Basisschool De Wereldboom

Sportlaan 18 4561 KZ Hulst

Schoolfoto van Basisschool De Wereldboom

Resultaten doorstroomtoets

Toelichting van de school

Schooljaar 22-23 hebben 19 leerlingen deelgenomen aan de Eindtoets groep 8.

Het gemiddelde van deze leerlingen was 534.9

Welk percentage leerlingen behaalt het fundamentele niveau en welk percentage het streefniveau?

Fundamenteel niveau

Het fundamenteel niveau is het niveau voor taal en rekenen dat zoveel mogelijk leerlingen aan het einde van de basisschool zouden moeten beheersen. Dit wordt gemeten in groep acht met de eindtoets / doorstroomtoets. De inspectie stelt dat minimaal 85% van alle leerlingen het basisniveau moet behalen. Deze 85% is de signaleringswaarde voor het fundamenteel niveau en dit is voor alle basisscholen in Nederland gelijk.

Bron

Streefniveau

Het streefniveau is een hoger niveau dan het fundamenteel niveau. Het doel is dat zoveel mogelijk leerlingen eind groep acht het streefniveau bereiken. Op basis van de leerlingpopulatie op school wordt door de inspectie voor elke basisschool in Nederland apart bepaald hoeveel procent van de leerlingen het streefniveau moet halen. Dat percentage is de signaleringswaarde voor het streefniveau van de school.

Bron

Hoe gebruikt deze school tussentijdse toetsen?

Toelichting van de school

Visie op opbrengsten van ons onderwijs



Naast het bereiken van een zo hoog mogelijk kennisniveau bij alle leerlingen, staat de ontwikkeling van de persoonlijkheid van de leerlingen centraal. Het hebben van een onderzoekende houding, vaardigheden om te leren-leren, de wil en vaardigheden om samen te werken, zichzelf te presenteren, initiatief te nemen, zelfstandig doelen te stellen en deze weten te bereiken, vormen belangrijke streefdoelen van het schoolteam.



Deze willen wij in goede samenwerking met de kinderen, ouders en omgeving bereiken. De leerlingen dienen hiervoor sociaal vaardig te zijn, respect te tonen, belangstelling en betrokkenheid te tonen voor de omgeving/maatschappij. Ook weerbaarheid met daarbij een goed en realistisch zelfbeeld en acceptatie van dit beeld, vormen de basis voor het met plezier deelnemen aan school en maatschappij. Dit uit zich mede in ‘persoonlijkheden’ die een eigen mening durven te vormen en deze op een plezierige wijze naar buiten weten te brengen.



Deze visie betekent voor ons onderwijs, dat we ons niet alleen richten op het ontwikkelen van goede studenten, maar vooral op het ontwikkelen van ‘goede mensen’. Het goede voorbeeld van de leerkracht –Be the person you want your students to become- vormt hierbij een belangrijke opdracht.



Methodetoetsen vs. toetsen Leerling in Beeld (Cito)



Op onze school willen we het beste onderwijs voor uw kind met de hoogst mogelijke opbrengsten. Die opbrengsten houden we nauwkeurig bij via KIJK 0-7, ons Leerlingvolgsysteem ParnasSys en ons leerlingvolgsysteem van Leerling in Beeld, waardoor we de ontwikkelingen van onze leerlingen goed kunnen volgen. Door te registreren hoe leerlingen scoren op toetsen kunnen we de vaardigheidsgroei en ontwikkeling van onze leerlingen duidelijk in beeld brengen. We maken onderscheid tussen de toetsen van Leerling in Beeld en de methodetoetsen. Elk hoofdstuk van een methode wordt afgesloten met een methodetoets.



Het komt voor dat de scores van de toetsen van Leerling in Beeld en de methodetoetsen niet overeenkomen. De methodetoetsen meten of kinderen de leerstof die de afgelopen weken is aangeboden en in de klas is  geoefend, begrijpen en kunnen toepassen. De toetsen van Leerling in Beeld meten of leerlingen alle leerstof van het afgelopen (half) jaar (nog steeds) beheersen en effectief kunnen toepassen. Alle toetsresultaten worden geanalyseerd op individueel-, groeps- en schoolniveau. Op basis van deze analyse worden doelen voor de toekomst gesteld en wordt inhoud gegeven aan een onderwijsaanbod dat aansluit bij de ontwikkelingsbehoeften van de individuele leerlingen of een groep(je) leerlingen. 



 


Welk schooladvies kregen de leerlingen van deze school?

Toelichting van de school

In dit protocol beschrijven wij de stappen die wij op basisschool De Wereldboom nemen om te komen tot advisering van de schoolkeuze voor het voortgezet onderwijs. Aan het einde van schooljaar 24-25 wordt een voorlopig schooladvies gegeven aan de kinderen van groep 7 door de basisschool. Dit voorlopig schooladvies wordt gezamenlijk bepaald door de leerkracht van groep 7, de IB-er en de directeur van de school. De leerkracht van groep 7 bespreekt het voorlopig schooladvies tijdens de oudergesprekken in de week van 23 juni. We nemen bij dit voorlopig schooladvies de rapportcijfers van de methode- en niet methode gebonden toetsen mee. Ook werkmotivatie en huiswerkattitude zijn belangrijke aspecten bij onze advisering. Vanaf groep 6 kunnen wij het schooladvies aflezen bij de toetsen van Leerling in Beeld voor wat betreft de vakken spelling, technisch lezen, rekenen-wiskunde en begrijpend lezen. Begin groep 8 kijken we waar we per leerling of per groep extra op in willen steken. We bespreken dit tijdens de oudergesprekken in de week van 23 september met de ouders en de desbetreffende leerling. De Wereldboom meldt zich tussen 1 oktober en 15 november aan voor de doorstroomtoets van Leerling in Beeld. Na de B-meting van Leerling in Beeld in groep 8 bespreken de leerkracht van groep 8, de IB-er en de directeur de gegevens om weer tot een nieuw voorlopig schooladvies te komen. De leerlingen van groep 8 ontvangen tussen 27 en 31 januari hun voorlopig schooladvies op papier. Dit advies wordt besproken tijdens een oudergesprek waarbij ook de desbetreffende leerling aanwezig is. Leerlingen uit groep 8 maken op 4 en 6 februari de doorstroomtoets van Leerling In Beeld. Uiterlijk 15 maart ontvangen de scholen de uitslag van de doorstroomtoets. Leerlingen en ouders ontvangen uiterlijk 24 maart van de school het definitieve schooladvies op papier. Tussen 25 maart en 31 maart melden alle leerlingen zich tegelijk, met hun definitieve advies, aan op de middelbare school. Voor leerlingen uit het primair onderwijs (po) die de overstap maken naar het voortgezet speciaal onderwijs (vso), geldt de centrale aanmeldweek niet. Krijgt de leerling een hoger toets-advies dan het voorlopig schooladvies, dan geeft de school een hoger definitief schooladvies. Alleen als het in het belang van de leerling is, kan de school besluiten het advies niet te verhogen. Basisscholen geven bij voorkeur een enkel (bijvoorbeeld havo) of indien nodig een dubbel (bijvoorbeeld vmbo-tl/havo) advies. De uitslag van de doorstroomtoets kan mogelijk wel een dubbel advies zijn. De directeur zorgt ervoor dat de vervolgschool, het advies en de gekozen richting uiterlijk binnen 2 weken wordt ingevoerd in ParnasSys en gemeld bij Duo. De betrokken vervolgschool wordt door de basisschool geïnformeerd. Voor de zomervakantie levert de basisschool de overdrachtsgegevens aan bij het voortgezet onderwijs. Dit gebeurt middels het OSO. Deze afkorting staat voor Overstap Service Onderwijs en zorgt ervoor dat de juiste gegevens worden overgedragen aan de vervolgschool. In januari krijgt de school een terugkoppeling van het voortgezet onderwijs van de 1e-jaars VO leerlingen. Eind eerste brugklasjaar krijgt de school een terugkoppeling van het voortgezet onderwijs hoe de oud-leerlingen het eerste brugklasjaar hebben afgerond en op welke niveau ze op dit moment functioneren. De basisschool gaat na of de juiste adviezen zijn gegeven aan de oud-leerlingen


Weergave Schooladvies

Bron

Zitten de oud-leerlingen van deze school in het voortgezet onderwijs boven, op of onder hun schooladvies?

In groep 8 krijgt elke leerling van de basisschool een advies voor het voortgezet onderwijs dat past bij het niveau van deze leerling. De leerling stroomt vervolgens door naar het voortgezet onderwijs. In het derde jaar wordt gekeken welk niveau de leerling werkelijk heeft vergeleken met het niveau van het schooladvies. Dit wordt vertaald naar drie categorieën: boven, op en onder advies. Bijvoorbeeld: een leerling met schooladvies vmbo-b die in het derde jaar op het vmbo-k zit, zit boven advies. En een leerling met schooladvies havo/vwo die in het derde jaar op het havo zit, zit op advies. Wanneer deze leerling in het derde schooljaar op het vwo zit, zit hij/zij boven advies.
In het derde jaar

Bron

Sociale ontwikkeling

Hoe denkt deze school over sociale ontwikkeling?

Het pedagogisch klimaat is de wijze waarop op school gunstige voorwaarden worden geschapen voor de ontwikkeling van kinderen. Dit zien we terug in de omgang tussen ouders, kinderen en leerkrachten. Daarnaast is de inrichting van school gericht op het samen leren.     

Met onze aanpak en organisatie streven we naar plezier, veiligheid, respect en betrokkenheid op elkaar. In onze omgang en contacten zijn we gericht op het stimuleren van de eigenheid, het zelfvertrouwen en het positief kleuren van het zelfbeeld van al onze leerlingen. Dit doen we door:

  • Het bieden van een duidelijke structuur, het maken van heldere afspraken en het organiseren van effectief klassenmanagement.
  • Respectvol om te gaan met elkaar (leerlingen, ouders/verzorgers en leerkrachten), we gaan positieve relaties aan, waarbij aandacht is voor elk individu en iedereen de ruimte krijgt om zichzelf optimaal te ontwikkelen. Te denken in kansen en mogelijkheden. We hebben hoge verwachtingen en geven het vertrouwen dat we die ook samen waar kunnen maken. 
  • Een positieve houding aan te nemen. We gaan uit van een positieve benadering, waarbij het belonen van positief gedrag centraal staat. 

De rol van het team is bepalend voor het realiseren van een goed pedagogisch klimaat. Voorbeeldgedrag, een positieve grondhouding, denken in kansen en mogelijkheden en het realiseren van de voorwaarden om een positief schoolklimaat te realiseren zijn taken waar iedere leerkracht actief invulling aan geeft. Dit doet hij/zij niet alleen, maar in samenhang met collega’s, ouders en verzorgers.

Kernwaarden uit de visie op sociale ontwikkeling

  • plezier
  • veiligheid
  • respect

Wat zegt de inspectie over de school?

De Inspectie van het Onderwijs onderzoekt minimaal één keer in de vier jaar het bestuur van een school. De inspectie kijkt dan of de kwaliteitszorg, de onderwijskwaliteit en de financiële zaken bij het schoolbestuur op orde zijn. Daarnaast bezoekt de inspectie een aantal scholen die bij het schoolbestuur horen en onderzoekt deze scholen nader. De gegevens van het laatste onderzoek van de inspectie zijn beschikbaar op de website van de onderwijsinspectie.

Terug naar boven