Bron: <b>DUO</b><br />Vergelijkbare instellingen: <b>alle instellingen in het basisonderwijs met een vergelijkbare schoolweging en leerlingenaantal</b><br /> <a href="https://encyclopedie.vensters.nl/indicator_po/3418f8d2-188d-490e-88d6-436f8aba8b8a" class="button button-link" target="_blank"><i class="fas fa-external-link-square-alt"></i> Achtergrondinformatie</a>">Bron
Onze groepen zijn voornamelijk combinatiegroepen. Dit betekent dat er twee leerjaren in een groep zitten (bijv. groep 4/5). Jaarlijks worden de groepen, afhankelijk van het leerlingaantal per leerjaar, samengesteld. Samenwerken, een van onze kernwaarden, kan goed vorm krijgen in de combinatiegroepen. Kinderen leren van én met elkaar.
Een aantal keer per jaar wordt groepsdoorbroken gewerkt aan thema's passend bij de jaarfeesten als Sint Maarten, Sinterklaas, Kerst en Pasen. Hierbij gaat het om lessen creatieve en expressieve vorming.
Vanaf januari 2024 hebben we binnen ons gebouw een 'Bieb in school', in samenwerking met openbare basisschool De Blerck. Er is een breed aanbod van boeken, welke voor een deel jaarlijks gewisseld wordt. Daarnaast werken we per thema met boekenkisten, om de leescollectie tijdelijk uit te breiden.
In alle groepen, dus ook in groep 1/2, wordt thematisch gewerkt. Binnen de thema's wordt aangesloten bij onderwerpen uit de belevingswereld van de kinderen. In de werklessen is aandacht voor de motorische, creatieve en algemene ontwikkeling van de kinderen. In de (kleine) kringen komen de kerndoelen van taal, rekenen, Engels en de sociaal emotionele ontwikkeling aan bod. Er wordt gewerkt aan de leerlijnen, hiervoor worden de observatielijsten van IEP gebruikt. De ontwikkeling wordt vastgelegd in het leerlingportfolio.
Het spelend leren vindt met name in de hoeken plaats. De inhoud van en het aanbod in de hoeken wisselt per thema.
Op de Jeanne d'Arc...
- werken we in alle groepen thematisch;
- werken we binnen een thema aan wereldoriëntatie, burgerschap, digitale geletterdheid, Engels, taal, begrijpend lezen, en creatieve vakken.
- mogen we kiezen voor samenwerken of zelfstandig werken;
- kiezen we regelmatig onze eigen werkplek;
- vinden we het belangrijk dat kinderen ervaringen opdoen en mogen leren van hun fouten;
- werken we aan vaardigheden en executieve functies door tijdens Game-time gezelschapsspellen te spelen;
- werken we met een weektaak voor zelfstandig werken.
Er wordt een continurooster gehanteerd met 5-gelijke dagen. Dit betekent dat de kinderen in de eigen groep lunchen onder begeleiding van de leerkracht. Wij rekenen de lunchtijd als onderwijstijd. We houden ons bij de invulling van deze tijd aan de uitgangspunten van de inspectie. Tijdens de lunch worden activiteiten uitgevoerd die passend zijn bij de doelstellingen van het onderwijsaanbod. Afwisselend wordt tijdens lunchtijd voorgelezen, een educatief programma gekeken passend bij het thema waar aan gewerkt wordt, is aandacht voor levensbeschouwelijke vorming en worden presentaties gehouden. De exacte invulling is terug te vinden op de weekplanning van de groep.
In het kader van de wet op passend onderwijs wordt aan iedere school gevraagd om een schoolondersteuningsprofiel op te stellen. Hierin geeft de school aan welke ondersteuning de school wel kan bieden en welke ondersteuning de school niet kan bieden. Ieder kind heeft onderwijsbehoeften. Aan sommige onderwijsbehoeften kunnen wij op KBS Jeanne d’Arc niet voldoen omdat de expertise op een bepaald zorggebied ontbreekt of de situatie voor wat betreft de omgeving/ het gebouw plaatsing niet toelaat.
De school gaat uit van onderwijs- en ondersteuningsbehoeften van het kind. Deze zijn in zorgniveaus ingedeeld waar een kind zich in kan bevinden. Dit is verschillend per kind en kan verschillend per jaar of vakgebied zijn. Ons uitgangspunt als team is om elk kind daar waar mogelijk op Jeanne d’Arc ondersteuning te bieden waar het kind behoefte aan heeft. Bij de aanname van een kind bij onder- of zij-instroom wordt beoordeeld door de leerkracht, IB en eventueel directie of de school het kind de onderwijsbehoefte en de ondersteuning kan bieden die het nodig heeft.
Zorgniveau 1: de basis.
Alle kinderen op KBS Jeanne d’Arc krijgen een basisaanbod aan de hand van methoden die aansluiten bij de ontwikkelingsfase binnen de jaargroep waarin het kind zich bevindt.
Zorgniveau 2: basis met lichte onderwijs-ondersteuningsbehoeften.
Wanneer uit observaties, toetsgegevens en gesprekken met het kind naar voren komt dat een kind lichte onderwijs- en of ondersteuningsbehoeften heeft, dan worden ouders uitgenodigd voor een gesprek waarbij de observaties/ gegevens en zorg wordt gedeeld. Leerkracht zet in overleg samen met het kind en de ouders een actie of interventie in om te voorzien in de onderwijs- ondersteuningsbehoeften.
Zorgniveau 3: specifieke onderwijs-ondersteuningsbehoeften.
Wanneer uit observaties, toetsgegevens en gesprekken naar voren komt dat een kind specifieke onderwijs- en of ondersteuningsbehoeften heeft, dan worden ouders uitgenodigd voor gesprek waarbij de observaties/ gegevens en zorg wordt gedeeld. In eerste instantie zal dit intern zijn; door de leerkracht met de IB. Het kan zijn dat de IB het kind observeert en/ of extra toetst en analyseert om de onderwijsbehoeften van het kind beter in beeld te krijgen. De leerkracht of de IB zet in overleg met het kind en de ouders een actie of interventie in om te voorzien in de onderwijs- ondersteuningsbehoeften van het kind.
Er zijn mogelijkheden tot adaptief toetsen op Jeanne d’Arc:
- Extra tijd, vergrote versie en in delen toetsen voor kinderen met dyslexie is mogelijk.
- Een toets van een hoger of lager leerjaar afnemen.
Zorgniveau 4: extern consultatie of begeleiding.
Wanneer de interventies en de ingezette acties binnen zorgniveau 3 er niet toe leiden dat de ontwikkeling van het kind verder gaat, maar stagneert of achteruit gaat wordt er hulp en of begeleiding gezocht buiten de school. De IB vraagt in overleg met ouders aan de orthopedagoog/ psycholoog om mee te kijken naar de ontwikkeling van het kind en de reeds ingezette acties. Een advies/ vervolg kan zijn dat het kind wordt onderzocht op intelligentie, gedrag of specifiek bijvoorbeeld op dyslexie. Vervolgens wordt het onderzoek samen met adviezen besproken met ouders, orthopedagoog/ psycholoog, IB en leerkracht. Er wordt overlegd op welke wijze de school de adviezen kan inzetten en hoe we het onderwijsaanbod kunnen aansluiten bij de behoefte/ niveau van het kind, passend onderwijs. Dit zou kunnen betekenen dat er een tweede leerlijn wordt opgesteld, een OPP (onderwijs ontwikkel perspectief). Ook is het mogelijk dat de orthopedagoog/ psycholoog verbonden aan de school begeleiding en ondersteuning biedt aan het kind voor een korte periode bijvoorbeeld op werkhouding of sociaal emotioneel gebied.
Zorgniveau 5: mogelijke verwijzing naar...
Wanneer duidelijk wordt vanuit onderzoek, periode van inzet binnen zorgniveau 4 (eventueel met OPP), dat de onderwijsbehoefte groter of anders is dan geboden kan worden op de Jeanne d'Arc, is het mogelijk dat het kind wordt verwezen naar:
- Een andere reguliere school. Ouders melden het kind aan bij een andere school. De IB heeft de plicht om de gegevens te delen met de nieuwe school.
- Een school voor speciaal (basis)onderwijs, dit kan zijn om leerproblemen en of gedragsproblemen die het team van Jeanne d’Arc niet kunnen begeleiden. De IB-er houdt contact met de school waarnaar het kind verwezen is i.v.m. mogelijk terugplaatsing op regulier basisonderwijs op termijn.
De grenzen aan ondersteuning:
Zolang een kind lekker in zijn vel zit is er veel mogelijk in het aanpassen van lesstof. Op de Jeanne d'Arc kunnen wij onderwijs verzorgen voor kinderen met maximaal twee jaar leerachterstand. Het doel is altijd dat kinderen uitstromen op het niveau van eind groep 6 of hoger. Vanaf niveau groep 6 kan er een individuele leerlijn opgestart worden (op basis van de referentieniveau's). Deze leerlijn wordt vastgelegd in een ontwikkelingsperspectief (OPP). Grenzen bij het begeleiden van het jonge kind risicokind hebben te maken met het niet kunnen garanderen van veiligheid, het niet kunnen begeleiden van kinderen die de leerkracht een groot deel van de dag nodig hebben of beschikken over een zeer lage taalvaardigheid, woordenschat en of intelligentie. Wanneer het welbevinden van een kind in het gedrang komt, zijn de grenzen van het reguliere onderwijs in zicht.
Tot slot hebben we ervaren dat we handelingsverlegen zijn als het gaat om het begeleiden van kinderen met een ontwikkelingsproblematiek die zich extern richt op de omgeving. In dit geval zullen we altijd het belang van de groep en een veilig schoolomgeving moeten waarborgen. Dit kan betekenen dat we kinderen met externaliserend gedrag geen passende begeleiding kunnen bieden op onze school.
Toekomstig aanbod aan extra ondersteuning
Als school zijn we blijvend in beweging en ontwikkeling. We volgen scholing om onze kennis en vaardigheden te verbreden en verdiepen en nog beter tegemoet te kunnen komen aan de verschillen die er zijn. Vanuit het daltononderwijs stemmen we ons onderwijs af op de verschillen tussen kinderen door het geven van verantwoordelijkheid en het werken aan zelfstandigheid, reflectie en samenwerken. Door in te zetten op didactisch coachen leren hebben we hoge verwachtingen van alle leerlingen. Dat betekent niet dat we de lat te hoog leggen, maar dat we leerlingen coachen, activerende vragen stellen en regelmatig leer-bevorderende feedback geven op de inhoud en of het leerproces van de leerlingen.
We streven naar het hoogst haalbare voor ieder kind, zodat zij, binnen de mogelijkheden van hun en ons kunnen, op eigen wijze tot optimale groei kunnen komen.
Onze school beschikt niet over een VVE-indicatie, maar draagt in overleg met de voorschoolse voorzieningen voor een vloeiende doorgaande lijn van peuterspeelzaal/ het kinderdagverblijf naar de basisschool. Dit geldt voor iedere leerling die de overstap maakt naar de basisschool. Er vindt altijd een uitgebreide overdracht plaats als kinderen de overstap maken van een voorschoolse voorziening naar onze basisschool. De overdracht vindt bij voorkeur zowel in een gesprek als op papier plaats. Bij de start van de leerling in onze onderbouw wordt er door de groepsleerkracht een startgesprek gepland, om een zogenoemde 'warme overdracht' met ouders te bewerkstelligen. De intern begeleider van onze school wordt bij de overdracht van VVE-leerlingen betrokken. Indien van toepassing is er contact met overige instanties. In de onderbouw worden de leerlingen geobserveerd door middel van IEP, een observatiesysteem voor het jonge kind. De groepsleerkracht van de betreffende onderbouwgroep werkt vanuit (persoonlijke) doelen aan de ontwikkeling van het kind. Deze doelen worden verwerkt in de dag- en weekplanning. Door middel van de zorgcyclus op onze school, waartoe ook groeps- en kindbesprekingen met de intern begeleider behoren, houden wij zicht op de ontwikkeling van het jonge kind. In de gemeente Elburg zijn de resultaatafspraken voor VVE vastgelegd in een convenant.
In het Kulturhus is naast onze school, ook logopedie, dyslexiezorg, een andere basisschool en kinderopvang Prokino gevestigd.
Bij Prokino kinderopvang in Elburg, 't Harde, Doornspijk en Nunspeet vinden ouders een groot aantal opvangmogelijkheden voor hun kind: kinderdagverblijf, peuteropvang, buitenschoolse opvang en gastouderopvang.
BijdeHandjes is een andere organisatie voor kinderopvang. Zij zijn gehuisvest in MFC 't Harde.