Kindcentrum Vroondaal

Bertrand Russelllaan 16-18 2553 DP Den Haag

Schoolfoto van Kindcentrum Vroondaal

Resultaten eindtoets

Toelichting van de school

Dit zijn de resultaten van schooljaar 2021-2022, er zaten toen 30 leerlingen bij ons in groep 8.

Welk percentage leerlingen behaalt het fundamentele niveau en welk percentage het streefniveau?

Let op: In schooljaar 2023-2024 is de eindtoets vervangen door de doorstroomtoets. Op dit moment zie je nog de resultaten van de eindtoets van 2023.
De resultaten van de doorstroomtoets van 2024 zijn na de zomer voor het eerst zichtbaar. Dit is in lijn met de beoordeling van de Inspectie van het Onderwijs. Kijk voor meer informatie op de website van de inspectie.

Let op: Voor de beoordelingen in het schooljaar 2023-2024 hanteert de inspectie naast de ongewijzigde signaleringswaarden zogenaamde correctiewaarden bij de beoordeling van de leerresultaten. Meer informatie is te vinden op de website van de inspectie.

Fundamenteel niveau

Het fundamenteel niveau is het niveau voor taal en rekenen dat zoveel mogelijk leerlingen aan het einde van de basisschool zou moeten beheersen. Dit wordt gemeten in groep acht met de eindtoets. De inspectie stelt dat minimaal 85% van alle leerlingen het basisniveau moet behalen. Deze 85% is de signaleringswaarde voor het fundamenteel niveau en dit is voor alle basisscholen in Nederland gelijk.

Bron

Streefniveau

Het streefniveau is een hoger niveau dan het fundamenteel niveau. Het doel is dat zoveel mogelijk leerlingen eind groep acht het streefniveau bereiken. Op basis van de leerlingpopulatie op school wordt door de inspectie voor elke basisschool in Nederland apart bepaald hoeveel procent van de leerlingen het streefniveau moet halen. Dat percentage is de signaleringswaarde voor het streefniveau van de school.

Bron

Hoe gebruikt deze school tussentijdse toetsen?

Toelichting van de school

Op elke school zitten leerlingen die zich de aangeboden stof van één of meerdere vakgebieden niet zonder meer eigen kunnen maken. Ook zijn er kinderen die gedragsmatig opvallen en/of op sociaal-emotioneel gebied achterblijven. De school draagt de verantwoordelijkheid deze kinderen optimaal te begeleiden. Op onze school werken de leerkrachten hieraan in nauwe samenwerking met de intern begeleider (ib’er). De individuele cognitieve mogelijkheden en beperkingen van leerlingen worden dagelijks duidelijk door observatie en toetsing door de leerkracht.

Twee keer per jaar worden er toetsen (Cito) afgenomen. Deze toetsen zijn niet gekoppeld aan de gebruikte lesmethoden en geven op basis van landelijk vastgestelde normen een objectief beeld van het niveau van de leerling. Deze toetsen hebben voor groep 2 betrekking tot rekenen en taal. Voor de groepen 3 t/m 8 betreft het de vakken rekenen, spelling, technisch lezen en begrijpend lezen. Alle verkregen Cito-gegevens worden geregistreerd zodat er van elk kind een leerlingvolgsysteem ontstaat. Daarnaast trachten we in de groepen 1 t/m 8 zo vroeg mogelijk leesproblemen op te sporen en aan te pakken met behulp van het Protocol voor Leesproblemen en Dyslexie. Wij werken vanaf dit schooljaar met de methoden ‘Bouw’ en ‘Letterstad’ om kinderen met leesproblemen zo optimaal mogelijk te begeleiden. Voor meer informatie kunt u terecht bij de intern begeleider.

Met behulp van de observatiemethoden KIJK! en ZIEN krijgen we zicht op onder andere de ontwikkeling van de sociaal-emotionele vaardigheden van de kinderen. We kunnen naar aanleiding hiervan bepalen welke vaardigheden op dit gebied nog versterkt moeten worden. In de structurele overlegsituaties tussen de leerkracht, pedagogisch medewerker en ib’er wordt aandacht besteed aan het gedrag, het welzijn van de kinderen en aan de resultaten van de toetsen en observaties. Op schoolniveau vindt er wekelijks overleg plaats tussen de directie en de ib’er.

Onze school heeft de opdracht om passend onderwijs te bieden. De leerkrachten zijn getraind in het aanbieden van een passend onderwijsaanbod, afgestemd op de specifieke onderwijsbehoeften van onze leerlingen. We signaleren op groepsniveau alle leerlingen en stemmen ons aanbod daarop af. We brengen in kaart wat het individuele kind nodig heeft om goed te kunnen leren. Daar maken we een groepsplan voor waarbij we de leerlingen clusteren in drie instructieniveaus. Groeps- en leerlingbesprekingen maken het mogelijk om de lessen goed te laten aansluiten op de onderwijsbehoeften en geven zicht op de benodigde instructies. De groepsplannen worden geëvalueerd en bijgesteld op basis van de resultaten van de toetsen. 

De ib’er werkt in principe niet met leerlingen. In de meeste gevallen kan er binnen de school adequaat hulp geboden worden. Als de groepsplannen echter niet het door ons gewenste resultaat opleveren, kan het zijn dat we ons laten adviseren door het samenwerkingsverband Stichting Passend Primair Onderwijs Haaglanden (SPPOH) of dat wij de leerling bespreken in ons zorgteam.

Ook voor de begeleiding van meerbegaafde leerlingen hebben we een intern overleg en in samenspraak met de ib’er wordt het proces van signaleren gecoördineerd en worden de leer- krachten geadviseerd bij de wijze van aanpak. Uiteraard worden de desbetreffende leerlingen en hun ouders nauw betrokken bij de stappen die wij zetten. Wij gaan ervan uit dat een goede samenwerking tussen alle betrokkenen de beste kans van slagen heeft.

Welk schooladvies kregen de leerlingen van deze school?

In groep 8 krijgt elke leerling een persoonlijk advies voor het voortgezet onderwijs. Het advies is voor het onderwijssoort dat past bij het niveau van de leerling. Leerprestaties, aanleg en ontwikkeling op de basisschool spelen hierbij een rol. Leerlingen krijgen eerst het voorlopige schooladvies en daarna volgt een toets. Heeft de leerling een hogere toetsuitslag dan het gegeven schooladvies? Dan stelt de school het advies bij, tenzij het in het belang is van de leerling om dit niet te doen.

Weergave Schooladvies

Bron

Zitten de oud-leerlingen van deze school in het voortgezet onderwijs boven, op of onder hun schooladvies?

In groep 8 krijgt elke leerling van de basisschool een advies voor het voortgezet onderwijs dat past bij het niveau van deze leerling. De leerling stroomt vervolgens door naar het voortgezet onderwijs. In het derde jaar wordt gekeken welk niveau de leerling werkelijk heeft vergeleken met het niveau van het schooladvies. Dit wordt vertaald naar drie categorieën: boven, op en onder advies. Bijvoorbeeld: een leerling met schooladvies vmbo-b die in het derde jaar op het vmbo-k zit, zit boven advies. En een leerling met schooladvies havo/vwo die in het derde jaar op het havo zit, zit op advies. Wanneer deze leerling in het derde schooljaar op het vwo zit, zit hij/zij boven advies.
In het derde jaar

Bron

Wat zegt de inspectie over de school?

De Inspectie van het Onderwijs onderzoekt minimaal één keer in de vier jaar het bestuur van een school. De inspectie kijkt dan of de kwaliteitszorg, de onderwijskwaliteit en de financiële zaken bij het schoolbestuur op orde zijn. Daarnaast bezoekt de inspectie een aantal scholen die bij het schoolbestuur horen en onderzoekt deze scholen nader. De gegevens van het laatste onderzoek van de inspectie zijn beschikbaar op de website van de onderwijsinspectie.

Terug naar boven