Bron: <b>DUO</b><br />Vergelijkbare instellingen: <b>alle instellingen in het basisonderwijs met een vergelijkbare schoolweging en leerlingenaantal</b><br /> <a href="https://encyclopedie.vensters.nl/indicator_po/3418f8d2-188d-490e-88d6-436f8aba8b8a" class="button button-link" target="_blank"><i class="fas fa-external-link-square-alt"></i> Achtergrondinformatie</a>">Bron
Groepsindeling
Omdat het leerlingenaantal per leerjaar schommelt, kan de samenstelling van de basisgroepen in opeenvolgende jaren veranderen. Elke groep stellen wij zorgvuldig samen en daarbij proberen wij zoveel mogelijk tegemoet te komen aan de individuele behoeften van elk kind.
Ter verduidelijking staan hieronder een aantal aspecten die we uitvoerig met elkaar bespreken en die wezenlijk zijn voor onze besluitvorming om te bepalen welke kinderen in welke groep zitten:
- De ondersteuning en de begeleiding die nodig is voor de kinderen;
- Broertjes en zusjes: juist wèl of juist niet bij elkaar;
- De invloed die kinderen op elkaar kunnen hebben: zowel positief als negatief;
- De sociale structuur binnen de groep;
- Vriendschappen en mogelijke vriendschappen;
- Individuele omstandigheden en behoeften;
- Behoeften en mogelijkheden van de organisatie zelf.
Zie 'Bijlage Schoolgids 2023-2024' en onze website voor de actuele groepsindeling en de bezetting.
We gaan vanuit onze kernwaarde VERBINDING uit van de kracht van de op deze manier samengestelde groepen en sluiten zoveel mogelijk aan bij de individuele behoeften van elk kind. De kinderen hebben zicht op hun eigen leerproces en weten wat hun kwaliteiten en ontwikkelpunten zijn. Zij voelen zich echt gezien, gehoord en gewaardeerd en worden voortdurend uitgedaagd om zich verder te ontwikkelen tot 'de beste versie van zichzelf'.
Elke groep heeft een (of twee) vaste groepsleerkracht(en). Dit zorgt voor veiligheid, continuïteit en stabiliteit voor de kinderen, duidelijkheid voor de ouders en houvast voor de leerkracht. Iedere groep heeft de beschikking over een eigen lokaal. Er wordt ook gebruik gemaakt van gezamenlijke (tussen)ruimtes om groepsoverstijgend te werken als dat van meerwaarde is.
Op De Bolderik gaan de kinderen 24,5 uur per week naar school. Wij zien het als onze opdracht om kwalitatief hoogwaardig onderwijs te verzorgen. Het leerstofaanbod op onze school omvat alle wettelijk voorgeschreven leer- en vormingsgebieden. Binnen dit aanbod leggen we onze eigen accenten op basis van onze missie, visie en uitgangspunten en op basis van observatie en analyse wordt het aanbod zorgvuldig afgestemd op wat de groep en het individuele kind nodig hebben.
In groep 1 en 2 werken we binnen betekenisvolle thema's (kernconcepten) en met daarbij behorende activiteiten doelgericht aan de brede ontwikkeling van het jonge kind. We maken daarbij een bewuste combinatie van bewegend, spelend, cognitief, ontdekkend en handelend leren.
Bewegend leren: onze kinderen spelen dagelijks buiten, hebben iedere week gymles van een vakdocent, krijgen motorisch aanbod vanuit de methode ‘Schrijfatelier’ en oefenen op cyclische wijze de basisreflexen middels ‘Beweeg je wijs’.
Spelend leren: per kernconcept richten we een uitdagende speelomgeving in, bestaande uit vaste speelhoeken met een wisselend aanbod per week of thema.
Cognitief leren: tijdens instructiekringen, tijdens het kernconceptaanbod en bij alle vakgebieden en speel/leermomenten hebben we duidelijk voor ogen welke doelen we willen behalen, per groep en per kind.
Ontdekkend leren: het aanbod tijdens de kernconcepten maakt dat de kinderen veel ontdekkend kunnen leren over de wereld en verbanden leren leggen.
Handelend leren: bij alle beschreven manieren van leren zetten we zoveel mogelijk handelend leren in. Zelf ervaren geeft immers meer betekenis aan het aanbod.
Ons onderwijsaanbod van de basisvakken rekenen, taal, lezen en spelling sluit aan bij de leerdoelen passend bij de tussentijdse leerlijnen TULE van SLO (Stichting Leerplan Ontwikkeling). De kinderen krijgen effectieve instructie a.d.h.v. het 6 fasen model/ directe instructiemodel in meerdere instructiegroepen, evenals het ontvangen van gepaste instructie. Het 6 fasen model/ het directe instructiemodel is een lesmodel dat uitgaat van de verschillende leervermogens van kinderen. Kinderen verschillen van elkaar in de manier en snelheid van leren. Sommige kinderen begrijpen de instructie snel en willen vlot aan de slag, andere kinderen hebben meer uitleg nodig.
’s Ochtends worden de instructies voor de basisdomeinen (taal, lezen, rekenen, schrijven) gegeven. ’s Middags wordt in de eigen groep of als dat meerwaarde heeft groepsoverstijgend gewerkt aan o.a. de kernconcepten en creatieve vakken.
De kinderen leren zelfstandig te werken en verantwoordelijkheid te nemen voor hun taakwerk. Ze leren vanaf groep 3 met behulp van een dag-/weektaak hun werk te plannen en er kritisch naar te kijken. Als de kinderen instructie en begeleiding van de leerkracht hebben gekregen, kunnen zij zelfstandig aan hun taak gaan werken. Dat is overigens per kind verschillend, afhankelijk van de instructiegroep waaraan het kind deelneemt. De weektaak kent verplichte en keuzeopdrachten. Bij meervoudige taken bepalen de leerlingen meestal zelf in welke volgorde ze de opdrachten maken. De hoeveelheid en de inhoud van het werk zijn afhankelijk van de mogelijkheden van het kind. De kinderen leren hierdoor plannen, keuzes maken en zelfstandig werken. Om de kinderen hier bewust mee bezig te laten zijn houden we iedere periode leergesprekken met de kinderen, waarbij kinderen zelf zowel didactische doelen als procesmatige doelen stellen.
Zoals gezegd leggen wij daarnaast onze eigen accenten op onderdelen die ons onderwijs des Bolderiks maken. Hierover leest u meer op onze website onder het tabblad 'De Bolderik; Ons onderwijs'.
Gelukkig gaat het met de meeste kinderen goed op school. Wij zijn tevreden over de manier waarop wij als school de basisondersteuning vormgeven. Als een kind om welke reden dan ook meer ondersteuning nodig heeft, dan gaat de leerkracht uiteraard in overleg met ouders, of andersom. Samen met de intern begeleider (IB'er) wordt gezocht naar de meest passende onderwijsondersteuning, zodat een kind zich optimaal kan ontwikkelen.
Intern begeleider
De IB'er coördineert de interne en externe zorg op kindniveau, groepsniveau en schoolniveau. Tevens maakt en borgt de IB'er het zorgbeleid Wij streven ernaar zoveel mogelijk preventief te werken. Samen met de leerkrachten is de IB'er verantwoordelijk voor de zorg voor alle kinderen. De benodigde zorg wordt digitaal intern vastgelegd en besproken tijdens zorgbesprekingen. We leggen van ieder kind een leerling-dossier aan en ouders hebben altijd recht op inzage. Privacy is gewaarborgd en vijf jaar nadat de kinderen de school hebben verlaten wordt het dossier vernietigd.Ondersteuningsteam (OT) op school
Elke school heeft een ondersteuningsteam. Daarin zitten de leerkracht, de IB'er, een jeugdprofessional van Basisteam Jeugd en Gezin of een andere externe deskundige (gedragsexpert, psycholoog, (ortho)pedagoog). Het ondersteuningsteam maakt een plan dat op school wordt uitgevoerd. Wanneer blijkt dat ondanks de extra hulp het kind nog niet voldoende ontwikkelt dan wordt een MDO (multidisciplinair overleg) gepland. Het MDO stelt vast welke ondersteuning de leerling nodig heeft. Een arrangement, dat wil zeggen een passend onderwijsaanbod met de juiste begeleiding. Vanaf het moment dat een kind extra ondersteuning nodig heeft, stelt school een handelingsplan op aan de hand van het ontwikkelingsperspectief. Hierin staat wat de onderwijsbehoeften van het kind zijn, wat het uitstroomperspectief is en welk aanbod daarbij realistisch en passend is.Passend onderwijs
Vanaf 1 augustus 2014 is de wet ten aanzien van ‘Passend Onderwijs’ van kracht. Met het in werking treden van deze wet wijzigen een aantal zaken als het gaat om begeleiding en ondersteuning van leerlingen. De basis voor passend onderwijs is wat een kind nodig heeft om tot leren te komen en zich goed te ontwikkelen. Daarbij past een positieve grondhouding naar kinderen. Over wat elke school minimaal moet bieden aan ondersteuning, hebben de schoolbesturen afspraken gemaakt. Zij zien een sterke ‘basisondersteuning’ als basis voor passend onderwijs. Oftewel: passend onderwijs gebeurt vooral in de eigen klas, bij de eigen leerkracht en op de eigen school. Ook zijn afspraken gemaakt waaraan extra onderwijsondersteuning moet voldoen: zo snel mogelijk, zo licht mogelijk, zo dicht mogelijk bij huis, op de meest adequate manier, samen met ouders en ketenpartners in (jeugd)hulp.Schoolondersteuningsprofiel en samenwerkingsverband
Wij hebben een Schoolondersteuningsprofiel opgesteld. Onze school is aangesloten bij de regio 30.06. Meer informatie over de afspraken ten aanzien van ondersteuning en begeleiding van leerlingen in deze regio kunt u vinden op: www.samenwerkingsverband3006.nl. Ouders en medewerkers zijn vertegenwoordigd in de Ondersteuningsplanraad (OPR) van het samenwerkingsverband. De OPR heeft medezeggenschap door het instemmen met het Ondersteuningsplan en is gesprekspartner van het bestuur van het samenwerkingsverband.Ouder- en jeugdsteunpunt 30 06 geeft duidelijkheid over passend onderwijs
Heb je vragen over passend onderwijs, wil je advies of praten met iemand die met je meedenkt? Dan kun je terecht bij de school van jouw kind of bij ouder- en jeugdsteunpunt 30 06. De website is www.ouderjeugdsteunpunt3006.nl. Op de website vind je informatie over passend onderwijs die toegankelijk, leesbaar en begrijpelijk is. De informatie bestaat vooral uit veelgestelde vragen en antwoorden, voor zowel basisonderwijs als voortgezet onderwijs. Je vindt er ook uitleg van begrippen en handige links. En wil je een vraag stellen? Dan kun je contact opnemen met ouder- en jeugdsteunpunt 30 06.
Toekomstig aanbod aan extra ondersteuning
De school blijft door ontwikkelen op de ingeslagen weg. We zijn samen verantwoordelijk voor alle kinderen van onze school. De specialisten worden meer en meer betrokken bij leerling- of groepsgerelateerde vragen. We blijven daarnaast onszelf ook professionaliseren om specifieke kennis en vaardigheden in huis te halen.
Kindertuin kinderopvang is in februari 2022 gestart met een peutergroep in onze school. Het zou mooi zijn als zowel het aanbod als de peuters zelf zoveel als mogelijk aansluiten bij onze kleutergroep. Op deze manier wordt een eventuele extra ondersteuningsbehoefte vroeg gesignaleerd en kunnen er direct preventieve interventies worden ingezet.
Met ingang van de Wet Ontwikkelingskansen door Kwaliteit en Educatie heeft de gemeente Bernheze een wettelijke verantwoordelijkheid om alle doelgroepkinderen een goed voorschools aanbod te bieden. De gemeente Bernheze heeft de ambitie en doelstelling om 100% doelgroepkinderen te bereiken met een VVE programma/educatief aanbod. De gemeente werkt daarvoor samen met partners: de basisscholen, het peutercentrum en kinderopvangorganisaties die verantwoordelijk zijn voor de uitvoering.Het resultaat van deze samenwerking is gericht op het realiseren van een stevig fundament voor kwaliteit en afspraken over samenwerking rondom zorg en voorschoolse educatie voor kinderen die dat nodig hebben. Deze samenwerkende partijen richten zich niet alleen op de doelgroep voor VVE maar op de bredere groep zorgkinderen.
Binnen de kernen Heeswijk-Dinther en Loosbroek hebben de basisscholen het initiatief genomen te komen tot een hechtere samenwerking van basisscholen, het peutercentrum en kinderopvangorganisaties. Er is een netwerk gevormd waaraan vertegenwoordigers van de basisscholen, de peuter- en kinderopvangorganisaties uit het dorp, de GGD en de gemeente deelnemen. Dat netwerk komt een aantal keer per jaar bijeen. Binnen dat netwerk worden afspraken gemaakt en wordt gewerkt aan afstemming rondom het volgen van kinderen om een doorgaande lijn te waarborgen van voorschoolse opvang richting de basisscholen en buitenschoolse opvang. Kinderen die VVE hebben ontvangen of een andere vorm van extra begeleiding hebben gehad, worden met toestemming van de ouders, mondeling overgedragen aan onze kleuterleerkracht(en). Indien wenselijk sluiten de ouders en/of de intern begeleider hierbij aan.