Basisschool de Triangel

Tonselsedreef 60 3845 CT Harderwijk

  • Schoolfoto van Basisschool de Triangel
  • Schoolfoto van Basisschool de Triangel
  • Schoolfoto van Basisschool de Triangel
  • Schoolfoto van Basisschool de Triangel
  • Schoolfoto van Basisschool de Triangel

Resultaten eindtoets

Toelichting van de school

Resultaten eindtoets

De eindscore van de school is in 2022-2023: 538. Dit is ruim boven het landelijk gemiddelde, iets lagere score ten opzichte van 2021-2022 maar weer hoger dan de score in 2020-2021. De percentages 1F voor Lezen en taalverzorging liggen alle op 100%, bij rekenen is dit 95%. De gemiddelde percentage 1S/2F van rekenen en lezen is gestegen ten opzichte van vorig jaar. Taalverzorging is iets lager dan vorig jaar maar dit is een zeer geringe daling. Conclusie: doorgaan met het aanbod zoals dat in groep 8 in het afgelopen jaar gegeven is.

Algemene conclusie en advies:

Als we kijken naar het landelijk gemiddelde, signaalwaarde en naar de schoolnormen die gesteld zijn voor CBS de Triangel voor de referentieniveaus 2022-2023 hebben we deze allen gehaald. Zowel op 1F als 2F/1S. Dit bij het gemiddelde over de afgelopen drie jaar over de verschillende vakken. Maar ook als we het apart per vakgebied bekijken (rekenen, lezen en taalverzorging).Bij lezen 1S/2F hadden we de normen in 2021-2022 niet gehaald. We waren dat schooljaar als speerpunt vanuit het jaarplan intensief bezig geweest met begrijpend lezen. Dit met onder anderen motivatie, lesbezoek, hoe en wanneer biedt je begrijpend lezen aan, andere werkvormen, coaching van elkaar. Dit jaar was dit weer boven de norm en zien we dus effect van de aanpak. Dit zien we in de referentieniveaus maar ook een groei in de tussenresultaten bij de groepen 5 en een lichte groei bij de groepen 7. We blijven technisch en begrijpend lezen stimuleren. Wel zien we dat rekenen aandacht nodig heeft. Ondanks de groei in 2S rekenen in schooljaar 2022-2023 naar 61,7 komend van 2021-2022= 56,3 en 2020-2022 =51,3.

We zien vooral lage 1S rekenscores in de groepen 6 en 7 bij de tussenresultaten. Voor zowel rekenen (pluspunt 4) als begrijpend/technisch lezen (Atlantis) zijn we nieuwe methodes aan het implementeren. Wij kijken goed naar wat de leerlingen nodig hebben maar we kijken ook naar ons eigen handelen als leerkracht.Hierdoor hopen we het rekenen en begrijpend lezen naar een hoger level te brengen niet alleen in groep 8 maar in alle groepen 3 t/m 8.

Welk percentage leerlingen behaalt het fundamentele niveau en welk percentage het streefniveau?

Let op: In schooljaar 2023-2024 is de eindtoets vervangen door de doorstroomtoets. Op dit moment zie je nog de resultaten van de eindtoets van 2023.
De resultaten van de doorstroomtoets van 2024 zijn na de zomer voor het eerst zichtbaar. Dit is in lijn met de beoordeling van de Inspectie van het Onderwijs. Kijk voor meer informatie op de website van de inspectie.

Let op: Voor de beoordelingen in het schooljaar 2023-2024 hanteert de inspectie naast de ongewijzigde signaleringswaarden zogenaamde correctiewaarden bij de beoordeling van de leerresultaten. Meer informatie is te vinden op de website van de inspectie.

Fundamenteel niveau

Het fundamenteel niveau is het niveau voor taal en rekenen dat zoveel mogelijk leerlingen aan het einde van de basisschool zou moeten beheersen. Dit wordt gemeten in groep acht met de eindtoets. De inspectie stelt dat minimaal 85% van alle leerlingen het basisniveau moet behalen. Deze 85% is de signaleringswaarde voor het fundamenteel niveau en dit is voor alle basisscholen in Nederland gelijk.

Bron

Streefniveau

Het streefniveau is een hoger niveau dan het fundamenteel niveau. Het doel is dat zoveel mogelijk leerlingen eind groep acht het streefniveau bereiken. Op basis van de leerlingpopulatie op school wordt door de inspectie voor elke basisschool in Nederland apart bepaald hoeveel procent van de leerlingen het streefniveau moet halen. Dat percentage is de signaleringswaarde voor het streefniveau van de school.

Bron

Hoe gebruikt deze school tussentijdse toetsen?

Toelichting van de school

Het Leerlingvolgsysteem (LVS) is voor onze school een belangrijk instrument voor het nauwkeurig registreren en volgen van de ontwikkeling van de kinderen. Het vervult een belangrijke rol bij de signalering van de leerontwikkeling van individuele kinderen, maar geeft ook informatie over de vorderingen van de totale groep en de vorderingen op schoolniveau. Voor het toetsen van de leerlingen maken we gebruik van methode-gebonden toetsen en van de CITO-toetsen; dit zijn landelijk genormeerde toetsen, ontwikkeld door het CITO. Aan de hand van de resultaten van deze toetsen kunnen we zien welke kinderen uitvallen en kan extra hulp geboden worden. Op deze wijze willen we leer- en ontwikkelingsachterstanden voorkomen/ zo klein mogelijk houden. De Cito-toetsen worden op vaststaande momenten verdeeld over het schooljaar afgenomen, in het midden en aan het eind van een schooljaar.
Het werken met de Cito LVS-toetsen gaat in fasen:   
Fase 1: het signaleren; start met het afnemen en nakijken van de toetsen. De resultaten worden verwerkt in het leerling-rapport; dit leerling-rapport wordt o.a. gebruikt tijdens besprekingen met ouders. 
Fase 2: het analyseren; Als wij constateren dat een leerling onvoldoende vooruitgaat of een te lage score haalt, dan maken wij een foutenanalyse.   
Fase 3: het handelen; naar aanleiding van de foutenanalyse wordt een hulpplan opgesteld en gericht hulp aan het kind geboden.  

De volgende toetsen worden binnen onze school gebruikt: 
Cito Spelling (groepen 3 t/m 8) 
Cito Werkwoorden (groepen 7 en 8)     
Cito Begrijpend Lezen (groepen 4 t/m 8)     
Cito Rekenen (groepen 3 t/m 8) 
Cito Drie-Minuten-Toets/AVI (technisch lezen) (groepen 3 t/m 8)   
Cito Begrijpend luisteren (groep 3)

Groepsplan
Een groepsplan omvat een beschrijving van het onderwijsaanbod voor een bepaalde periode. Het is de bedoeling dat in het groepsplan concrete en praktische aanwijzingen staan beschreven voor de manier waarop de leerkracht omgaat met de verschillende onderwijsbehoeften van de leerlingen in de groep.  Het groepsplan richt zich dus ook op het aanbod aan alle leerlingen in de groep. Een groepsplan is ook doelgericht, met hoge verwachtingen ten aanzien van alle leerlingen, om te komen tot betere resultaten.  

Opbrengstgericht Overleg (OGO)
Elke cyclus wordt afgesloten met een IB gesprek en opbrengstgericht overleg. Bij het IB-gesprek zijn de leerkracht en de intern begeleider aanwezig. He opbrengstgericht overleg vindt plaats in de bouwen. De data zijn in de jaarplanning van school opgenomen. De opbrengstgericht overleggen  vormen een belangrijke schakel in de zorg aan leerlingen. Voorafgaand aan het IB-gesprek ontvangt de intern begeleider het groepsoverzicht, waarin alle actuele leerlingengegevens (toets resultaten en observatiegegevens) zijn opgenomen en welke leerlingen opvallen. Verder beschrijft de leerkracht de onderwijsbehoeften van de leerlingen en geeft aan hoe de leerlingen te clusteren. Tot slot zorgt de leerkracht voor een overzicht van vragen die in de groepsbespreking aan de orde worden gesteld. De intern begeleider leidt de besprekingen de leerkracht maakt een kort verslag van de afspraken en besluiten. De intern begeleider bespreekt met de leerkracht ook mogelijke begeleidingsvragen van de leerkracht(en) tijdens de bespreking. Ook hiervoor geldt dat er afspraken worden gemaakt en vastgelegd. Bij het opbrengstgericht overleg in de bouwen leidt de IB-er het overleg. Leerkrachten presenteren de vorderingen van de groep. Dit door het invullen van formulieren, trendanalyses van cito en methodetoets analyses. Hier komt een top van hun groep uit waar ze trots op zijn en een werkpunt. Andere leerkrachten geven ideeën en tips om dit aan te pakken. Zo leren we van en met elkaar. Naar aanleiding van het opbrengstgericht overleg passen we de groepsplannen aan of schrijven nieuwe plannen voor de volgende periode.  

Individuele handelingsplannen
Incidenteel zullen er altijd individuele handelingsplannen blijven bestaan, maar die vormen uitzonderingen. Het gebeurt alleen als een leerling herhaaldelijk onvoldoende profiteert van het aanbod zoals opgenomen in het groepsplan en de aanpak die de leerkracht daarbij hanteert. Als een leerling een speciaal leerarrangement (op een ander niveau dan de groep werkt) krijgt is de school wettelijk verplicht een handelingsplan op te stellen. Dit heet een ontwikkelingsperspectief (OPP) . De aanvulling in OPP is bijvoorbeeld een beschrijving van een specifieke aanpak of specifieke voorzieningen die alleen voor deze leerling gelden. Het individuele handelingsplan is hierdoor vooral een bijlage bij het groepsplan. Ook ouders mogen het leerlingdossier van hun kind bekijken. Er wordt dan een afspraak met de intern begeleider gemaakt.  

Extra ondersteuning
In onze school krijgen kinderen met leer- en gedragsproblemen en kinderen die opvallen door hun hoge begaafdheid extra ondersteuning. Hierbij richten we ons vooral op de vormingsgebieden rekenen, spelling, aanvankelijk lezen en de sociaal-emotionele ontwikkeling. Het is belangrijk dat de leerlingen tijdens hun schoolloopbaan nauwkeurig gevolgd worden. Dit doen wij door het aanleggen en bijhouden van dossiers, het registreren en verwerken van toetsresultaten en het regelmatig bespreken van leerlingen, die deze extra ondersteuning nodig hebben. Hierbij spelen een aantal mensen een rol:
-Groepsleerkracht:  deze signaleert problemen bij leerlingen n.a.v. toetsen en observaties. De leerkracht meldt de gesignaleerde leerlingen aan voor de leerlingenbespreking. Ook maakt de leerkracht, eventueel ondersteund door de I.B.-leerkracht, de groepsplannen. Hierin wordt de specifieke hulp aan deze leerlingen omschreven. Tijdens het zelfstandig werken voert de leerkracht, samen met de leerling, het groepsplan uit. De leerkracht draagt de verantwoording voor de uitvoering van het groepsplan. 
-Intern Begeleider: de taak van de Intern Begeleider is het bewaken van de zorglijn. De IB-er is verantwoordelijk voor het opzetten van het leerlingvolgsysteem, de keuze van de toetsen, het opstellen van het toetsrooster en de groeps- en leerlingenbesprekingen. Ook kan de IB-er de groepsleerkracht ondersteunen bij het opstellen en het uitvoeren van het groepsplan. De IB-er kan ook extra onderzoek doen om te bepalen wat de oorzaak van het probleem van een leerling is. 
- Directie Er is zeer regelmatig nauw overleg tussen de directie en de IB-er. De directie draagt de eindverantwoording voor de extra ondersteuning op school.

Welk schooladvies kregen de leerlingen van deze school?

Toelichting van de school

Kinderen die na groep 8 onze school verlaten, hebben gedurende hun laatste schooljaar al informatie gekregen over alle vervolgmogelijkheden. Er zijn ouderavonden, voorlichtingsavonden, er worden folders uitgedeeld en veel scholen organiseren ‘open dagen’. Hierover zult u tijdig worden geïnformeerd. Tijdens diverse gesprekken tussen school en ouders worden de mogelijkheden voor het voortgezet onderwijs besproken. Tijdens een pré-adviesgesprek in groep 7 worden met ouders de mogelijkheden voor het VO verkend in een gesprek.   Elke leerling in groep 8 krijgt een schooladvies (tenminste vóór 1 maart). In dit schooladvies staat welk type voortgezet onderwijs het beste bij uw kind past. Wij kijken daarvoor onder andere naar leerprestaties, werken in de klas, doorzettingsvermogen, omgaan met huiswerk, aanleg en ontwikkeling gedurende de hele basisschoolperiode. Naast dit schooladvies komt er, door de invoering van de verplichte eindtoets PO, voor alle leerlingen in Nederland een ‘objectief tweede gegeven bij in de vorm van een resultaat op de centrale eindtoets PO. Wanneer de leerling de eindtoets PO beter maakt dan verwacht, moet de basisschool het schooladvies heroverwegen. Heroverweging kan leiden tot een wijziging in het schooladvies, maar er kan ook besloten worden dat wordt afgeweken van het resultaat van de eindtoets PO. Soms is het resultaat van de eindtoets PO minder goed dan verwacht. In dat geval mag de basisschool het schooladvies niet aanpassen.



Weergave Schooladvies

Bron

Zitten de oud-leerlingen van deze school in het voortgezet onderwijs boven, op of onder hun schooladvies?

In groep 8 krijgt elke leerling van de basisschool een advies voor het voortgezet onderwijs dat past bij het niveau van deze leerling. De leerling stroomt vervolgens door naar het voortgezet onderwijs. In het derde jaar wordt gekeken welk niveau de leerling werkelijk heeft vergeleken met het niveau van het schooladvies. Dit wordt vertaald naar drie categorieën: boven, op en onder advies. Bijvoorbeeld: een leerling met schooladvies vmbo-b die in het derde jaar op het vmbo-k zit, zit boven advies. En een leerling met schooladvies havo/vwo die in het derde jaar op het havo zit, zit op advies. Wanneer deze leerling in het derde schooljaar op het vwo zit, zit hij/zij boven advies.
In het derde jaar

Bron

Sociale ontwikkeling

Hoe denkt deze school over sociale ontwikkeling?

Op onze school staan we voor een leeromgeving waarin het kind zich prettig, veilig en gewaardeerd voelt. We begeleiden kinderen dusdanig dat ze zich kunnen ontplooien naar hun individuele mogelijkheden. Daarbij gaan we uit van het positieve, de mogelijkheden en de kansen die ieder kind heeft, maar houden we ook rekening met hun beperkingen en onmogelijkheden. De sfeer waarin een kind opgroeit is van groot belang voor de ontwikkeling van de leerling. Onze leerkrachten hebben onder meer een vormende taak: de leerlingen op te voeden tot goede burgers. Daarom vinden we het belangrijk dat leerlingen goed met zichzelf en met anderen (dichtbij en ver weg) kunnen omgaan. In onze lessen besteden we dan ook gericht aandacht aan de sociale en maatschappelijke competenties van de leerlingen. Onze leerkrachten creëren daartoe een vriendelijk, veilig en gestructureerd klimaat waarin kinderen zich gewaardeerd en gerespecteerd voelen. Kernwoorden zijn: relatie, competentie en autonomie. Wij hechten veel waarde aan een positieve en motiverende leerkracht, een begeleider die ervoor zorgt dat de leerlingen het werk zelfstandig (samen met anderen) kunnen doen. In onze omgang met elkaar moet onderling respect en waardering te merken zijn. Het kan best voorkomen dat we een meningsverschil hebben, maar toch willen we proberen ons in te leven in de drijfveren van anderen. Dat willen we ook naar de kinderen laten doorklinken. We verwachten ook van de kinderen dat ze zich die respectvolle houding eigen zullen maken. Als school willen we daarop toezien. We bespreken met de kinderen de regels die we hanteren. We willen dan ook dat we ons aan die regels houden. Een belangrijke grondregel is dat we iedereen gelijkwaardig achten. Het sociaal emotioneel welbevinden van de leerlingen heeft veel invloed op het totale functioneren. Onze school besteedt daarom structureel en systematisch aandacht aan de sociaal-emotionele ontwikkeling van kinderen en het bieden van een goed pedagogisch klimaat.

Kernwaarden uit de visie op sociale ontwikkeling

  • relatie
  • competentie
  • autonomie

Wat zegt de inspectie over de school?

De Inspectie van het Onderwijs onderzoekt minimaal één keer in de vier jaar het bestuur van een school. De inspectie kijkt dan of de kwaliteitszorg, de onderwijskwaliteit en de financiële zaken bij het schoolbestuur op orde zijn. Daarnaast bezoekt de inspectie een aantal scholen die bij het schoolbestuur horen en onderzoekt deze scholen nader. De gegevens van het laatste onderzoek van de inspectie zijn beschikbaar op de website van de onderwijsinspectie.

Terug naar boven