Bron: <b>DUO</b><br />Vergelijkbare instellingen: <b>alle instellingen in het basisonderwijs met een vergelijkbaar leerlingenaantal</b><br /> <a href="https://achtergrondinformatie.vensters.nl/p/VenstersPO/6192449487635168" class="button button-link" target="_blank"><i class="fas fa-external-link-square-alt"></i> Achtergrondinformatie</a>">Bron
Wij werken op IKC Het Talent met jaargroepen. Dat betekent dat de leerlingen naar leeftijd gegroepeerd zijn. De groepsindeling wordt zorgvuldig en in nauw overleg met het team, door de schoolleiding gemaakt.
Er wordt zowel klassikaal, groepsgewijs als individueel met kinderen gewerkt. Bij lezen, taal en rekenen starten we met de groep als geheel. Kort na de start geven wij, indien nodig, aanvullende instructie op het niveau van het kind. Wij werken daarbij ‘handelingsgericht’. Dat betekent dat we uitgaan van de onderwijsbehoefte van het kind. We kijken naar wat het kind al kan en wat het van ons nodig heeft om de volgende stap te maken.
Om dit mogelijk te maken, gebruiken wij onder andere het GIP-model zoals dat hieronder wordt toegelicht. Belangrijke onderdelen binnen dit model zijn:
- Het werken doelgericht en met een beperkt aantal duidelijke regels en werkafspraken, die zichtbaar zijn in het lokaal
- Leren omgaan met uitgestelde aandacht
- Aandacht voor de verschillende instructiebehoeften van leerlingen
- De leerkracht maakt zo tijd voor hulp aan kleine groepjes en individuele kinderen
- De kinderen leren zelfstandig te werken aan gedifferentieerde dag- en weektaken.
Door deze aanpak bereiken we ook dat onze leerlingen groeien in zelfstandigheid en verantwoordelijkheid. We vinden het belangrijk leerlingen verantwoordelijk te maken voor hun eigen leerproces en gedrag. Daar werken we aan door middel van de methodiek Taakspel. Taakspel werkt met positieve regels en de nadruk wordt gelegd op wat de kinderen goed doen. Taakspel wordt ingezet in vanaf groep 1 tot halverwege groep 7.
Onze kleuters gaan 940 uur per jaar naar school. De leerkracht onderzoekt doorlopend waar de meeste behoefte aan is in de klas. Afhankelijk daarvan kiest de leerkracht hoe de tijd verdeeld wordt.
De kleuterleeftijd heeft specifieke kenmerken, waarop wij met onze onderwijsaanpak aansluiten. Wij hechten grote waarde aan het begrijpen en spreken van de Nederlandse taal. Daarom is er veel aandacht voor de woordenschat. Hiervoor gebruiken wij de methode Logo3000. Bij de kleuters wordt gewerkt aan de SLO doelen via de aanpak thematiserend werken. Voor rekenen gebruiken wordt de methode Wizwijs. Wij bewaken de voortgang van de leerlingen door het registratiesysteem KIJK te gebruiken.
Alle kinderen van groep 1 t/m 8 gaan op IKC Het Talent jaarlijks 940 uur naar school. Hoe we de onderwijstijd verdelen over de vakken, hangt af van wat de groep gemiddeld genomen nodig heeft. Zijn er bijvoorbeeld veel kinderen die wat extra instructie nodig hebben bij rekenen? Dan kan de leerkracht er voor kiezen om daar extra tijd aan te besteden en die tijd minder te steken in een onderdeel dat de kinderen al goed beheersen. Ook individueel vindt differentiatie plaats.
Kerndoelen
De overheid heeft voor het basisonderwijs de einddoelen vastgesteld, die per vak door de leerlingen gehaald moeten worden. Dit zijn de kerndoelen voor het basisonderwijs. Wij gebruiken op IKC Het Talent moderne methodes die voldoen aan de kerndoelen. Per vakgebied staan de doelen en tussendoelen in de methodes beschreven. Veel vakken worden door alle leerjaren heen gegeven en we streven daarbij naar een doorgaande lijn in de ontwikkeling.
Aanbod per vakgebied
Intercultureel onderwijs en burgerschap
Onze school staat in een wijk waar mensen wonen uit verschillende culturen. We besteden daarom aandacht aan de verschillende achtergronden van onze kinderen. We delen de verhalen over de feesten die we vieren. We hebben aandacht voor de gewoontes, de feesten, het geloof van de ander. Zo proberen we wat te leren van elkaar, zo willen we een stapje dichter komen bij ‘leven met elkaar’, in plaats van ‘leven naast elkaar’.
Burgerschap is een onderdeel waar we structureel aandacht voor hebben op IKC Het Talent. Thema's binnen burgerschap zijn: omgangsvaardigheden, waarden en normen, respect, identiteitsonwikkeling, seksuele vorming, veiligheid en verantwoordelijkheid. We hebben als doel onze leerlingen zo te vormen, dat ze als mens de vervolgstap naar het voortgezet onderwijs kunnen maken
Lezen en begrijpend lezen
In groep 3 gebruiken we de methode “Veilig leren lezen”. Dit is een gecombineerde taal/leesmethode. Naast het leren lezen komen zowel de mondelinge als schriftelijke taalontwikkeling aan bod. Tijdens de eerste fase (het aanvankelijk lezen) leren de kinderen de letters d.m.v. woorden die passen bij het thema dat aan de orde is. Door de letters te combineren ontdekken zij dat zo nieuwe woorden ontstaan. Na ongeveer 20 weken is de eerste fase afgerond. Uw kind kan dan lezen! Voor kinderen die al verder zijn in hun leesontwikkeling én voor kinderen die iets meer tijd nodig hebben voorziet de methode in een andere aanpak, met aangepast materiaal. Door veel boeken te lezen wordt het lezen meer en meer geautomatiseerd. In groep 4 start het ‘voortgezet technisch lezen’. Daarbij leren de kinderen steeds moeilijkere woorden lezen en spellen. Hierbij wordt de methode ‘Estafette’ gebruikt, waarbij kinderen meer leesinstructie krijgen als zij dit nodig hebben. Een aantal leerlingen krijgt extra ondersteuning met het computerprogramma ‘Bouw’. Wie extra hulp en tijd nodig heeft bij het leren lezen krijgt vanaf groep 5 extra begeleiding door middel van de ‘Ralfi- methode’.
In groep 4 starten wij ook met ‘Nieuwsbegrip XL’, een methode voor begrijpend lezen. Deze methode wordt tot en met groep 8 gebruikt. De methode maakt gebruik van actuele teksten. De kinderen hebben een eigen inlogcode, waarmee ze ook thuis moeten werken.
Nederlandse taal
Wij werken met de nieuwe methodes Taal Op Maat en Spelling Op Maat. In deze methode wordt op een moderne, leuke en gestructureerde wijze gewerkt aan kennis van de Nederlandse taal en aan de spelling. De methodes maken gebruik van de laatste inzichten op het gebied van taalverwerving en leerstrategieën.
Vanaf de voorschool tot en met groep 8 besteden wij veel aandacht aan woordenschat. Hiervoor maken wij gebruik van de methode Logo3000. Deze methode draagt bij aan het ontwikkelen van een ruimere woordenschat. In de klas is dit terug te zien met 'woordmuren'. Ook is er een computerprogramma waar leerlingen de woorden kunnen oefenen.
Schrijven
In groep 2 starten we spelenderwijs met het voorbereidend schrijven en het leren hanteren van een correcte pengreep. In groep 3 gaan we hier mee verder en worden vervolgens, parallel aan het leren lezen, de schrijfletters aangeboden. Een paar jaar geleden hebben wij de nieuwste versie van de methode Pennenstreken ingevoerd, waarmee vanaf groep 3 gewerkt wordt.
Rekenen
We werken met Snappet. Bij het vak rekenen maken de leerlingen de opdrachten op een Chromebook. De leerkracht kan d.m.v. Snappet direct zien of de instructie begrepen is. Daarnaast wordt er ook gebruik gemaakt van praktisch materiaal, zoals rekenrekjes, rekenkettingen, spiegels, namaakgeld, de rekenmachine etc. Kennisgebieden – wereldoriëntatie
In de groepen 3 en 4 spreken we ook nog van een wereldoriënterende aanpak. De NOS serie ‘Huisje, Boompje, Beestje’ wordt hierbij veel gebruikt. Ook maken we regelmatig gebruik van het aanbod van de stichting ‘Natuur en Milieueducatie’. Voor de groepen 6 t/m 8 werken we met een nieuwe, digitale methode Blink. Deze bestaat uit:
- Aardrijkskunde: Grenzeloos
- Geschiedenis: Eigentijds
- Natuur: Binnenstebuiten
Behalve via lessen uit de methodes besteden we ook aandacht aan deze vormingsgebieden door middel van kringgesprekken, spreekbeurten, werkstukken, excursies en schooltelevisie.
In groep 7 doen de kinderen mee aan het theoretisch verkeersexamen. In groep 8 doen de kinderen mee aan het praktisch verkeersexamen.
Engels
In groep 7 en 8 krijgen de leerlingen één keer per week Engelse les. We gebruiken de methode: ‘Take it easy’. Het gaat ons vooral om communiceren, dus er is voornamelijk aandacht voor de spreek- en luistervaardigheid.
Bij alle vak- en vormingsgebieden werken wij aan een voldoende aanbod van verdiepend en verrijkend materiaal, zodat we ook tegemoet kunnen komen aan de behoeften van de 'meerkunners'.
Bewegingsonderwijs
De peuters krijgen gymlessen in de speelzaal van de eigen leerkracht. De groepen 1 t/m 8 krijgen 2 keer per week gymlessen van een vakleerkracht. Bij slecht weer spelen de kleuters en peuters in de speelzaal, daarom blijven de gymschoenen van deze kinderen op school. Wilt u de naam van uw kind in de schoenen zetten?
De leerlingen van de groepen 3 t/m 8 krijgen les in de gymzaal. Tijdens deze lessen dragen de kinderen sportkleding. Het dragen van gymschoenen is verplicht. Gymschoenen waarop buiten wordt gelopen, zijn niet toegestaan.
Talentendag
Op IKC Het Talent bieden we talentendagen aan. Op een talentendag zijn de kinderen bezig met verschillende activiteiten zoals muziek, rappen, dansen, koken, het reporterteam, grimeren, natuur, borduren, naar het bejaardenhuis, vilten en sport. Kinderen uit verschillende groepen zitten dan door elkaar. Regelmatig zetten ook ouders kwaliteiten in tijdens een talentendag. Heeft u een leuke activiteit in gedachten of bent u specialist in iets wat u graag met een groepje kinderen wilt doen, laat het ons weten.
Deelname onderwijsaanbod
Binnen de vormingsdoelen nemen burgerschap, identiteits- en seksuele ontwikkeling een belangrijke positie in. De vormingsopdracht geven we vanuit onze oecumenische identiteit vorm. We verwachten van de leerlingen dat ze aan alle lessen deelnemen.
In ons schoolondersteuningsprofiel staat beschreven op welke wijze wij de basiskwaliteit, basisondersteuning en extra ondersteuning organiseren.
Leerlingvolgsysteem
Om de ontwikkeling van de leerlingen goed te volgen en in kaart te brengen, nemen wij toetsen af. Dit zijn methodegebonden toetsen en toetsen die niet gebonden zijn aan methodes. De Cito-toetsen die wij gebruiken zijn methode-onafhankelijk, waarbij de resultaten vergeleken kunnen worden met alle scholen van Nederland. Ze worden twee keer per jaar afgenomen, in januari en in mei/juni. Dit geldt niet voor de toetsen van de Voorschool, daar worden de toetsen op leeftijd afgenomen. De uitslagen van deze toetsen geven ons een objectief beeld van de leerprestaties van de kinderen. De leerkracht bespreekt deze resultaten met de intern begeleider en past daarop eventueel het lesaanbod aan. Dit wordt vastgelegd in groepsplannen. De uitslagen van de Cito toetsen worden besproken met de ouders tijdens oudergesprekken en ze worden op het rapport vermeld. De afspraken die gemaakt worden tijdens die gesprekken, worden vastgelegd in ons volgsysteem ParnasSys. Alle informatie die over de ontwikkeling van de leerling gaat, komt in een leerlingdossier. Dit wordt tijdens de hele schoolloopbaan van de leerling bijgehouden, zodat we een goed beeld hebben van de ontwikkeling. De intern begeleider is verantwoordelijk voor het leerlingvolgsysteem en de leerlingdossiers. Als team bekijken wij ook twee keer per jaar de Cito resultaten om te kijken hoe en waarop wij ons eventueel kunnen verbeteren.
Interne Begeleiding
De verantwoordelijkheid voor de groep ligt bij de groepsleerkracht. Deze houdt de ontwikkeling van de leerlingen goed in de gaten en noteert de vorderingen nauwgezet. De leerkracht heeft daarover regelmatig contact met de ouders. De leerkracht bespreekt de leerlingen ook met de intern begeleider. Samen bespreken zij of er extra zorg of ondersteuning nodig is en hoe dat ingepast kan worden in de klas. De intern begeleider heeft verder nog andere taken: zij onderhoudt contacten met externe instanties of ambulant begeleiders, zij voert gesprekken, doet nader onderzoek of schakelt externe instanties in om dat onderzoek te doen. In overleg met de leerkracht kan zij leerlingen inbrengen in het Zorgbreedte Overleg. Bij dat overleg schuiven meerdere instanties aan, zodat we met veel expertise kunnen kijken wat het beste is voor een leerling. Verder ondersteunt de intern begeleider de leerkrachten bij het invoeren van onderwijskundige vernieuwingen. Dit systeem van interne begeleiding heeft tot doel om de kinderen zoveel mogelijk onderwijs op maat te kunnen bieden. Op onze school hebben wij 1 intern begeleider: Rutger Lieffijn. Wat merkt u hiervan als ouders?
- De resultaten van de toetsen worden twee keer per jaar met u besproken, in maart en in juni. Ook het rapport wordt dan met u doorgenomen. Als er bijzonderheden of zorgen zijn, kan het gebeuren dat de intern begeleider bij dit gesprek aanwezig is. Voor de peuters is er een voortgangsgesprek, omdat de toetsen bij de peuters niet in vaste maanden worden afgenomen.
Er is altijd de mogelijkheid om tussendoor een afspraak te maken met de leerkracht of de intern begeleider.- ZBO (zorgbreedteoverleg). De school heeft een structureel zorgbreedteoverleg en overlegt met verschillende instanties om zoveel mogelijk kennis bij elkaar te brengen. Afhankelijk van de vragen die er zijn hebben we overleg met de coaches van Studiezelen, het buurtteam (SEZO), de GGD, de leerplichtambtenaar, de Ouder-Kindadviseur (OKA) en een orthopedagoog. Bij zorgen over een kind wordt dit altijd in overleg met ouders besproken en gekeken wat de beste aanpak zou kunnen zijn in deze situatie.
- Het komt voor dat kinderen met specifieke problemen of (motorische) achterstanden bij ons op school zitten. De ondersteuning wordt dan in sommige gevallen uitgevoerd door een ambulant begeleider. Er is begeleiding vanuit een school voor spraaktaalstoornissen, voor gedrag, voor motorische problemen, enz. Voor deze vorm van ondersteuning wordt altijd samen met ouders een aanvraag ingediend.
Samenwerking met de gemeente voor jeugdhulp
Onze school vindt een goede samenwerking met de jeugdhulp heel belangrijk. De school werkt daartoe samen met de Ouder- en Kindteams van de gemeente.Ouder- & Kindadviseur bij ons op school
Heeft u als ouder een vraag over opgroeien en opvoeden, of maakt u zich zorgen over uw kind? Voor tips, overleg en advies kunt u terecht bij de Ouder- en Kindadviseur. De Ouder- en Kindadviseur richt zich op het versterken van de relatie tussen school, leerling en ouders. Zij ondersteunt en versterkt de eigen mogelijkheden en daadkracht van ouders betreffende de opvoeding en verlaagt de drempel naar externe instanties. De Ouder- en Kindadviseur is wekelijks op school.
Als ouder kunt u bij de Ouder- kindadviseur terecht met uw vragen of zorgen over bijvoorbeeld; pesten, opkomen voor jezelf, om uw kind beter te laten eten of slapen of om een leuke activiteit na school te vinden. Zij is er om uw kind te helpen met tips, gesprekken of een training. Het kan ook zijn dat de leerkracht of de IB-er een vraag voor ondersteuning aan uw kind aan de Ouder en Kindadviseur voorlegt. Dit gebeurt nadat de leerkracht uw toestemming heeft gevraagd. Tevens ondersteunt de Ouder- en Kindadviseur de IB-er bij crisisbemiddeling en neemt zij deel aan het ZBO. Zij is onafhankelijk van school en gaat vertrouwelijk om met informatie. Zo worden onderwijsondersteuning en zorg goed op elkaar afgestemd.
De Ouder- en Kindadviseur werkt vanuit het Ouder- en Kindteam Osdorp. In het team werken o.a. jeugdpsychologen en jeugdartsen. Indien nodig kan zij deze of andere professionals betrekken.
Om goed bereikbaar te zijn voor ouders en kinderen, houdt de adviseur op de woensdag van 08.30 uur tot 12.00 uur spreekuur op school en op de maandagmiddag in het OKC.
Contact
U kunt de Ouder- en Kindadviseur bereiken via [email protected] of [email protected] Meer informatie vindt u op: www.oktamsterdam.nl.Passend Onderwijs op onze school
Wat houdt Passend onderwijs in?
- Scholen en schoolbesturen hebben de zorgplicht om elk kind een goede onderwijsplek te bieden. Voor de meeste kinderen is het reguliere basisonderwijs de beste plek. Als het echt nodig is, kunnen kinderen naar het speciaal basisonderwijs of het speciaal onderwijs.
- Kinderen krijgen daar waar mogelijk onderwijs dicht bij huis. Dit betekent dat de ondersteuning waar mogelijk naar de leerling moet worden gebracht in plaats van de leerling naar de ondersteuning.
- Scholen moeten meer uitgaan van de mogelijkheden van leerlingen en minder de nadruk leggen op eventuele beperkingen. Scholen kunnen sneller en effectiever handelen als een leerling extra ondersteuning nodig heeft.
Zorgplicht
Zorgplicht betekent dat het schoolbestuur en de school voor iedere leerling die op de school zit of zich aanmeldt, voor passend onderwijs moeten zorgen. Hierbij moeten zij eerst nagaan wat de school zelf kan doen, met of zonder extra ondersteuning. Belangrijk bij de uitvoering van de zorgplicht is dat de school met ouders overlegt wat de onderwijsbehoefte van de leerling is en welke ondersteuning hierbij het beste past. Klik hier voor meer informatie over zorgplicht.
De juiste ondersteuning is niet mogelijk. Wat nu?
Soms kan het gebeuren dat onze school, ondanks de mogelijkheid van extra ondersteuning, geen passend onderwijs aan een leerling kan bieden. In dat geval zorgen wij ervoor dat de leerling ergens anders terecht kan waar deze ondersteuning wel wordt geboden. Dit kan op een andere school van hetzelfde schoolbestuur zijn, een school bij een ander bestuur of op een school voor speciaal (basis)onderwijs. Onderwijs dicht bij huis is hierbij een belangrijk uitgangspunt. De verantwoordelijkheid voor het zoeken en aanbieden van een juiste onderwijsplek ligt bij de school waar de leerling is aangemeld.
Samenwerkingsverband Amsterdam Diemen
Alle schoolbesturen in Amsterdam en Diemen hebben samen en op grond van de wet, een samenwerkingsverband opgericht. Het Samenwerkingsverband Amsterdam Diemen (SWV). Dit SWV ondersteunt en adviseert de aangesloten scholen bij de uitvoering van passend onderwijs. Kijk voor meer informatie over passend onderwijs in Amsterdam en Diemen op de website van het Samenwerkingsverband Amsterdam Diemen www.swvamsterdamdiemen.nl.
U kunt het Samenwerkingsverband als volgt bereiken:
Samenwerkingsverband primair onderwijs Amsterdam Diemen
Bijlmerdreef 1289-2
1103 TV Amsterdam
T: 020 7237100
E: [email protected]Medezeggenschap bij passend onderwijs
Er zijn verschillende medezeggenschapsorganen betrokken bij passend onderwijs:
- Medezeggenschapsraad van de school: de MR van de school is samengesteld uit leerkrachten en ouders en heeft adviesrecht op het schoolondersteuningsprofiel. In dit profiel legt de school vast wat ze aan (extra) ondersteuning kan bieden en hoe deze ondersteuning georganiseerd is.
- Ondersteuningsplanraad: dit is de medezeggenschapsraad van het Samenwerkingsverband. Deze raad heeft instemmingsrecht op het ondersteuningsplan. Hierin staan de afspraken van de schoolbesturen die zorgen dat alle kinderen een passende onderwijsplek krijgen. De raad in Amsterdam Diemen bestaat uit tien personen: vijf ouders en vijf personeelsleden van de scholen.
- GMR van de schoolbesturen: de besturen waar meerdere scholen onder vallen hebben een gemeenschappelijke medezeggenschapsraad. In de GMR zitten vertegenwoordigers van de MR’s van de scholen. De GMR heeft formeel geen rol in de medezeggenschap op passend onderwijs. Toch heeft zij een belangrijke rol. Het budget voor extra ondersteuning wordt in het Samenwerkingsverband primair onderwijs Amsterdam Diemen geheel toebedeeld aan de besturen. De GMR heeft informatierecht en daarmee inzicht in de wijze waarop het schoolbestuur de toewijzing van extra ondersteuning organiseert. De GMR kan gevraagd of ongevraagd advies uitbrengen.
Kijk voor meer informatie over passend onderwijs in Amsterdam en Diemen op de website van het Samenwerkingsverband primair onderwijs Amsterdam Diemen www.swvamsterdamdiemen.nl. Wilt u meer informatie over medezeggenschap bij passend onderwijs? Kijk dan op www.medezeggenschap-passendonderwijs.nl. Voor landelijke informatie kunt u terecht bij www.passendonderwijs.nl.
Toekomstig aanbod aan extra ondersteuning
Dit staat uitgebreid beschreven in het schoolondersteuningsprofiel (SOP).
IKC Het Talent is de enige basisschool in Amsterdam met de voorschool in eigen beheer. IKC Het Talent is daardoor een school voor kinderen van 2 tot 12 jaar. Afspraken, regelingen, schoolplan en ondersteuningsprofiel gelden ook voor de peuters.
De voorschool in eigen beheer garandeert een intensieve samenwerking en een doorgaande lijn op onderwijskundig gebied, in het kader van Voor- en Vroegschoolse Educatie. Kleuterleerkrachten, onderwijsassistenten en peuterleerkrachten hebben hetzelfde scholingstraject doorlopen en stemmen regelmatig de doorgaande lijn met elkaar af. Het fijne is dat wij hierdoor de kinderen, die vaak als peuters bij ons instromen, al heel goed kennen wanneer ze naar de basisschool gaan. En de kinderen zijn ook al gewend aan de school.
De kinderen komen 5 dagdelen per week van de voorschool. ’s Morgens en ’s middags zijn er maximaal 16 peuters aanwezig onder leiding van 2 leidsters. Omdat het lesprogramma een duidelijke leerlijn heeft is het de bedoeling dat de peuters elke lesdag aanwezig zijn. Als een leerling vaak niet aanwezig is dan is het mogelijk dat de voorschoolplaats naar een ander kind gaat.
Elk nieuw thema wordt in de ouderkamer gepresenteerd, hier krijgt u ook suggesties en voorbeelden van hoe u thuis met uw kind aan het thema kunt werken. Ouders van kinderen van de voorschool worden, net als alle anderen, 1 keer per jaar uitgenodigd voor een kennismakingsgesprek en 2 keer per jaar voor een “voortgangsrapport” bespreking.
De voorschool heeft (vanuit een wettelijke verplichting) een eigen oudercommissie. Dit is vergelijkbaar met de Medezeggenschapsraad van de school. De oudercommissie heeft (net als de MR) specifieke rechten met betrekking tot het gevoerde beleid op de voorschool.
In de groepen 1 en 2 is bewust gekozen voor het werken in heterogene groepen. Dat wil zeggen dat kinderen van groep 1 (jongste kleuters) en groep 2 (oudste kleuters) samen in één lokaal spelen en werken. Voor de sociale vorming is het heel belangrijk dat oudere kinderen de jongere kunnen helpen. De jongsten leren op hun beurt veel van de oudere kinderen. Op deze manier kan de groepsleerkracht de ontwikkeling van het kind gedurende twee jaar volgen. Wij observeren daarbij systematisch. Doordat we één organisatie zijn is het eenvoudiger om kennis te delen en gezamenlijk te ontwikkelen. Hierdoor is de doorgaande lijn tijdens de belangrijke eerste schooljaren van uw kind én daarna optimaal.
De overgang van de voorschool naar de basisschool is voor een kind van 4 jaar enorm. Wij geloven dat juist in deze leeftijdsfase kinderen gebaat zijn bij bekende gezichten, een vertrouwde omgeving en een doorgaande lijn in het leerstofaanbod. Doordat wij de voorschool in eigen beheer hebben, valt al het personeel onder 1 organisatie, namelijk die van de school. Hierdoor kennen de kinderen de school en de leerkrachten al goed als zij doorstromen naar de basisschool. En ook andersom!