Bron: <b>DUO</b><br />Vergelijkbare instellingen: <b>alle instellingen in het basisonderwijs met een vergelijkbare schoolweging en leerlingenaantal</b><br /> <a href="https://encyclopedie.vensters.nl/indicator_po/3418f8d2-188d-490e-88d6-436f8aba8b8a" class="button button-link" target="_blank"><i class="fas fa-external-link-square-alt"></i> Achtergrondinformatie</a>">Bron
Wij vinden het van groot belang om onderwijs op maat te bieden. Dat betekent dat we goed duidelijk willen krijgen wat de mogelijkheden zijn van een kind. Ook willen we zicht hebben op de onderwijsbehoeften van kinderen en de betekenis hiervan voor ons onderwijsaanbod.
Dit betekent onder andere dat we ons onderwijs afstemmen op de onderwijsbehoeften en dat wij verschil maken in de hoeveelheid leerstof, in de manier van aanbieden, en in welke mate kinderen daarmee zelfstandig aan het werk gaan. Voor leerlingen die sneller een bepaald onderdeel van de leerstof beheersen werken we met compacten (minder basisstof) en is er extra aanbod ter beschikking (verrijkingsstof). Ook voor kinderen die een bepaald onderdeel van de leerstof extra moeten oefenen is meer onderwijsmateriaal voor handen.
Wij werken op onze school bewust met gemengde (heterogene) kleutergroepen; vier tot zesjarigen zitten samen in een klas. Wij vinden het sociale aspect hiervan erg belangrijk. Jonge kinderen pikken veel mee van de dingen waar de oudere kinderen mee bezig zijn. Oudere kinderen kunnen al veel hulp bieden aan de jongste kleuters. Maar elke leerling mag en kan zich bij ons op zijn/haar eigen niveau ontwikkelen.
We starten de dag altijd samen in de kring. In de kring vinden gesprekken plaats, maar ook andere activiteiten zoals taal/rekenspellen, wereldoriëntatie, drama en muziek- klankspelen. In de kring wordt ook gespeeld rondom het thema. Kringactiviteiten vinden plaats met de volledige groep, maar ook met kleine groepjes kinderen bijvoorbeeld tijdens het spelen/werken. Zo komen kinderen meer aan bod en kan de leerkracht beter aansluiten bij de kinderen.
Jonge kinderen hebben veel behoefte aan beweging. Bewegen is ook goed voor de ontwikkeling van kinderen. Wij geven de keuters de ruimte en mogelijkheid om te bewegen. In de klas, in ons speellokaal of buiten.
In de kleutergroepen wordt veel gewerkt met 'Loose Parts'. Dit zijn losse onderdelen/voorwerpen die kinderen op oneindig veel manieren kunnen gebruiken in hun spel. Loose Parts zorgt voor meer creativiteit in vergelijking met materialen waar je maar op één manier mee kunt spelen. Dit geldt zowel voor de binnen - als buitenomgeving. Kinderen kunnen deze materialen zelf pakken zoals bijvoorbeeld allerlei doosjes met klein gesorteerd materiaal. In onze prachtige buitenruimte liggen takken, keien, autobanden en bijvoorbeeld pallets los op het plein zodat kinderen meer speelprikkels krijgen dan in een 'aangeharkt' speelplein.
Alle leerlingen gaan minimaal 940 uur per jaar naar school. Op die manier gaan alle leerlingen gedurende hun basisschooltijd 7520 naar school
Per schooljaar zijn een aantal roostervrije dagen ingepland waarop alle kinderen vrij zijn. Op deze dagen zijn de Studiedagen gepland voor alle teamleden.
Passend primair onderwijs in Zuid-Limburg
Schoolbesturen en hun scholen organiseren voor alle leerlingen passend onderwijs. Thuisnabij en zo inclusief mogelijk. Schoolbesturen geven samen invulling aan de zorgplicht. Het samenwerkingsverband organiseert een dekkend aanbod; voor alle leerlingen een passende plek.
Er zijn drie samenwerkingsverbanden primair onderwijs in Zuid-Limburg:
Regio Westelijke Mijnstreek: Beek, Beekdaelen (Schinnen), Sittard-Geleen en Stein.
Regio Maastricht-Heuvelland: Eijsden-Margraten, Gulpen-Wittem, Maastricht, Meerssen, Vaals en Valkenburg aan de Geul
Regio Parkstad: Brunssum, Beekdaelen (Nuth en Onderbanken) Heerlen, Kerkrade, Landgraaf, Simpelveld en Voerendaal.Schoolondersteuningsprofiel
Elke school heeft een schoolondersteuningsprofiel:
een beschrijving van de onderwijsondersteuning die scholen aan leerlingen kunnen bieden. Het schoolondersteuningsprofiel kunt u terugvinden op de website van de school en het samenwerkingsverband.Onderwijsondersteuning
De onderwijsondersteuning bestaat uit 5 niveaus:
- Ondersteuningsniveau 1: Onderwijs in de groep
- Ondersteuningsniveau 2: Ondersteuning in de groep
- Ondersteuningsniveau 3: Ondersteuning op school met interne deskundigen
- Ondersteuningsniveau 4: Ondersteuning op school met externe specialisten
- Ondersteuningsniveau 5: Extra ondersteuning speciaal (basis)onderwijs
Alle basisscholen bieden de basisondersteuning (ondersteuningsniveau 1 tot en met 4). Dit doen zij zelf of met behulp van netwerkpartners. Bij verschil van inzicht over de inzet van onderwijsondersteuning in niveau 1 t/m 4, voorziet het samenwerkingsverband in onafhankelijk extern deskundig advies. Ondersteuningsniveau 5 is extra ondersteuning op het speciaal (basis)onderwijs. Hiervoor is een toelaatbaarheidsverklaring van het samenwerkingsverband nodig.
Gemeentelijke ondersteuning
Jeugdhulp, jeugdgezondheidszorg en schoolmaatschappelijk werk vallen onder verantwoordelijkheid en regie van de gemeenten. Als een kind thuis of op school gemeentelijke ondersteuning nodig heeft, wordt dit aanvullend aan de onderwijsondersteuning ingezet. Dit betreft o.a. (individuele) begeleiding, behandeling en persoonlijke verzorging in het kader van de Jeugdwet.
Zorgondersteuning
Als een kind zorgondersteuning uit de Wet Langdurige Zorg of Zorgverzekeringswet nodig heeft, worden met ouders afspraken gemaakt over inzet en omvang tijdens schooltijd.
Knooppunt
Indien een school onvoldoende tegemoet kan komen aan de ondersteuningsbehoefte van de leerling wordt een knooppunt georganiseerd. In het knooppunt zitten kernpartners (ouders, school, jeugdarts, schoolmaatschappelijk werk, leerplicht en gemeentelijke toegang) en incidentele partners. Partners sluiten aan op maat en naar behoefte.
Aanmelding, zorgplicht en toelaatbaarheid tot speciaal (basis) onderwijs
Ouders melden hun kind schriftelijk (minimaal 10 weken voor de gewenste plaatsing) aan bij een school van voorkeur. Aanmelding betekent niet automatisch plaatsen. Aan een verzoek tot aanmelding geeft een school gehoor. De afspraak is dat niet mondeling wordt doorverwezen. Er is geen uniform aanmeldformulier vanuit het samenwerkingsverband voorgeschreven. Besturen en scholen hanteren eigen formulieren; deze staan altijd op de website van de school.
De plaatsingstermijn start vanaf het moment dat een ouder het kind schriftelijk aanmeldt bij een school. Ouders stellen de school op de hoogte als zij weten of vermoeden dat hun kind ondersteuning nodig heeft. De school van aanmelding vraagt altijd informatie op bij de school van herkomst of de kinderopvang (bij eerste aanmelding). Deze informatie is noodzakelijk om te beoordelen of de school van aanmelding de ondersteuning kan bieden die het kind nodig heeft.
De school beslist, binnen zes weken na schriftelijke aanmelding, of het kind kan worden toegelaten. Deze periode kan met vier weken worden verlengd. Als de school niet kan plaatsen, zoekt de school (of het schoolbestuur) een passende onderwijsplek op een andere school. Dat kan een andere basisschool zijn of een school voor speciaal (basis)onderwijs. Belangrijk daarbij is dat een goede balans wordt gevonden tussen de mogelijkheden van het kind, de wensen van ouders en de mogelijkheden van scholen. Als extra ondersteuning in het speciaal (basis)onderwijs nodig is, dan wordt een toelaatbaarheidstraject gestart via de trajectbegeleider van het samenwerkingsverband. Het samenwerkingsverband bepaalt of en voor hoelang een leerling toelaatbaar is tot het speciaal (basis)onderwijs.
Stapt een leerling over naar een andere school, dan zorgen de betrokken scholen - in overleg met de ouders - voor een goede, soepele overgang en informatieoverdracht volgens de afspraken binnen het samenwerkingsverband.
Informatie samenwerkingsverbanden
Voor meer informatie : zie www.passendonderwijszuid.nl
Hier is ook de medezeggenschap in het samenwerkingsverband (OPR) opgenomen.Contactgegevens:
Samenwerkingsverband Maastricht-Heuvelland
Adres: Nieuw Eyckholt 290E 6419 DJ Heerlen
Directeur: Doreen Kersemakers
Telefoon: 085 - 488 12 80
E-mail: info-po@swvzl.nlToekomstig aanbod aan extra ondersteuning
Team van Nutsschool Maastricht, OBS De Regenboog en MIK locaties Peanuts+Go Nuts ontwikkelen op dit moment gezamenlijk een eigen schoolconcept voor een nieuw te bouwen Kernkindcentrum aan de Groen Loper. Dit nieuwe onderwijsconcept zal vanuit stamgroepen nog veel beter kunnen afstemmen op de individuele ontwikkelbehoefte van kinderen. Verder informatie zal in schooljaar 22/23 volgen.
Ontwikkelingen in groep 1 t/m 3
De peuters van Peanuts en onze kleuters doen geregeld activiteiten samen en spelen dagelijks samen in de natuurtuin. De peuters kennen de kleuterleerkrachten en de kleuterruimte al als ze instromen en de “grote” kleuters zijn vertrouwde vriendjes. Voor de kleuters is het heerlijk dat het contact met hun vroegere peuterjuf blijft. En wat voelen zij zich groot wanneer zij een peuter helpen bij een werkje!
De groepen 1-2-3 hebben twee maal per week een 1-2-3 speelwerkuur. Tijdens dit uur zijn de kinderen van groep 1 tot en met groep 3 gemengd aan het werk onder begeleiding van de leerkrachten van groep 1 tot en met 3. Alle onderbouwruimte wordt dan benut. Alle kinderen leren elkaar kennen op deze manier en leren samenwerken.De leerkrachten van de onderbouw zijn vertrouwd met alle onderbouwleerlingen en delen op deze wijze ook de verantwoordelijkheid met elkaar.Wet Kinderopvang
Ouders die (beiden) werken en/of studeren krijgen een bijdrage in de kosten via de kinderopvangtoeslag die aangevraagd kan worden bij de belastingdienst. De hoogte van de kinderopvangtoeslag is afhankelijk van het (gezins)inkomen.
U bepaalt zelf hoeveel dagdelen peuteropvang wilt afnemen.Voor- en vroegschoolse educatie (VVE)
Als u in het bezit bent van een VVE verklaring (via het consultatiebureau) maakt u altijd gebruik van 4 dagdelen peuteropvang. U betaalt een ouderbijdrage voor 2 ochtenden. Het derde en vierde dagdeel zijn dus gratis.