<a href="https://achtergrondinformatie.vensters.nl/p/VenstersPO/6192449487635168" class="button button-link" target="_blank"><i class="fas fa-external-link-square-alt"></i> Achtergrondinformatie</a>">Bron
Stamgroepen
We werken op de Kleine Prins bewust in stamgroepen. In een stamgroep zitten kinderen uit twee verschillende leerjaren bij elkaar (bijvoorbeeld een groep 3/4 of een groep 5/6). Hierdoor verandert elk jaar de groepsdynamiek, zijn de verschillen groter, kunnen de kinderen meer van elkaar leren en leren ze dat we allemaal verschillend zijn. Door in stamgroepen te werken zijn de kinderen altijd een keer de jongste, maar ook altijd een keer de oudste van de groep. Daarnaast zijn er regelmatig activiteiten waarbij we een groepsopdracht maken of groepsdoorbroken werken en kinderen van alle leeftijden met elkaar samenwerken. De kinderen hebben meestal twee jaar dezelfde stamgroepleider. Hierdoor heeft de juf of meester een goed beeld van de hele ontwikkeling van de kinderen in de klas.
Wij hebben voor onze stamgroepen niet per uur vastgelegd hoeveel uur we aan de verschillende vakken besteden. We hebben wel met elkaar afspraken gemaakt hoe een gewone schoolweek eruit ziet. Omdat wij bij de kleuters volledig thematisch werken lopen de vakken allemaal in elkaar over. Onze kleuters spelen, ontdekken en leren zo veel mogelijk in de hoeken. De hoeken worden veelvuldig gewisseld, ook betreft materialen. We werken het liefst met natuurlijke materialen.
Onze kinderen gaan 8 jaar lang 26 uur per week naar school. De schooltijden zijn:
Maandag, dinsdag, donderdag en vrijdag van 8.30 tot 12.00 uur en van 13.00 tot 15.00 uur.
Woensdag gaan de kinderen van 8.30 tot 12.30 uur naar school. Tussen de middag kunnen de kinderen naar huis om te lunchen of op school overblijven. Zie hiervoor het kopje ‘TSO'.
Wij hebben voor onze stamgroepen niet per uur vastgelegd hoeveel uur we aan de verschillende vakken besteden. We hebben wel met elkaar afspraken gemaakt hoe een gewone schoolweek eruit ziet. Deze afspraken staan in onze onderwijsplannen. De tijd die we aan de basisvaardigheden besteden kan ook verschillen per periode of groep, we maken beredeneerde keuzes, we kijken wat passend en nodig is voor de groep. We volgen voor taal, spelling, rekenen, schrijven en begrijpend lezen een methode. Voor de andere vakken werken we thematisch. Grofweg kan gezegd worden dat we per dag 1 uur rekenonderwijs geven, 3 uur met taal bezig zijn en 1,5 uur met burgerschap, sociale en emotionele ontwikkeling, beweging, wereldoriëntatie en kunstzinnige vorming. Echter lopen deze vakken vaak allemaal in elkaar over middels het thema waar we mee werken. Dat is de kracht van Jenaplanonderwijs.
Voor de zomervakantie wordt elk jaar bekend wanneer de vrije dagen en vakanties voor de kinderen zijn. Deze zijn terug te vinden op de website en in de app Social Schools. Op de vrije dagen heeft het team vaak een studiedag. Tijdens de studiedagen doen zij nieuwe kennis op, bespreken zij het beleid, de opbrengsten, schrijven zij plannen en rapporten etc.
Het leerlingvolgsysteem
Op de Kleine Prins willen wij ieder kind zoveel mogelijk kansen bieden, maar het onderwijsleerproces verloopt niet voor ieder kind hetzelfde. Ieder kind heeft zijn eigen onderwijsbehoeften. Zo leert het ene kind redelijk zelfstandig op het groepsniveau, terwijl een ander kind extra begeleiding nodig heeft. Hoe wij hier vorm aan geven kunt u lezen in ons school ondersteuningsprofiel (SOP). Deze is op te vragen bij de directie of te lezen via scholenopdekaart.nl.
Van alle kinderen houden we de ontwikkeling nauwlettend in de gaten. Tijdens dit proces verzamelen wij een aantal gegevens via observaties, toetsen en door middel van ons leerlingvolgsysteem. Alle leerling- en voortgangsgegevens worden opgeslagen binnen ons administratiesysteem ParnasSys. Natuurlijk gaan wij zo zorgvuldig mogelijk om met deze informatie. Zonder uw toestemming wordt er geen informatie verstrekt aan derden.
Gedurende een schooljaar observeren wij kinderen en nemen toetsen af. We gebruiken hierbij verschillende systemen die onderling een duidelijke samenhang hebben.
Leerlijnen Jonge Kind
In de onderbouw observeren de stamgroepleiders de ontwikkeling van uw kind met behulp van De Leerlijnen Jonge Kind. Hiermee brengt de stamgroepleider de ontwikkeling in kaart. Denk hierbij aan speel- en werkgedrag, motorische ontwikkeling, spraak- en taalontwikkeling en beginnende gecijferdheid. Daarnaast wordt op vaste meetmomenten in groep 1/2 gescreend op risicofactoren in het voorbereidende lezen.
Sociaal-emotionele ontwikkeling
Wij nemen jaarlijks … af. De resultaten nemen we mee in onze groeps- en leerlingbesprekingen.
Toetsen
Bij alle kinderen van groep 3 tot en met 8 worden methode gebonden toetsen én Cito LIB (leerling in beeld) -toetsen afgenomen. De toets- en observatiegegevens slaan we (zoals eerder gezegd) op in ons schooladministratiesysteem ParnasSys, CITO LIB en Focus PO.
De methodetoetsen geven de stamgroepleider een beeld of de recent behandelde leerstof wordt beheerst en of er nog herhaling nodig is.
Cito-toetsen worden ook wel LIB-toetsen genoemd. LIB staat voor Leerling in Beeld. Voor technisch lezen, begrijpend lezen, spelling en rekenen-wiskunde nemen we LIB-toetsen af. Deze toetsen worden twee keer per jaar afgenomen (in januari en in juni) bij alle kinderen in groep 3 tot en met 7. In groep 8 nemen we eind oktober de toets af en zij maken in februari de doorstroomtoets. Deze toetsen hebben zowel een evaluerende als een signalerende functie. De vraagstelling sluit niet aan bij de geoefende manier van werken, omdat de LIB-toetsen niet alleen meten of de recent aangeleerde leerstof beheerst wordt, maar ook toetst waar een kind in zijn of haar ontwikkeling staat op dat leergebied. Dit verklaart waarom LIB-toetsuitslagen soms kunnen afwijken van de uitslagen van de methodetoetsen.
Wij gebruiken Leerling in Beeld om de kinderen vanaf groep 3 te volgen, om te zien of de ontwikkeling naar verwachting verloopt. Dat doen we ook op groeps- en op schoolniveau. Door hier op verschillende niveaus naar te kijken, nemen we ons onderwijs ieder half jaar onder de loep. We stemmen ons beleid hierop af, zodat we behalve de kinderen ook onszelf ontwikkelen.
Voor de kleuters hebben we de keuze gemaakt geen LIB-toetsen af te nemen. Wij geven er de voorkeur aan hun ontwikkeling te volgen door middel van observaties. Soms kiezen we ervoor toch een toets af te nemen, bijvoorbeeld als we meer gegevens nodig hebben voor de aanvraag van een onderzoek of denken dat een kind meer aankan. Dit gaat altijd in overleg met de stamgroepleider, de kwaliteitscoördinator en de ouders.
Doorstroomtoets
De Cito doorstroomtoets wordt afgenomen in februari voor alle kinderen van groep 8. De toets is een schoolvorderingentoets voor kinderen aan het eind van groep 8 en geeft informatie over de prestaties van zowel de kinderen als de school. Deze toets ondersteunt het advies voor het Voortgezet Onderwijs dat de kinderen van de stamgroepleider hebben gekregen. Daarnaast gebruiken we ook deze toets om ons onderwijs te evalueren en te ontwikkelen.
Deze eindtoets is géén examen. Kinderen kunnen er niet voor slagen of zakken. De toets is bedoeld om het schoolsucces van de kinderen in het voortgezet onderwijs te voorspellen. Over de afgelopen drie jaar zien we dat het als volgt hebben gedaan op de eindtoets/doorstroomtoets (zie volgende pagina). 1F is het basisniveau: onze ambitie is dat alle kinderen dit halen. We zien dat soms één leerling het niet haalt, vaak zitten deze kinderen op een eigen leerlijn. Bij de 2F/1S doelen zien we een stijgende lijn. We zitten hiermee op of boven onze ambitie. Met zowel 1F als 2F/S zitten we ver boven de signaleringswaarde van de inspectie.
Kwaliteitscoördinator
Minimaal driemaal per jaar bespreekt de stamgroepleider de ontwikkelingen van de kinderen met de kwaliteitscoördinator. Naar aanleiding van dit overleg worden er indien nodig plannen gemaakt. Dit kan op groepsniveau, maar ook op individueel niveau zijn. Tijdens een bespreking met de kwaliteitscoördinator kunnen we ook tot de conclusie komen dat we de hulp van externen in moeten schakelen. Uiteraard gebeurt dit in overleg met ouders.
De kwaliteitscoördinator van de Kleine Prins is Wendy de Wit.
Zij denkt mee en helpt de directie gestalte te geven aan de onderwijsvisie en het uitzetten van lijnen met betrekking tot de pedagogische en didactische aanpak binnen de school.
Waar de directie belast is met de eindverantwoordelijkheid op het gebied van leeropbrengsten en kwaliteitszorg vervult de kwaliteitscoördinator een belangrijke schakel tussen het werken in de groep en het groepsdoorbroken werken, bijvoorbeeld bij instructies. Wekelijks vindt er afstemming plaats tussen de directeur en de kwaliteitscoördinator.
De kwaliteitscoördinator ondersteunt en coacht de stamgroepleiders. Dat gebeurt door middel van groepsbesprekingen, leerlingbespreking, collegiale en groepsconsultaties en intervisie gesprekken.
Tenslotte vervult de kwaliteitscoördinator een belangrijke rol binnen de uitvoering van Passend Onderwijs. Zij voert didactisch onderzoek uit op school en onderhoudt contacten met de ondersteuningscoördinator van het samenwerkingsverband en andere externen.
Verlengen, versnellen en verbreden
Sommige kinderen hebben meer of minder leertijd nodig dan anderen. In eerste instantie komen we hieraan tegemoet door het aanbieden van verlengde of verkorte en extra of andere instructies. In overleg met ouders, stamgroepleiders en de kwaliteitscoördinator kan besloten worden dat er extra zorg, verlenging, versnelling of verbreding nodig is.
Ondersteuningsaanbod van de school
Binnen het samenwerkingsverband werken wij met Perspectief op School. Elk jaar schrijven we beleidsstuk waarin staat hoe we onze basisondersteuning en extra ondersteuning vormgeven. Mocht er meer nodig zijn dan wordt overgeschakeld naar niveau 3: specialistisch onderwijs. Dit document staat op onze website en op scholenopdekaart.nl. Daarnaast is het op te vragen bij directie.
Toekomstig aanbod aan extra ondersteuning
In het SOP (schoolondersteuningsprofiel) is te lezen wat wij ambiëren op het gebied van toekomstig aanbod. Binnen het Jenaplanonderwijs streven wij naar inclusief onderwijs. Hiervoor zijn alle coördinatoren, de kwaliteitscoördinator en de directeur samen verantwoordelijk.
We zijn we voornemens om de samenwerking met Partou te intensiveren, zodat we in de toekomst naast buitenschoolse opvang ook voorschoolse opvang en peuteropvang kunnen bieden.