Noen

Kwaliteitszorg en schoolplan

• Welke doelen staan in het schoolplan?

  Welke doelen staan in het schoolplan?

  Onderwijs heeft een belangrijke functie bij het bereiken van een door het kind beoogde maatschappelijke positie. Hoe hoger het niveau van het onderwijs en de geestelijke ontwikkeling, hoe meer keus het kind heeft in de bepaling van zijn verdere toekomst. Wil je tot leren komen, dan moet je kunnen communiceren in het Nederlands en aangeboden teksten kunnen lezen en begrijpen. Dat geldt voor alle vakken en vormingsgebieden, maar in versterkte mate voor de zaakvakken (natuur/techniek, aardrijkskunde en geschiedenis) en het taal- en rekenonderwijs. Woordenschatonderwijs ondersteunt deze vaardigheid.

  De overdracht van de leerstof moet voor kinderen aansprekend en effectief zijn. De kwaliteit van de groepsinstructie heeft bij ons nadrukkelijke aandacht. Wij passen hierbij, naast het directe instructiemodel, de verlengde-instructie toe, verrijkt met coöperatieve samenwerkingsvormen en aangevuld met illustratief materiaal.

  Het is van belang om kinderen te benaderen vanuit een duidelijk didactisch model. Ons didactisch concept is:

  • wij gaan uit van verschillen, maar rekenen het tot onze taak om verschillen te verkleinen (convergente differentiatie);
  • onze ondersteuning richt zich op de leerlingen die extra ondersteuning nodig hebben (verlengde instructie);
  • we bieden alle leerlingen - enkele uitzonderingen daar gelaten - basisstof aan, en daarbij herhalings- en verrijkingsstof (BHV-model);
  • als eenheid van denken hanteren wij de klas;
  • wij differentiëren in instructie;
  • wij differentiëren in tempo;
  • wij differentiëren in verwerking.

  Onze school heeft een aantal principes vastgesteld voor kwalitatief goed onderwijs. Ten aanzien van ons onderwijs zoeken wij naar een goede balans tussen aandacht voor de cognitieve en de sociaal/emotionele ontwikkeling van kinderen. Daarbij zijn de volgende aspecten van belang:

  1. Motiveren voor de leertaak: daar waar relevant aansluiten op de leef-en belevingswereld van de leerlingen.
  2. Dialogisch onderwijzen: leerlingen laten meedenken en meedoen (interactie).
  3. Zorgen voor afwisselende werkvormen (variatie).
  4. Stimuleren van eigen initiatief en creativiteit: leerlingen (geleid) zelf zaken laten ontdekken.
  5. Begeleiding van de zelfstandigheid en de motivatie: zelf kiezen, zelf sturen gekoppeld aan taakbewustheid (kinderen laten werken naar vermogen)
  6. Een plezierig pedagogisch klimaat waarin kernwoorden gelden als: regels, acceptatie, respect, zelfdiscipline, autonomie, competentie, stimuleren en uitdagen.

  Wij streven ernaar om het onderwijs zo effectief mogelijk te laten verlopen. Kernpunten zijn:

  • De leertijd wordt effectief besteed.
  • Het leren van de leerlingen staat centraal.
  • De leerkrachten hebben hoge verwachtingen van de leerlingen en laten dat merken.
  • Leerlingen die dat nodig hebben krijgen extra aandacht
  • Er wordt gewerkt met het BHV-model (basisstof, herhalingsstof, verrijkingsstof)
  • Leerkrachten zorgen voor een ordelijk en gestructureerd klimaat dat geschikt is voor leren en onderwijzen.
  • De toetsen van de leerlingen wordt systematisch geëvalueerd (CITO-LVS)
  • De communicatie (interactie) tussen de leerkracht en de leerlingen en de leerlingen onderling verloopt geordend.
  • Het belang van de (bege-)leidende en sturende rol van de leerkracht wordt onderkend.

  Sluiten

• Hoe bereikt de school de doelen?

  Hoe bereikt de school de doelen?

  Onze school beschikt over een systeem voor kwaliteitszorg: vanuit een meerjarenplanning beoordelen en verbeteren we de kwaliteit van ons onderwijs op een systematische en effectieve wijze. Daarnaast hebben we onze kwaliteitszorg gekoppeld aan ons integraal personeelsbeleid. Daardoor borgen we dat de schoolontwikkeling en de ontwikkeling van onze medewerkers parallel verloopt. Op onze school betrekken we ook externen bij de bepaling en beoordeling van onze kwaliteit. Planmatig wordt onze school geauditeerd, we organiseren een ouderpanel, en beschikken over een leerlingenraad. Ieder jaar stellen we een jaarplan op (o.b.v. ons schoolplan) met onze verbeterdoelen. Het jaar sluiten we af met een jaarverslag waarin we verantwoording afleggen aan onze stakeholders voor wat betreft de realisatie van onze verbeterdoelen en de behaalde resultaten.

  Het bestuur en de school leggen intern en extern toegankelijk en betrouwbaar verantwoording af over doelen en resultaten en voeren daarover actief een dialoog: 
  

  • De school heeft “tegenspraak” georganiseerd;
  • Het interne toezicht wordt betrokken bij de beleids- en besluitvorming;
  • De (G)MR wordt betrokken bij de beleids- en besluitvorming;
  • De school brengt minstens 1 x per jaar verslag uit over haar doelen en de resultaten die ze behaalt;
  • Het jaarlijkse verslag is geschreven op een toegankelijke wijze;
  • De school verantwoordt zich aan de overheid;
  • De school verantwoordt zich aan belanghebbenden;
  • De (G)MR wordt betrokken bij de benoeming van bestuurders;
  • In de schoolgids staan de uitslagen van de metingen van de kwaliteit van de school (en een korte reflectie op de uitslagen);
  • In de schoolgids staan de maatregelen die getroffen zijn naar aanleiding van de metingen van de kwaliteit van de school.

  
  

  Sluiten