Bron: <b>DUO</b><br />Vergelijkbare instellingen: <b>alle instellingen in het basisonderwijs met een vergelijkbare schoolweging en leerlingenaantal</b><br /> <a href="https://encyclopedie.vensters.nl/indicator_po/3418f8d2-188d-490e-88d6-436f8aba8b8a" class="button button-link" target="_blank"><i class="fas fa-external-link-square-alt"></i> Achtergrondinformatie</a>">Bron
Op onze school werken wij volgens het klassikale systeem. Dit heeft veel voordelen. Je kunt een heleboel samendoen vanuit het oogpunt van efficiënt werken en sociale vorming. Je moet hierbij denken aan groepsgesprekken, bewegingsonderwijs, muzikale vorming, creatieve vorming en instructies van uiteenlopende vakken.
De basis van ons onderwijs vormt het individuele kind. Dit houdt in dat wij tegemoetkomen aan de verschillen die er zijn in de ontwikkeling van de kinderen. De ene leerling heeft meer of minder leertijd nodig dan de andere en wij spelen hierop in. Dat kan op verschillende manieren. Zo hebben wij onder andere gekozen voor het geven van instructie op maat. Kinderen krijgen naar behoefte instructie. Dit houdt in dat kinderen die het nodig hebben extra instructie krijgen en dat kinderen die de stof eenvoudiger oppikken minder instructie krijgen. Wij hanteren hiervoor het Directe Instructiemodel (DI-model) en/of het Interactief, Gedifferentieerd, Directe Instructie model (IGDI-model).
In groep 1 ligt de nadruk op het wennen aan school, de gewoontevorming en de sociale- en emotionele ontwikkeling: het omgaan met jezelf en de ander. Door middel van spel worden ontwikkelings- en leerprocessen gestimuleerd. Dit geldt ook voor groep 2; hier heeft de leerkracht echter een meer uitnodigende, sturende rol richting de einddoelen van groep 2. We vinden het belangrijk dat een kind naar groep 3 gaat wanneer het eraan toe is.
In de groepen 1 en 2 wordt thematisch gewerkt. Door thematisch te werken worden de ontwikkelingsdoelen en activiteiten in samenhang met elkaar aangeboden. Het vergroot de betrokkenheid en de wil bij de kinderen om nieuwe dingen te leren.
Binnen de doelen op het gebied van wereldoriëntatie, motoriek, muziek, Engels, taal en rekenen wordt veel aandacht besteed aan de brede ontwikkeling.
Onder brede ontwikkeling vallen bijvoorbeeld ontwikkelingsdoelen als spel, communicatie, onderzoeken, zelfsturing, samenwerking, actief zijn, initiatief nemen, zelfstandigheid en zelfstandig kunnen werken.
Zelfstandig werken dient een tweeledig doel:
1. De kinderen leren probleemoplossend denken, plannen, vooruitzien; dit versterkt het zelfvertrouwen,
2. De leerkracht kan met een klein groepje kinderen een activiteit uitvoeren, zoals interactief voorlezen of gezamenlijk oriënteren op rekenbegrippen.