OJS De Petteflet

Jacob van Ruysdaelstraat 73 9718 SC Groningen

  • Schoolfoto van OJS De Petteflet
  • Schoolfoto van OJS De Petteflet
  • Schoolfoto van OJS De Petteflet

Het team

Alle personeelsleden van de school vormen samen het team. Zowel de leerkrachten voor de klas, als het niet onderwijzend personeel. Vaak zijn er op een school specialisten aanwezig die extra ondersteuning bieden aan leerlingen die dit nodig hebben. Elke school kent daarin een eigen aanpak. Hoe het team is samengesteld en hoe de school bijvoorbeeld vervanging regelt? Dat kan alleen de school je vertellen.

Vakleerkrachten op deze school

Hoe wordt vervanging geregeld?

Binnen het onderwijs kan iedereen verlof aanvragen. Dit gaat altijd in overleg met de directie. 

We vragen de collega die verlof aanvraagt dit onderling te regelen met zijn of haar duo partner, zo staat er toch een bekende voor de klas.

In enkele gevallen lukt dit niet en doen we een beroep op andere collega's binnen de school of zoeken we binnen de inval poule van ons bestuur naar een oplossing.

Directie van de school

Medewerkers op deze school (instellingsniveau)

Hoe is de verdeling mannen en vrouwen?

Bron

Wat is de leeftijd van de teamleden?

Bron

Hoe zijn de teamleden verdeeld over de verschillende functiegroepen?

Bron

Hoe zijn de leerlingen gegroepeerd?

Toelichting van de school

Groepsgrootte:

In de onderbouw hanteren we een maximale groepsgrootte van 27 kinderen.

In de midden en bovenbouw is dit maximaal 30 kinderen

 

Klasindeling

  • Bouwgroepen/Stamgroepen/Heterogene groepen

Hoe wordt de tijd op school besteed?

Leerjaar 1 en 2

Bron

Leerjaar 3 t/m 8

Toelichting van de school

Het Jenaplanonderwijs kent vier basisprincipes: gesprek, spel, werk en viering (als grondvormen van het menselijk samenleven). Deze vier basisactiviteiten komen op een Jenaplanschool afwisselend, in een ritmisch weekplan aan de orde. Door de afwisseling van deze basisactiviteiten is een urentabel voor een jenaplanschool moeilijk te vullen.  Het aanbod vloeit op een natuurlijke manier in elkaar over. Binnen bijvoorbeeld de basisactiviteit gesprek wordt veel aandacht besteed aan mondeling taalgebruik, maar ook burgerschapsvorming en wereldorientatie heeft hier vaak een plek.  

Zo vormt binnen het jenaplanonderwijs wereldoriëntatie het hart van ons onderwijs. We willen dat al onze kinderen op een verstandige manier ‘wegwijs’ worden in een steeds complexere wereld.  Basisvaardigheden hebben hier een instrumentele, ondersteunende rol en worden in de vorm van een cursus aangeboden.  Je moet (begrijpend) kunnen lezen om informatie te kunnen ontsluiten. Je moet kunnen schrijven, typen, drukken, spellen om je bevindingen en resultaten te kunnen presenteren. Je moet met de computer, internet en apps kunnen omgaan om kritisch je informatie te kunnen beoordelen. Je moet begrip hebben van omgeving en tijd, van tabellen, getallen en registers om samenhang en betekenis te kunnen duiden. De vakken aardrijkskunde, geschiedenis, biologie, natuurkunde en techniek zijn op onze school geïntegreerd in ‘wereldoriëntatie’, maar ook taal.  lezen, rekenen , creatieve vorming en levensbeschouwing krijgen hierdoor voor een deel invulling.  Steeds vaker wordt hier het begrip ‘stamgroepwerk’ gebruikt, omdat de wereldoriëntatie voortkomt uit de (onderzoeks)vragen vanuit de stamgroep. Hier wordt vervolgens door de kinderen verkend, onderzocht, uitgewerkt en gepresenteerd. In alle groepen wordt wereldoriëntatie aangeboden door middel van voorbereide thema’s (b.v. de seizoenen, Kinderboekenweek, het schoolproject en groepsgebonden thema’s). De onderwerpen komen deels vanuit de kinderen zelf en deels vanuit de stamgroepleiders. We hebben een driejarige cyclus van thema’s en projecten ontwikkeld, waarin de meeste kerndoelen op het gebied van de wereldoriënterende vakken aan bod komen. In de bovenbouw wordt naast het open wereldoriëntatie-gedeelte een deel van de wereldoriëntatie systematischer aangeboden. Het gaat hier om de leerlijn Tijd (o.a. de Canon van de Geschiedenis in 50 vensters) en de leerlijn Ruimte (aardrijkskunde van Nederland, Europa en de Wereld, topografie). Tot onze wereldoriëntatie/stamgroepwerk behoren nog veel meer onderdelen, zoals (nieuws- en voorbereide) kringen, uitzendingen van ‘de Buitendienst’, excursies naar cultureel erfgoed en het Gronings Landschap, individuele studies en werkstukken, het grote schoolproject (verhalend ontwerp).

Bovenstaande tabel is dus een globale weergave.  

Vormingsonderwijs

Onze school is een openbare basisschool. In de wet staat dat op onze school lessen vormingsonderwijs kunnen worden gegeven als ouders daarom vragen. Het godsdienstonderwijs en levensbeschouwelijk vormingsonderwijs worden gegeven binnen de schooltijden, maar valt niet onder de verantwoordelijkheid van onze school. Deze lessen zijn aanvullend op de aandacht die wij als school besteden aan geestelijke stromingen en burgerschapsvorming.De wekelijkse lessen vormingsonderwijs van drie kwartier worden verzorgd door een bevoegde vakdocent van een bepaalde levensbeschouwelijke richting. U kunt kiezen voor boeddhistisch, hindoeïstisch, humanistisch, islamitisch, katholiek of protestants-christelijk vormingsonderwijs. Als ouders van zeven of meer leerlingen interesse hebben in vormingsonderwijs, kunnen wij deze lessen aanvragen bij de organisatie die het vormingsonderwijs op de openbare basisscholen verzorgt. Er zijn voor u of onze school geen kosten aan verbonden. Ga voor meer informatie naar de website www.vormingsonderwijs.nl.

Bron

Extra mogelijkheden op deze school

Extra ondersteuning van de leerlingen

Toelichting van de school

Op de Petteflet hebben we kennis en ervaring met kinderen met diverse ondersteuningsbehoeften. In iedere groep zitten kinderen in drie jaargroepen in groepjes door elkaar heen. De stamgroep is een leef- werkgemeenschap waarin iedereen elkaar ondersteund. De draagkracht van de groep en de stamgroepleider bepaald wat er binnen een groep mogelijk is.

De definitie van Extra Ondersteuning is dat de onderwijsbehoeften van het kind dermate intensief en complex zijn, dat deze meer dan de (aanvullende) basisondersteuning van een school vragen. Onze school kan voor Extra Ondersteuning een beroep doen op het KCOO (Kenniscentrum openbaar onderwijs). Het schoolbestuur biedt Extra Ondersteuning aan in de vorm van arrangementen. Deze worden ingezet binnen het regulier onderwijs. De arrangementen worden aangevraagd bij het KCOO en beoordeeld aan de hand van de onderwijsbehoeften van het kind of de groep. Het actuele aanbod van arrangementen is te lezen in het school ondersteuningsprofiel en is te vinden op de website van onze school. Voor deze leerlingen hebben we binnen onze school een OntwikkelingsPerspectiefPlan (OPP) opgesteld.

De Petteflet kan een kind niet meer voldoende bieden als:

  • De extra ondersteuning zoals deze omschreven zijn in het SOP, niet meer tegemoetkomt aan de onderwijsbehoefte van het kind.
  • De extra ondersteuning zoveel aandacht vraagt, dat er sprake is van verstoring van het onderwijsproces van andere kinderen.
  • Er sprake is van verstoring van de rust en orde op school.

Inzet van het KCOO binnen de school
Het KCOO (Kenniscentrum van het Openbaar Onderwijs) is ingericht door Openbaar Onderwijs Groningen en ondersteunt de school bij het realiseren van passend onderwijs. De school kan gebruik maken van de expertise binnen het KCOO. Belangrijke samenwerkingspartners voor de intern begeleider zijn de vaste orthopedagoog en ambulant begeleider die verbonden zijn aan de school. Daarnaast werken er bij het KCOO psychodiagnostisch medewerkers (testassistenten) en onderwijsassistenten.

Binnen het KCOO zijn verschillende specialisten vertegenwoordigd. Onder andere specialisten op het gebied van dyslexie, dyscalculie, autisme, gedrag, hoogbegaafdheid en downsyndroom. Deze kunnen via de intern begeleider betrokken worden in de school.

Inzet ambulant begeleider

Het werk van de ambulant begeleider richt zich op de hulpvragen die spelen binnen de school. Deze kunnen gericht zijn op school-, groeps-, leerkracht- en kind niveau.

Inzet orthopedagoog

De orthopedagoog doet in samenwerking met de psychodiagnostisch medewerker onderzoek gericht op cognitieve leerontwikkeling, werkhouding, gedrag en/of sociaal-emotionele ontwikkeling.

Inzet onderwijsassistent

Inzet van een onderwijsassistent van het KCOO kan worden aangevraagd voor uitvoering van extra ondersteuning bij een individueel kind of groep.

Driehoeksoverleg
Het driehoeksoverleg is een overlegvorm die drie tot vijf keer per schooljaar wordt georganiseerd door de intern begeleider. Zowel de vaste ambulant begeleider als de orthopedagoog van het KCOO sluiten aan bij dit gesprek. Het doel van het driehoeksoverleg is om alle zorgleerlingen binnen de school in beeld te krijgen en te houden. Op die manier kunnen de ambulant begeleider en orthopedagoog vroegtijdig ingeschakeld worden om mee te denken bij deze leerlingen. De intern begeleider kan hulpvragen met betrekking tot het individuele kind of groepen kinderen voorleggen. De ambulant begeleider en orthopedagoog hebben een adviserende rol en tijdens dit overleg kunnen afspraken gemaakt worden over de vervolgstappen.

Verwijzing SBO of SO

Wanneer gedacht wordt aan een verwijzing naar het SBO of SO wordt een ambulant begeleider of orthopedagoog van het KCOO ingeschakeld om mee te kijken wat er op school nog gedaan kan worden om tegemoet te komen aan de onderwijsbehoefte van de leerling. Wordt er daarna alsnog besloten om tot verwijzing over te gaan dan adviseren de ambulant begeleider en orthopedagoog de school tijdens het zoeken naar de meest passend plek voor de leerling. De orthopedagoog van het KCOO schrijft de deskundigheidsverklaring voor het aanvragen van de toelaatbaarheidsverklaring.

De medewerkers van het KCOO zijn regelmatig bij ons op school aanwezig en in de groepen. Mocht er voor uw kind een ondersteuningsvraag zijn dan wordt u als ouders/verzorgers op de hoogte gesteld. Wanneer er verder onderzoek of gerichte observatie moet plaatsvinden vragen wij de ouders/verzorgers altijd schriftelijk om toestemming.

Meer informatie is te vinden op de website van het KCOO: https://kcoo.openbaaronderwijsgroningen.nl/index.htmlBovenschoolse voorzieningen

KCOO Bovenschoolse plusklas
De bovenschoolse plusgroep is een voorziening van Openbaar Onderwijs Groningen die dient als aanvulling op het passend onderwijsaanbod van de scholen. Binnen de bovenschoolse plusgroep wordt ernaar gestreefd om hoogbegaafde leerlingen in staat te stellen het beste uit zichzelf te halen. Dit doen zij door met en van elkaar te leren. Ook in de lessen wordt veel aandacht besteed aan de sociale competenties en het zelfbeeld.

Algemene informatie, de toelatingsprocedure en het aanmeldformulier zijn te vinden op de KCOO site: bovenschoolse voorzieningen.

Internationale schakelklas en ECAG

De Internationale Schakelklas (ISK) Groningen is een school voor voortgezet onderwijs. Deze klas is bestemd voor nieuwkomers in Nederland in de leeftijd van 12 tot 18 jaar, die de Nederlandse taal niet of nauwelijks beheersen. Het doel van de ISK is om leerlingen te schakelen naar passend regulier onderwijs, door het leren van Nederlands, schoolse- en studievaardigheden en door in te burgeren.

Meer info is te vinden: https://www.iskgroningen.nl/index.html

Het Expertisecentrum Anderstaligen Groningen (ECAG) biedt scholen begeleiding, voorlichting en scholing en bouwt samen met de scholen duurzame expertise op. Meer informatie vind je op : https://openbaaronderwijsgroningen.nl/expertisecentrum-anderstaligen-groningen/

Toekomstig aanbod aan extra ondersteuning

Om kinderen en stamgroepleiders extra ondersteuning te kunnen bieden en om de onderwijskwaliteit te verhogen worden in het schooljaar 2023-2024 twee rekencoördinatoren opgeleid en wordt de taalspecialist ingezet om het spelling- en taalonderwijs samen met het team te verbeteren. Zie schoolplan 2023- 2027

Verder kijken we waar mogelijk in de scholingskalender welke extra opleidingen we gaan wegzetten bij mensen om onze expertise op deelgebieden te vergroten.

Welke specialisten bieden extra ondersteuning op deze school?

Kwaliteitszorg en schoolplan

Download het schoolplan

Aanbod voor het jonge kind

Toelichting van de school

Aanbod het jonge kind

Het Jenaplanonderwijs kenmerkt zich door 4 basisactiviteiten. Gesprek, spel, werk en viering zie je in elke stamgroep terug.

Jonge kinderen leren door te spelen, dit proberen we in de basisactiviteiten terug te laten komen en zo spelenderwijs de kleuterdoelen (slo)te behalen.   

Wij zijn veel met kinderen in gesprek. In het Jenaplanonderwijs gebeurt veel in de kring. Er wordt geluisterd naar de inbreng van de kinderen tijdens gesprekken over het thema, maar ook naar verhalen van belevenissen. Zo komen we samen tot onderwijs wat aansluit bij de kinderen. We kijken of de plannen die in kringgesprekken besproken worden, uitgevoerd kunnen worden tijdens het spelen en werken. Kinderen voelen zich hierdoor gehoord, leren dat hun mening ertoe doet en dat ze zelf invloed hebben op hun leerproces/het spelen en werken in de groep.

Vooral jonge kinderen leren de wereld te begrijpen door te spelen. We willen de kinderen laten ervaren dat ze grip op de wereld kunnen hebben. Door te observeren, mee te spelen/nieuwe materialen in te brengen/enz indien nodig zien we in welke fase van rollenspel de kinderen zijn. Indien nodig geven we daar interventies op.

Tijdens het werk zien we dat kinderen zoveel mogelijk zelfstandig aan het werk zijn. We vinden het belangrijk dat kinderen zichzelf zoveel mogelijk kunnen redden en indien nodig hulp durven vragen aan een ander kind in de groep. Door de kinderen al jong kennis te laten maken met uitgestelde aandacht, stimuleren we hun zelfredzaamheid. Mocht hij/zij het ook niet weten, of er ‘grote’ vraagstukken zijn, weten de kinderen dat ze altijd kinderen uit de midden- of bovenbouw kunnen vragen om hen te helpen. Ook hier stimuleren we het samenwerken.

Viering komt op vele manieren voor. Kinderen krijgen veel zelfvertrouwen door zowel kleine als grote dingen te vieren. Doordat er stil gestaan wordt bij kleine dingen (zelf je schoenen aandoen) maar ook grote presentaties (met publiek) ervaren kinderen dat ze belangrijk zijn en ertoe doen. Met dit positieve gevoel, staan de kinderen opener in de wereld en zullen ze meer van zichzelf laten zien.

Terug naar boven