De Driebond

Woldjerspoorweg 5B 9723 ER Groningen

  • Schoolfoto van De Driebond
  • Schoolfoto van De Driebond
  • Schoolfoto van De Driebond
  • Schoolfoto van De Driebond
  • Schoolfoto van De Driebond

Resultaten eindtoets

Toelichting van de school

Wij vinden het belangrijk om met kinderen te spreken over de betekenis en het doel van toetsen. Er wordt uitgestraald dat het serieus genomen wordt, zonder dat er druk op komt te liggen. Gedurende het schooljaar wordt er aandacht besteed aan de wijze van vraagstelling in de eindtoets, zodat de kinderen weten wat ze kunnen verwachten.

Tevens interpreteren we de resultaten van de eindtoets altijd zorgvuldig in het licht van de kenmerken van een groep en de ontwikkeling van de groep als geheel, maar ook van ieder kind als individu.

De gegevens van de eindtoets van het schooljaar 2022-2023 zijn op het moment van het maken van deze schoolgids nog niet beschikbaar voor dit systeem. Zodra deze beschikbaar zijn, zal een nieuwe versie van de schoolgids geüpload worden.

Welk percentage leerlingen behaalt het fundamentele niveau en welk percentage het streefniveau?

Let op: In schooljaar 2023-2024 is de eindtoets vervangen door de doorstroomtoets. Op dit moment zie je nog de resultaten van de eindtoets van 2023.
De resultaten van de doorstroomtoets van 2024 zijn na de zomer voor het eerst zichtbaar. Dit is in lijn met de beoordeling van de Inspectie van het Onderwijs. Kijk voor meer informatie op de website van de inspectie.

Let op: Voor de beoordelingen in het schooljaar 2023-2024 hanteert de inspectie naast de ongewijzigde signaleringswaarden zogenaamde correctiewaarden bij de beoordeling van de leerresultaten. Meer informatie is te vinden op de website van de inspectie.

Fundamenteel niveau

Het fundamenteel niveau is het niveau voor taal en rekenen dat zoveel mogelijk leerlingen aan het einde van de basisschool zou moeten beheersen. Dit wordt gemeten in groep acht met de eindtoets. De inspectie stelt dat minimaal 85% van alle leerlingen het basisniveau moet behalen. Deze 85% is de signaleringswaarde voor het fundamenteel niveau en dit is voor alle basisscholen in Nederland gelijk.

Bron

Streefniveau

Het streefniveau is een hoger niveau dan het fundamenteel niveau. Het doel is dat zoveel mogelijk leerlingen eind groep acht het streefniveau bereiken. Op basis van de leerlingpopulatie op school wordt door de inspectie voor elke basisschool in Nederland apart bepaald hoeveel procent van de leerlingen het streefniveau moet halen. Dat percentage is de signaleringswaarde voor het streefniveau van de school.

Bron

Hoe gebruikt deze school tussentijdse toetsen?

Toelichting van de school

De school verzamelt vanaf binnenkomst systematisch informatie over de kennis en vaardigheden van leerlingen. Dit doet de school op alle domeinen die voor het onderwijs van belang zijn. Het verzamelen van (toets)informatie gebeurt systematisch en zorgvuldig en voor de kennisgebieden taal en rekenen/wiskunde met behulp van de methodegebonden toetsen en Citotoetsen leerling in beeld (groep 3 t/m 8). Op De Driebond wordt de ontwikkeling van de kinderen nauwkeurig gevolgd. Dit gebeurt in de dagelijkse omgang met de kinderen. Door goed te observeren en nauw contact te hebben met een kind, komt een leerkracht veel over een kind te weten. Als er iets aan de hand is, wordt dit veelal snel opgemerkt, zowel op sociaal-emotioneel gebied als op cognitief gebied. Een goede relatie met kinderen is hierbij het uitgangspunt. De leerkracht staat aan de basis van kwalitatief goed onderwijs. Het dagelijks werk van de kinderen is een bron van informatie over de ontwikkeling. De leerkracht verzamelt en interpreteert deze kindgegevens. Naast het dagelijks werk, haalt de leerkracht informatie uit observaties en toetsen.

Differentiatie
Op De Driebond werken we middels convergente differentiatie. Er is een breed basisaanbod met hoge verwachtingen als uitgangspunt. Uit wetenschappelijk onderzoek is gebleken dat kinderen op die manier het beste in de zone van naaste ontwikkeling aangesproken worden. Daarbinnen is er een grote variëteit in de benaderingswijze van de leerlingen. Leerlingen hebben verschillende niveaus en onderwijsbehoeften. Het onderwijs moet aangepast zijn aan de verschillen tussen leerlingen. Differentiatie is de wijze waarop een leerkracht met de verschillen tussen leerlingen omgaat en daarop zijn of haar onderwijs afstemt. Het doel is om tegemoet te komen aan de verschillende leerbehoeften van alle leerlingen. Op die manier worden de leermogelijkheden van alle leerlingen in de klas vergroot en kunnen de leerlingen een bepaald niveau behalen.

Planmatig werken
Leerkrachten bespreken twee keer per jaar hun vragen betreffende het opstellen, uitvoeren en realiseren van plannen met de intern begeleider. Tijdens deze groepsbespreking wordt uitgebreid stilgestaan bij de evaluaties, observaties, de organisatie en de opbrengsten van de toetsen op groepsniveau en de daaruit voortvloeiende te nemen stappen voor de komende periode. Twee keer per jaar wordt in een teamoverleg op schoolniveau gekeken naar de opbrengsten van de voorafgaande periode en analyseert het team samen de uitkomsten van de Citotoetsen. Door op schoolniveau te kijken, vindt er brede reflectie plaats en is de doorgaande lijn leidend. Er is gezamenlijke verantwoordelijkheid voor alle leerlingen van de school en er wordt besproken waar winst is behaald en waar nog verbeterpunten liggen. Interventies die goed blijken te werken in een groep, kunnen worden overgenomen in andere groepen. Wanneer tijdens de groepsbespreking blijkt dat bepaalde leerlingen uitgebreider besproken moeten worden, komen deze leerlingen aan bod in de leerlingbespreking met de intern begeleider. Dit kan gaan om leerlingen met specifieke onderwijsbehoeftes, leerlingen die onvoldoende profiteren van het onderwijsaanbod, leerlingen waarvan de onderwijsbehoeften onduidelijk blijven of leerlingen waarbij er vermoedens zijn van bepaalde problematiek. Los van de geplande leerlingbesprekingen, kan een leerkracht altijd een beroep doen op de intern begeleider om een leerling te bespreken waarover zorgen bestaan. Centraal staat de begeleidingsvraag van de leerkracht en de ondersteuningsbehoefte van de leerling. Samen met de intern begeleider wordt een plan gemaakt hoe de leerling verder te helpen en te begeleiden. Wanneer er vragen blijven rondom de onderwijsbehoeften, wanneer leerlingen onvoldoende profiteren van het onderwijs, of wanneer zorgen blijven bestaan, kan de school een begeleidingsvraag hebben.

Twee keer per jaar heeft de intern begeleider een driehoeksoverleg met de ambulant begeleider en de orthopedagoog van het Kenniscentrum Openbaar Onderwijs (KCOO) om deze begeleidingsvragen te bespreken. Samen wordt gekeken naar de mogelijkheden. Soms wordt er gekozen voor onderzoek en/of observatie. Dit wordt uitgevoerd door het KCOO en kan plaatsvinden na toestemming van de ouders/verzorgers. Ook kan besloten worden andere hulp van buiten de school in te schakelen. Wanneer de onderwijsbehoeften dusdanig afwijken van het aanbod in de groep en de leerling niet goed kan profiteren van het onderwijsaanbod, dan kan er na overleg met ouders en eventuele externe partners, een ontwikkelingsperspectiefplan (OPP) op worden gesteld. Het ontwikkelingsperspectiefplan bevat doelen voor de korte en lange termijn en wordt minimaal twee keer per jaar geëvalueerd en zo nodig bijgesteld. Het ontwikkelingsperspectief wordt besproken met ouders/verzorgers.

Welk schooladvies kregen de leerlingen van deze school?

Toelichting van de school

Vanaf schooljaar 2023-2024 maken de kinderen van groep 8 een doorstroomtoets. De Centrale Eindtoets gaat doorstroomtoets heten. Het tijdspad bij de schooladvisering en de doorstroomtoets verandert vanaf schooljaar 2023-2024 om leerlingen meer gelijke kansen te bieden. 

Eind groep 7 informeren we kinderen en hun ouders/verzorgers voor de eerste keer over de verwachte uitstroombestemming aan de hand van de Plaatsingswijzer. Om ervoor te zorgen dat basisscholen goed kunnen adviseren en scholen voor voortgezet onderwijs goed kunnen plaatsen, is de Plaatsingswijzer ontwikkeld. De basisschool verzamelt door de jaren heen gegevens over de kinderen om de ontwikkeling zo goed mogelijk te kunnen volgen. Deze gegevens legt de school vast in het leerlingvolgsysteem (Cito Leerling in beeld). Bij de Plaatsingswijzer gebruiken de scholen de gegevens uit het leerlingvolgsysteem vanaf groep 6. De Plaatsingswijzer is een hulpmiddel bij het adviseren. 

In groep 8 krijgen de kinderen een definitief schooladvies en wordt de keuze gemaakt voor een vorm van voortgezet onderwijs en een school.

De procedure hiervoor is als volgt:

  • In oktober maken de kinderen een begintoets. Deze toets wordt gebruikt om in kaart te brengen op welke gebieden de leerlingen zich nog kunnen ontwikkelen.
  • In januari ontvangen de leerlingen het voorlopig vervolgadvies. 
  • Vanaf 1 februari worden de open dagen in het voortgezet onderwijs gepland en kan er oriëntatie plaatsvinden voor een passende plek. 
  • Begin februari maken de leerlingen de doorstroomtoets waarvan de uitslag midden maart volgt. Hierna ontvangen de kinderen hun definitieve advies. 
  • Eind maart melden alle leerlingen zich tegelijk, met hun definitieve advies, aan op de middelbare school. 

Het definitieve advies wordt gevormd door de gegevens uit de Plaatsingswijzer, de resultaten van de begintoets en de doorstroomtoets en de observaties van de leerkracht. Uiteindelijk is het advies van de leerkracht leidend.

Het is aan ouders/verzorgers en hun kind om aan te geven naar welke middelbare school het kind zal gaan. De aanmelding bij een school voor voortgezet onderwijs dient door de ouders/verzorgers te worden gedaan. 

Weergave Schooladvies

Bron

Zitten de oud-leerlingen van deze school in het voortgezet onderwijs boven, op of onder hun schooladvies?

In groep 8 krijgt elke leerling van de basisschool een advies voor het voortgezet onderwijs dat past bij het niveau van deze leerling. De leerling stroomt vervolgens door naar het voortgezet onderwijs. In het derde jaar wordt gekeken welk niveau de leerling werkelijk heeft vergeleken met het niveau van het schooladvies. Dit wordt vertaald naar drie categorieën: boven, op en onder advies. Bijvoorbeeld: een leerling met schooladvies vmbo-b die in het derde jaar op het vmbo-k zit, zit boven advies. En een leerling met schooladvies havo/vwo die in het derde jaar op het havo zit, zit op advies. Wanneer deze leerling in het derde schooljaar op het vwo zit, zit hij/zij boven advies.
In het derde jaar

Bron

Sociale ontwikkeling

Hoe denkt deze school over sociale ontwikkeling?

Voor een goede ontwikkeling is het noodzakelijk dat een kind opgroeit in een sfeer waarin het zich veilig, gewaardeerd en geborgen voelt. Vanuit vertrouwen en geborgenheid is het kind in staat te leren. Normen en waarden zijn belangrijk in een samenleving waarin een ieder uniek is en de verschillen soms groot zijn. Respect voor dit uniek zijn en acceptatie van verschillen, laat onze kinderen opgroeien tot volwassenen die een belangrijke bijdrage kunnen leveren in een multiculturele samenleving.

Op De Driebond staat het gehele schooljaar werken aan het pedagogisch klimaat hoog in het vaandel. 

Kernwaarden uit de visie op sociale ontwikkeling

  • veiligheid en waardering
  • vertrouwen en geborgenheid
  • respect en acceptatie

Wat zegt de inspectie over de school?

De Inspectie van het Onderwijs onderzoekt minimaal één keer in de vier jaar het bestuur van een school. De inspectie kijkt dan of de kwaliteitszorg, de onderwijskwaliteit en de financiële zaken bij het schoolbestuur op orde zijn. Daarnaast bezoekt de inspectie een aantal scholen die bij het schoolbestuur horen en onderzoekt deze scholen nader. De gegevens van het laatste onderzoek van de inspectie zijn beschikbaar op de website van de onderwijsinspectie.

Terug naar boven