van de inspectie zijn beschikbaar op de website van de onderwijsinspectie.