Bron: <b>DUO</b><br />Vergelijkbare instellingen: <b>alle instellingen in het basisonderwijs met een vergelijkbare schoolweging en leerlingenaantal</b><br /> <a href="https://encyclopedie.vensters.nl/indicator_po/3418f8d2-188d-490e-88d6-436f8aba8b8a" class="button button-link" target="_blank"><i class="fas fa-external-link-square-alt"></i> Achtergrondinformatie</a>">Bron
Op de Botke zetten we de basisbehoeften van leerlingen centraal; relatie, competentie en autonomie. We organiseren ons onderwijs zodanig dat we optimaal aan deze basisbehoeften tegemoet kunnen komen. Leerlingen maken deel uit van hun eigen groep (relatie) en hebben een eigen lokaal. Daar wordt de dag begonnen en afgesloten, vinden de sociaal-emotionele lessen plaats, worden verjaardagen gevierd en vinden groepsbindende activiteiten plaats. In de lokalen worden lessen en instructies op niveau gegeven (competentie). Dat betekent dat er groepsdoorbroken wordt gewerkt. Vanuit de onderwijsbehoefte wordt gekeken bij welke instructie de leerling aansluit. Zowel in de onder- als bovenbouw maken we gebruik van speel-, leerpleinen. Leerlingen werken, in opbouw, met een dag en/of weektaak en kunnen op het leerplein zelfstandig of samenwerkend leren (autonomie). Op de speel-, leerpleinen is veelal begeleiding aanwezig.
Vanuit ons uitgangspunt 'Samen spelen, leren en leven' kiezen we bewust voor combinatiegroepen 1/2 en groepsdoorbroken (leer)activiteiten.
Team
Ons team bestaat uit 1 man en 13 vrouwen. Elke leerkracht heeft zijn/haar specialisatie en we werken met diverse coördinatoren. Er wordt in bijna alle groepen in duo's wordt gewerkt. We streven daarbij naar max. 2 leerkrachten per groep. De Native Speaker ondersteunt in alle groepen bij lessen Engels. En we maken gebruik van een aantal vakleerkrachten: muziek, lichamelijke opvoeding, HVO/GVO
Op onze school wordt het vak levensbeschouwelijk onderwijs gegeven. Daarbij maken we gebruik van de vakleerkrachten uit het Centrum Vormingsonderwijs. Ouders kunnen kiezen tussen GVO (godsdienstig vorrmingsonderwijs) en HVO (humanistisch vormingsonderwijs). Deze richtingen worden gegeven indien er ten minste 7 leerlingen zijn opgegeven. De kinderen van ouders die bezwaar hebben tegen het volgen van de lessen Godsdienstig Vormingsonderwijs of Humanistisch Vormingsonderwijs krijgen andere lessen onder leiding van de groepsleerkracht. De lessen zijn facultatief.
Passend onderwijs
Alle leerlingen verdienen goed onderwijs dat aansluit bij de mogelijkheden en kwaliteiten van de leerling. Dit heet Passend Onderwijs. Om elk kind een passende onderwijsplek te bieden hebben scholen zorgplicht. Zorgplicht betekent dat scholen ervoor moeten zorgen dat iedere leerling die extra ondersteuning nodig heeft en bij hen is ingeschreven of zich aanmeldt een passend onderwijsaanbod krijgt. De school moet zorgvuldig onderzoeken of ze kunnen voldoen aan de onderwijsbehoefte van de leerling. Als de school dit niet kan bieden, moet de school na overleg met de ouders zorgen voor een passende onderwijsplek op een andere school.
Hoe werkt passend onderwijs?
Iedere school stelt binnen Passend Onderwijs een schoolondersteuningsprofiel (SOP) op. In dit profiel beschrijft de school de basisondersteuning, de beschikbare deskundigheid, de ondersteuningsvoorzieningen en de partners waarmee samengewerkt wordt. Om ervoor te zorgen dat alle leerlingen op een passende onderwijsplek komen, hebben de scholen samenwerkingsverbanden gevormd met daarin reguliere scholen en scholen voor speciaal onderwijs en speciaal basisonderwijs. ROOBOL werkt samen met samenwerkingsverband Friesland. Daarnaast biedt ROOBOL op twee locaties voltijd hoogbegaafdheidsonderwijs aan. Op de Burgerschool in Dokkum en op 't Skriuwboerd in Surhuisterveen.
Het ondersteuningsprofiel is te vinden op de website van de school. (onderaan de site -> ons onderwijs -> leerlingenzorg) Het ondersteuningsplan van het samenwerkingsverband staat op de site van samenwerkingsverband Friesland http://www.passendonderwijsinfryslan.nl
Schoolweging en spreiding
Ons schoolweging is voor de laatste 3 jaren 33,74 op een schaal van 20 tot 40. Het landelijk gemiddelde is 30. De schoolweging zegt iets over de leerlingpopulatie van onze school in relatie tot de leeropbrengsten. Onze schoolweging betekent dat we een hoog risico lopen op lage resultaten (het niet behalen van de referentieniveaus.
Het spreidingsgetal is 5,4. Dat betekent dat onze leerlingpopulatie een relatief gelijk samengestelde (homogene) groep is. Tezamen betekent dit dat het grootste deel van onze leerlingen een hoog risico op lage resultaten heeft. Het behalen van de referentieniveaus vraagt veel inspanning van leerlingen en leerkrachten. Evaluatie van de resultaten van de afgelopen 3 schooljaren laat zien dat we op alle gebieden de referentieniveaus wel hebben behaald. Gezien onze leerlingpopulatie is dit een groot compliment voor de leerlingen, hun ouders/begeleiders thuis en de leerkrachten.
We hebben in verhouding een grote groep leerlingen met kernmerken van ASS of die hiervoor geïndiceerd zijn . We hebben ervaring met kinderen met het Syndroom van Down. Momenteel hebben we geen leerlingen met het Syndroom van Down op onze school. We hebben dyslectische leerlingen aan wie we zorg op maat bieden. Daarnaast hebben we een aantal 'beelddenkers' op onze school. We hebben twee specialisten 'in huis' om deze leerlingen te leren leren en te begeleiden.
We bekijken per groep of de aangemelde leerling (zowel kleuters als zij-instromers) met een zorgprofiel binnen de groep de zorg kan krijgen die het nodig heeft. Dit hangt o.a. af van de groepssamenstelling, de ervaring van de leerkracht en de aanwezigheid van een onderwijsassistent.
Gebiedsteams/ Centrum voor Jeugd en gezin
Soms is onderwijsondersteuning niet genoeg en heeft het kind of gezin een zorgvraag. De gemeenten hebben hier een verantwoordelijkheid in en hebben gebiedsteams/centra voor Jeugd en gezin ingesteld. De gebiedsteams/CJG in Noordoost Friesland bieden hulp op het gebied van zorg en welzijn. Het is belangrijk om goed samen te werken met het gebiedsteam en de ouders. Onderwijs en zorg kunnen zo beter op elkaar worden afgestemd.
Procedure schorsing en verwijdering Schorsing
Soms is er sprake van ernstig storend of agressief gedrag van een leerling. We hanteren dan het protocol "Omgaan met elkaar op de Botkeskoalle". In dit protocol worden een aantal stappen beschreven die kunnen leiden tot schorsing en/of verwijdering.
Ook ouders of verzorgers van leerlingen kunnen zich bedreigend of agressief gedragen. Als daardoor de veiligheid van de leerlingen, van het personeel en/of de ongestoorde voortgang van het onderwijs in gevaar dreigt te komen, kan de directeur van de school het College van Bestuur inschakelen, om een leerling te schorsen (zie: www.roobol.frl Ouders- protocol ‘schorsing en verwijdering’).
Verwijdering
Bij regelmatig en voortdurend wangedrag van leerlingen of ouders/verzorgers, of als definitief is gebleken dat de school niet langer in staat is, om het onderwijs of de zorg te bieden die de leerling nodig heeft, kan het College van Bestuur van ROOBOL namens het bevoegd gezag besluiten om tot verwijdering van de leerling over te gaan. (zie: www.roobol.frl Ouders-protocol ‘schorsing en verwijdering’)
Leerplicht/verzuim/verlof
Alle kinderen in Nederland moeten naar school; er is sprake van leerplicht vanaf vijf jaar. Onderwijs is onmisbaar voor een goede voorbereiding voor een plek in de maatschappij. Vanaf het begin van de basisschool moeten kinderen leren om naar school te gaan. Het is gebruikelijk dat een kind naar de basisschool gaat zodra het vier jaar wordt (zie: www.roobol.frl). Ouders/verzorgers zijn verantwoordelijk voor het naar school laten gaan van hun kin(eren). Regelmatig verzuim zien we als een zorgwekkend signaal m.b.t een optimale ontwikkeling van het kind. Bij het constateren van regelmatig verzuim gaan we in gesprek met de ouders/verzorgers.
Toekomstig aanbod aan extra ondersteuning
In de komende jaren zetten we extra in op pedagogisch klimaat en gesprekken met leerlingen (eigenaarschap). We verwachten daarmee beter te kunnen aansluiten bij de (specifieke) onderwijsbehoeften van alle leerlingen. We werken dan preventief op het ontstaan van belemmeringen op het gebied van gedrag.
Tevens willen we inzetten op meer passend aanbod voor handvaardig talentvolle leerlingen.
Op onze school zitten kleuters die op de peuteropvang een VVE indicatie hadden. Deze kinderen bezochten de peuteropvang twee extra dagdelen, in totaal 4 keer.
Er is regelmatig overleg met de peuterspeelzaal. Daardoor zijn wij als school op de hoogte van welke kinderen een VVE indicatie hebben. Ook is dit een vraag op het inschrijfformulier voor nieuwe leerlingen.
Onze school ontvangt geen subsidie van de Gemeente voor voor- en vroegschoolse educatie. Wel ontvangt ons bestuur achterstandsgelden. Deze middelen worden over de Roobolscholen verdeeld. Op onze school is hiervoor een onderwijsassistent aangesteld. Deze ondersteunt de leerkrachten bij de begeleiding van de kwetsbare leerlingen.
Zowel op schoolniveau als in een breed multidisciplinair overleg met de Gemeente Dantumadiel worden zorgleerlingen/ kwetsbare leerlingen in kaart gebracht en besproken.