Prof W J Bladergroenschool Appingedam

Olingermeeden 3 9903 EX Appingedam

Schoolfoto van Prof W J Bladergroenschool Appingedam

Het team

Toelichting van de school

Het team

Managementteam

RENN4 als geheel staat onder leiding van het College van Bestuur. De eindverantwoordelijkheid van de school ligt in handen van de regiodirecteur, Mw. I. Cornelissen. De Interim directeur mw. A. Bakker is verantwoordelijk voor de dagelijkse leiding. 

De coördinatie van de zorg berust bij de Commissie voor de Begeleiding, bestaande uit de directeur, intern begeleider, de gedragsdeskundige en de schoolmaatschappelijk werker. Zij zorgen voor de afstemming met de onderwijsondersteunende personeelsleden waar het gaat om de ondersteuning en/of begeleiding van leerkrachten, leerlingen en ouders.

Leerkrachten

Het dagelijkse onderwijs wordt verzorgd door de leerkrachten. Ze werken met elkaar samen en kunnen voor een deel van de tijd geassisteerd worden door onderwijsassistenten.

Iedere groep heeft een klassenmap waarin klassenregels, roosters, medicijngebruik en korte aanwijzingen per leerling staan. Voor de alle teamleden is dit belangrijke informatie; hij/zij kan op deze manier zoveel mogelijk dezelfde structuur bieden als de reguliere groepsleerkracht.

Vakleerkracht

De vakleerkracht bewegingsonderwijs verzorgt voor elke groep een gymles en organiseert ook sportieve activiteiten door het gehele jaar heen, zoals zwemmen, schaatsen, een sportdag voor de gehele school, judolessen etc.

Gedragsdeskundige

De gedragsdeskundige is lid van de Commissie voor de Begeleiding (CvdB) en kan na overleg psychodiagnostisch onderzoek verrichten. Vaak is dit gericht op het vaststellen van de cognitieve mogelijkheden, het emotionele ontwikkelingsniveau en het niveau van de zelfredzaamheid (adaptieve ontwikkeling). Daarnaast is de gedragsdeskundige de vraagbaak voor de ouder(s)verzorger(s) wanneer er specifieke vragen zijn over het gedrag of de ontwikkeling van een kind/leerling. De gedragsdeskundige helpt mee om opbrengsten in het kader van de kwaliteitszorg in beeld te brengen en te interpreteren. Zij/ hij is medeverantwoordelijk voor het vaststellen van het ontwikkelingsperspectief van iedere leerling en geeft ondersteuning bij het vormen van beleid en het ontwikkelen van programma’s in het kader van de leerlingenzorg.

Intern begeleider

De intern begeleider is lid van de Commissie voor de Begeleiding (CvdB) en kan na overleg didactisch en pedagogisch onderzoek verrichten. De intern begeleider houdt zich bezig met de leerlingenzorg en het onderwijsaanbod binnen de school. De intern begeleider is de deskundig op het gebied van didactiek en pedagogiek en ondersteunt vanuit deze deskundigheid de leerkrachten. Daarnaast begeleidt de intern begeleider de schakeling naar een andere school.

de gedragsdeskundige en de intern begeleider werken nauw samen, delen kennis en hebben integraal overzicht over de leerlingen. 

Schoolmaatschappelijk werker

De schoolmaatschappelijk werkende biedt de ouder(s)/verzorger(s) een luisterend oor en fungeert voor hen als een steunpunt. Ouder(s)/verzorger(s) kunnen met hun (hulp)vragen bij de maatschappelijk werkende terecht. De maatschappelijk werkende is vooral gericht op de thuissituatie en is eerste contactpersoon naar sociale instanties en instellingen op het gebied van de (jeugd)-hulpverlening. De schoolmaatschappelijk werkende maakt deel uit van de Commissie voor de Begeleiding en is contactpersoon naar het Centrum Jeugd en Gezin. Daarnaast kan de SMW in beperkte mate waar nodig kortdurende psychosociale ondersteuning bieden aan leerlingen met hulpvragen op het gebied van bijv. faalangst, omgaan met boosheid en kinderen in een echtscheidingssituatie. Dit vaak in afwachting van hulpverlening door zorgpartijen.

Stagiaires

De school heeft daarnaast regelmatig stagiaires van onder andere de pedagogische academie basisonderwijs (PABO), Social Work (SW) en de academie lichamelijke opvoeding (ALO).

Overige medewerkers

Om de organisatie verder zo soepel mogelijk te laten verlopen, beschikt de school nog over enkele medewerkers op facilitair en administratief gebied. De administratief medewerkers voeren werkzaamheden uit die gericht zijn op het verzorgen van de (leerlingen)administratie, financiën, HR en andere voorkomende administratieve werkzaamheden. De conciërge voert werkzaamheden uit die gericht zijn op onderhouds- en reparatiewerkzaamheden.

Jeugdarts/jeugdgezondheidszorg

Alle nieuwe leerlingen worden gezien door de jeugdarts. Gedurende hun schoolperiode worden alle leerlingen ook een aantal keer door de jeugdarts gezien. Wanneer een leerling opgeroepen wordt, krijgen de ouder(s)/verzorger(s) een uitnodiging voor een onderzoek op school door de GGD.

Commissie voor de Begeleiding

De leerkrachten worden ondersteund door de Commissie voor de Begeleiding. De Commissie voor de Begeleiding (CvdB) bestaat uit gedragsdeskundige(n), intern begeleider(s), schoolmaatschappelijk werkende (op afroep), en de directeur van de school (voorzitter).De commissie heeft de volgende taken:

  • Het vaststellen en bijstellen van het Ontwikkelingsperspectiefplan (OPP) van de leerling;
  • Het evalueren van het ontwikkelingsperspectief en hiervan verslag doen aan het bevoegd gezag en de ouders;
  • Het adviseren over het schakelen van de leerling en
  • Het adviseren van het samenwerkingsverband over de begeleiding van de leerlingen.
  • Het onderhouden van contacten met externe zorgpartijen
  • Het ondersteunen bij het aanvragen van zorginzet (samen met ouders)
  • Het onderhouden van beleidsontwikkelingen van de school. 

De leden van de Commissie voor de Begeleiding, de leerkrachten en de ouders werken samen bij de opstelling en uitvoering van het Ontwikkelingsperspectiefplan. Zo nodig wordt een multidisciplinair overleg gevormd om specifieke ondersteuningsvragen in kaart te brengen, doelen te bepalen en activiteiten te formuleren en uit te voeren. Daar waar de vragen liggen op het gebied van spraak/taal dan wordt de CvdB aangevuld met logopedische kennis

Vakleerkrachten op deze school

Hoe wordt vervanging geregeld?

In de CAO en beleidsregels van de organisatie wordt dit beschreven.

Directie van de school

Medewerkers op deze school (instellingsniveau)

Hoe is de verdeling mannen en vrouwen?

Bron

Wat is de leeftijd van de teamleden?

Bron

Hoe zijn de teamleden verdeeld over de verschillende functiegroepen?

Bron

Hoe zijn de leerlingen gegroepeerd?

Toelichting van de school

Uitgangspunten organisatie van het onderwijs

Bij het realiseren van het onderwijsaanbod gebruikt onze school onderstaande uitgangspunten:

  • Het onderwijsaanbod past binnen de beleidskaders van RENN4.
  • Het onderwijsaanbod is regionaal geformuleerd.
  • Het onderwijsaanbod is gericht op schakeling naar regulier basis- en voortgezet onderwijs, speciaal basisonderwijs en praktijkonderwijs.
  • Het onderwijsaanbod geeft een uitwerking van de kerndoelen voor speciaal onderwijs.
  • In het aanbod taal en rekenen/wiskunde zijn de referentieniveaus taal en rekenen ijkpunten voor wat betreft de voor de leerlingen te halen eindniveaus.
  • Voor leerlingen die niet in staat worden geacht referentieniveau 1f (leerroute 2 en 3) of 1s (leerroute 1) te halen, zijn de te behalen niveaus aangegeven in passende perspectieven voor rekenen en taal.
  • Het onderwijsaanbod sluit aan op de programma’s van het regulier basis- en voortgezet onderwijs, speciaal basisonderwijs en praktijkonderwijs.
  • Taal en communicatie hebben een centrale rol in het aanbod, zowel bij de leergebied specifieke als de leergebied overstijgende vakken   

Doelgroepenmodel

Onze school maakt gebruik van landelijk doelgroepenmodel (doelgroepenmodel.lecso.nl) waarmee onderbouwd en transparant het maximaal haalbare eindniveau en het benodigde onderwijsaanbod en ondersteuning goed in kaart wordt gebracht. Daardoor is onze school in staat om planmatig te kijken wat de leerling nodig heeft. Met dit model wordt verder gekeken dan IQ-scores. Nadrukkelijk worden ook andere factoren van het kind betrokken. Deze brede interpretatie is van groot belang, zeker als de cognitieve mogelijkheden en de sociaal-emotionele vaardigheden ver uit elkaar liggen.

Het instroomprofiel en de uitstroombestemming vormen het begin- en eindpunt bij de vaststelling van de doelgroep van een leerling. Om de uitstroombestemming te bereiken heeft de leerling specifieke ondersteuning nodig. De factoren van een leerling worden in het doelgroepenmodel ingevuld om zo te komen tot een “leerlingprofiel”. Daarmee wordt zowel de eindbestemming, leerroute en ondersteuningsbehoefte van de leerling inzichtelijk gemaakt. Met name bij leerlingen met een gedifferentieerd profiel zal het vaststellen van een leerroute niet gemakkelijk zijn.

Het doelgroepenmodel kent zeven leerroutes. Op dit moment zijn er geen leerlingen binnen de school die uitstromen naar belevingsgerichte dagbesteding en een onderwijsaanbod op het niveau van de Planciusleerlijn vragen. Daarom wordt leerroute 1 uit het doelgroepenmodel niet opgenomen in het overzicht.

Leerroute 2 en 3 kennen als uitstroombestemming het VSO-ZML (Voortgezet Speciaal Onderwijs-Zeer Moeilijk Lerend) met een uitstroomniveau van respectievelijk 3 en 6 op de leerlijn ZML (CED-groep). Leerlingen geplaatst op leerroute 4 stromen uit naar het VSO-ZML (met uitstroomniveau 9 op de leerlijn ZML), het VSO (arbeid) of het Praktijkonderwijs (PRO). Voor uitstroom naar het VSO of PRO wordt als einddoel functioneringsniveau M5 (midden5) gesteld. Leerroute 5 bereidt leerlingen voor op uitstroom naar het PRO of V(S)O VMBO-BB (basis). Functioneringsniveau E5-E6 (eind5-eind6) is het uitstroomniveau voor deze leerlingen. Leerlingen in route 6 stromen uit naar het V(S)O VMBO-KB (Kader) en VMBO-GT (Theoretisch) met als uitstroomniveau M7-M8 (= referentieniveau 1F). Tenslotte bereidt leerroute 7 leerlingen voor op uitstromen naar het V(S)O, HAVO of VWO. Zij stromen uit op functioneringsniveau hoger dan M8 (=referentie niveau 1S/2F). 

Jonge kind

We spreken over ‘het jonge’ kind als het gaat over leerlingen in de leeftijd 4 – 7 jaar (kalenderleeftijd). Het jonge kind kent een gedifferentieerde ontwikkeling, waardoor het vaststellen van een uitstroombestemming en bijbehorende leerroute geen recht zou doen aan ontwikkelingsmogelijkheden van deze leerlingen. Hoge verwachtingen zijn altijd het uitgangspunt. De leerroutes voor deze leerlingen worden als volgt vastgesteld

Leerjaren 1 en 2 (kleuters): Alle leerlingen volgen het reguliere aanbod.

Opbrengstgericht werken

Op onze school werken wij opbrengstgericht. Opbrengstgericht werken is het bewust, cyclisch en systematisch werken met als doel de grootst mogelijke opbrengst. Opbrengstgericht werken heeft hoge verwachtingen van de kinderen en gaat uit van doelgericht werken.

Voor het meten en volgen van de didactische ontwikkeling van leerlingen wordt gebruik gemaakt van methodetoetsen en methode onafhankelijke toetsen. De leerkracht/school is zelf verantwoordelijk voor het opbrengstgericht werken met de resultaten van methodetoetsen. Tussendoelen passend bij de verschillende leerroutes voor de methode onafhankelijke toetsinstrumenten CITO 3.0 zijn opgenomen als bijlage van de opbrengstennotitie RENN4 waarmee onze school werkt.

In de leerjaren 1 en 2 worden geen methode onafhankelijke toetsen afgenomen. In deze leerjaren wordt de ontwikkeling van de kleuters gevolgd met behulp van een ontwikkelingsvolgsysteem. De didactische toetsen van midden groep 2 kunnen worden afgenomen om de stand van zaken met betrekking tot de overgang naar leerjaar 3 in kaart te kunnen brengen. Leerkracht en de commissie voor de begeleiding bepalen of dit voor een leerling wenselijk is.

De meetmomenten voor methode onafhankelijke toetsen zijn in januari en juni.

In de opbrengstennotitie van RENN4 waarmee onze school werkt zijn tussendoelen opgenomen voor de vakken Lezen (AVI), Begrijpen lezen, Rekenen/wiskunde en Spelling.

Begrijpend lezen wordt afgenomen wanneer leerlingen een AVI M3 hebben behaald. Tot die tijd wordt er geen toets afgenomen. Wanneer wenselijk (bijvoorbeeld bij oudere leerlingen waarbij het leesproces niet op gang komt) kan de begrijpend luisteren toets worden afgenomen.

Tussendoelen zijn in de opbrengstennotitie opgenomen in termen van functioneringsniveau en vaardigheidsscore. Deze staan ook in de schoolstandaard beschreven. Voor de leerlijn ZML worden de tussendoelen beschreven met behulp van niveau-aanduidingen. Het leerlingvolgsysteem geeft de voortgang aan op basis van vaardigheidsscores.

Naast de didactische ontwikkeling hebben scholen ook de opdracht om de ontwikkeling van het leergedrag (leren leren) en de sociale- en emotionele ontwikkeling te meten en te volgen. Omdat bij de leerlingen binnen RENN4 er nauwelijks sprake is van een leeftijd adequate ontwikkeling of doorgaande lijn in deze ontwikkeling op deze gebieden worden er geen bijlagen met tussendoelen opgenomen in de opbrengstennotitie.

Onze school gebruikt de volgende instrumenten voor het meten en volgen van de ontwikkeling van het leergedrag en de sociale- en emotionele ontwikkeling: Zien!

Klasindeling

  • Leerstofjaarklassen
  • Combinatiegroepen
  • Bouwgroepen/Stamgroepen/Heterogene groepen
  • Groepsdoorbrekende niveaugroepen

Hoe wordt de tijd op school besteed?

Leerjaar 1 en 2

Toelichting van de school

We houden ons aan de wettelijke kaders en bieden de vakken aan die verplicht zijn binnen het SO/SBO onderwijs. Gezien onze doelgroep, houden we bij de indeling van de vakken rekening met de passende ontwikkelbehoeften van onze leerlingen.

Overige leerjaren

Toelichting van de school

We houden ons aan de wettelijke kaders en bieden de vakken aan die verplicht zijn binnen het SO/SBO onderwijs. Gezien onze doelgroep, houden we bij de indeling van de vakken rekening met de passende ontwikkel- en onderwijsbehoeften van onze leerlingen.

Extra mogelijkheden op deze school

Extra ondersteuning van de leerlingen

Toelichting van de school

Onderwijs en begeleiding

 Voor alle leerlingen worden zorgvuldig de ondersteuning- en onderwijsbehoeften in kaart gebracht. In een Ontwikkelperspectiefplan wordt dit samengevat en besproken met ouders/verzorgers en andere betrokkenen. Ons streven is om ieder kind optimaal te ondersteunen in zijn of haar ontwikkeling en te voorzien in de bijbehorende (onderwijs)behoeften.

Jonge kind (tot 7 jaar)

Het onderwijsaanbod aan leerlingen tot 7 jaar heeft als doel een brede ontwikkeling te bevorderen zodat de leerling voldoende basisvaardigheden ontwikkelt om te kunnen lezen, schrijven en rekenen en met succes het basisonderwijs verder te volgen. De school stelt voor alle leerlingen tot 7 jaar het ontwikkelingsperspectief “Vervolgonderwijs” en leerroute 1 (regulier) vast, tenzij onderbouwd kan worden dat dit perspectief niet realistisch is.

Onderwijsaanbod

S(B)O De Delta/Prof.W.J. Bladergroenschool Appingedam biedt onderwijs dat past bij de ontwikkelingsmogelijkheden van de leerlingen zodat zij een ononderbroken ontwikkeling kunnen doormaken. S(B)O De Delta/Prof.W.J. Bladergroenschool Appingedam heeft het onderwijsaanbod aan de hand van de leerroutes uitgewerkt. Bij het invullen van het onderwijsaanbod zijn de door de overheid geformuleerde kerndoelen voor het speciaal basisonderwijs en speciaal onderwijs richtinggevend. De kerndoelen voor het speciaal basisonderwijs en speciaal onderwijs beschrijven wat de overheid vindt dat leerlingen minimaal moeten kennen en kunnen.Voor een volledige omschrijving van de kerndoelen speciaal onderwijs kunt u kijken op: Kerndoelen speciaal onderwijs

Voor een volledige omschrijving van de kerndoelen voor het speciaal basisonderwijs kunt u kijken op: Kerndoelen

Toekomstig aanbod aan extra ondersteuning

S(B)O De Delta/ Prof.W.J. Bladergroenschool Appingedam heeft de ambitie om een samenwerking op te zetten met de gemeente en diverse zorgpartijen om leerlingen langer binnen het onderwijs te kunnen houden. Hiervoor zal komend schooljaar een overleg gerealiseerd worden. Daarnaast wordt er gezocht naar partijen welke educatieve dagbesteding kunnen bieden aan leerlingen die (tijdelijk) niet volledig schoolgaand zijn en/of leerlingen welke een (tijdelijke) intensievere ondersteuningsbehoefte nodig zijn die niet op school aangeboden kan worden. Hierbij wil S(B)O De Delta/ Prof.W.J. Bladergroenschool Appingedam voorzien in schoolwerk en de ontwikkeling van de leerling volgen zodat kan worden onderzocht wat de mogelijkheden zijn met betrekking tot de terugkeer in het onderwijs. 

Welke specialisten bieden extra ondersteuning op deze school?

Kwaliteitszorg en schoolplan

Aanbod voor het jonge kind

Toelichting van de school

Als leerlingen vanuit de peuterspeelzaal worden aangemeld voor onze school, dan is er een overdracht en sprake van een samenwerking met betrokken partij en ouders.  

Terug naar boven