Welk anti-pestprogramma wordt gebruikt?
De Vreedzame school.
De Vreedzame School is een compleet programma voor basisscholen voor sociale competentie en democratisch burgerschap. Het beschouwt de klas en de school als een leefgemeenschap, waarin kinderen zich gehoord en gezien voelen, een stem krijgen, en waarin kinderen leren om samen beslissingen te nemen en conflicten op te lossen. Kinderen voelen zich verantwoordelijk voor elkaar en voor de gemeenschap en staan open voor de verschillen tussen mensen.
Als er meer nodig is hanteren wij een aanpak van pesten die goed past bij de uitgangspunten van De Vreedzame School.
Het anti-pestprotocol wordt gevolgd:
Ieder signaal met betrekking tot pesten wordt serieus genomen gecheckt en opgepakt.
Stap 1 De leerkracht heeft een afzonderlijk gesprek met de leerling die gepest wordt en de leerling die pest. Als er aanleiding toe is, worden ook andere kinderen die betrokken zijn gehoord om het probleem helder te krijgen. Ouders van het gepeste kind en de pester worden op de hoogte gebracht. IB, directie en eventueel team worden op de hoogte gebracht i.v.m. toezicht op het plein en de gezamenlijke ruimtes. Er komt een notitie in Parnassys.
Stap 2 De leerkracht heeft een gezamenlijk gesprek met de pester en de gepeste. Er worden samen afspraken gemaakt over het gedrag om het pesten te stoppen. Binnen één week vindt de eerste evaluatie plaats.
Stap 3 Ouders worden altijd op de hoogte gebracht met betrekking tot stap 1 en 2 en de stand van zaken.
Stap 4 Na een week heeft de leerkracht een gesprek met de pester en gepeste, eventueel aangevuld met de anti-pestcoördinator. Is het gelukt om de afspraken na te komen?
Stap 5 Na twee weken is er opnieuw een gesprek tussen leerkracht en leerlingen, eventueel aangevuld met de anti-pestcoördinator. Is het resultaat positief: dan langzamerhand de gesprekken afbouwen. Mochten deze stappen niet het gewenste resultaat opleveren, dan zijn de volgende vervolgstappen mogelijk:
Stap 6 Gesprek met een deel van de ouders of alle ouders uit de groep over het pestprobleem in de groep. Dit met name als er sprake is van een grote zwijgende groep onder de klasgenoten die niet op het pestgedrag reageert of durft te reageren. Dit gesprek wordt geleid door de groepsleerkracht in samenwerking met de anti-pestcoördinator, de directeur en eventueel de OSA (ondersteuningsadviseur). Doel: informatieverstrekking en wat ouders kunnen doen om het gedrag te beïnvloeden.
Stap 7 Een leerling (pester of gepeste) wordt tijdelijk in een andere groep geplaatst.