"Met een brede basis sta je sterker, kom je verder"
Missie en visie
Steeds meer mensen zijn in deze drukke maatschappij op zoek naar een goed evenwicht. De juiste balans tussen presteren en ruimte en tijd voor jezelf. Kinderen hebben ook baat bij een juiste balans. Dat staat bij de Dordtse Vrije School voorop: een gezonde afwisseling in het aanspreken van hoofd, hart en handen. Hierbij zijn de menskundige en pedagogische uitgangspunten leidend.
De Dordtse Vrije School draagt met vrijeschoolonderwijs bij aan de kwaliteit van de samenleving. We gaan uit van het antroposofische mensbeeld met een spirituele menskundige grondslag. We werken vanuit de overtuiging dat menselijk gedrag een samenspel is van denken, voelen en willen. Onderwijzen is opvoeden op het gebied van denken, voelen en willen.
Wij voelen de missie om de leerlingen op te voeden en te laten groeien tot authentieke, verantwoordelijke jonge mensen die hun innerlijk kompas volgen en zo hun eigen weg in de wereld gaan. We voeden onze leerlingen met ons onderwijs op tot ‘wie ze zijn’ en geven ze een brede basis mee, waardoor je verder komt.
De pedagogie
De Dordtse Vrije School biedt basisonderwijs aan kinderen van 4 t/m 12 jaar. De pedagogie vindt haar inspiratie in de impuls van Rudolf Steiner, begin 20e eeuw. Het streven is onderwijs te geven dat volledige ontplooiing van de leerling mogelijk maakt. Het richt zich niet alleen op de vorming van het intellect, maar ook op het beleven van de wereld op een kunstzinnige wijze en op de vorming van de wil, als drijfveer voor het handelen. Hierdoor ontwikkelt de opgroeiende mens uiteindelijk een zelfstandig oordeel, een invoelend vermogen, een gezonde moraliteit en een creatief denken en handelen. Zo kan hij/zij als volwassene, gevoed door idealen, zijn/haar persoonlijke weg in het leven vinden en een bijdrage leveren aan de toekomstige samenleving.
Hierbij werkt de Dordtse Vrijeschool met een leerplan. Dit leerplan van de vrijeschool kent een doorlopende leerlijn en loopt door tot aan het einde van het voortgezet onderwijs, ‘de bovenbouw’.
Leerplan
Op onze school werken we met een leerplan. Dit leerplan is gebaseerd op de menskundige ontwikkelingsfase van kinderen. De manier waarop de lesstof wordt benaderd is kunstzinnig; dat wil zeggen, om ervoor te zorgen dat kinderen zich met de leerstof kunnen verbinden, spreken we het hoofd, het hart en de handen aan. Door het vertellen van verhalen, het aanspreken van de beweging, het kunstzinnig verwerken door tekenen, schilderen, boetseren, klank, ritme, muziek of toneel, kunnen kinderen zich op meerdere manieren verbinden met de leerstof.
Het hele kind wordt daarmee aangesprokenen kan zich zo de stof helemaal eigen maken. Zo kan het zijn eigen denken, voelen en willen ontwikkelen. Daardoor neemt het ook vaardigheden als taal en rekenen beter op. Omdat het in het leven om veel meer draait dan rekenen en taal alleen, leer je op een vrijeschool ook over andere fundamentele elementen. Zorgen voor elkaar, bijvoorbeeld. Of aandacht hebben voor de natuur en cultuur. En betrokken zijn bij de samenleving. Want naast de ontwikkeling van je verstand, is het net zo belangrijk dat je je gevoel ontwikkelt, je verantwoordelijk voelt en leert om zelfstandig, maar ook met elkaar bezig te zijn.
Het leren sluit aan bij het tempo en de belevingswereld van het kind. Het kind mag werkelijk kind zijn, zodat het de kans krijgt op te groeien tot een evenwichtig, (sociaal) vaardig en initiatiefrijk mens. Op de Dordtse Vrije School wordt uw kind gezien.
Sfeer, rust en ritme bieden de kinderen veiligheid.
Natuurlijke materialen
De leeromgeving vinden we van groot belang voor het gevoel van geborgenheid en voor een gezonde zintuigontwikkeling. Meubilair en lesmateriaal zijn daarom zoveel mogelijk van natuurlijke materialen en de aankleding van de lokalen wordt met aandacht verzorgd. De verzorging van de leeromgeving komt ook tot uitdrukking in de aandacht van het sociale aspect, aandacht voor de natuur en de school als schoolgemeenschap
Kleuters
In de kleuterklassen is er sprake van een natuurlijke leeromgeving door spel en beweging. De drijvende kracht is het vermogen tot nabootsen. De kinderlijke fantasie krijgt daarbij alle ruimte, als voorbereiding voor de verdere ontwikkeling. Er is grote aandacht voor het gebruik van natuurlijke materialen en de kwaliteit van de omgeving. Sfeer, warmte en geborgenheid, jaarfeesten en natuurlijk de ritmes van de dag, de week en het jaar zijn dragende elementen.
Leerrijpheid
De leerrijpheid van de kinderen wordt aan het einde van de kleuterperiode onderzocht: het leerrijpheidsonderzoek. Het is niet vanzelfsprekend dat een kleuter van ongeveer 6 jaar na twee jaar kleuterklas direct doorstroomt naar de 1e klas (groep 3). De kleuterleerkrachten, de Intern Begeleider en de Remedial Teacher houden zich bezig met de vraag welke kinderen leerrijp en/of leervaardig zijn. Dat wordt besproken met de ouders.
Periodeonderwijs en vertelstof
De hoofdvakken zoals Nederlandse taal, rekenen, aardrijkskunde, biologie, geschiedenis en natuurkunde worden ‘s ochtends van 8:25 tot 10:30 uur gegeven in periodes van een aantal aaneengesloten weken. Na het periodeonderwijs volgen lessen in handvaardigheid, euritmie, vreemde talen, gymnastiek, oefenuur taal en rekenen, muziek, tekenen, schilderen en godsdienst. De klassenleerkracht wordt bijgestaan door vakleerkrachten voor Engels, handwerken, houtbewerking en voor euritmie.
Voor het gehele leerplan is de vertelstof een belangrijke leidraad, afgestemd op de ontwikkelingsfase van het kind. In de 1e klas worden sprookjes verteld. In de 2e klas fabels en legenden. In de 3e klas staat het Oude Testament centraal en in de 4e de Germaanse mythologie. De Griekse mythologie en de oude cultuurperiodes volgen in de 5e klas en de Romeinse geschiedenis in de 6e klas.
Jaarfeesten
In alle klassen is veel aandacht voor het ritmische verloop van het jaar, de seizoenen en de feesten die in die seizoenen gevierd worden zoals: Michaëlsfeest , Sint Maarten, Sint Nicolaas, Advent, Kerstmis, Palmpasen, Pasen, Pinksteren en Sint Jan. In de Kersttijd worden door leraren en ouders de drie Kerstspelen opgevoerd: het Paradijsspel, het Geboorte- en Herdersspel en het Driekoningenspel. Deze kerstspelen horen bij de Vrijescholen. De opvoeringen zijn opgenomen in het activiteitenrooster en worden tot lestijd gerekend.