Op welke manier worden ouders betrokken bij deze school?
Ouders en leerkrachten werken samen met het oog op de ontwikkeling van het kind en ondersteunen elkaar door het delen van ervaringen en door met elkaar mee te denken. Ook is het een doel dat de ouders hun eigen ontwikkeling stimuleren, zodat zij hun kind nog beter kunnen ondersteunen in de ontwikkeling. Een rapportage met daarin de verslagen van gesprekken en bijeenkomsten en een overzicht van de afspraken en aanpakken die gaan worden toegepast om de school-specifieke thema's te realiseren. Ook de ontwikkelde formats en instrumenten zullen hierin worden opgenomen. Onze MOB-er heeft een vragenlijst ontwikkeld waarmee wij de relatie tussen ouders en school in kaart kunnen brengen. De vragenlijst bestaat uit zeven items die belangrijk zijn voor ouderbetrokkenheid: ouderlijke steun, kindgedrag, betrokkenheid van ouders, zelfvertrouwen van ouders over hun vermogen hun kind te kunnen ondersteunen, schoolklimaat, kijk van ouders op hun eigen rol en die van leraren. De lijst bevat bijvoorbeeld vragen als: hoe vaak spreekt u een leraar van school? Bent u op de hoogte van hoe uw kind het sociaal doet op school? Wie is er primair verantwoordelijk voor dat uw kind zijn best doet op school: de ouders of de leraren? Met hulp van de resultaten uit de vragenlijsten en de rapportages van de bijeenkomsten analyseren wij de effecten. Op basis van deze effecten kunnen wij onze werkwijze weer bijstellen en optimaliseren.
In de komende vier schooljaren 2023-2027 is het de ambitie om een ouderbetrokkenheid 3.0 werkwijze in de school te creëren. De school en de ouders delen en zoeken samen naar nieuwe informatie met een voor beide partijen helder doel: de ontwikkeling van het kind. Zichtbaar in dit proces is dat er: Een startgesprek aan het begin van ieder schooljaar: met ouders, leerling en leraar.
Elk jaar vindt er een individueel startgesprek tussen de ouders, de leerling en de leerkracht plaats. Wanneer in het leven van de leerling ook andere personen een belangrijke rol spelen, bijvoorbeeld een oom of een oma, dan kan die uiteraard ook bij zo’n eerste gesprek aanwezig zijn. Het gesprek kan gaan over wat het kind wil leren in het komende jaar, welke uitdaging ouders zien voor hun kind en welke kansen op cognitief of intellectueel gebied de leraar van de kind verwacht in de komende periode.
Een individueel gespreksarrangement: op basis van de ontwikkelingsbehoefte van de leerling spreken school, ouders en leerling de frequentie en vorm van contact af. In hetzelfde startgesprek worden contactmomenten tussen school, leerling en ouder(s) vastgesteld op basis van de ontwikkelingsbehoefte van het kind. Doorgaans worden contactvormen tussen school en ouders nu bepaald door het jaarrooster van de school (de 10-minutengesprekken), de ideeën van de school (zoals het huisbezoek) of een selecte groep ouders (de ouderraad). Elk gesprek over de leerling is een ‘3.0’ voortgangsgesprek over de vorderingen en eventuele belemmeringen in de ontwikkeling van het kind. In een voortgangsgesprek komen de betrokkenen samen tot nieuwe informatie en afspraken voor vervolg.
Een nieuwjaarsreceptie bij de start van het schooljaar: in iedere groep leren ouders en kinderen elkaar direct (opnieuw) kennen waardoor de betrokkenheid op elkaar al vanaf het begin van het jaar ontstaat. Ouders als ‘buddy’. Ouders die een extra duwtje in de rug nodig hebben worden gekoppeld aan een andere ouder. De behoefte aan een buddy kan wordt gepeild in het jaarlijkse startgesprek. Hier kunnen de buddy’s ook geworven worden.