Bron: <b>DUO</b><br />Vergelijkbare instellingen: <b>alle instellingen in het basisonderwijs met een vergelijkbare schoolweging en leerlingenaantal</b><br /> <a href="https://encyclopedie.vensters.nl/indicator_po/3418f8d2-188d-490e-88d6-436f8aba8b8a" class="button button-link" target="_blank"><i class="fas fa-external-link-square-alt"></i> Achtergrondinformatie</a>">Bron
Onderwijs bij Opmaat
Natuurlijk is een goede dosis basiskennis belangrijk, dat brengen we enthousiast over op de kinderen. Tegelijkertijd leren we ze eigenaarschap te nemen voor hun leerproces. We dagen hen uit en zorgen dat ze betrokken zijn. Samen met ouders stimuleren we het zelfvertrouwen van de leerlingen, werken we aan concentratie en aan een kritische leerhouding. Vooral dat laatste is erg belangrijk voor de toekomst.
De leerkrachten van Opmaat geven hun lessen op basis van de visie die de school heeft over het onderwijs. De taak van de leerkracht is om de ontwikkeling van het kind zo goed mogelijk te stimuleren en motiveren. Wat heeft het kind nodig om zich verder te ontwikkelen? In de organisatie van ons onderwijs in de groepen 1 t/m 8 is een duidelijke doorgaande lijn te herkennen.
Wat is dan precies die duidelijke doorgaande lijn?
Van groep 3 t/m 8 werken de kinderen met een weektaak en krijgen instructie a.d.h.v. het directe instructiemodel (DIM). Met de start van de les wordt het leerdoel besproken, ook wordt 'Het ‘let op je' en ‘het is goed als je' besproken. Op die manier leren de kinderen waar zij op moeten letten en wanneer het goed is. Zij worden eigenaar van hun eigen leerproces. Tijdens het zelfstandig werken wordt het stoplicht ingezet, de stemvolume thermometer en de timer. De kinderen leren zo om te gaan met de uitgestelde aandacht. Ook leggen alle kinderen hun vraagtekenblokje op tafel. Het blokje heeft een rode stip, groene stip en een vraagteken. Rood staat voor: Ik wil niet gestoord worden. De kinderen uit het groepje mogen het kind dan ook niet storen. Groen staat voor: je mag mij wat vragen. Kinderen die het fijn vinden om te overleggen en/of vragen te stellen kunnen hun blokje op groen draaien. Andere kinderen mogen dit kind dan een vraag stellen. Het vraagteken staat voor: ik wil de leerkracht iets vragen. De leerkracht loopt rond in de klas en helpt de kinderen waar nodig. In alle jaargroepen wordt het blokje op dezelfde manier gebruikt. Dit zorgt voor duidelijkheid en daardoor weten de kinderen waar ze aan toe zijn. Ook hebben alle kinderen een eigen wisbordje. Het wisbordje kan onder andere worden ingezet bij de instructies of bij de check aan het eind van de les. In alle klassen worden coöperatieve werkvormen en bewegend leren ingezet. Op deze manier leren de kinderen op verschillende manieren en beklijft de stof beter. Verder hebben we meer dan gemiddeld aandacht voor sport, Engels en ICT. Tijdens de ateliers is er aandacht voor de brede talentontwikkeling van kinderen. We vinden het van belang om de talenten te ontwikkelen, zodat elk kind op zijn eigen manier kan stralen!
In groep 1/2 maken de leerlingen op een spelenderwijs kennis met die doorgaande lijn. Hieronder lichten we toe hoe:
In groep 1/2 werken wij met thema’s. Hierdoor leren de kleuters de wereld om hen heen beter te begrijpen. In het klaslokaal en op het speelleerplein zijn verschillende hoeken waar zij spelen. In elke hoek valt iets anders te leren en te ontdekken. De spellen en de speelmaterialen zijn verschillend van elkaar en passen bij het thema waarin wordt gewerkt. Ze zijn zo gekozen dat ieder spel een ‘ontwikkelingsgebied’ stimuleert. Ook maken de kinderen spelenderwijs kennis met de weektaak en de routines van de school die gebruikt worden tijdens het zelfstandig werken. Bij kleuters worden vaardigheden in een kleine kring aangeleerd. Er wordt gewerkt met het stoplicht en de stemvolume thermometer. De kleuters leren hierdoor omgaan met de uitgestelde aandacht. De kleuters werken met het Digikeuzebord. Het Digikeuzebord houdt bij wie met wie speelt, welke activiteiten het meest favoriet zijn en wat elk kind individueel heeft gekozen. De leerkrachten houden de voortgang van uw kind bij via het Digikeuzebord.
Bovenstaande uren zijn een indicatie. Er wordt altijd gekeken naar wat een groep nodig heeft. Op basis daarvan worden de uren afgestemd.
Bovenstaande uren zijn een indicatie. Er wordt altijd gekeken naar wat een groep nodig heeft. Op basis daarvan worden de uren afgestemd.
Aannamebeleid
Ieder kind is in principe welkom op onze school. Op onze school maken wij geen onderscheid tussen geloof, ras, geaardheid of afkomst. Voorwaarden van de aanname is dat ouders de grondslag van het onderwijs op de school respecteren of verklaren dat zij de grondslag van het onderwijs op de school onderschrijven. In de wet Passend Onderwijs is opgenomen dat ouders hun kind schriftelijk bij de school van voorkeur aanmelden. Scholen moeten ouders vragen of ze hun kind al eerder bij een andere school hebben aangemeld. Minimaal tien weken voor de vierde verjaardag kunnen ouders een inschrijfformulier van de school invullen, ondertekenen en opsturen. Opmaat zal het inschrijfformulier bekijken en geeft een bevestiging als uw kind wordt toegelaten.
Samenwerkingsverband/passend Onderwijs
Elke basisschool in Nederland maakt deel uit van een samenwerkingsverband. Een samenwerkingsverband telt verschillende basisscholen en één of meer speciale scholen voor basisonderwijs. Op 1 augustus 2014 is de wetswijziging passend onderwijs in werking getreden. Schoolbesturen krijgen zorgplicht, middelen en de verantwoordelijkheid voor de uitvoering van passend onderwijs.
Steunpunt Amstel & Meer helpt ouders en jongeren bij vragen over passend onderwijs.
Ouders en jongeren met vragen over passend onderwijs kunnen terecht bij Steunpunt Amstel & Meer. Dit nieuwe ouder- en jeugdsteunpunt heeft drie belangrijke taken op het gebied van passend onderwijs: informeren, steunen en signaleren. Hier vind je de website.
Aanmelding en plaatsing van leerlingen met een ondersteuningsbehoefte
Onze school heeft de taak voor ieder kind zoveel mogelijk adequaat onderwijs te realiseren. Het onderwijsaanbod moet afgestemd zijn op het kind, zowel pedagogisch (opvoedkundig) als didactisch (onderwijskundig). Als een kind extra ondersteuning nodig heeft, moeten ouders dat aan geven. De school vraagt of er gegevens beschikbaar zijn, die inzicht geven in de ondersteuningsbehoefte, bijvoorbeeld onderzoeksrapporten van externe instanties. Bij de aanmelding van uw kind is die informatie, eventueel aangevuld met informatie van een kinderdagverblijf of peuterspeelzaal, de belangrijkste basis voor de school om vast te stellen of uw kind extra ondersteuning nodig heeft. U kunt hierover meer lezen in het aanname protocol van Jong Leren.
Vervolg bij niet-plaatsingAls de school de leerling met een ondersteuningsbehoefte niet kan toelaten, zal de school, in samenspraak met de ouders, een passende onderwijsplek op een andere school zoeken. Dat kan een reguliere basisschool zijn of een school voor speciaal (basis) onderwijs. Belangrijk daarbij is dat een goede balans wordt gevonden tussen de wensen van ouders en de mogelijkheden van scholen.
Vervolg na plaatsingAls blijkt dat we uw kind de ondersteuning bieden die het bij het onderwijs nodig heeft en dat uw kind leerbaar is (en blijft), dan wordt er samen met de ouders een plan van aanpak opgesteld. In alle gevallen dat wij menen het betreffende kind bij ons op school de juiste hulp te bieden, zullen wij altijd, zowel intern als met de ouders, minimaal tweejaarlijks evalueren. Wanneer bij tussentijdse evaluatie van het handelingsplan blijkt dat de school tegen een grens aan loopt, zal de school met ouders gaan zoeken naar mogelijke oplossingen binnen het samenwerkingsverband.
Toekomstig aanbod aan extra ondersteuning
In het schooljaar 2022-2023 zijn er bij Opmaat een kindercoach en een leerspecialist gestart. In het schooljaar 2023-2024 wordt dit vanzelfsprekend gecontinueerd.
Kleuters ontwikkelen zich in sprongen, waarbij zij veel spelen, bewegen en experimenteren. Het klaslokaal en het speelleerplein zijn ingericht met allerlei speelgoed en spelmateriaal, die de kleuters enthousiast maken om te gaan spelen en ontdekken. Dit wordt de rijke speel-leeromgeving genoemd. Bij Opmaat werken wij met thema’s. Hierdoor leren de kleuters de wereld om hen heen beter te begrijpen. In het klaslokaal en op het speelleerplein zijn verschillende hoeken waar zij spelen. In elke hoek valt iets anders te leren en te ontdekken. De spellen en de speelmaterialen zijn verschillend van elkaar en passen bij het thema waarin wordt gewerkt. Ze zijn zo gekozen dat ieder spel een ‘ontwikkelingsgebied’ stimuleert.