Bron: <b>DUO</b><br />Vergelijkbare instellingen: <b>alle instellingen in het speciaal onderwijs met een vergelijkbaar leerlingenaantal</b><br /> <a href="https://encyclopedie.vensters.nl/indicator_po/3418f8d2-188d-490e-88d6-436f8aba8b8a" class="button button-link" target="_blank"><i class="fas fa-external-link-square-alt"></i> Achtergrondinformatie</a>">Bron
Alle leerlingen zijn ingedeeld in leerjaren en leerroute. Leerlingen van 4 t/m 12 jaar zitten in het so van Talita Koemi en doorlopen gedurende hun schoolloopbaan een onderbouw- (± 4 t/m 6 jaar), middenbouw- (± 7 t/m 9 jaar) en bovenbouw- (± 10 t/m 12 jaar) fase.
De klassenleiding bestaat meestal uit een leerkracht en een onderwijsassistent. Binnen ons onderwijs staat de leerling centraal en wordt vanuit daar gekeken naar de ontwikkeling van een leerling. Er is voldoende aandacht voor verschillen in ontwikkeling rondom aanbod, aanpak, instructie, verwerkings- en onderwijstijd. In veel gevallen worden werk- en instructiemiddelen aangepast en is er aandacht voor een balans tussen in- en ontspanning. Dit alles met het oog op de uitstroombestemming, zodat een leerling uiteindelijk zo optimaal mogelijk kan participeren in de maatschappij. Het vak Burgerschap is een landelijk speerpunt binnen de onderwijsinspectie, wat maakt dat dit vak verweven is binnen ons onderwijsaanbod op Talita Koemi. Daarnaast is binnen de school extra expertise aanwezig om de leerkrachten te ondersteunen in hun taak.
In het so zijn de groepen zo ingedeeld dat leerlingen in de klas zitten bij klasgenoten met eenzelfde behoefte aan sociale en vooral emotionele beleving. Zo vinden zij goede aansluiting bij elkaar en kunnen ze van en met elkaar leren. Daarnaast wordt gekeken naar de leerroute die de leerling volgt. Een leerling zit gemiddeld twee schooljaren in dezelfde klas. De continuïteit komt tegemoet aan de vraag om voorspelbaarheid die veel leerlingen hebben en zorgt voor een veilige, bekende basis van waaruit zij verder kunnen ontwikkelen.
Deze eerste twee jaar wordt als oriëntatiefase gebruikt om een goed beeld van de leerling te vormen in zijn ondersteuningsbehoefte, lesaanbod, leertempo en sociaal-emotionele ontwikkeling. In deze twee jaar ligt het accent voornamelijk op ‘leren spelen’, de taalontwikkeling en de sociaal–emotionele ontwikkeling.
Middenbouw:
In deze fase wordt gekeken of het mogelijk is om een start te maken met de algemene vakken: lezen, rekenen, schrijven, lessen ter bevordering van de sociaal-emotionele ontwikkeling, leren leren en wereldoriëntatie.
Bovenbouw:
In deze fase wordt meer onderwijstijd besteed aan de algemene vakken. Daarnaast is dit de laatste fase van het so, wat betekent dat gericht wordt voorbereid op en toegewerkt naar de uitstroombestemming van een leerling.
Het onderwijs is themagericht, waarbij gewerkt wordt vanuit de CED-leerlijnen die horen bij de zeven leerroutes. We maken gebruik van de volgende leerlijnen:
- Planciusleerlijnen voor leerlingen met een ontwikkelingsleeftijd tot 24 maanden.
- CED- leerlijnen voor het onderwijs aan Zeer Moeilijk Lerende Kinderen voor leerroute 2, 3 en 4.
De onderwijsdoelen zijn afgestemd op de mogelijkheden van de leerlingen. Vakken en onderwijstijden kunnen daardoor per leerroute verschillen.
Talita Koemi biedt onderwijs aan leerlingen van 4 tot en met 18 jaar waarbij in principe sprake is van een verstandelijke beperking (IQ < 70). Leerlingen met een intelligentieniveau boven IQ 70 worden in het leren dermate ernstig belemmerd door overige factoren dat zij baat hebben bij onderwijs aan zeer moeilijk lerenden (ZML). Voor plaatsing op het so van Talita Koemi is een toelaatbaarheidsverklaring (TLV) een voorwaarde. De TLV wordt afgegeven door het samenwerkingsverband.
Op Talita Koemi krijgt elke leerling onderwijs op maat; het aanbod en de aanpak is afgestemd op het ontwikkelingsniveau en ondersteuningsbehoefte van de leerling. De leerling functioneert in een groep, waarbij er tijd en ruimte is voor individuele aandacht en benadering. Voor elke leerling op Talita Koemi stelt de Commissie van Begeleiding (locatieleider, intern begeleiders en gedragswetenschapper) een ontwikkelingsperspectief vast. Hierbij houden we rekening met de cognitieve, didactische, sociale en praktische vaardigheden van de leerling. Aan de hand van het niveau van deze vaardigheden en de benodigde ondersteuningsbehoefte van de leerling, wordt de leerroute bepaald, die met ouders wordt besproken en jaarlijks geëvalueerd.
Talita Koemi biedt onderwijs binnen 4 leerrroutes: leerroute 1, 2, 3 en 4. De uitstroommogelijkheden voor de leerling na het so varieert van dagbesteding, vso tot regulier onderwijs (SBO of praktijkonderwijs). Daarnaast biedt Talita Koemi extra ondersteuning aan op de volgende gebieden:
- Onderwijs aan leerlingen met zeer beperkte cognitieve ontwikkelingsmogelijkheden (IQ < 35, ontwikkelingsleeftijd tot 2 jaar) die daarnaast een intensieve ondersteuningsbehoefte kennen op het gebied van de zelfredzaamheid en gedragsregulering.
- Onderwijs aan leerlingen met onder andere een stoornis binnen het autistisch spectrum die een grote behoefte hebben aan structuur en voorspelbaarheid.
- Onderwijs aan leerlingen die een zeer intensieve begeleidingsbehoefte op het gebied van werkhouding en gedragsregulering kennen en directe sturing, nabijheid en toezicht nodig hebben om in een groep te kunnen functioneren.
Toekomstig aanbod aan extra ondersteuning
Voor leerlingen met een intensieve ondersteuning behoefte bestaat de mogelijkheid van Zorg Binnen Onderwijs. Hiervoor is een beschikking nodig, die in samenspraak met ouders wordt aangevraagd. Middels Zorg Binnen Onderwijs wordt individuele begeleiding geboden aan de leerling binnen of buiten de groep, te denken valt aan afwisseling in- en ontspanning, het bieden van nabijheid en toezicht en hulp bij het bevorderen van de zelfredzaamheid.
Therapieën (o.a. logopedie, ergo- en fysiotherapie, PMT, speltherapie) kunnen, op basis van een verwijzing of beschikking, onder schooltijd geboden worden. De CvB bepaalt of de therapie een voorwaarde is voor de leerling om onderwijs (beter) te kunnen volgen, waardoor onderwijstijd hiervoor ingezet mag worden. De voortgang van de therapie wordt met ouders, mentor (leerkracht van de groep die voor ouders het eerste aanspreekpunt is en de zorg van de leerling in de gaten houdt) en zorgteam geëvalueerd.
Hulpvragen aangaande een ondersteuningsvraag ten behoeve van een leerling worden door de mentor met het zorgteam besproken. De uitkomst hiervan kan zijn dat de aanpak wordt aangepast, het zorgteam de leerling observeert en/of contact met een instantie wordt geadviseerd. De mentor informeert hierover altijd de ouders.
Jaarlijks bespreekt de mentor de leerlingen in het breedoverleg waarbij alle betrokkenen binnen de school aanwezig zijn met als doel de ondersteuningsbehoefte van de leerling te evalueren en eventueel bij te stellen.
Het functioneren van de leerling wordt driemaal maal per jaar met ouders geëvalueerd tijdens de oudergesprekken. Tijdens een van deze gesprekken wordt het ontwikkelingsperspectiefplan (OPP) van de leerling besproken.
Driemaal per jaar vindt er een klassenobservatie door het zorgteam plaats, die gericht is op het op peil houden van het klassenmanagement en het pedagogisch klimaat.
In januari 2021 is Talita Koemi in samenwerking met kinderdagcentrum Stijntje Buys (Driestroom) een combigroep gestart (onderwijs-zorg). Talita Koemi verzorgt onderwijs en Driestroom verzorgt de zorg en behandelingen. Het doel is dat vanuit deze veilige en prikkelarme omgeving de leerlingen voldoende ontwikkeling laten zien voor het functioneren binnen een schoolse setting, om vervolgens de stap te kunnen maken naar een passende onderwijssetting.