Bron: <b>DUO</b><br />Vergelijkbare scholen: <b>basisscholen met een vergelijkbare schoolweging.</b><br /> <a href="https://achtergrondinformatie.vensters.nl/p/VenstersPO/6192449487635142" class="button button-link" target="_blank"><i class="fas fa-external-link-square-alt"></i> Achtergrondinformatie</a>">Bron
Het streefniveau is een hoger niveau dan het fundamenteel niveau. Het doel is dat zoveel mogelijk leerlingen eind groep acht het streefniveau bereiken. Op basis van de leerlingpopulatie op school wordt door de inspectie voor elke basisschool in Nederland apart bepaald hoeveel procent van de leerlingen het streefniveau moet halen. Dat percentage is de signaleringswaarde voor het streefniveau van de school.
Op De Bataaf volgt elk kind zijn eigen leerlijn. We volgen de ontwikkeling van kinderen en bekijken steeds de groei die het kind heeft gemaakt. We nemen tussentijdse, adaptieve toetsen af (IEP LVS). Door Gynzy zijn we in staat om dagelijks een analyse te maken wat betreft de vorderingen van een kind. De behaalde doelen worden zichtbaar gemaakt in ons digitale portfolio.
De resultaten worden met alle leerkrachten van een unit en de intern begeleider geanalyseerd en besproken. Analyse van de toetsen zijn belangrijk, hier wordt in overleg met het kind mee verder gewerkt aan een nieuw aanbod van leerstof. De adaptieve toetsen zijn Cotan-gecertificeerd. De resultaten worden twee keer per jaar tijdens een 'opbrengstgesprek' besproken. Bij dit gesprek is het unitteam, de teamleider onderwijs en de directeur aanwezig. Er worden afspraken gemaakt over verbeteringen van de opbrengsten en welke plannen daarbij ingezet worden. De analyses en afspraken worden vastgelegd in een monitorrapport
Op stichtingsniveau wordt het monitorrapport door de teamleider onderwijs en de directeur met het SKOR-staflid onderwijs 2x per jaar besproken.
Doorstroomtoets
Onze schoolverlaters (leerlingen uit groep 8 van de basisschool) maken op 4 en 5 februari 2025 de doorstoomtoets.
Tijdpad 2024-2025
- Januari 2025: leerlingen ontvangen hun voorlopige advies van groep 8
- Februari 2025: leerlingen maken de papieren versie van de IEP doorstroomtoets
- Uiterlijk 24 maart: definitief advies
- 25 maart - 31 maart: centrale aanmeldweek voortgezet onderwijs
- Uiterlijk 12 mei: besluit over toelating middelbare school
Zo komt De Bataaf tot het schooladvies:
- De leerresultaten uit het LVS
- Informatie van collega's (zoals intern begeleider)
- Werkhouding en algehele beeld van leerling
Op De Bataaf buigen de leerkrachten van unit 3 zich, samen met de intern begeleider en de directeur over het schooladvies voor het voortgezet onderwijs. We vinden het belangrijk om in gesprek te gaan met leerlingen en hun ouders over het schooladvies.
Bij de voortgangsgesprekken in januari/februari wordt aan de kinderen van groep 7 een voorlopig V.O.-schooladvies gegeven. Deze kinderen kunnen samen met hun ouders zich voorzichtig al gaan oriënteren op een vervolgschool.
In groep 8 krijgt elke leerling van de basisschool een advies voor het voortgezet onderwijs dat past bij het niveau van deze leerling. De leerling stroomt vervolgens door naar het voortgezet onderwijs. In het derde jaar wordt gekeken welk niveau de leerling werkelijk heeft vergeleken met het niveau van het schooladvies. Dit wordt vertaald naar drie categorieën: boven, op en onder advies. Bijvoorbeeld: een leerling met schooladvies vmbo-b die in het derde jaar op het vmbo-k zit, zit boven advies. En een leerling met schooladvies havo/vwo die in het derde jaar op het havo zit, zit op advies. Wanneer deze leerling in het derde schooljaar op het vwo zit, zit hij/zij boven advies.
Kinderen die lekker in hun vel zitten en zich betrokken en veilig voelen, ontwikkelen zich optimaal. Welbevinden en betrokkenheid spelen daarbij een belangrijke rol. We willen weten wat kinderen beweegt, hen bezighoudt, hoe we aan kunnen sluiten bij hun behoeften, niveau en belevingswereld. Opvoeden doen we samen met ouders en partners (kinderopvang, zorg, sport en cultuur). We versterken elkaar en geven kinderen de ruimte om zich te ontwikkelen tot bekwame, zelfstandige en sociale burgers.
Welbevinden is belangrijk, maar het garandeert nog niet dat er ontwikkeling is en dat er wordt geleerd. Daarvoor is meer nodig, namelijk betrokkenheid. Betrokkenheid is de staat waarin kinderen zich verbinden wanneer ze intensief met iets bezig zijn. Hun handelingen, mimiek en lichaamshouding verraden een intense mentale activiteit. Ze zijn uit zichzelf gemotiveerd om aan de slag te gaan en te blijven. Betrokkenheid komt alleen voor in het gebied tussen ‘al kunnen’ en ‘nog-niet-kunnen’. Betrokkenheid is de voorwaarde voor ontwikkeling. Met welbevinden en betrokkenheid als leidraad, krijgen we onmiddellijke feedback over onze aanpak, interacties en nieuwe interventies.
Als je vanuit een positieve benadering naar gedrag kijkt, ontstaat er een prettig groeps- en schoolklimaat.
Een positieve leeromgeving, zorgt ervoor dat leerlingen zich veilig voelen in de groep.
Op De Bataaf vinden we het belangrijk om altijd met een positieve blik naar de ontwikkeling en ontwikkelingsmogelijkheden van de kinderen te kijken.
Onze school heeft het vertrouwen van de Inspectie van het Onderwijs. De inspectie heeft geen aanwijzingen dat er belangrijke tekortkomingen zijn in de kwaliteit van het onderwijs. Wij streven voortdurend naar verbetering van onsonderwijs.Wij volgen systematisch de opbrengsten van ons onderwijs, registreren en analyseren. Op basis van o.a. datagegevens passen wij ons onderwijs aan. Wij vinden kwaliteit en professionaliteit van ons personeel belangrijk.
Samenvatting van het inspectiebezoek januari/februari 2022 (waarbij een bezoek gebracht is aan De Bataaf en de Rotondaschool):
Minstens één keer in de vier jaar onderzoekt de onderwijsinspectie ieder bestuur in Nederland. We hebben bij Stichting Katholieke Onderwijsbelangen Rivierenland (SKOR) in januari/februari2022 onderzocht of de sturing door het bestuur op de kwaliteit van het onderwijs op de scholen op orde is, of er sprake is van deugdelijk nancieel beheer en hoe dit bijdraagt aan de kernfuncties van het onderwijs (zie Onderzoekskader 2021).
We hebben met het bestuur gesproken over zijn bijdrage aan de basisvaardigheden van de leerlingen. Het bestuur brengt de ontwikkeling van de leerlingen op de basisvaardigheden systematisch in kaart en werkt aan de bestrijding van achterstanden als dat nodig is. Zo heeft het bestuur ingezet op tegenvallende rekenresultaten ten opzichte van wat verwacht mag worden van de leerlingpopulatie.
Wat gaat goed?
Het bestuur van SKOR heeft een gedegen kwaliteitszorgsysteem waarin planmatig en cyclisch wordt gewerkt. Het bestuur zet audits in als onderdeel van deze kwaliteitszorg.
De visie van de stichting wordt gedragen en wij zien een doorvertaling van de visie, ambities en strategische domeinen van het bestuur op schoolniveau. Directeuren van de scholen ervaren ruimte en eigen verantwoordelijkheid bij de uitwerking en uitvoering van de ambities op schoolniveau.
Het bestuur voert een actief HRM-beleid en zet beredeneerd mensen op een passende plek in. Daarmee ontstaan doorgroeimogelijkheden binnen de stichting. Ook voert het bestuur een effectief financieel beheer.
Het bestuur neemt de maatschappelijke opdracht rondom het leveren van goed Passend Onderwijs serieus en hee hiervoor een stevige zorgstructuur opgezet.
Wat kan beter?
Het bestuur kan zijn strategische doelen scherper formuleren door aan te geven wat het wil bereiken en wanneer het tevreden is. Ook kan het bestuur deze doelen duidelijker koppelen aan de meerjarenbegroting.
Het bestuur kan de verbeterpunten uit de audits beter vastleggen in afspraken, zodat het gewenste effect op een later moment geëvalueerd kan worden.
Het bestuur kan de rolinvulling van de intern begeleider verduidelijken en hier afspraken over maken. Dit geldt ook voor de overlap in de rollen van staffunctionaris onderwijs, teamleider onderwijs en intern begeleider.
Ook kan het bestuur aan de hand van scherpere evaluaties van doelen en behaalde resultaten de juiste balans blijven zoeken tussen ruimte en controle van de scholen.
In een volgend jaarverslag kan het bestuur beter uitleggen wat de effecten zijn van de ingezette middelen voor passend onderwijs en kan het intern toezicht beter uitleggen welke resultaten dat toezicht heeft opgeleverd.Wat moet beter?
Er zijn geen onderdelen die beter moeten.
Vervolg
We zullen het bestuur in de volgende vierjaarlijkse periode opnieuw onderzoeken.