Bron: <b>DUO</b><br />Vergelijkbare instellingen: <b>alle instellingen in het basisonderwijs met een vergelijkbaar leerlingenaantal</b><br /> <a href="https://achtergrondinformatie.vensters.nl/p/VenstersPO/6192449487635168" class="button button-link" target="_blank"><i class="fas fa-external-link-square-alt"></i> Achtergrondinformatie</a>">Bron
Het ritmisch weekplan
Onze school kent geen traditioneel lesrooster maar een ritmisch weekplan met de vier basisactiviteiten of pedagogische situaties: gesprek, werk, spel en viering.
Gesprek - Gesprek is de meest elementaire vorm van deze vier basisactiviteiten. Het vindt meestal plaats in een kringopstelling. Dit heeft het voordeel dat de kinderen elkaar goed kunnen zien, iedereen is gelijkwaardig, waardoor het saamhorigheidsgevoel wordt versterkt. In een kringgesprek vindt de ontmoeting met de ander plaats, en krijgt ieder de kans zijn gedachten en gevoelens te uiten, zijn mening te geven of te toetsen, kennis door te geven of te verwerven en tot besluiten te komen.
Werk - Onder werk worden die activiteiten verstaan die te maken hebben met het verwerven van vaardigheden en technieken. Uiteraard horen daar lezen, schrijven, rekenen en wereldoriëntatie bij. Tijdens het werken aan een project of thema komen meestal verschillende activiteiten tegelijk aan de orde: spreken (kringgesprek), luisteren, observeren, schrijven, zoeken in het documentatiecentrum, overleggen, tekenen, taal, plannen. Deze aanpak geldt voor alle bouwen. Het spreekt voor zich, dat de onderbouw een 'spelend leerkarakter' heeft. In de midden- en bovenbouw krijgt het leren steeds meer een ontdekkend karakter, waarbij veelal zelfstandig gewerkt wordt.
Spel - Spel wordt op onze school erg belangrijk geacht voor de ontwikkeling van het kind. Spelen is immers ook leren. Het spel wordt daarom in allerlei vormen gestimuleerd. Spel veronderstelt een actieve betrokkenheid van de spelers en is vaak een naspelen van niet-spel-situaties naar eigen idee, waarbij plaats, tijd en object veranderen. Hierin kunnen kinderen ook uiten wat hen bezighoudt. Ten aanzien van spel proberen wij waar mogelijk gunstige voorwaarden te scheppen, belemmeringen weg te nemen en creatieve toepassingen te stimuleren.
Vieringen - Vieringen zijn kenmerkend voor het Jenaplanonderwijs. Het zijn gemeenschappelijke bijeenkomsten voor de hele school waarin men elkaar dingen uitlegt, vertelt, vermaakt, gevoelens meedeelt of laat horen. Bij vieringen wordt steeds weer voor een ander thema gekozen. Op De Opbouw kennen we verschillende soorten vieringen. Zo zijn er weeksluitingen, groepsvieringen en kwartaalvieringen.
Wereldoriëntatie - Wereldoriëntatie omvat het geheel van ontmoetingen en ervaringen met de werkelijkheid van heden en verleden. Vanuit die ervaringen krijgen aspecten van alle kennisgebieden, van aardrijkskunde en biologie, techniek en geschiedenis tot burgerschap, hun plaats in het onderwijs. Ervaringen van kinderen worden opgedaan in de actuele werkelijkheid. Veelal is er bij wereldoriëntatie sprake van gemeenschappelijke activiteiten. Er worden bijvoorbeeld excursies gehouden, groepsopdrachten uitgewerkt of verslagen gemaakt. Het zal duidelijk zijn dat de leersituaties hier elkaar overlappen. Wij vinden het belangrijk om een rijke leeromgeving te creëren.
Lezen, schrijven en taal - In onze school zijn de leergebieden taal en wereldoriëntatie niet scherp van elkaar gescheiden. Taal en wereldoriëntatie zijn onherroepelijk met elkaar verbonden. Daarbij is de belevingswereld van de kinderen de basis. Als basis voor ons taalonderwijs gebruiken we de werkwijze “Dat’s andere taal” (DAT) . Bij de kleuters wordt gestart met het voorbereidend lezen. Aan het eind van de onderbouw of bij de start in middenbouw begint de instructie voor schrijven, lezen en taal. Vanuit thema’s worden de letters aangeboden. Ook gebruiken we materiaal van de methode Lijn 3. Vanaf de middenbouw wordt vijf keer per week geoefend op spelling. We werken met de spellingmethode STAAL. Voor begrijpend lezen gebruiken we Nieuwsbegrip en werken we binnen de thema's met rijke teksten.
Rekenen – Bij rekenen maken we gebruik van de methode ‘Alles telt Q’. Daarmee leggen we een stevige basiskennis, maar we leren kinderen ook zien wat nodig is om een probleem op te lossen. Naast de essentiële basiskennis zet Alles telt Q in op functionele gecijferdheid. Wat hebben de kinderen nodig in de maatschappij? Hoe interpreteer je rekengegevens die je tegenkomt? De kinderen werken afhankelijk van hun rekenniveau, in een werkschrift, een maatschrift of een plusschrift.
Werken naar keuze - In het jaarritme van De Opbouw krijgen de kinderen tijdens een aantal afgebakende periodes regelmatig de gelegenheid om te werken naar keuze. Ze mogen dan binnen duidelijk aangegeven kaders zelf bepalen wat ze willen ondernemen en hoelang. Het is de bedoeling dat ze dan de kennis van de lessen (wereldoriëntatie, taal, rekenen of andere gebieden) op allerlei manieren leren gebruiken. Sociale integratie en actief burgerschap - Burgerschapsvorming brengt jonge burgers de basiskennis, vaardigheden en houdingen bij die nodig zijn om een actieve rol te kunnen spelen in de eigen leefomgeving en in de samenleving. Wij vinden dat als school belangrijk, omdat het onze leerlingen een grotere kans op een goede toekomst biedt.
Filosoferen op school - Kinderen filosoferen, dat is een gegeven. Ze moeten wel, want ze leven in een wereld die ze grotendeels niet kennen. Ze willen hun omgeving begrijpen en stellen daartoe voortdurend vragen, aan anderen maar ook aan zichzelf. Het zelf nadenken met het doel onszelf en onze omgeving te begrijpen heet: traditioneel filosoferen.
Kunstzinnige vorming - Op De Opbouw wordt verder getracht de kinderen ook kunstzinnig te vormen: dat is ze bewust te maken van de wereld om zich heen met middelen uit de kunst. Daarbij kan men denken aan drama, teken- en schilderkunst, muziek, dans en beweging, audiovisuele en ook literaire vorming.
Fries - Naast het Nederlands fungeert het Fries als een tweede taal in het sociale en culturele leven. Voor een deel van onze kinderen is Fries de thuistaal. Op De Opbouw zijn er afspraken over het gebruik van het Fries als voertaal op school. We organiseren elk schooljaar 3 Friese thema-weken.
Techniek in het onderwijs - Omdat techniek zo'n belangrijke rol speelt in onze moderne maatschappij, wil onze school de kinderen er ook op een verantwoorde wijze mee leren kennismaken. Met name bij wereldoriëntatie en werken naar keuze kan het geregeld centraal worden gesteld. Ook maken we regelmatig van het Technolab SWF.
De toepassing van computers – Chromebooks en iPads kunnen als hulpmiddelen worden ingezet om de lessen te ondersteunen. De stamgroepleiders gaan selectief om met het aanbod van software en bewaken de tijd die per kind achter het beeldscherm wordt doorgebracht.
Leerlingen moeten volgens de wet in totaal 7520 uur aan onderwijs volgen, verspreid over acht jaar. Wat neerkomt op 940 uur per jaar. Dit hoeft niet precies zo te worden verdeeld. In ons schooljaarplan, wat elk jaar door de MR wordt bekeken en goedgekeurd, staan alle schooltijden, kwartieren tabellen en overzichten van hoe wij de onderwijstijd verantwoorden.
Het schoolondersteuningsprofiel (SOP) is te vinden op onze website en ligt ter inzage op school.
BasisondersteuningBasisondersteuning betekent voor ons op school dat we onze kinderen een veilige leeromgeving bieden. Wij werken handelingsgericht. Dat wil zeggen dat we rekening houden met de onderwijsbehoeften van onze kinderen. Stamgroepleiders houden rekening met de verschillen tussen kinderen op het gebied van aanbod, tijd en instructie. Naast de leerresultaten gaat het ook over welbevinden. We analyseren de resultaten van de kinderen en bespreken dit met het hele team. Op basis van de analyses wordt er 4 x per jaar diagnostisch plan gemaakt en/of bijgesteld. Als het nodig is bieden we extra ondersteuning. Op school gebruiken we een samenhangend leerlingvolgsysteem. In het kader van passend onderwijs willen we alle kinderen goed onderwijs bieden. Dus zowel kinderen die méér hulp nodig hebben bij het leerproces als kinderen die uitgedaagd moeten worden.
Extra Ondersteuning
Leerlingen met specifieke ontwikkelingsproblematiek als ADHD, ASS, bieden wij extra ondersteuning op het gebied van gedrag, werkhouding en taakgerichtheid. Leerlingen met cognitieve beperkingen kunnen profiteren van ons onderwijsaanbod, ook al halen zij soms de einddoelen van groep 8 niet. Ook heeft onze school al een aantal jaren leerlingen met een taalontwikkelingsstoornis (TOS). Voor de kinderen met een verhoogd risico voor leesproblemen volgen we het landelijk dyslexieprotocol. Als na onderzoek blijkt dat een leerling recht heeft op extra ondersteuning vindt dit vaak op school plaats.
Voor een klein aantal van deze leerlingen werken we met een ontwikkelingsperspectief plan (OPP). In een OPP worden de (tussen)doelen vastgelegd waar we aan werken.
Intern maken we gebruik van de expertise van de coördinator passend onderwijs.
Extra deskundigheid
Indien nodig hebben we externe ondersteuning via Orthopedagogenpraktijk Friesland (OPF). Daarnaast maken we gebruik van de expertise van ambulant begeleiders of andere externe deskundigen. Het schoolmaatschappelijk werk (gebiedsteam) biedt ondersteuning en coördineert de maatschappelijke zorg.
Toekomstig aanbod aan extra ondersteuning
Het schooljaar 2024-2025 hebben schoolbreed ingezet op klassenverkleining. We hebben ingezet op extra formatie voor stamgroepleiders en onderwijsassistent, deels bekostigd vanuit de NPO gelden. Vanuit deze inzet kan er binnen de school extra begeleiding worden geboden aan leerlingen.
Kindcentrum
Visie op het jonge kind (0-6 jaar)
Het jonge kind heeft een speciale plek in ons kindcentrum. In de eerste levensjaren van een kind wordt het fundament gelegd voor de ontwikkeling van vaardigheden die het kind in de loop van de tijd nodig heeft. Bij JKC de Opbouw mag je als kind zijn wie je bent. Wij geloven sterk in het belang van spelen als een essentieel middel voor de ontwikkeling van jonge kinderen. Spel is de taal van het kind, en door middel van spel verkennen en begrijpen ze de wereld om zich heen. Onze benadering is gericht op het aanbieden van een rijke en gevarieerde speelomgeving die aansluit bij de nieuwsgierigheid en interesses van elk kind. Natuur, natuurbeleving, dagelijks buitenspelen zijn belangrijk in ons aanbod. Door middel van spel buiten en binnen willen we niet alleen de cognitieve, maar ook de sociale, emotionele en fysieke ontwikkeling bevorderen. We moedigen spelen en vrije expressie aan en stimuleren de samenwerking tussen de kinderen. Kinderen leren van en met elkaar. Het creëren van een veilige en ondersteunende omgeving staat centraal, waarin kinderen zich vrij voelen om te ontdekken, fouten te maken en te leren. Pedagogisch medewerkers en stamgroepleiders zijn steeds nabij om kinderen hierin te begeleiden en te laten groeien.
Samenwerken
Binnen ons kindcentrum hechten we waarde aan een nauwe samenwerking tussen ouders, pedagogen en de bredere gemeenschap. Samen streven we ernaar een basis te leggen voor levenslang leren en het ontwikkelen van een positieve houding ten opzichte van zichzelf, anderen en de wereld om hen heen.
Peuteropvang (2-4 jaar)
Bij de peuteropvang ligt de focus op de ontwikkeling van de kinderen. De peuters (be)leven ca. 80% van de dag buiten. In speciale buitenkleding slapen, eten, drinken, spelen en ontplooien zij zich in onze grote tuin. Zit het weer echt niet mee, dan beschikt de groep over een prachtige binnenruimte voorzien van natuurlijk en open eind materiaal.
Gedurende het schooljaar komen peuters regelmatig bij ons om samen met andere andere kinderen de wereld te ontdekken en verkennen zowel binnen als buiten. De peuteropvang heeft een uitgebreid activiteitenaanbod dat aansluit bij de onderbouw van onze school. Er wordt regelmatig samen gespeeld en gewerkt gaan met de kleuters. De overgang van peuteropvang naar basisschool zal hierdoor soepel verlopen.
Onderbouw (groep 1-2)
Ongeveer zes tot acht weken voor een nieuw kind op school komt neemt de stamgroepleider van de onderbouw contact op met de ouders voor een huisbezoek. Voorafgaand aan de plaatsing komt de kleuter 4 keer meedraaien in de nieuwe groep. Belangrijk in de beginfase is dat het kind zich veilig voelt in de stamgroep en met plezier naar school gaat. Er is regelmatig overleg tussen ouders en stamgroepleider over hoe het met het kind gaat. We dagen jonge kinderen uit zich breed te ontwikkelen. In gesprek, spel, werk en viering worden alle belangrijke ontwikkelingsgebieden vanuit de Jenaplanvisie gestimuleerd. We vinden het belangrijk dat het onderwijs gegeven wordt in een rijke leeromgeving die de ontwikkeling van kinderen stimuleert. Kinderen moeten zoveel mogelijk kansen krijgen zich te uiten.
De kleuters starten de dag in de kring. Tijdens de kring 's ochtends wordt er vertelt, voorgelezen, gezongen en vaardigheden aangeleerd of geoefend. Ook Engels en/of Fries spreken en zingen kan in de kring passen. Na de kring "werken' de kinderen; een gerichte opdracht, een activiteit in een van de hoeken of een creatieve activiteit. De kring, het werk en de spelactiviteiten zijn vaak gekoppeld aan het thema waar aan gewerkt wordt. De kleuters worden uitgedaagd om nieuwe dingen te ontdekken, vaardigheden te vergroten en samen te spelen. Iedere dag spelen we buiten, maar als het te nat buiten is spelen we in het speellokaal. We vinden dit belangrijk voor de motorische ontwikkeling van de kinderen.