Bron: <b>DUO</b><br />Vergelijkbare instellingen: <b>alle instellingen in het basisonderwijs met een vergelijkbare schoolweging en leerlingenaantal</b><br /> <a href="https://encyclopedie.vensters.nl/indicator_po/3418f8d2-188d-490e-88d6-436f8aba8b8a" class="button button-link" target="_blank"><i class="fas fa-external-link-square-alt"></i> Achtergrondinformatie</a>">Bron
De heterogene groepen kenmerken zich door de aanwezigheid van verschillende leeftijden in een groep. De onderbouw wordt gevormd door groepen waarin 1 en 2 bij elkaar geformeerd zijn, de middenbouw wordt gevormd door de groepen 3, 4 en 5, terwijl de bovenbouwgroepen bestaan uit de groepen 6, 7 en 8.
Op deze wijze hebben we in de onderbouw 7 groepen samengesteld, in de middenbouw 9 groepen en in de bovenbouw 8 groepen.
De organisatie van ons onderwijs
De leerkracht
Onze belangrijkste taak is het begeleiden van kinderen in groeien naar sociale, kritische en verantwoordelijke mensen die een zelfstandige visie hebben op de wereld om hen heen en daarin verantwoorde keuzes kunnen maken. Dit betekent dat de leerkracht de begeleider is van uw kind. Ieder kind wordt aangestuurd en krijgt tegelijkertijd ruimte om zijn of haar talenten te ontwikkelen.
In de groep
De leerkracht loopt kleine en grote rondes in de groep en begeleidt de kinderen indien nodig bij het kiezen van het werk. Een kind krijgt de vrijheid om werk te kiezen aansluitend bij zijn/haar belevingswereld en niveau. De leerkracht geeft, indien nodig, een lesje/instructie behorend bij het gekozen werk.De zelfstandigheid van het kind wordt door deze manier van begeleiden bevorderd en verder ontwikkeld. Een groot gedeelte van de dag werken de kinderen individueel of in groepjes. De kinderen helpen elkaar met hun werk. Doordat er gewerkt wordt in heterogene groepen, schuift ieder kind op van “geholpen worden” naar “zelf kunnen” en “anderen helpen”.
De onderbouw
In de onderbouw werken, spelen en leren de kinderen samen. Het zintuiglijk materiaalstaat centraal. Voor elk deelgebied van de waarneming is een bepaald materiaal ontwikkeld. Juist in deze periode is het kind volop bezig met leren waarnemen. Verder wordt de ontwikkeling van zelfstandigheid, zelfredzaamheid en sociale vaardigheden gestimuleerd.
Jonge kind
Onderwijs aan het jonge kind krijgt bij ons bijzondere aandacht. We weten hoe jonge kinderen leren en kennen hun ontwikkeling. Op onze school staat “spelend beredeneerd leren” centraal in de kleutergroepen. De kleuterleerkracht begeleidt en stimuleert het spel van de kinderen. Hierdoor wordt het kind uitgedaagd om een stap te zetten in zijn/haar ontwikkeling. We werken met de leerdoelen van de SLO kerndoelen het Jonge Kind en deze worden in betekenisvolle activiteiten en thema’s weggezet. Op een speelse manier werken we aan de taalontwikkeling, voorbereidend rekenen en schrijven, maar ook aan de sociaal-emotionele ontwikkeling, motoriek en zelfstandigheid.De gemeente Rotterdam en de gezamenlijke schoolbesturen hebben met elkaar een nieuw kwaliteitskader voor het onderwijs aan kleuters ontwikkeld. Alle scholen van BOOR werken de komende vier jaar aan een nog stevigere basis van het onderwijs aan kleuters. Kinderen bij ons op school komen van verschillende peuterspeelzalen. We werken in ieder geval samen met peuterspeelzaal Gro-up.
Overdracht vanuit de peuterspeelzaal
Als uw kind de overstap maakt van peuterspeelzaal naar school, zorgen we voor een goede overdracht. Wij ontvangen, indien u daarvoor toestemming hebt gegeven, van hen het Rotterdams Overdrachtsdocument en de gegevens uit het observatie- en registratiesysteem. Met de informatie die u als ouders bij de intake met ons heeft gedeeld over uw kind, hebben we hierdoor een goed beeld van wat uw kind nodig heeft en verloopt de overgang naar groep 1 makkelijker.
Het aanbod
In de kleutergroepen werken we met thema’s. Per jaar hebben we thema’s die een periode centraal staan. Tijdens deze themaweken worden kinderen spelenderwijs in een uitdagende en leerrijke omgeving voorbereid op een goede start in groep 3. We werken thematisch en planmatig aan de vastgestelde doelen op het gebied van taal, rekenen, motoriek en sociaal-emotionele ontwikkeling. We werken in groep 1 en 2 met gemengde groepen. Dat betekent dat leerlingen van verschillende leeftijden bij elkaar zitten. Kinderen leren namelijk goed met – en van elkaar. Als kinderen meer met elkaar samenwerken hebben de kleuterleerkrachten meer tijd- en ruimte om in kleine groepjes de kinderen op hun eigen niveau en eigen leerbehoefte aan te spreken.
Het volgen van de ontwikkeling
We volgen de kinderen in hun ontwikkeling met behulp van de observatie- en registratiemethode SLO doelen Jonge Kind in ParnasSys. Dit zijn de doelen passend bij de leeftijd van de kinderen, waarbij gekeken wordt of het kind zich in de lijn der verwachting ontwikkelt. Dit doen we minimaal 4 keer gedurende de kleuterperiode en bespreken we met u tijdens de verslaggesprekken. Naast het gebruik van het observatiesysteem observeren we ook door de dag heen en noteren we opvallende zaken/aandachtspunten in ons leerlingadministratiesysteem. We volgen hiermee nauwgezet hoe de ontwikkeling van uw kind verloopt om ons aanbod hierop afstemmen.
Overgang naar groep 3
We gaan er in eerste instantie vanuit dat een kind dat in groep 1 begint, doorstroomt naar groep 2 en uiteindelijk naar groep 3. We bekijken per individueel kind of het aan het einde van groep 2 ook daadwerkelijk toe is aan de overgang naar groep 3. Dit is niet alleen afhankelijk van cognitieve- maar ook van sociaal emotionele factoren. Voor een enkele kleuter is het beter de kleuterperiode met een jaar te verlengen. Natuurlijk zijn de gesprekken met u als ouder voorafgaand aan dit besluit van groot belang. We komen graag met u tot een afgewogen besluit. Mocht het door een verschil van inzicht niet lukken om samen tot een besluit te komen, dan is het advies van de school bindend.
De middenbouw
In deze bouw is veel aandacht voor de basisvaardigheden: lezen, schrijven, taal en rekenen. De leerlingen werken met montessorimateriaal en aanvullende andere materialen om deze vaardigheden en kennis te verwerven. Het tempo waarin en de manier waarop de kinderen deze vaardigheden leren, oefenen en verwerken verschilt. We proberen daarbij aan te sluiten bij de onderwijsbehoeften, belangstelling en leerstijl van het kind. Kinderen worden gestimuleerd tot ontwikkeling van een goede werkhouding en een goede organisatie tijdens hun werk. In de middenbouw wordt verwacht dat kinderen gedurende een langere tijd geconcentreerd en zelfstandig aan een taak kunnen werken. Door de manier van werken en de te vervullen taken leren kinderen rekening met elkaar te houden, elkaar te helpen en samen te werken aan een taak.
De bovenbouw
In de bovenbouw ligt het accent vooral op het toepassen en integreren van alle eerder verworven kennis. Natuurlijk worden de in de middenbouw aangeleerde basisvaardigheden nog verder herhaald en uitgebreid. Het werk en de omgeving wordt steeds meer door kinderen zelf vormgegeven en georganiseerd. In de bovenbouwjaren ontwikkelen kinderen zich tot zelfstandige persoonlijkheden, die kunnen samenwerken en steeds meer verantwoordelijkheid durven en kunnen nemen voor zichzelf, de anderen en de omgeving. Deze zelfstandigheid wordt ook steeds meer naar de buitenwereld verlegd. Ook nieuwe kennis van andere talen, ingewikkelde rekenkundige bewerkingen, het doorgronden van structuren in bijvoorbeeld het ontleden in zinsdelen en woordsoorten, kennis op geografisch, historisch, technisch en maatschappelijk gebied vormen een belangrijk doel in de bovenbouw. Het zich losmaken van de basisschool en het zich voorbereiden op het voortgezet onderwijs is het sluitstuk van deze belangrijke periode. Vanwege de heterogene groepssamenstelling gaat dit proces op een natuurlijke wijze.
Het volgen van de ontwikkeling van de kinderen in de school
Aan de hand van het dagelijks werk en de observaties volgt de leerkracht de ontwikkeling van het kind. Naast deze manier van signaleren, vindt er ook systematische signalering plaats. Met behulp van methode overstijgende genormeerde toetsen (Cito-toetsen) wordt iedere leerling gevolgd. De intern begeleiders stellen een toetskalender samen, waarin vermeld staat in welke week, welke groep, welke toets moet maken.
Uiteraard wordt in de onderbouw, net als in midden- en bovenbouw, op montessoriaanse wijze lesgegeven. Dit leidt ertoe dat Taal/Lezen en Schrijven bij deze jonge kinderen al een belangrijke plaats inneemt.
Gezien het feit dat in deze levensfase de socialisering voor een groot deel plaatsvindt, neemt ook het vakgebied "Bevordering gezond en sociaal gedrag" een prominente plek in.
De genoemde tijden zijn indicaties en kunnen per leerling verschillen, zoals het in het montessoriaanse betaamt.
Bovengenoemde onderwijstijden zijn indicaties. In het montessoriaanse gedachtegoed is vrijheid van keuze een belangrijk gegeven. Ook de behoeften per kind kunnen verschillen, waardoor er verschillen in onderwijstijd tussen de verschillende vakken kunnen optreden.
In ons schoolondersteuningsprofiel is te lezen wat onze specifieke ondersteuning behelst. Uiteraard bieden wij de basisondersteuning, zoals vastgesteld door de samenwerkende besturen.
Ondersteuning voor leerlingen
Passend Onderwijs
Elk kind heeft recht op goed onderwijs; ook kinderen die extra ondersteuning nodig hebben. We willen dat zo veel mogelijk kinderen naar een gewone school in de buurt kunnen gaan. Zo hebben kinderen de meeste kansen om te kunnen meedoen in de samenleving en hebben ze de beste kansen op het vervolgonderwijs. Met ingang van 1 augustus 2014 hebben alle schoolbesturen zorgplicht. De school moet voor elk kind een passende onderwijsplek bieden, ook als duidelijk is dat er voor een kind extra ondersteuning nodig is. Als dit niet (meer) lukt op de eigen school, de helpt de school u om een andere passende onderwijsplek te vinden.
Samenwerkingsverband Primair Passend Onderwijs (PPO)
Om dit mogelijk te maken werken de basisscholen in Rotterdam steeds beter samen. Zij zijn onderdeel van het samenwerkingsverband Primair Passend Onderwijs Rotterdam (PPO). Binnen dit samenwerkingsverband organiseren de scholen uit heel Rotterdam het onderwijs en eventueel de extra ondersteuning voor uw kind zo goed mogelijk. Ouder(s)/verzorger(s) worden hier nauw bij betrokken.
Aanmelding, informatie en zorgplicht
Ouders dienen hun kind op tijd aan te melden bij de school van hun eerste voorkeur, bij voorkeur als uw kind 3 jaar is. Wanneer u uw kind op een school aanmeldt en duidelijk is dat hij/zij extra ondersteuning nodig heeft dan bent u als ouder(s)/verzorger(s) verplicht om dit bij de directie te melden. Dit heet informatieplicht. Heeft u uw kind op meerdere scholen aangemeld? Dan willen wij graag weten of wij uw school van eerste voorkeur zijn. De aanmelding kan pas in behandeling genomen worden als wij de school van eerste keuze zijn.Na aanmelding onderzoekt de school of ze in de onderwijsbehoeften van uw kind kan voorzien. De school heeft 6 weken om over de aanmelding een besluit te nemen en kan deze termijn met maximaal 4 weken verlengen. De conclusie kan zijn dat wij uw kind geen passend onderwijs kunnen bieden. In dat geval gaan we samen met u, de schoolcontactpersoon of ouderfunctionaris van het samenwerkingsverband op zoek naar een andere passende school in de omgeving.
Zorgplicht
Bij de uitvoering van de zorgplicht moet een schoolbestuur eerst kijken wat de school zelf kan doen. Het uitgangspunt is dat de school (schoolbestuur) waarop het kind zit of is aangemeld, eerst alle mogelijkheden onderzoekt om het kind op deze school passend onderwijs te bieden. Als de school waar het kind op zit, of is aangemeld, echt geen passend onderwijsaanbod kan realiseren, dan heeft de school zogenaamde trajectplicht. Dat betekent dat de school dan zelf voor een goede, nieuwe, onderwijsplek voor dit kind moet zorgen. Bij het vinden van een goede school voor hun kind zijn ouders/verzorgers uiteraard heel belangrijk. Ouders/verzorgers met kinderen in de peuterleeftijd oriënteren zich op een nieuwe school. Maar soms gebeurt het ook dat een kind al op een basisschool zit, maar dat het voor het kind beter is als het naar een andere onderwijssetting gaat, waar tegemoet gekomen kan worden aan de onderwijsbehoeften van het kind. Meestal gebeurt dit omdat de huidige school niet aan het kind kan bieden wat het nodig heeft. Het samenwerkingsverband (PPO) speelt hier vaak een ondersteunende rol in. Deze zorgplicht geldt formeel voor de schoolbesturen en is van toepassing op kinderen die extra (lichte dan wel zware) ondersteuning nodig hebben in het onderwijs. Voorheen moesten ouders zelf op zoek naar een passende onderwijsplek voor hun kind; nu ligt deze verantwoordelijkheid bij de scholen (schoolbesturen). Op deze website staat een filmpje waarin dit heel duidelijk wordt uitgelegd: Zorgplicht
Schoolondersteuningssprofiel
Wanneer uw kind bij ons op school wordt ingeschreven, bieden wij uw kind een passende onderwijsplek. Alle scholen in Rotterdam bieden dezelfde basisondersteuning. Deze is voor alle basisscholen gelijk. Aanvullend op de basisondersteuning kunnen scholen ook extra vormen van ondersteuning bieden. Scholen leggen de extra ondersteuning vast in een schoolondersteuningsprofiel.
Ondersteuning op De Mare
Ons montessorionderwijs is erop gericht dat alle kinderen, door maatwerk van de leerkracht, maximaal tot hun recht komen en passende zorg en aandacht krijgen. Ondanks deze benadering kunnen er kinderen zijn, die zich niet evenwichtig ontwikkelen. Zij hebben specifieke onderwijs-behoeften. Om de aanpak voor deze behoeften in kaart te brengen wordt een handelingsplan opgesteld. De hulp van collega’s met een specialisatie kan hierbij worden ingezet. In overleg met de intern begeleider wordt gekeken op welke manier de leerkracht deze aanpak kan uitvoeren en waar ondersteuning geboden kan worden. Voor het bewaken en verbeteren van de zorg binnen onze school is er een breed ondersteuningsteam ingericht. We noemen het ondersteuningsteam omdat we vinden dat in het kader van passend onderwijs het gaat om ondersteuning van kinderen, ouders en leerkrachten. We willen als school uitgaan van de talenten bij kinderen en bekijken wat de juiste begeleiding voor een kind is en hiernaar handelen. Vragen die wij als school dan ook stellen bij elk individueel kind zijn:
“Wat zijn de stimulerende factoren, belemmerende factoren bij dit kind en welke onderwijsbehoeften heeft een kind om in zijn ontwikkeling vooruit te komen?”.
Ons ondersteuningsteam bestaat uit:
|Intern begeleiders, specialisten op gebied van: taal, rekenen, gedrag en montessorivaardigheden en begeleiders vanuit PPO. De intern begeleiders zijn het eerste aanspreekpunt voor de collega’s als zij een hulpvraag hebben ten aanzien van de ontwikkeling van de kinderen, of problemen binnen de groep signaleren. De specialisten diagnosticeren, analyseren samen met leerkrachten gegevens en kijken naar wat de kinderen nodig hebben op gebied van de genoemde vakgebieden.
Ontwikkelingsperspectief (OPP)
Als we tijdens de schoolloopbaan van uw kind extra ondersteuning bij het samenwerkingsverband gaan aanvragen dan wordt er een ontwikkelingsperspectief (OPP) gemaakt. Dit is ook het geval als uw kind voor een vak een eigen leerlijn heeft. Bijvoorbeeld: een groep 6 kind werkt voor rekenen aan doelen van groep 5.
Het ontwikkelingsperspectief wordt opgesteld:
- binnen zes weken na de inschrijving of na definitieve plaatsing van de leerling of
- vanaf het moment dat er wordt gestart met de extra ondersteuning.
In het OPP stellen we met elkaar een aantal doelen vast en voeren we tenminste 1 keer per jaar een ‘op overeenstemmingsgericht overleg’ om het plan te evalueren en eventueel bij te stellen. In het OPP worden in ieder geval de belemmerende en bevorderende factoren en het te verwachten uitstroomniveau (het niveau van het vervolgonderwijs) opgenomen. Dit heeft als doel om duidelijk te krijgen wat de mogelijkheden van uw kind zijn en hoe deze zo optimaal mogelijk kunnen worden ontwikkeld. Vanzelfsprekend wordt u daar als ouder bij betrokken en heeft de school de verplichting om hier met u overeenstemming over te vinden. Het ontwikkelingsperspectief wordt pas vastgesteld nadat u heeft ingestemd en het uitvoeringsplan (het handelingsdeel) heeft ondertekend. Indien het OPP bijgesteld wordt, wordt het opnieuw door ouders ondertekend.
De schoolcontactpersoon die aan onze school verbonden is vanuit PPO: mevr. Karin Berkvens
De ouderfunctionaris die vanuit PPO aan onze school verbonden is: Carla Huurman
Voor meer informatie over het samenwerkingsverband: PPO Rotterdam
Toekomstig aanbod aan extra ondersteuning
De ambities en doelen van de Mare staan uitvoerig beschreven in ons schoolplan.
Onze school neemt niet deel aan het VVE-programma, maar onderhoudt wel nauwe contacten met verschillende peuterspeelzalen e.d.
Peuteropvang
Gro-up
Grift 42
3075 SB Rotterdam
06 - 13 37 74 41
B.S.O. Buitenschoolse opvang
Kinderdam
Hoofdkantoor: Enk 19
3075 LE Rotterdam
Tel: 010-21 51 379
Kinderdam:
Locatie De Kantine(opvang tot 7 jaar)
Enk 192
3075 VC Rotterdam
Tel: 010-215 13 79
Kinderdam:
Locatie BuitenGewoon(opvang vanaf 7 jaar)
Enk 190
3075 VC Rotterdam
Tel: 06-559 941 97
Ketelbinkie
Schulpweg 37
3084 NG Rotterdam
Tel: 010-28 33 888
BSO de Maan
Valkeniersweg 108
3075 AZ Rotterdam
Tel: 010 – 850 49 92
Sport BSO Max
Smeetlandseweg 15
Contactpersoon: B. Chobin
Tel: 010-29 20 061 / 06-41807521