Basisschool Bohemen Kijkduin

Daltonplantsoen 6 2555 SB Den Haag

Schoolfoto van Basisschool Bohemen Kijkduin

Resultaten eindtoets

Toelichting van de school

Aan het einde van het schooljaar2022-2023 hebben 54 kinderen de school verlaten om naar het voortgezet onderwijs te gaan. De resultaten die de kinderen hebben behaald zijn conform hun niveau binnen de gestelde minimumdoelen vanuit de inspectie. Dat betekent dat de school haar kwaliteit goed bewaakt. 

  • 2018 536.6
  • 2019 536.3
  • 2020 geen centrale eindtoets afgenomen door Covid-2019
  • 2021 536.7
  • 2022 535.2
  • 2023 538.4

Onze oud-leerlingen worden tijdens hun eerste haar door ons gevolgd in het VO. Naast gesprekken met mentoren ontvangt de school ook een overzicht van de studieresultaten. Op deze wijze kunnen wij volgen of de leerling zich in overeenstemming met het schooladvies ontwikkelt.

Onze 54 leerlingen zijn op de volgende manier uitgestroomd:

Uitstroomniveau

VVWO                       13 leerlingen
HAVO/VWO               15 leerlingen
HAVO                         3 leerlingen
vmbo-TL/HAVO           12 leerlingen
vmbo--TL                   4 leerlingen
vmbo-KL/vmbo-TL      3 leerlingen
vmbo-KL                    1 leerling
vmbo-BL/vmbo-KL      3 leerlingen

Uitstroom scholen

Sorghvliet: 3
Maris Belgisch Park: 4
Maris Bohemen: 3
Maris Houtrust: 6
Yuverta Madestein: 4
De Populier: 10
Segbroek College: 12
Dalton Den Haag: 7
Yes College: 1
Hofstad Lyceum: 1
Haganum: 1
VCL: 1
ISW Poeldijk: 1

Welk percentage leerlingen behaalt het fundamentele niveau en welk percentage het streefniveau?

Let op: In schooljaar 2023-2024 is de eindtoets vervangen door de doorstroomtoets. Op dit moment zie je nog de resultaten van de eindtoets van 2023.
De resultaten van de doorstroomtoets van 2024 zijn na de zomer voor het eerst zichtbaar. Dit is in lijn met de beoordeling van de Inspectie van het Onderwijs. Kijk voor meer informatie op de website van de inspectie.

Let op: Voor de beoordelingen in het schooljaar 2023-2024 hanteert de inspectie naast de ongewijzigde signaleringswaarden zogenaamde correctiewaarden bij de beoordeling van de leerresultaten. Meer informatie is te vinden op de website van de inspectie.

Fundamenteel niveau

Het fundamenteel niveau is het niveau voor taal en rekenen dat zoveel mogelijk leerlingen aan het einde van de basisschool zou moeten beheersen. Dit wordt gemeten in groep acht met de eindtoets. De inspectie stelt dat minimaal 85% van alle leerlingen het basisniveau moet behalen. Deze 85% is de signaleringswaarde voor het fundamenteel niveau en dit is voor alle basisscholen in Nederland gelijk.

Bron

Streefniveau

Het streefniveau is een hoger niveau dan het fundamenteel niveau. Het doel is dat zoveel mogelijk leerlingen eind groep acht het streefniveau bereiken. Op basis van de leerlingpopulatie op school wordt door de inspectie voor elke basisschool in Nederland apart bepaald hoeveel procent van de leerlingen het streefniveau moet halen. Dat percentage is de signaleringswaarde voor het streefniveau van de school.

Bron

Hoe gebruikt deze school tussentijdse toetsen?

Toelichting van de school

Van iedere leerling wordt na inschrijving een dossier (voornamelijk digitaal) aangelegd. Daarin worden het inschrijfformulier, persoonlijke gegevens, eventuele verslagen van gesprekken met de ouders van de leerling, toets- en observatiegegevens en rapportgegevens bewaard. Het dossier wordt bijgehouden door de groepsleerkrachten en de interne begeleider. De leerkracht, de intern begeleider en de directeur hebben inzage in het dossier. Ook u kunt desgewenst de inhoud hiervan, voor zover het uw kind betreft, inzien, nadat er een afspraak met de intern begeleider is gemaakt. Het dagelijkse werk van de kinderen wordt in de meeste gevallen door de leerkracht nagekeken en van commentaar voorzien. Vanaf groep 3 worden de opdrachten veelal in schriften gemaakt. Voorafgaand aan de rapportbesprekingen kunt u (tijdens de “kijkmomenten”, zie de activiteitenplanning) het werk inzien. De schriften worden niet meegegeven naar huis. Het dagelijkse werk wordt regelmatig getoetst door middel van methode gebonden toetsen of door middel van repetities die door de leerkracht worden opgesteld. Daarnaast worden er, verspreid over het jaar, voor verschillende vak- en vormingsgebieden CITO toetsen afgenomen. De uitslagen van deze toetsen, die worden genoteerd in scores, zijn gerelateerd aan een landelijk gemiddelde. De resultaten van de onafhankelijke CITO toetsen worden bij elk rapport gevoegd. De resultaten van zowel de methode gebonden als van de CITO toetsen worden bewaard, waardoor de verrichtingen van ieder kind en de groep over een langere periode kan worden gevolgd. Een dergelijk systeem noemen we het LVS (Leerling Volg Systeem). De (individuele) resultaten worden twee keer per jaar besproken door de Intern begeleider met de groepsleerkracht en zo nodig in de leerlingbespreking aan de orde gesteld. Tweemaal per jaar, wanneer de uitslagen van de toetsen bekend zijn, maakt de interne begeleider een trendanalyse en worden de toetsresultaten met het gehele team besproken. N.a.v. de uitslagen kunnen de groepshandelingsplannen worden opgesteld, zodat de leerlingen de leerstof zo veel mogelijk op maat aangeboden krijgen. Daardoor blijken de resultaten van de kinderen verhoogd te worden (opbrengst gericht werken).

Verslaggeving van de ontwikkeling naar de ouders

  • Kleuters: Voor formele verslaggeving worden de ouders van de leerlingen uit de groepen 1 en 2 twee keer per jaar uitgenodigd voor een voortgangsgesprek. Gedurende de kleuterperiode ontvangt u tweemaal een schriftelijk verslag (rapport) over de ontwikkeling van uw kind. Eenmaal rond het vijfde jaar en eenmaal bij de overgang naar groep 3. Wordt uw kind vijf jaar voor 1 april, dan ontvangt u het verslag tijdens de contactavonden in februari/maart. Wordt uw kind vijf jaar na 1 april, dan ontvangt u het rapport vlak voor het begin van de grote vakantie. Ook het tweede rapport voor de kinderen die naar groep 3 gaan, ontvangt u voor de grote vakantie. Er zijn dan geen contactavonden gepland, maar u wordt wel in de gelegenheid gesteld het rapport eventueel te bespreken. U kunt daarvoor een afspraak maken met de leerkracht.
  • Groep 3 t/m 8: De ouders van de leerlingen van de groepen 3 t/m 7 worden twee keer per jaar uitgenodigd voor een z.g. tienminuten gesprek. Dan worden met elkaar de vorderingen van de leerling besproken. Het eerste gesprek (tafeltjesavond) vindt plaats zonder schriftelijke rapportage. In februari/maart ontvangt u het eerste rapport van uw kind. Naar aanleiding van dit rapport vindt het tweede gesprek met de leerkracht plaats. De kinderen van de groepen 4 t/m 8 zijn daarbij aanwezig, tenzij de ouders daar bezwaar tegen hebben. Aan het eind van het schooljaar ontvangen alle leerlingen hun tweede rapport. Groep 8 heeft in november een tienminutengesprek, waarin het voorlopig V.O.-advies wordt gegeven. Indien er aanleiding voor is, worden ouders tussentijds voor een gesprek uitgenodigd. Als ouders zelf behoefte hebben aan een gesprek dan kunnen zij daar altijd een afspraak voor maken met de leerkracht. Met de ouders van leerlingen die problemen hebben met de leerstof wordt altijd onmiddellijk contact opgenomen. Daarover leest u hieronder meer.

Speciale zorg voor kinderen met specifieke behoeften

De leerkracht houdt de ontwikkeling van de leerlingen uit zijn of haar groep goed in de gaten. Hierbij wordt gebruik gemaakt van de resultaten van het dagelijkse werk, de resultaten van de toetsen, het ‘Leerling Volgsysteem’ (afgekort: LVS) en de informatie van ouders en collega’s. Wanneer een leerkracht of de interne begeleider vaststelt dat de ontwikkeling van een leerling anders verloopt dan hij of zij verwacht, wordt er in overleg bekeken hoe het aanbod meer toe te spitsen op de onderwijsbehoefte van het kind.   De door ons gevolgde procedure kent vier fasen:

  • Signalering
  • Diagnosticeren
  • Remediëren
  • Evaluatie  

Signalering
In deze fase besteedt de leerkracht extra aandacht aan een leerling. Hij of zij neemt contact op met de ouders en consulteert zo nodig collega’s en/of de Intern begeleider. Meestal is de extra aandacht van de leerkracht en/of de ouders voldoende. Is deze hulp echter niet voldoende, dan worden de problemen door de leerkracht in kaart gebracht en besproken met de Intern Begeleider (Peter de Haan om tot nadere diagnostisering te komen.    

Diagnosticeren
De oorzaak van het probleem wordt onderzocht en er wordt gekeken naar suggesties voor aanpak. De Intern Begeleider kan hierbij helpen en ook de medewerker van de Schoolbegeleidingsdienst. Meestal leidt dit tot een aanpassing van de indeling van het groepshandelingsplan, waarin de gedifferentieerde didactische aanpak van de groep wordt beschreven. De aanpak kan ook worden vastgelegd in een “Ontwikkelingsperspectief” individueel handelingsplan. Daarin staat, kort samengevat, wie er wat gedurende hoeveel tijd met de leerling gaat doen en wanneer dat wordt geëvalueerd. Dit wordt met de ouders besproken en door hen ondertekend.  

Remediëren
In deze fase krijgt een leerling extra, gerichte ondersteuning en aandacht. Dit gebeurt in de klas door de eigen leerkracht of buiten de klas door onze remedial teachers, Jildou van der Veer en Natasja Kaats.   

Evaluatie
Aan het eind van de handelingsperiode wordt het groepshandelingsplan aan de hand van de bevindingen bijgesteld door de leerkracht, al dan niet in overleg met de Intern Begeleider. In het geval van een individueel handelingsplan zijn de data van de evaluatie al vastgelegd. Afhankelijk van de resultaten wordt al dan niet een nieuw handelingsplan opgesteld. Er kan ook worden besloten om de nieuwe aanpak voor advies voor te leggen aan het MDO (multidisciplinair overleg). Een aantal keer per jaar vindt er een MDO plaats op school. Deze commissie bestaat uit een lid van de directie, de leerkracht, de Intern begeleider, de begeleider van Passend Onderwijs, de schoolarts, de schoolmaatschappelijk werker en de begeleider van het HCO (Haags Centrum voor Onderwijsbegeleiding). Als een leerling in het MDO besproken wordt, worden de ouders daar uiteraard van tevoren over geïnformeerd en mogelijk ook uitgenodigd om erbij aanwezig te zijn.

Er zijn twee mogelijkheden om externe ondersteuning in te zetten:

  • Individueel arrangement (IA)
  • Toelaatbaarheidsverklaring (TLV)

Bij een IA kan het onderwijs binnen onze school aangepast worden. Hier staat een bepaalde periode voor, waarna er geëvalueerd wordt wat de opbrengsten hiervan zijn en of dit het beoogde resultaat heeft behaald. Mocht dit niet het geval zijn, kan er worden besproken om een vervolg IA in te zetten of over te gaan op een TLV. 

Bij een TLV gaat het erom dat er een passende plek wordt gezocht op een andere school, bijvoorbeeld speciaal (basis)onderwijs.

Voor eventuele doorverwijzing naar een SBO (School voor Speciaal Basisonderwijs) verwijzen wij naar de procedure, zoals die volgens “Passend Onderwijs” is vastgesteld.   

Klimklas

Eén dag per week is er voor leerlingen van de groepen 5, 6, 7 en 8, die niet genoeg hebben aan de verrijkingsstof die in de groep geboden wordt, extra begeleiding in de vorm van de Plusklas. De klimklas wordt geleid door collegae Michelle Melkert ondersteunt door Marilyn Dijkhuizen.

Er wordt gewerkt aan drie onderdelen:

  • leren leren
  • mindset
  • projecten

Komend schooljaar zullen we ons buigen over onderzoekend, ontdekkend en ontwerpend leren. Hierbij willen we uitgaan van de talenten van de kinderen om ze beter voor te bereiden op de toekomst. Naast cognitieve en sociale vaardigheden, wordt er ook een beroep gedaan op andere vaardigheden. Vanuit een natuurlijk aanwezige nieuwsgierigheid leren de kinderen vanuit eigen ervaringen. Middels lessen in wetenschap en techniek zullen de kinderen een onderzoekende houding aanleren. Wanneer we kinderen vaardigheden aanleren, waarmee ze zelf de kennis kunnen vergaren, dragen we bij aan het ontwikkelen van talent. Je leert je eigen talenten herkennen en gaat hier bewust een beroep op doen wanneer het je kan helpen om een  onderzoek uit te voeren of iets (creatiefs) te ontwerpen. 


Welk schooladvies kregen de leerlingen van deze school?

Toelichting van de school

De overstap naar het Voortgezet Onderwijs (VO) is altijd spannend. De school organiseert een informatieavond voor de ouders van de groepen 7 en 8, waarin u informatie krijgt over de verschillende vormen van het VO, het laatste jaar op de basisschool en de procedure omtrent inschrijving op het VO.

De school stelt aan de hand van de gegevens van het leerlingvolgsysteem vanaf groep 6, de (huis)werkhouding, thuissituatie, motivatie, observaties en de gegevens van de methodetoetsen een advies op voor het VO.

Aan het eind van het schooljaar 2022-2023 hebben 54 kinderen de school verlaten om naar het Voortgezet Onderwijs te gaan. De resultaten die de kinderen hebben behaald zijn conform hun niveau en binnen de gestelde minimumdoelen vanuit de onderwijsinspectie.

Onze oud-leerlingen worden tijdens hun eerste schooljaar in het VO door ons gevolgd. Naast gesprekken met mentoren, ontvangt de school ook een overzicht van de studieresultaten. Op deze wijze kunnen wij volgen of de leerling zich in overeenstemming met het schooladvies ontwikkelt.

Weergave Schooladvies

Bron

Zitten de oud-leerlingen van deze school in het voortgezet onderwijs boven, op of onder hun schooladvies?

In groep 8 krijgt elke leerling van de basisschool een advies voor het voortgezet onderwijs dat past bij het niveau van deze leerling. De leerling stroomt vervolgens door naar het voortgezet onderwijs. In het derde jaar wordt gekeken welk niveau de leerling werkelijk heeft vergeleken met het niveau van het schooladvies. Dit wordt vertaald naar drie categorieën: boven, op en onder advies. Bijvoorbeeld: een leerling met schooladvies vmbo-b die in het derde jaar op het vmbo-k zit, zit boven advies. En een leerling met schooladvies havo/vwo die in het derde jaar op het havo zit, zit op advies. Wanneer deze leerling in het derde schooljaar op het vwo zit, zit hij/zij boven advies.
In het derde jaar

Bron

Sociale ontwikkeling

Hoe denkt deze school over sociale ontwikkeling?

Op onze school hanteren we een integraal veiligheidsplan. Hierin staat beschreven hoe de school omgaat met de sociale veiligheid en met de fysieke veiligheid van onze kinderen en van ons personeel. Onder deze tweedeling vallen de onder andere volgende onderwerpen:

5 algemene schoolregels en klassenregels
anti-pestbeleid (2 antipest-coördinatoren)
mediawijsheid en mediaveiligheid

Op iedere school kan pesten voorkomen. Wij leggen de kinderen uit, dat er een (groot) verschil is tussen plagen en pesten. Bij pesten is er sprake van herhaaldelijk terugkerend gedrag, bedoeld om iemand pijn te doen of te kwetsen. En dat wordt door ons absoluut niet getolereerd! 
We hanteren schoolbreed een “anti-pestprotocol”. Dit kunt u vinden op onze website. 

Kernwaarden uit de visie op sociale ontwikkeling

  • Niet a-p-a-r-t maar sámen
  • Respect, veilig en verantwoord
  • Eigenaarschap en betrokkenheid

Wat zegt de inspectie over de school?

Toelichting van de school

Binnen ons bestuur hanteren we een interne audit. Dit is in het leven geroepen, omdat de werkwijze van de Onderwijsinspectie is veranderd. De onderwijsinspectie bezoekt niet meer alle scholen afzonderlijk, maar bezoekt een schoolbestuur. Het schoolbestuur kent al haar scholen en presenteert deze scholen naar aanleiding van het Ambitie Statement van het bestuurskantoor. De inspecteur maakt een keuze uit de 52 scholen van ons bestuurskantoor en bezoekt deze scholen met een bepaald doel.

  • risicoscholen
  • scholen die opgaan voor het predicaat goed
  • scholen met een bijzonder onderwijsconcept of denominatie
  • scholen met een bepaalde focus, zoals professionalisering of pedagogisch-didactische vernieuwingen

De interne audit bestaat uit een bezoek aan de school door een auditcommissie. Deze commissie bestaat uit medewerkers vanuit andere DHS-scholen, een directeur, een intern begeleider en een leerkracht. Dit drietal bezoekt de school zoals we dat gewend waren vanuit de onderwijsinspecteur. Onze school heeft een bezoek gepland staan op 15 maart 2022.

Terug naar boven