Passend Onderwijs
Alle speciale en reguliere basisscholen uit de gemeenten Waalwijk, Loon op Zand, Heusden en Altena horen bij het samenwerkingsverband ‘Primair Onderwijs Langstraat Heusden Altena’ (afgekort tot PO LHA). Samen verzorgen de scholen binnen het samenwerkingsverband passend onderwijs voor alle kinderen die in deze gemeenten wonen. Informatie over het samenwerkingsverband vindt u op www.samenwerkingsverbandlha.nl.
Wat is passend onderwijs?
Passend onderwijs is niets anders dan goed onderwijs. Dat doet onze school door de onderwijsbehoeften van uw kind vast te stellen en hierop tijdens de lessen af te stemmen. Op deze manier biedt de school basisondersteuning, waarmee de meeste kinderen zich op de basisschool goed kunnen ontwikkelen. In het schoolondersteuningsprofiel leest u welke basisondersteuning en welke extra ondersteuning de scholen bieden. Ons ondersteuningsprofiel staat op de website van de school.
Het start vanaf het moment van aanmelding
Passend onderwijs start vanaf het moment dat u uw kind op onze school aanmeldt. Nadat de school de schriftelijke aanmelding ontvangen heeft, onderzoeken wij of onze school de meest passende onderwijsplek is voor uw kind. Dat doen wij door met u te praten over de kwaliteiten en de behoeften van uw kind. Ook vragen wij met uw toestemming informatie op bij de kinderopvang of bij de huidige school waar uw kind op zit.
Soms blijkt dat de school niet aan de onderwijsbehoeften van een kind kan voldoen. In dit geval gaan we met u het gesprek aan en onderzoeken we samen welke school beter past bij de onderwijsbehoeften van uw kind. Daarbij kijken we niet alleen naar speciale (basis)scholen, maar ook naar de mogelijkheden van andere basisscholen.
Basisondersteuning
Vanaf het moment dat uw kind op school zit, zijn wij ervoor verantwoordelijk om het onderwijs zoveel als mogelijk aan te laten sluiten bij de onderwijsbehoeften van uw kind. Onze school heeft een stevige basisondersteuning. Kinderen met dyslexie, dyscalculie en een kleine leervertraging of -leerversnelling krijgen op onze school passend onderwijs.
Extra ondersteuning
Soms heeft een leerling meer ondersteuning nodig dan de school in de basisondersteuning biedt. Bijvoorbeeld omdat het leren moeilijker gaat, omdat een kind uitdaging mist of omdat extra begeleiding nodig is vanwege een beperking of een gedragsprobleem. De leerkracht en de intern begeleider bespreekt samen met u en eventueel externe specialisten welke extra ondersteuning ingezet kan worden. Bij dit gesprek en bij gesprekken over kinderen die extra ondersteuning nodig hebben, kan de school gebruik maken van de deskundige van Stichting Leerrijk. Dit is de ‘deskundige bevoegd gezag’ (afgekort DBG).
Extra ondersteuning vanuit Stichting Leerrijk
Naast de extra ondersteuning die op school geboden wordt, zijn er ook mogelijkheden buiten de school. Alle scholen binnen Stichting Leerrijk kunnen voor leerlingen vanaf groep 4 gebruikmaken van de bovenschoolse plusklas Breinrijk. De groepen werken onder leiding van gespecialiseerde leerkrachten in hoogbegaafdheid. Breinrijk biedt aan leerlingen, die meer verrijking nodig hebben dan de school kan bieden, een speciaal programma. Dit vindt plaats op basisschool Baardwijk in Waalwijk en basisschool de Kinderboom in Kaatsheuvel. Om in aanmerking te komen voor Breinrijk is een aanmeldprocedure ontwikkeld. Informatie hierover kan u vragen aan de intern begeleider van de school.
Naast Breinrijk biedt Stichting Leerrijk ook extra ondersteuning op het gebied van taal. Deze taalondersteuning wordt geboden aan kinderen uit groep 1/2, 3, 4 en 5 die extra ondersteuning nodig hebben om de Nederlandse taal te verwerven. De taalondersteuning vindt op school onder schooltijd plaats in een klein groepje en wordt gegeven door een taalspecialist. De intern begeleider van de school bepaalt in afstemming met de leerkracht en de ouders van het kind wie in aanmerking komt voor taalondersteuning.
Aanvraag van een arrangement
Wanneer er externe ondersteuning vanuit het samenwerkingsverband gewenst is of wanneer voor een kind de overstap naar het speciaal (basis)onderwijs nodig is , vraagt de school een toelaatbaarheidsverklaring of arrangement aan bij het samenwerkingsverband. Hierbij is altijd de deskundige bevoegd gezag van Stichting Leerrijk betrokken. Om deze aanvraag in te dienen, vult de school het startdocument van het samenwerkingsverband in. Dit wordt via de deskundige bevoegd gezag, aan de toelatings- en adviescommissie van het samenwerkingsverband voorgelegd. Deze commissie beoordeelt de aanvraag op inhoud, geeft op basis hiervan een advies, kent een arrangement toe of geeft indien nodig een toelaatbaarheidsverklaring af voor speciaal (basis-)onderwijs.
Overstap naar het speciaal (basis)onderwijs
Als een kind overstapt naar een school voor speciaal (basis)onderwijs wordt een vaste procedure gevolgd. Alle stappen die hiervoor noodzakelijk zijn, bespreken wij met u, zodat de overstap naar de speciale school zo soepel mogelijk gaat. Vorig schooljaar zijn er geen leerlingen van onze school overgestapt naar het speciaal (basis)onderwijs.
Schorsing en verwijdering
Als u of uw kind in of rond de school de gedragsregels van school ernstig overtreedt of als er sprake is van gedrag dat de veiligheid van de kinderen, de ouders en/of het personeel van de school in gevaar brengt, maken wij dit gedrag direct bespreekbaar. In sommige gevallen kan het gedrag aanleiding zijn om een maatregel toe te passen. Denk hierbij bijvoorbeeld aan het schorsen of verwijderen van een kind van de school of het opleggen van een contactverbod of een pleinverbod aan ouders. De verwijdering van een kind kan ook plaatsvinden bij ernstig wangedrag van de ouder.
Bij een overweging om een schorsing of verwijdering toe te passen, neemt de directeur van de school contact op met de bestuurder van Stichting Leerrijk. Vervolgens wordt door de bestuurder een besluit genomen over of de maatregel en zo ja welke maatregel wordt toegepast. Bij de toepassing van een maatregel volgt de school de wettelijk vastgestelde procedure.
Onder andere de volgende gebeurtenissen kunnen aanleiding zijn tot schorsing:
- Herhaaldelijk ernstig misdragen, afwijkend van de vigerende schoolregels;
- Het in gevaar brengen van andere leerlingen, ouders en/of personeel;
- Verbaal en/of fysiek geweld tegenover andere leerlingen, ouders en/of personeel.
Voorbeelden van verbaal geweld: iemand dreigend toespreken in combinatie met stemverheffing en/of gebaren, die als bedreigend kunnen worden opgevat, dreigementen tot beschadiging van eigendommen van betrokkene of de school, dreigementen over te gaan tot fysiek geweld tegen betrokkene en/of haar of zijn familie en/of de school. Onder verbaal geweld rekenen we ook bedreigingen via sociale media, wanneer deze activiteiten tijdens de schooltijden/of op school(terrein) plaatsvinden.
Voorbeelden van fysiek geweld: slaan, schoppen, bijten, krabben, enz., bedreiging met en/of gebruik van een wapen of een voorwerp dat als een wapen kan worden gebruikt, beschadiging en/of vernielen van eigendommen van leerlingen, personeel, andere ouders of de school.
In het geval dat de schoolregels herhaaldelijk niet nageleefd worden, dient er, alvorens tot schorsing wordt overgegaan, minimaal twee keer gewaarschuwd te zijn in de vorm van een gesprek met leerling en ouders. Deze gesprekken worden vastgelegd in een verslag dat door ouders voor akkoord getekend moet worden. Indien ouders niet willen tekenen, maakt de directeur hier een aantekening van in het verslag. In het geval dat door een leerling de veiligheid voor andere leerlingen en/of personeel en/of ouders in gedrang komt, kan onmiddellijk en zonder waarschuwing overgegaan worden tot schorsing.
Verwijdering
Verwijdering van een leerling is een maatregel die slechts in het uiterste geval en uiterst zorgvuldig genomen wordt conform de wettelijk vastgestelde procedure. Alleen het bestuur kan een verwijderingsbesluit nemen. Verwijdering is aan de orde bij ernstig wangedrag van de leerling en/of de ouders.
Ontzegging toegang ouder of verzorger
In geval van ernstig ongewenst gedrag van ouder(s) of verzorger(s) kan in overleg met het bestuur ontzegging van de toegang tot het schoolgebouw en het schoolplein worden opgelegd.
Voorbeelden van ongewenst gedrag zijn:
- handtastelijkheden jegens leerlingen en/of personeel;
- (dreigen met) fysiek geweld;
- verbaal geweld;
- ongepast aanspreken van andere kinderen (waarbij de relatie ‘groot tegenover klein’ wordt ingezet);
- schelden/vloeken;
- zonder afspraak aanspreken van leerkrachten in het bijzijn van andere ouders of leerlingen, waarbij sprake is van een bijzonder negatieve gesprekslading.
Een ontzegging toegang ouder/verzorger wordt mondeling, maar ook schriftelijk gemotiveerd aan de betreffende ouder of verzorger medegedeeld. In geval van het overtreden van een ontzegging van de toegang, verbaal en/of fysiek geweld en/of het ernstig in gevaar brengen van de leerlingen en personeel wordt aangifte gedaan bij de politie. De aangifte kan door de betreffende leerkracht worden gedaan, maar ook door de directeur van de school of het bestuur van Leerrijk!
Cameratoezicht
Het bevoegd gezag behoudt zich de mogelijkheid voor om tijdelijk heimelijk cameratoezicht in te zetten, in geval van diefstal of fraude. Daarbij wordt binnen de kaders van de Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG) gehandeld. De procedure is beschreven in het Reglement Cameratoezicht en is opgenomen in het handboek AVG van Stichting Leerrijk. De voorzitter van de medezeggenschapsraad van de betrokken school wordt achteraf vertrouwelijk geïnformeerd dat de verborgen camera is ingezet.
Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG)
Privacy
Om goed onderwijs te geven en activiteiten te organiseren, verwerkt de school gegevens van u en van uw kind. Denk hierbij aan contactgegevens, schoolresultaten, de voortgang van het onderwijs, ongewenst gedrag, gegevens over de ouderbijdrage, etc. De school slaat gegevens per leerling op in een leerlingendossier. Wij gebruiken hiervoor het systeem ParnasSys. U hebt als ouder recht op inzage in het leerlingendossier van uw kind. Als u het leerlingdossier wilt inzien, vraagt u aan de directeur van de school om inzage. De school voldoet binnen één maand aan uw verzoek. In samenspraak met de directeur wordt bepaald op welke manier u het dossier in kan zien. Wanneer u verbetering, aanvulling, verwijdering of afscherming van de gegevens van uw kind wenst, geeft u dit samen met de redenen waarom u dit wilt aan bij de directeur. De directeur besluit vervolgens of en in hoeverre de school aan uw verzoek tegemoet komt.
Binnen Leerrijk wordt zorgvuldig omgegaan met de privacy van u en van uw kind. Daarom is de toegang van personeelsleden tot de leerlingendossiers beperkt tot de gegevens die nodig zijn om de taak goed uit te oefenen. Alle personeelsleden zijn op de hoogte van de AVG. Dit is de wet die van toepassing is op zaken die over privacy gaan.
Er zijn twee functionarissen die zich specifiek met privacy bezig houden. De Security Officer, Ineke Corveleijn (inekecorveleijn@leerrijk.nl), is het bestuurlijke aanspreekpunt voor privacyvraagstukken, informeert en adviseert de Leerrijk-scholen hierover en regelt processen rondom datalekken.
De Functionaris Gegevensbescherming, Angela Groen (a.groen@cedgroep.nl), adviseert de Security Officer en houdt toezicht binnen Leerrijk op de toepassing en naleving van de AVG. Meer informatie rondom privacy kan u vinden op de website van Stichting Leerrijk.
Omgang met foto’s en video’s
Bij aanmelding van uw kind heeft u op het aanmeldformulier aangegeven of u toestemming geeft voor het door de school maken en/of verspreiden van foto’s en video’s. Het gaat daarbij om bijvoorbeeld de schoolfotograaf, de klassenfoto en het plaatsen van foto’s en/of video’s op de website van de school, in de nieuwsbrief, schoolgids en/of op andere sociale media.
De keuze die u toen gemaakt heeft, kan u op elk moment wijzigen door aan de directeur van de school door te geven wat u wilt wijzigen. Als de school foto’s of video’s van uw kind heeft geplaatst waar u het niet mee eens bent, meldt u dit bij de directeur, zodat u samen een oplossing kan vinden.
Sommige ouders/verzorgers geven geen toestemming voor het maken of verspreiden van foto’s en video’s waarop hun kind te zien is. Daarom vragen we aan ouders/verzorgers om geen foto’s of filmpjes te maken van andere kinderen tijdens schoolse activiteiten. Als de school op andere momenten foto’s of video’s laat maken, informeren we u hierover en vragen we aan u toestemming als dat nodig is.
Informatie aan gescheiden ouders
Om goed samen te werken en het beste te doen voor uw kind, is het delen van informatie belangrijk. De school informeert u daarom over zaken, zoals: rapporten, nieuwsbrieven, voortgangsrapportages, de schoolgids, ouderavonden en verzoeken om toestemming voor gegevensuitwisseling, onderzoek of begeleiding. Wij verwachten van u dat u ons tijdig en naar waarheid informeert over belangrijke ontwikkelingen die van invloed kunnen zijn op uw kind. Ook wijzigingen van adresgegevens en/of telefoonnummers horen we graag op tijd van u. Aan externe partijen geeft de school informatie door als u hiervoor toestemming geeft, als het van noodzakelijk belang is voor het kind of als de school hiertoe wettelijk verplicht is.
In geval van echtscheiding informeert u de school over wie het ouderlijk gezag heeft. U geeft de school een kopie van documenten van de rechtbank, waarin dit staat aangegeven. Als school stellen we ons neutraal op en is er respect voor de gezinssituatie van het kind. Gescheiden ouders worden zo veel als mogelijk gezamenlijk en op een gelijk tijdstip geïnformeerd. Dit betekent bijvoorbeeld dat u samen wordt uitgenodigd voor het rapportgesprek.
De school heeft geen informatieplicht naar een eventuele nieuwe partner van een ouder. Ook niet als deze persoon deel uitmaakt van het gezin waarin het kind opgroeit. Alleen in geval wanneer beide ouders goedkeuring geven kan een nieuwe partner aan een gesprek deelnemen.
Heeft u alleen het ouderlijk gezag over uw kind? Dan ontvangt u de informatie van de school. Het is de taak van de ouder met ouderlijk gezag om de informatie van de school door te geven aan de ouder die het ouderlijk gezag niet heeft. Als een ouder zonder ouderlijk gezag informatie van de school wil over de ontwikkeling van zijn/haar kind, kan dit aangeven worden bij de directeur. De directeur bepaalt of en welke informatie gegeven wordt.
Wel of niet overgaan naar een andere groep
Er zijn geen wettelijke regels of richtlijnen voor het wel of niet laten overgaan van een leerling naar een volgende groep. Als ouder kunt u wel uw wensen kenbaar maken, maar de school neemt uiteindelijk de beslissing en zal deze altijd beargumenteren. De school heeft hierin haar eigen verantwoordelijkheid.
De school moet zorgen voor een ononderbroken ontwikkeling van uw kind en rekening houden met de voortgang van uw kind. Als er duidelijk sprake is van een ontwikkelingsvoorsprong, doordat het kind duidelijk aangeeft dat het lesprogramma niet aansluit bij zijn interesses en ontwikkeling, kan een klas overslaan in uitzonderlijke gevallen een goede optie zijn. Versnellen betekent in de regel wel dat het kind jong in het voortgezet onderwijs terecht zal komen. De keuze voor versnellen wordt hier en nu gemaakt, maar heeft consequenties voor de toekomst. Versnellen alleen is geen optie, er moet ook sprake zijn van verrijken en verdiepen vanwege de mogelijkheid dat na een half jaar (of eerder) de leerling aan?de volgende versnelling toe is. Kinderen een klas laten overslaan, doen wij dus niet zo snel.
In geval van ‘zittenblijven’ (doubleren of verlengen) wordt dit alleen gedaan als de leerresultaten en ontwikkeling opvallend achterblijven. Hierbij spelen niet alleen de toetsscores een rol, ook andere zaken zoals: is het kind faalangstig, heeft het weinig zelfvertrouwen, is het nog erg jong, speels of vaak ziek? Om een goede beslissing te kunnen nemen, wordt te allen tijde met u als ouders/verzorgers overlegd. De beslissing om een kind wel of niet te laten doubleren berust uiteindelijk bij de school, die deze keuze goed zal onderbouwen.
Aandacht voor begaafde leerlingen
De bovenschoolse plusklassen, Breinrijk! bestaan uit zes groepen, namelijk twee groepen 5/6, twee groepen 6/7, een groep 8 en een groep 4.De bijeenkomsten van groep 8 vinden plaats t/m de kerstvakantie, bij groep 4 pas vanaf de voorjaarsvakantie.
De groepen werken onder leiding van gespecialiseerde leerkrachten in hoogbegaafdheid.
De lessen worden gegeven op twee locaties:
Groep 5/6 & 6/7: Basisschool Kinderboom, Vecht 15, 5172 BS Kaatsheuvel;
Groep 5/6, 6/7, 4 & 8: Basisschool Baardwijk, Balade 7, 5142 WX Waalwijk.
De leerlingen van groep 8 kunnen gebruik maken van een aantal dagdelen met een speciaal voor hen ontwikkeld programma op het Dr. Mollercollege te Waalwijk, de groep 8+. De lessen op het Dr. Mollercollege starten na de kerstvakantie en eindigen voor de meivakantie. Dit traject staat ook open voor leerlingen die niet deelgenomen hebben aan Breinrijk!
Hoe te handelen bij ziekte op school, medicijngebruik en medische handelingen?
Leerkrachten worden op onze school soms geconfronteerd met leerlingen, die klagen over pijn die meestal met eenvoudige middelen te verhelpen is, zoals hoofdpijn, buikpijn, oorpijn of pijn ten gevolge van een insectenbeet. Ook krijgen leerkrachten soms het verzoek om kinderen de door een arts voorgeschreven medicijnen toe te dienen of een medische handeling uit te voeren. Met het oog op de gezondheid van de kinderen, maar ook in verband met de aansprakelijkheid, is het van groot belang dat in dergelijke situaties zorgvuldig wordt gehandeld. Vandaar dat er op alle scholen van Leerrijk! een protocol wordt gehanteerd hoe er met zieke kinderen wordt omgegaan en onder welke voorwaarden eventuele medicatie wordt toegediend of een medische handeling wordt uitgevoerd.
Er worden hierbij drie situaties onderscheiden:
- Het kind wordt ziek op school. Uitgangspunt is dat een kind dat ziek wordt naar huis gaat en dat zonder overleg met de ouder(s)/verzorger(s) of een arts geen medicijnen worden verstrekt. In geval van ziekte zal er altijd contact opgenomen worden met u als ouder(s)/verzorger(s) om te overleggen wat er moet gebeuren: Is er iemand thuis om het kind op te vangen en kan het kind gehaald worden? Uw kind gaat nooit onder schooltijd zonder begeleiding door een volwassene naar huis;
- Kinderen krijgen soms medicijnen voorgeschreven die zij tijdens de schooluren moeten gebruiken. Te denken valt aan pufjes tegen astma, medicatie voor ADHD/ADD en antibiotica. In dit geval is het van belang dat uw toestemming voor het verstrekken van medicijnen schriftelijk wordt vastgelegd, maar ook om welke medicijnen het gaat, hoe vaak, welke hoeveelheid en op welke wijze. Onjuist gebruik kan immers leiden tot schade aan de gezondheid;
- Het is van groot belang dat een langdurige ziek kind of een kind met een bepaalde handicap zoveel mogelijk naar school gaat. Het kind heeft contact met leeftijdgenootjes, neemt deel aan het normale leven van een schoolkind en wordt daardoor niet de hele dag herinnerd aan zijn handicap of ziek zijn. Maar omdat deze kinderen vaak heel specifieke verzorging nodig hebben en dit bijzondere verantwoordelijkheden met zich meebrengt (bijv. het toedienen van insuline of het checken van de suikerspiegel), vergt de toelating een zorgvuldige afweging. Het is niet altijd mogelijk op school de noodzakelijke medische handelingen uit te voeren, omdat er bijvoorbeeld niet altijd een bevoegd verklaarde leerkracht aanwezig is. De school heeft daarbij wel een zorgplicht en zal dan samen met de ouder(s)/ verzorger(s) naar een alternatief zoeken. Leerkrachten kunnen nooit verplicht worden om medische handelen te verrichten.
Ondersteuning onderwijs aan zieke leerlingen
Iedere school krijgt wel eens te maken met een leerling die ziek is. Meestal komt een zieke leerling binnen afzienbare tijd weer terug naar school. Soms is dat echter niet het geval en blijft de leerling langere tijd afwezig of is hij/zij vaker kort of chronisch ziek. Wettelijk gezien is de school waar de zieke leerling staat ingeschreven verantwoordelijk voor de voortgang van het onderwijsprogramma, ook gedurende de periode van ziekte. Ze kan daarbij ondersteuning aanvragen bij Onderwijsondersteuning Zieke Leerlingen Midden- en Oost-Brabant (www.ozl.nu).
Zo spoedig mogelijk nadat een zieke leerling is aangemeld bij OZL Midden- en Oost-Brabant, maakt de consulent OLZ afspraken met de school. Er wordt gekeken naar aanpassingen in organisatie en aanpak van het schoolwerk, prioriteiten in vakinhouden, leerstofspreiding op langere termijn, de wijze waarop contacten met klasgenoten onderhouden kunnen worden, enzovoort. Indien ouders en/of de school daar behoefte aan hebben, kan de consulent voorlichting geven over:
- het ziektebeeld van een leerling;
- de mogelijke gevolgen van de ziekte en/of de behandeling op het leren en het gedrag;
- de opvang van de zieke leerling bij terugkeer naar school;
- de opvang van medeleerlingen, eventuele broer(s) en/of zus(sen), enzovoort.
De onderwijsondersteuning wordt verzorgd door de consulent van OZL Midden- en Oost-Brabant. Daarnaast kunnen ambulante begeleiders van de Mytylschool Tilburg ingeschakeld worden. De ondersteuning van het onderwijs aan zieke leerlingen brengt voor de school en voor ouders/verzorgers geen kosten met zich mee. Wilt u meer informatie, dan kunt u contact opnemen met de schoolleiding of met de consulent Onderwijsondersteuning Zieke Leerlingen van OZL Midden- en Oost-Brabant (tel.nr. 06-20557180). Ook op de website www.ozl.nu/regio/midden-en-oost-brabant vindt u informatie over de onderwijsondersteuning voor zieke leerlingen.
Een rookvrije school
Ons schoolterrein is volgens de wet rookvrij. Dit betekent dat niemand rookt op het schoolterrein of in het zicht van de kinderen. We maken hierbij geen onderscheid tussen sigaretten, e-sigaretten of andere rookwaren. We doen dit omdat roken erg verslavend is en slecht voor je gezondheid. Ook ongewild meeroken is schadelijk voor mensen die zelf niet roken. We vinden een rookvrije en gezonde omgeving voor onze leerlingen en het personeel belangrijk.
Verzekeringen: Aansprakelijkheid van de school
Schadeverzekering
De school is in het gebouw en op het schoolplein tijdens schooltijden verantwoordelijk voor de kinderen. Door de school is een verzekering afgesloten voor schade die wordt veroorzaakt door de school, het schoolbestuur, de medewerkers, overblijf- en de hulpouders. Voor vragen hierover, kan u terecht bij de directeur van de school.
De verzekering keert alleen schadegeld uit, wanneer er sprake is van wettelijke aansprakelijkheid van de genoemde personen. Vaak wordt aangenomen dat de school aansprakelijk is voor alle schade die onder schooltijd wordt aangebracht, ook wanneer deze schade wordt veroorzaakt door een leerling. Dit is echter niet juist. Ouders van kinderen tot 14 jaar zijn aansprakelijk voor de schade die door deze kinderen wordt veroorzaakt. Dit geldt ook voor schade die tijdens de schooltijd is ontstaan.
De aansprakelijkheid van de school beperkt zich in het algemeen tot gevallen waarin een leerkracht zelf schade heeft veroorzaakt of wanneer schade ontstaat als gevolg van slecht onderhoud van het schoolgebouw en het meubilair.
Aansprakelijkheidsverzekering
Voor excursies en schoolreizen is een verzekering afgesloten voor alle personeelsleden en vrijwilligers die in opdracht van de school kinderen met een eigen auto vervoeren. Dit vervoer moet uiteraard wel aan de gestelde veiligheidsvoorschriften voldoen. Alle kinderen van onze school, het personeel, de overblijfouders en de hulpouders zijn door het bestuur tegen ongevallen verzekerd. De verzekering geldt ook tijdens excursies, schoolkamp, sport- en speldagen e.d. Beschadigingen aan kleding, brillen, fietsen e.d., vallen niet onder de ongevallenverzekering.