Algemeen
Klachten, die zich mogelijk voordoen, dienen op een juiste wijze te worden behandeld. Richtlijnen daaromtrent vinden wij in de Bijbel heel duidelijk in Mattheüs 18 en in Galaten 6. Uitgangspunt is dat elke klacht in eerste instantie met de aangeklaagde zelf (bijvoorbeeld een leerkracht of het bestuur) besproken wordt. Inzake de behandeling van klachten is een klachtenprocedure opgesteld, gebaseerd op het model van de Vereniging voor Gereformeerd Schoolonderwijs (VGS) te Ridderkerk. Deze ligt op school ter inzage. Hierin worden de mogelijkheden beschreven die er zijn voor personeelsleden (hieronder wordt verstaan ‘alle personen die onder verantwoordelijkheid en/of ten nutte van het bevoegd gezag werkzaamheden verrichten voor de instelling’, dus ook een stagiaire, een vrijwilliger of een werknemer van een bedrijf dat in het kader van bijvoorbeeld aanneming van werk binnen de instelling werkzaamheden verricht) en ouders van leerlingen om te komen tot het zo mogelijk oplossen van een klacht over het (onjuist) handelen van bevoegd gezag, personeelsleden en/of leerlingen. Altijd dient het uitgangspunt te zijn dat er een juiste procedure wordt gevolgd en dat op een juiste, communicatieve manier met elkaar wordt omgaan, met als doel te komen tot een bevredigende oplossing, in het belang van de betrokken leerling. Twee belangrijke regelingen maken daarvan deel uit, namelijk: ~De ‘Klachtenregeling van De Vereniging tot Stichting en Instandhouding van Christelijke Scholen te Doornspijk’, waarin de procedures beschreven worden zoals die binnen onze scholen kunnen worden doorlopen voorafgaande aan of zonder indiening van een officiële klacht bij de klachtencommissie. ~Het Reglement van de klachtencommissie. Dit vermeldt de procedures die moeten/kunnen worden doorlopen bij het indienen van een officiële klacht bij de door de VGS ingestelde klachtencommissie.
Indienen van een klacht
Als een rechtstreeks gesprek met de aangeklaagde niet tot overeenstemming leidt, kan de klacht, al dan niet door tussenkomst van de contactpersoon, worden ingediend bij de directeur, het bevoegd gezag of de vertrouwenspersoon. Eveneens kan de klacht bij de klachtencommissie worden ingediend. De klager laat de klacht alsdan vergezeld gaan van een overzicht van de door hem in verband met de klacht ondernomen handelingen tezamen met de daarop betrekking hebbende stukken. Een klacht die betrekking heeft op de permanente commissie leerlingenzorg kan worden ingediend bij het bevoegd gezag van het samenwerkingsverband. Klachten op onderwijskundig terrein worden allereerst voorgelegd aan de directie en klachten op bestuurlijk terrein bij het bevoegd gezag. Daarnaast bestaat de mogelijkheid om de klacht voor te leggen aan de (externe) vertrouwenspersoon. Gelet op hetgeen in Mattheüs 18:15-20 en Galaten 6:1 staat, behoort een klacht in beginsel te worden ingediend bij de directeur, de vertrouwenspersoon of het bevoegd gezag en dus niet rechtstreeks bij de klachtencommissie. Daarvoor is eigenlijk pas plaats indien behandeling van de klacht door de hiervoor genoemde partijen naar het oordeel van de klager niet tot een bevredigend resultaat heeft geleid of een dergelijk resultaat kennelijk niet tot de mogelijkheden behoort. In het kader van het bepalen van de ontvankelijkheid van de klacht, zal de klachtencommissie toetsen of de klager in redelijkheid tot dat oordeel heeft kunnen komen. Indien de vraag ontkennend beantwoord moet worden, kan de klacht niet-ontvankelijk worden verklaard. De klager zal zich dan alsnog of wederom moeten wenden tot de directeur, de vertrouwenspersoon of het bevoegd gezag om de klacht door bemiddeling tot een oplossing te brengen. Uiteraard laat dit de mogelijkheid onverlet om tegen de niet-ontvankelijkheid bedenkingen in te dienen bij de klachtencommissie of na een (hernieuwde) bemiddelingspoging wederom een klacht bij de klachtencommissie in te dienen. Gegevens van i 1.1.1
Klachtentermijn
Klachten dienen zo spoedig mogelijk, doch (op een enkele uitzondering na) uiterlijk binnen drie maanden, na de gedraging en/of beslissing dan wel na het nalaten van de gedraging en/of het niet nemen van een beslissing, te worden ingediend. Enkele klachten kunnen ook na de termijn van drie maanden worden ingediend. Zie hiervoor het ‘Model klachtenprocedure reformatorisch primair onderwijs’ van de VGS. nstanties en/of personen inzake de klachtenregeling zijn achterin de schoolgids vermeld.
Klachtenafhandeling
De klager en de aangeklaagde kunnen zich bij de behandeling van de klacht laten bijstaan door een raadsman. De evt. hieruit voortvloeiende kosten komen, met uitzondering van de kosten van de eventuele bijstand van een door het bevoegd gezag benoemde contactpersoon, samen met die van door partijen meegebrachte deskundigen of getuigen, ten laste van de betrokken partij. De klachtencommissie heeft het recht bestuursleden, personeelsleden en leerlingen te horen. De opgeroepenen hebben de plicht aan de oproep gehoor te geven en desgevraagd alle inlichtingen naar waarheid en zonder voorbehoud te verstrekken. De klachtencommissie brengt een schriftelijk oordeel uit aan het bevoegd gezag. Het bevoegd gezag heeft de plicht binnen vier weken na binnenkomst van het schriftelijk uitgebrachte oordeel de klager, de aangeklaagde, de klachtencommissie, de directeur en de vertrouwenspersoon schriftelijk mee te delen of het bevoegd gezag het oordeel van de klachtencommissie over de gegrondheid van de klacht deelt en of het naar aanleiding van dat oordeel maatregelen zal nemen en zo ja welke. Bij afwijking van de termijn van vier weken, doet het bevoegd gezag daarvan, met redenen omkleed, mededeling aan alle betrokken partijen, onder vermelding van de termijn waarbinnen het bevoegd gezag zijn standpunt zal bekend maken. Indien het bevoegd gezag afwijkt van het oordeel en/of aanbevelingen van de klachtencommissie, geeft zij aan de klachtencommissie en de klager aan waarom van dat oordeel/aanbevelingen is afgeweken.
Strafbaar feit
Bij vermoeden van schuld aan enig strafbaar feit, volgens Wetboek van Strafrecht, zal de klacht in alle gevallen worden doorgezonden naar de klachtencommissie. Indien de klacht betrekking heeft op een zedenmisdrijf, dan heeft het bevoegd gezag, op grond van een schriftelijk oordeel over de klacht door de klachtencommissie en in overleg met de vertrouwensinspecteur, de plicht aangifte daarvan te doen bij een opsporingsambtenaar. Aan de onderwijsinspecteur wordt gemeld dat aangifte gedaan is.
Vertrouwenspersoon
Indien het niet mogelijk is de klacht met de betrokkenen te bespreken, kunt u zich onder andere tot de vertrouwenspersoon wenden. U kunt uw klacht met hem bespreken, waarbij gekeken wordt of hij de klacht probeert op te lossen of de klacht doorstuurt naar de klachtencommissie. De vertrouwenspersoon heeft een brugfunctie tussen u en de school en/of tussen u en de klachtencommissie. De vertrouwenspersoon moet benaderbaar, bereikbaar en onafhankelijk zijn. De vertrouwenspersoon biedt de klager emotionele en psychische steun, geeft advies en verwijst indien nodig naar hulpverleningsinstellingen. Hierin zet de vertrouwenspersoon geen stappen zonder de klager daarbij te betrekken. Als de klager besluit om een officiële klacht in te dienen, biedt de vertrouwenspersoon daarbij desgewenst ondersteuning. Die ondersteuning kan bestaan uit het informeren van de klager over de klachtenregeling en de consequenties daarvan, de klacht op schrift te stellen en de klager bijstaan voor, tijdens en na de zitting van de klachtencommissie. Aan de vertrouwenspersoon kan ook een preventieve taak worden opgedragen. Van de vertrouwenspersoon mag verwacht worden dat hij bijv. een bijdrage levert aan het schoolklimaat inzake het voorkomen van allerlei vormen van ongewenst gedrag. De benoeming van de vertrouwenspersoon geldt, behoudens tussentijds ontslag (bijv. doordat hij niet meer het vertrouwen geniet van de schoolbevolking of als hij zijn taken niet naar behoren vervult of het belang van betrokkenen schaadt), voor vier jaar en kan telkens voor vier jaar worden verlengd. De vertrouwenspersoon heeft in ieder geval de volgende taken: Het fungeren als aanspreekpunt voor klagers; Het opvangen van en verlenen van nazorg aan klagers; Het bemiddelen tussen klager en aangeklaagde; Het adviseren van klagers over evt. verder te ondernemen stappen; Het op verzoek begeleiden van personen die overwegen een klacht in te dienen bij de klachtencommissie; Het bijhouden van een archief dat beëindiging van de benoeming wordt overgedragen aan de opvolger. De vertrouwenspersoon brengt jaarlijks aan het bevoegd gezag schriftelijk verslag uit over de werkzaamheden in het voorafgaande kalenderjaar. Het jaarverslag bevat in ieder geval informatie over het aantal ontvangen en behandelde klachten, de aard daarvan en de ter zake gegeven adviezen en de wijze van afhandeling.
Klachtencommissie
Wanneer bemiddeling niet leidt tot het oplossen van een klacht, zal de klacht worden doorgezonden naar de klachtencommissie. Onze school is aangesloten bij de klachtencommissie, ingesteld door de VGS. Deze landelijke klachtencommissie werkt met verschillende regionale kamers. Onze school valt onder de kamer die in de regio Zwolle ressorteert.