Openbare Basisschool De Tweemaster

Blauwe Kiekedieflande 1 2641 MM Pijnacker

  • Schoolfoto van Openbare Basisschool De Tweemaster
  • Schoolfoto van Openbare Basisschool De Tweemaster
  • Schoolfoto van Openbare Basisschool De Tweemaster

Resultaten eindtoets

Toelichting van de school

In verband met de corona-epidemie zijn er in 2020 geen eindtoetsen afgenomen. De resultaten zijn er van schooljaar 2019/2020 dus niet. De specifieke resultaten van schooljaar 2022/2023 zijn bij het schrijven van deze schoolgids nog niet bekend. 

Dit schooljaar is er op de eindtoets boven de signaleringswaarde gescoord.

Taal:1F  Tweemaster: 93,2%

Signaleringswaarde: 85%

Rekenen:1S/2F  Tweemaster: 53,8%

Signaleringswaarde: 53,6% 

In de bijlage met de naam res vindt u de uitstroom van schooljaar 2022-2023

Welk percentage leerlingen behaalt het fundamentele niveau en welk percentage het streefniveau?

Let op: In schooljaar 2023-2024 is de eindtoets vervangen door de doorstroomtoets. Op dit moment zie je nog de resultaten van de eindtoets van 2023.
De resultaten van de doorstroomtoets van 2024 zijn na de zomer voor het eerst zichtbaar. Dit is in lijn met de beoordeling van de Inspectie van het Onderwijs. Kijk voor meer informatie op de website van de inspectie.

Let op: Voor de beoordelingen in het schooljaar 2023-2024 hanteert de inspectie naast de ongewijzigde signaleringswaarden zogenaamde correctiewaarden bij de beoordeling van de leerresultaten. Meer informatie is te vinden op de website van de inspectie.

Fundamenteel niveau

Het fundamenteel niveau is het niveau voor taal en rekenen dat zoveel mogelijk leerlingen aan het einde van de basisschool zou moeten beheersen. Dit wordt gemeten in groep acht met de eindtoets. De inspectie stelt dat minimaal 85% van alle leerlingen het basisniveau moet behalen. Deze 85% is de signaleringswaarde voor het fundamenteel niveau en dit is voor alle basisscholen in Nederland gelijk.

Bron

Streefniveau

Het streefniveau is een hoger niveau dan het fundamenteel niveau. Het doel is dat zoveel mogelijk leerlingen eind groep acht het streefniveau bereiken. Op basis van de leerlingpopulatie op school wordt door de inspectie voor elke basisschool in Nederland apart bepaald hoeveel procent van de leerlingen het streefniveau moet halen. Dat percentage is de signaleringswaarde voor het streefniveau van de school.

Bron

Hoe gebruikt deze school tussentijdse toetsen?

Toelichting van de school

Kijk!

In groep 1-2 worden de leerlingen gevolgd door middel van het observatiesysteem Kijk!. De leerlingen worden gevolgd op het gebied van visuele-motorische ontwikkeling, taal- en denkrelaties, auditieve ontwikkeling, ontwikkeling rekenvoorwaarden, sociaal-emotionele ontwikkeling.

Dit registratiesysteem brengt de ontwikkeling van kinderen van in kaart en het daarop afgestemde aanbod. Twee keer per jaar in (januari en mei-juli) wordt van elke leerling een registratie gemaakt. In de periodes ertussen wordt geobserveerd, genoteerd en gereflecteerd. KIJK! heeft op elk gewenst moment gegevens beschikbaar, klaar om uit te draaien wat nodig is: een rapport per leerling, een groepsoverzicht of een groepsplan.

Handelings- en opbrengstgericht werken
Vanaf groep 3 brengen wij de tussenresultaten van de vakken technisch lezen, spelling, rekenen en begrijpend lezen (v.a. gr 4) in beeld met de niet-methodetoetsen van het Cito leerlingvolgsysteem (toetsen in januari en juni) en de toetsen van de lesmethodes. Twee keer per jaar (januari en juni) wordt er een uitgebreide analyse gemaakt van de groepsresultaten op de CITO-toetsen en individuele resultaten. De uitkomst van deze analyse wordt verwerkt in een didactisch interventieplan. In de blokplanningen staan de instructiebehoeften van de verschillende leerlingen in de groep, grofweg verdeeld in drie categorieën: veel instructie, gemiddelde instructie en weinig instructie. Ook het evaluatiemoment van de instructie van die dag, wordt opgeschreven in de blokplanning.

In november en april wordt er een tussenevaluatie gemaakt aan de hand van de resultaten op de methodetoetsen. Dit wordt besproken in de groepsbesprekingen met de intern begeleider en de leerkracht. 

Instructie onafhankelijk leerlingen
Binnen deze structuur vinden wij het van belang dat leerlingen die weinig instructiebehoefte hebben, deze instructie ook niet krijgen. Veelal maakt instructie deze leerlingen gemakzuchtig en afhankelijk van de leerkracht. 
Deze leerlingen kunnen vaak na een korte (of geen) instructie aan de slag, waarna ze werken aan verrijkingswerk. Wanneer deze leerlingen onvoldoende (ten aanzien van de verwachting) scoren op een methodetoets wordt er geanalyseerd wat het probleem is:
- Maakt slordigheidsfouten; 
- Gebruikt een onhandige / onjuiste strategie;
- Heeft toch instructie nodig;
- Moet werken aan reflectief vermogen, leren leren, leren hulp vragen etc.

Op basis van deze informatie kijkt de leerkracht, welke ondersteuning deze leerling moet krijgen om de volgende toetsen wel naar verwachting te maken.

Instructie-afhankelijk leerlingen
Leerlingen die veel instructie nodig hebben, krijgen een zogeheten verlengde instructie. Hierbij wordt de stof herhaald met behulp van andere materialen of andere uitleg die beter past. Voor leerlingen die nog steeds moeite hebben met bepaalde stof kunnen we binnen de groep helpen, door lesaanbod in een subgroep. Dit is vaak op een ander moment, bijvoorbeeld tijdens lezen of zelfstandig werktijd. Hierbij wordt er in een korte periode doelgericht gewerkt aan een bepaalde vaardigheid.

Binnen de instructieafhankelijke leerlingen is er een verschil tussen een reguliere, korte instructie met enkele voorbeeldsommen als leerlingen die instructie afhankelijk zijn, waarbij veel opdrachten begeleid worden. 

Methodetoetsen
De methodetoetsen worden ook gebruikt om het lesaanbod te plannen. Op basis van de instructiebehoeften van de leerlingen uit de blokplanning, beslist de leerkracht aan welke doelen gewerkt moet worden en op welke manier. Er worden notities gemaakt van leerlingen in de blokplanning, die bepaalt welk onderdeel extra uitgelegd moeten krijgen. Voor leerlingen die instructie-afhankelijk zijn, wordt ook gekeken welke materialen of oefeningen wellicht beter aansluiten bij de instructie en verwerking.

Welk schooladvies kregen de leerlingen van deze school?

Toelichting van de school

Het pre-advies komt tot stand in een overleg tussen de leerkracht(en) van groep 7, de toekomstige leerkracht(en) groep 8, de intern begeleider en de directeur. Dit overleg vindt plaats twee à drie weken voor het pre-adviesgesprek. De communicatie naar de leerling en ouders/verzorgers vindt eind groep 7 plaats tijdens het pre-adviesgesprek.

Bij het pre-adviesgesprek worden de leerling en ouders/verzorgers op school uitgenodigd. De leerling en ouders/verzorgers ontvangen tijdens het gesprek een officieel schriftelijk document met daarop de bevestiging van het pre-schooladvies en krijgen daarbij een mondelinge toelichting. De leerkracht(en) noteren in een gespreksverslag de inhoud van dit gesprek en de reactie van leerling en ouders/verzorgers.Wij baseren ons bij het tot stand komen van het voorlopig advies op de volgende gegevens:IEP gegevens uit het leerlingvolgsysteem (en cito uitslagen zover nog bekend);Het ontwikkelingsprofiel vanuit het leerlingvolgsysteem met de bijbehorende schooltypes (prognose voortgezet onderwijs);De cijfers van de methodetoetsen in groep 7;De (huis)werkhouding - het gedrag van de leerling, gemeten met Viseon en observaties van de leerkracht(en). Tijdens het rapportgesprek in juni wordt het pre-schooladvies gecommuniceerd met ouders en de leerling. Leerkrachten zullen een onderbouwing geven van het pre-advies. Ouders en leerlingen ontvangen een officieel schriftelijk document met daarop het pre-schooladvies. De begeleiding van groep 8Groep 8 is een belangrijk jaar, want de leerling gaat het laatste schooljaar in op de basisschool. Het voortgezet onderwijs lonkt en als oudste leerling van de basisschool is hij of zij eraan toe om zich voor te bereiden op het voortgezet onderwijs. Hetzelfde geldt voor de ouders. Het kind van de basisschool begeleiden naar het voortgezet onderwijs is niet eenvoudig en de stap naar het voortgezet onderwijs is dan ook een zeer belangrijke. Wij trachten de leerlingen en ouders zo goed mogelijk in dit proces te helpen.

Schooladvies in groep 8

Het voorlopig en definitieve advies komt tot stand in overleg tussen leerkracht(en) groep 8, de intern begeleider en de directie. Wanneer het voorlopige en/of definitieve advies afwijkt van het pre-advies wordt ook nog overlegd met de leerkracht(en) van groep 7. In januari worden de voorlopige adviezen met ouders en leerlingen besproken. Tijdens de definitieve adviesgesprekken in maart vindt de communicatie naar leerling en ouders/verzorgers plaats. De leerling en ouders/verzorgers ontvangen een onderwijskundig rapport met daarin het definitieve advies.Wij baseren ons bij het tot stand komen van het definitieve advies op de volgende gegevens: IEP gegevens uit het leerlingvolgsysteem (+ eventueel nog de Cito uitslagen) (vaardigheidgrafieken);Het ontwikkelingsprofiel vanuit het leerlingvolgsysteem met de bijbehorende schooltypes (prognose);De cijfers van de methodetoetsen in groep 8;De (huis)werkhouding; Het gedrag van de leerling, gemeten met IEP Hart en Handen en observaties van de leerkracht(en).

Het eerste deel van het schooljaar bezoekt groep 8 diverse scholen voor voortgezet onderwijs om een indruk te krijgen van deze vormen van onderwijs. Op 6 en 7 februari maken de kinderen de doorstroomtoets. Uiterlijk 24 maart ontvangen de ouders de uitslag van deze eindtoets. Als de eindtoets beter gemaakt wordt dan de school had gedacht, dan kijkt de school opnieuw naar hetadvies. De heroverweging wordt intern behandeld in een commissie bestaande uit de intern begeleidster, directeur en leerkracht(en). De ouders en de leerling zelf worden daarna uitgenodigd voor een gesprek waarin de resultaten van de heroverweging worden toegelicht. Als de eindtoets slechter gemaakt wordt dan de school verwachtte, dan past de school het advies niet aan. Dit blijft dan hetzelfde.

Oriëntatie op voortgezet onderwijs

De scholen voor voortgezet onderwijs organiseren voor ouders en toekomstige leerlingen open dagen. Wij adviseren de ouders en leerlingen een aantal open dagen te bezoeken, zodat zij zich een goed oordeel kunnen vormen over de scholen. Uiteindelijk nemen de ouders de beslissing met betrekking tot de schoolkeuze en melden hun kind aan op de betreffende school.

Weergave Schooladvies

Bron

Zitten de oud-leerlingen van deze school in het voortgezet onderwijs boven, op of onder hun schooladvies?

In groep 8 krijgt elke leerling van de basisschool een advies voor het voortgezet onderwijs dat past bij het niveau van deze leerling. De leerling stroomt vervolgens door naar het voortgezet onderwijs. In het derde jaar wordt gekeken welk niveau de leerling werkelijk heeft vergeleken met het niveau van het schooladvies. Dit wordt vertaald naar drie categorieën: boven, op en onder advies. Bijvoorbeeld: een leerling met schooladvies vmbo-b die in het derde jaar op het vmbo-k zit, zit boven advies. En een leerling met schooladvies havo/vwo die in het derde jaar op het havo zit, zit op advies. Wanneer deze leerling in het derde schooljaar op het vwo zit, zit hij/zij boven advies.
In het derde jaar

Bron

Sociale ontwikkeling

Hoe denkt deze school over sociale ontwikkeling?

Anti-pestprogramma School- en klassenregels

Wij brengen de kinderen normen en waarden bij die gebaseerd zijn op respect en onderling vertrouwen. Dit is ook al eerder genoemd. 

We kennen algemene schoolregels

Schoolregels:
1. We zijn aardig voor elkaar en respecteren elkaar.
2. Als het rustig is in het gebouw, is het prettig voor mij en jou.
3. Wees zuinig op het materiaal, dat geldt voor ons allemaal. 

Klassenregels worden aan het begin van het schooljaar door de leerkracht in samenspraak met de leerlingen opgesteld. Aanvullend worden er in de groepen nog extra afspraken gemaakt. De mening van leerlingen en de groepsbehoefte is hierin leidend. 

Groepsdynamica
Na iedere vakantie, en in het bijzonder na de zomervakantie, wordt er extra aandacht besteed aan het groepsgevoel. De omgang- en gedragsregels worden weer afgestemd. Aanvullende klassenregels worden geformuleerd en wordt er actief gewerkt aan groepsvorming. Het is een natuurlijk proces dat in een groep diverse rollen en gedragingen zijn. Door er omgangsregels aan toe te voegen, worden structuren en gedragingen duidelijk en kunnen kinderen aangesproken worden op het gedrag.
Onder sociaal-emotionele vaardigheden verstaan we vaardigheden zoals elkaar leren kennen, luisteren naar elkaar, respectvol communiceren, zelfvertrouwen opbouwen, gevoelens uiten, assertiviteit en weerbaarheid, conflicten oplossen, omgaan met groepsdruk, risico's inschatten en doelen stellen.

Als er geruzied of gepest wordt, spreken wij in eerste instantie de betrokken kinderen hierop aan. Als wordt vastgesteld dat het om structureel pesten gaat, stoppen we het pestgebruik. Het stoppen begint met een gesprek waarbij alle partijen worden betrokken. Dit zijn de pester, gepeste, de groep en ook ouders en leerkrachten. Iedereen heeft hierin een aandeel, ook in de oplossing. De oplossingen liggen in maatwerk. Er kan geen standaard afspraak gelden om het pesten te stoppen. Wij zullen met elkaar de maximale inspanning hiervoor doen. 


Kernwaarden uit de visie op sociale ontwikkeling

  • aansluiten bij leerlingen
  • veiligheid

Wat zegt de inspectie over de school?

Toelichting van de school

De onderwijsinspectie heeft bij haar bezoek in april 2022 aangegeven dat de basiskwaliteit voldoende is.

Terug naar boven