Max Havelaar Kindcentrum

Drie Akersstraat 4 2611 JR Delft

  • Dit is de ingang voor de buitenschoolse opvang en de voorschoolse opvang
  • Schoolfoto van Max Havelaar Kindcentrum
  • De huiselijke sfeer van onze kinderopvang.
  • De ingang voor afdeling onderwijs.
  • Enthousiaste leerlingen over het kindcentrum.

Resultaten eindtoets

Toelichting van de school

Wij maken gebruiken van de doorstroomtoets. 

Deze toets wordt in februari afgenomen. We volgen daarbij de volgende procedure:

  • Uiterlijk 31 januari ontvangen leerlingen hun voorlopig advies.
  • In de eerste of tweede week van februari maken leerlingen de doorstroomtoets.
  • Uiterlijk 15 maart ontvangen de scholen de uitslag van de doorstroomtoets.
  • Uiterlijk 24 maart ontvangen leerlingen en ouders het definitieve advies.
  • Tussen 25 maart en 31 maart melden alle leerlingen zich, met hun definitieve advies aan op de middelbare school. Dit geldt alleen niet voor leerlingen die doorstromen naar speciaal voortgezet onderwijs.
  • Uiterlijk half mei worden de ouders van leerlingen ingelicht over de plaatsing.
  • In mei – juni vindt de warme overdracht plaats tussen de school van herkomst en de school van ontvangst.

De doorstroomtoets geeft ons een objectief beeld van waar elke leerling staat aan het einde van de basisschoolperiode op het gebied van taalverzorging, lezen en rekenen. De school kan ervoor kiezen om de toets op papier of digitaal af te nemen.

Welk percentage leerlingen behaalt het fundamentele niveau en welk percentage het streefniveau?

Let op: In schooljaar 2023-2024 is de eindtoets vervangen door de doorstroomtoets. Op dit moment zie je nog de resultaten van de eindtoets van 2023.
De resultaten van de doorstroomtoets van 2024 zijn na de zomer voor het eerst zichtbaar. Dit is in lijn met de beoordeling van de Inspectie van het Onderwijs. Kijk voor meer informatie op de website van de inspectie.

Let op: Voor de beoordelingen in het schooljaar 2023-2024 hanteert de inspectie naast de ongewijzigde signaleringswaarden zogenaamde correctiewaarden bij de beoordeling van de leerresultaten. Meer informatie is te vinden op de website van de inspectie.

Fundamenteel niveau

Het fundamenteel niveau is het niveau voor taal en rekenen dat zoveel mogelijk leerlingen aan het einde van de basisschool zou moeten beheersen. Dit wordt gemeten in groep acht met de eindtoets. De inspectie stelt dat minimaal 85% van alle leerlingen het basisniveau moet behalen. Deze 85% is de signaleringswaarde voor het fundamenteel niveau en dit is voor alle basisscholen in Nederland gelijk.

Bron

Streefniveau

Het streefniveau is een hoger niveau dan het fundamenteel niveau. Het doel is dat zoveel mogelijk leerlingen eind groep acht het streefniveau bereiken. Op basis van de leerlingpopulatie op school wordt door de inspectie voor elke basisschool in Nederland apart bepaald hoeveel procent van de leerlingen het streefniveau moet halen. Dat percentage is de signaleringswaarde voor het streefniveau van de school.

Bron

Hoe gebruikt deze school tussentijdse toetsen?

Toelichting van de school

Bijtijds signaleren dat extra ondersteuning nodig is. Vanaf groep 1 wordt gebruik gemaakt van de observatielijsten van KIJK! en daarnaast de niet-methodegebonden toetsen van het CITO (Centraal Instituut voor Toetsontwikkeling).

Met deze CITO- toetsen, de methodegebonden toetsen en eigen observaties kunnen wij de ontwikkeling van de leerlingen tijdens hun hele schoolcarrière volgen. Dit alles maakt het mogelijk om tijdig te signaleren of de ontwikkeling van een kind afwijkt van wat te verwachten valt.  

In de kleuterafdeling worden de CITO-toetsen ook tweemaal per jaar afgenomen. Het gaat dan om de Cito-begrippentoets en de Cito-Taaltoets. Verder volgen wij de kleuters door observaties en het leerlingvolgsysteem uit de methode “Kleuterplein”. De leerkrachten registreren al hun bevindingen op speciale lijsten, die deel uitmaken van ons leerlingvolgsysteem.

De ontwikkeling van de kinderen komt een aantal keer per jaar tijdens groepsplanbesprekingen en de leerlingbespreking aan de orde. Bij deze leerlingenbesprekingen zijn de leerkrachten van de betreffende bouw en de intern begeleidster aanwezig.

Van iedere leerling wordt een digitaal dossier door de groepsleerkracht bijgehouden. Daarin worden gegevens opgenomen over het gezin, de leerlingenbesprekingen, gesprekken met ouders, speciale onderzoeken, handelingsplannen, toets- en rapportgegevens van de verschillende jaren. De intern begeleidster houdt toezicht op het beheer van de mappen.  

Extra ondersteuning binnen de school

Soms vormen gedrag, prestaties en toetsuitslagen van kinderen aanleiding om extra ondersteuning te bieden. De groepsleerkracht stelt eventueel in samenwerking met de intern begeleidster een handelingsplan op. Na een aantal weken wordt dit hulpplan geëvalueerd en eventueel bijgesteld. De ouders krijgen hiervan bericht. Sommige kinderen hebben meer aandacht nodig dan anderen. De oorzaak hiervan kan diverse achtergronden hebben. Medische, sociaal-emotionele en cognitieve factoren zijn de voornaamste redenen om een leerling extra ondersteuning te geven. Overigens dient hierbij niet alleen gedacht te worden aan leerlingen die meer hulp en ondersteuning nodig hebben omdat zij moeite hebben met de lesstof. Binnen het basisonderwijs komen ook hoog intelligente kinderen voor. Wij hebben ook voor deze meer meer-/hoogbegaafde kinderen een beleid ontwikkeld omdat zij evengoed behoefte hebben aan extra ondersteuning.  

Handelingsplannen, groepsplannen en ontwikkelingsperspectief

In het groepsplan van de klas staan de doelen voor het komende jaar voor de onderdelen spelling, leesvaardigheid, begrijpend lezen, rekenen en gedrag. Het plan wordt aan het begin van het cursusjaar in overleg met de vorige leerkracht overgedragen aan de nieuwe leerkracht en daarna vastgesteld. Het plan wordt in januari en juni geëvalueerd en bijgesteld. De evaluatie/presentatie vindt plaats in de vergaderingen. Zo delen we onze kennis met elkaar en is er een gedeelde verantwoording voor de leeropbrengsten van de school. Wanneer een kind extra ondersteuning nodig heeft wat buiten het groepsplan valt, wordt een handelingsplan opgesteld. Dit handelingsplan heeft een tijdelijk karakter. Het is de bedoeling dat kinderen door een kortdurende maar flinke impuls een grote stap vooruit zetten. Zij worden in dit plan begeleid door de eigen leerkracht. Een ontwikkelingsperspectief (OPP) wordt opgesteld als een kind een eigen leerlijn nodig heeft voor de komende jaren tot en met groep 8. De Intern begeleidster stelt dit samen met ouders en leerkracht op. Dit plan ‘volgt’ het kind en bevat de doelen tot en met groep 8. Periodiek wordt dit plan van aanpak bijgesteld en met de ouders van het desbetreffende kind besproken.

Welk schooladvies kregen de leerlingen van deze school?

Toelichting van de school

Schooladviezen.

De totstandkoming van het basisschooladvies

De groepen 1 t/m 6

De ontwikkeling van de leerlingen wordt een aantal keer per jaar met ouders besproken aan de hand van onder andere leerlijnen, het rapport en de CITO groeigrafieken uit Parnassys.

Voorlopig advies groep 7

Alle leerlingen worden besproken met de leerkracht, intern begeleider en directie. Het voorlopig advies is gebaseerd op informatie uit verschillende bronnen. We kijken hierbij naar het kind zelf (werkhouding, concentratie, zelfstandigheid, sociaal-emotionele ontwikkeling etc.) en we gebruiken gegevens uit het leerlingvolgsysteem met daarbij de gegevens van de entreetoets of de E7 toetsen. Het voorlopig advies wordt eind groep 7 of begin groep 8 gegeven. Dat is ruim voor de open dagen van het VO starten.

Definitieve advies groep 8

Alle leerlingen worden besproken met de leerkracht, intern begeleider en directie. Het definitieve advies is gebaseerd op informatie uit verschillende bronnen. We kijken hierbij naar het kind zelf (werkhouding, concentratie, zelfstandigheid, sociaal-emotionele ontwikkeling etc.) en we gebruiken gegevens uit het leerlingvolgsysteem met daarbij gegevens van de entreetoets of de E7 toetsen en de B8/M8 toetsen. Daarnaast zal ook gekeken worden naar gegevens van adaptieve toetsen, bij leerlingen die die specifieke toetsen hebben gemaakt. Voorbeelden daarvan zijn het Drempelonderzoek, de NIO en CITO toetsen.

Leerlingen met extra ondersteuningsbehoefte

Het gaat hierbij om leerlingen die een arrangement hebben of leerlingen waarvan we verwachten dat zij in het voortgezet onderwijs extra ondersteuning nodig hebben. De intern begeleider en de leerkracht van groep 7 bespreken de leerlingen met extra ondersteuningsbehoefte.
De leerlingen met ondersteuningsbehoefte worden aan het begin van groep 8 door de intern begeleider aangemeld als zorgleerling bij SWV VO Delflanden in Onderwijs Transparant.

Heroverwegen voorlopig basisschooladvies

Het basisschooladvies is leidend voor toelating op een VO-school. De doorstroomtoets is een controletoets nadat het voorlopig advies door de PO-school is gegeven in het onderwijskundig rapport in Onderwijs Transparant. Wanneer de uitslag van de CET bekend is, worden de volgende stappen ondernomen:

  • De uitslag van de doorstroomtoets en het gegeven advies worden met elkaar vergeleken door de leerkracht, intern begeleider en directie.
  • Is de uitslag van de doorstroomtoets gelijk of lager dan het gegeven advies, dan blijft het gegeven advies staan.
  • Krijgt de leerling een hoger advies vanuit de doorstroomtoets dan het voorlopig schooladvies? Dan geeft de school een hoger definitief schooladvies. Alleen als het in het belang van de leerling is, kan de school besluiten het advies niet te verhogen. De school moet motiveren.
 
Weergave Schooladvies

Bron

Zitten de oud-leerlingen van deze school in het voortgezet onderwijs boven, op of onder hun schooladvies?

In groep 8 krijgt elke leerling van de basisschool een advies voor het voortgezet onderwijs dat past bij het niveau van deze leerling. De leerling stroomt vervolgens door naar het voortgezet onderwijs. In het derde jaar wordt gekeken welk niveau de leerling werkelijk heeft vergeleken met het niveau van het schooladvies. Dit wordt vertaald naar drie categorieën: boven, op en onder advies. Bijvoorbeeld: een leerling met schooladvies vmbo-b die in het derde jaar op het vmbo-k zit, zit boven advies. En een leerling met schooladvies havo/vwo die in het derde jaar op het havo zit, zit op advies. Wanneer deze leerling in het derde schooljaar op het vwo zit, zit hij/zij boven advies.
In het derde jaar

Bron

Sociale ontwikkeling

Hoe denkt deze school over sociale ontwikkeling?

Uitgangspunt is dat de kinderen een veilig en prettig leerklimaat wordt geboden. Pas als een kind zich veilig voelt, kan het zich goed ontwikkelen. Waar zoveel verschillende kinderen elkaar dagelijks ontmoeten, vinden wij het belangrijk dat er duidelijke omgangsregels zijn. We maken heldere afspraken met de kinderen wat wel en wat niet mag en we leggen steeds uit waarom dat zo is. Schelden, pesten of plagen, vechten, liegen of stelen wordt op onze school niet geaccepteerd. We hechten grote waarde aan vriendelijke en open omgangsvormen tussen kinderen, ouders en leerkrachten. Wij proberen onze school niet alleen een goede, maar ook een gezellige basisschool voor iedereen te laten zijn. We leren kinderen handelen naar de kernwaarden van het Max Havelaar Kindcentrum: Samen, Verantwoordelijk, Vertrouwen, Vindingrijk, Duurzaam.

Het Max Havelaar Kindcentrum heeft samen met praktijk Orka een methode op maat ontwikkeld waarin planmatig wordt gewerkt aan sociaal-emotioneel leren. Door middel van lessen worden sociale vaardigheden, weerbaarheid en groepsvorming behandeld.

  • Sociale vaardigheden: De leerlingen oefenen met contact maken, initiatief nemen, rekening houden met een ander, samenwerken en overleggen. Naast de oefeningen is het gesprek met de klas of individuele leerlingen een onderdeel van de lessen.
  • Weerbaarheid: De leerlingen oefenen met negeren, opkomen voor jezelf, relaxed reageren en een slimme plek kiezen. De leerkracht begeleidt de leerlingen om de juiste keuze te maken. 

Kernwaarden uit de visie op sociale ontwikkeling

  • Samen, Verantwoordelijk
  • Vindingrijk, Vertrouwen
  • Duurzaam

Wat zegt de inspectie over de school?

Toelichting van de school

Op het Max Havelaar Kindcentrum wordt opbrengstgericht onderwijs gegeven.  Op onze school hebben we:

  •  hoge verwachtingen van leerlingen;
  •  stellen we uitdagende doelen die passen bij de leerlingenpopulatie
  •  gaan we regelmatig na of wij onze doelen halen
  •  passen wij ons aanbod, leertijd en leeromgeving en didactisch aanbod aan (indien nodig)

Dat doen we door:

  1. het analyseren van onze toetsresultaten.

We toetsen onze leerlingen regelmatig en leggen die gegevens overzichtelijk vast. Hierna maakt iedere leerkracht een analyse van de resultaten en deelt de resultaten en de acties die daaruit volgen met zijn collega's. Dit gebeurt tijdens beleidsvergaderingen en in bouwvergaderingen. 

 2.  plannen van het onderwijs

We kijken periodiek met het team hoe we ervoor staan op groeps - en schoolniveau. We kijken of de inrichting  van het onderwijsleerproces anders moet worden bijgesteld. Nemen daarna maatregelen en stellen nieuwe doelen vast. In de bijlage een voorbeeld van zo'n beleidsvergadering: " Schoolontwikkeling in samenhang met het vernieuwde Toezichtskader "

Terug naar boven